28 maart 1969
DRIEMASTER
Henk Bosma, voorzitter van de JOVD, over het rapport van het Liberaal Beraad
een waardevolle bijdrage tot
een positie- bepaling van
het liberalisme
In het verleden heb ik bij diverse gelegenheden nogal eens geklaagd dat het met het Liberaal Beraad zo ontzettend langzaam ging. Het duurde bijvoorbeeld tijden voordat het Beraad zich bezig ging houden met de uitwerking van de bouw- stenen, die de werkgroep had aangedragen voor
de beantwoording van de vragen twee en drie.
Maar erkend moet worden dat, toen w.e ons daar- aan eenmaal hadden gezet, in hoog tempo werd vergaderd. Binnen drie maanden was overeen- stemming bereikt over de genoemde vragen.
Het is ondoenlijk gebleken een toegespitst ant- woord te leveren op deze vragen ("Wat is de ideale partijstructuur, en wat is de plaats van het liberalisme daarin?").
Wat de partijstructuur van Nederland betreft heeft het Beraad er zich toe beperkt een aantal scheidslijnen te formuleren; met name wordt aan- gegeven aan welke kant van de diverse scheids- lijnen het liberalisme naar de mening van het Beraad dient te staan. Hiermee was de plaats- bepaling van het liberalisme naar vermogen om- schreven. Het Beraad heeft zich daarna gebogen over een aantal concrete punten om zodoende de weerslag van de gekozen plaatsbepaling op de praktische politiek enigszins aan te geven.
In dit kader is geen ruimte om uiteen te zetten wat nu precies de inhoud is van het stuk waar- over overeenstemming is bereikt. Informatie daaromtrent zal u wel langs een andere weg bereiken.
Nog wel een paar kanttekeningen. Wie het af- gelopen half jaar het orgaan van de VVD, "Vrij- heid en Democratie", regelmatig heeft gelezen, heeft kennis kunnen nemen van enkele ingezon- den stukken, die speciaal mijn persoon in een nogal kwaad daglicht stelden. Men heeft mij ver- weten subversieve acties te ondernemen, etc. Ik heb het altijd beneden mijn stand gevonden hier- op te reageren, maar nu zou ik er wel eens op willen wijzen dat uit het verloop van het Beraad de onjuistheid van deze onfrisse reacties is ge- bleken.
Bovendien is het niet overdreven te constateren dat het Beraad in een uitstekende sfeer is ge- voerd.
Ik ben blij dat nu de resultaten in de openbaar- heid gebracht kunnen worden, opdat de deel- nemende organisaties zich over het stuk kunnen uitspreken. Het is toch zaak dat er met het ant- woord op bovenstaande vragen iets gebeurt, en dat het stuk geen schone letter blijft.
Wat de JOVD betreft wil ik nog speciaal het vol- gende opmerken: Het minimumprogramma zult u niet zonder meer terugvinden in het antwoord, onder meer als gevolg van een zekere tegen- strijdigheid tussen de praktische politieke ver- antwoordelijkheid van de VVD en de "ongebon- den" houding die een jongerenorganisatie als de JOVD zich nu eenmaal beter kan veroorloven.
Aan de geest van het stuk heeft het nauwelijks afbreuk gedaan, en als geheel is het stuk een ,waardevolle bijdrage tot een positiebepaling van
1