• No results found

Bijlage 2 Toelichting verordening

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bijlage 2 Toelichting verordening"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Toelichting Verordening Winkeltijden Asten 2014

In juli 2013 is de gewijzigde Winkeltijdenwet in werking getreden. De nieuwe wet maakt onder meer een ruimere openstelling van winkels op zon- en feestdagen mogelijk. De wijzigingen zijn geïmplementeerd in de Verordening Winkeltijden Asten 2014. In het hiernavolgende wordt deze nieuwe verordening in concept artikelsgewijs toegelicht. De toelichting richt zich voornamelijk op de bepalingen die ten opzichte van de huidige Winkeltijdenverordening gewijzigd zijn. Voor verdere achtergrondinformatie wordt verwezen naar de modelverordening Winkeltijden van de VNG en de bijbehorende ledenbrief.

Artikelsgewijs

Artikel 1. Begripsbepalingen

De begripsbepalingen zijn grotendeels overgenomen uit de oude verordening, waarin aansluiting is gezocht met de omschrijvingen in de Winkeltijdenwet. Aan deze lijst zijn in de conceptverordening twee begrippen toegevoegd. In de eerste plaats betreft dit het begrip bedrijf. Dit begrip heeft betrekking op straatverkoop en is toegevoegd naar het voorbeeld van de modelverordening van de VNG. Het begrip heeft betrekking op straatverkoop en strekt ertoe de winkels als bedoeld in de winkeltijdenwet te onderscheiden van de ambulante handel. De weergegeven definitie sluit aan op de in de winkeltijdenwet gehanteerde omschrijving in artikel 2 lid 2. Het tweede begrip dat aan de lijst is toegevoegd is het begrip evenement, waarbij rechtstreeks wordt verwezen naar de omschrijving van dit begrip in de huidige APV. Ook dit begrip heeft betrekking op het artikel van straatverkoop. Zie voor verdere informatie de toelichting bij artikel 3 van de verordening.

Artikel 2. Zon- en feestdagenregeling

De belangrijkste wijziging in de Winkeltijdenwet betreft de openstelling van winkels op zon- en feestdagen. Met name artikel 2 en 3 van de wet zijn van belang. Deze luiden als volgt:

Artikel 2

1.Het is verboden een winkel voor het publiek geopend te hebben:

a. op zondag;

b. op Nieuwjaarsdag, op Goede Vrijdag na 19 uur, op tweede Paasdag, op

Hemelvaartsdag, op tweede Pinksterdag, op 24 december na 19 uur, op eerste en tweede Kerstdag en op 4 mei na 19 uur;

c. op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur.

2.Het is voorts verboden op de in het eerste lid bedoelde dagen en tijden in de uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel, goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren.

Artikel 3

1. De gemeenteraad kan bij verordening vrijstelling verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden.

2. De gemeenteraad kan bij verordening aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid verlenen om in de gevallen, in de verordening aan te wijzen, en met

(2)

2

inachtneming van de daarin gestelde regels op daartoe strekkend verzoek ontheffing van de in het eerste lid bedoelde verboden te verlenen.

3. De vrijstellingen en ontheffingen kunnen onder beperkingen worden verleend.

Aan de vrijstellingen en ontheffingen kunnen voorschriften worden verbonden.

De wettelijke verboden, zoals neergelegd in artikel 2 van de wet, gelden derhalve onverminderd. Het nieuwe artikel 3 geeft echter de bevoegdheid aan gemeenten om van deze verboden bij verordening vrijstelling te verlenen. Gemeenten mogen voortaan zelf bepalen of en in hoeverre zij vrijstelling of ontheffing verlenen van deze verboden. De wet staat toe dat gemeenten een beleid kunnen vaststellen dat overeenstemt met de wensen en de cultuur binnen de eigen gemeente. De mogelijkheden variëren van een algehele vrijstelling tot complete handhaving van de verboden; ook alle varianten daartussenin zijn toegestaan.

In de conceptverordening is gekozen voor een algemene vrijstelling. Het artikel is gebaseerd op de modelverordening van de VNG. De algemene vrijstelling houdt in dat alle winkels – supermarkten en overige branches - op zondag geopend mogen zijn binnen de in het artikel genoemde openingstijden van 10.00 tot 20.00 uur.

Deze openingstijden zijn gebaseerd op de huidig geldende tijden op koopzondagen.

Het huidige zon- en feestdagenregeling, zoals neergelegd in de artikelen 5 en 6 van de huidige verordening – waarbij het college bevoegd was per kalenderjaar 12 koopzondagen aan te wijzen en waarbij een ontheffing kon worden verleend ten aanzien van de openstelling van levensmiddelenwinkels in de avond – komt te vervallen.

Artikel 3. Verbod op straatverkoop op zon- en feestdagen

Dit toegevoegde artikel ziet op de straatverkoop op zon- en feestdagen. De straatverkoop is in de wet neergelegd in artikel 2 lid 2, welke luidt als volgt: ‘Het is voorts verboden op de in het eerste lid bedoelde dagen en tijden in de

uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel, goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren’. In de onderhavige verordening is gekozen voor uitsluiting van de straatverkoop van de algemene vrijstelling. Daarmee moet voorkomen worden dat er op elke zon- en feestdag standplaatsen worden ingenomen. In de verordening zijn twee

uitzonderingen op deze uitsluiting opgenomen.

1. In lid 1 wordt gesproken van vigerende standplaatsvergunningen. In praktijk betreft dit één vergunning voor standplaatsinname, ten aanzien van de verkoop van loempia’s. Deze vergunning is afgegeven voor onbepaalde tijd, maar betreft slechts 9 koopzondagen per jaar. Deze koopzondagen verdwijnen met de algemene openstelling op zon- en feestdagen op grond van de conceptverordening. De OVA heeft echter aangegeven de openstelling te reguleren door voor afzonderlijke branches vast te stellen op welke zon- en feestdagen de betreffende winkels

opengaan – waarbij de supermarkten elke zondag geopend zijn – en door een aantal algemene koopzondagen vast te stellen waarop alle branches geopend zijn. De vergunning voor loempiaverkoop zal via de OVA worden afgestemd op die algemene koopzondagen. De exploitant behoudt op deze wijze haar vergunde standplaats. Wanneer de OVA mocht besluiten te stoppen met regulering, dan stopt daarmee ook de standplaatsvergunning.

2. Het tweede lid van het artikel heeft betrekking op evenementen. De uitsluiting van straatverkoop van algemene openstelling op zon- en feestdagen heeft in beginsel tot gevolg dat er ook geen straatverkoop

(3)

3

mogelijk is tijden evenementen als braderieën en andere feestelijkheden en activiteiten. Teneinde de straatverkoop onder deze omstandigheden wel mogelijk te maken, is in lid 2 van artikel 3 een uitzondering opgenomen met betrekking tot evenementen. Daarvoor is aansluiting gezocht bij de Algemene Plaatselijke Verordening 2010 en de Beleidsregels

standplaatsvergunningen.

Ter effectuering van de uitsluiting van straatverkoop op zon- en feestdagen dient er tevens een wijziging te worden aangebracht in de Beleidsregels

Standplaatsvergunningen. In lid 5 van artikel 6, dat ziet op het innemen van de standplaats, staat vermeld dat op maandag tot en met zaterdag en op

koopzondagen standplaats mag worden ingenomen gedurende de openingstijden van de winkels met een uur verlenging voor het opruimen en afsluiten. Omdat er in het geval van algemene openstelling op zondag geen sprake meer is van koopzondagen, wordt geadviseerd deze passage met betrekking tot

koopzondagen te verwijderen.

Artikel 4. Ontheffing verbod openstelling op werkdagen tussen 22.00 uur en 06.00 uur (nachtwinkels)

Dit artikel heeft betrekking op de openstelling van winkels buiten de reguliere openingstijden. Het betreft een mogelijkheid tot ontheffing door het college. In de huidige verordening bestaat deze ontheffingsmogelijkheid reeds met betrekking tot werkdagen. De gewijzigde Winkeltijdenwet maakt een dergelijke ontheffing tevens mogelijk voor zon- en feestdagen, maar dit is in verband met de uitvoerbaarheid niet wenselijk geacht. Aan het artikel is wel de passage ‘bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard’ toegevoegd: een criterium dat bij de uitvoering reeds werd toegepast.

Artikelen 5 t/m 7

Deze artikelen zijn ongewijzigd ten opzichte van de huidige verordening.

Artikel 8. Winkels op kampeer- of recreatieterrein

Deze bepaling is voor een groot deel overgenomen uit artikel 10 van de huidige verordening. De bepaling betreft de winkels op een camping. Waar artikel 10 in de huidige verordening echter uitgaat van een individuele

ontheffingsmogelijkheid, is in de conceptverordening een vrijstelling opgenomen ten aanzien van winkels op een dergelijk terrein. Deze toegestane openingstijden voor deze winkels – van 6.00 tot 22.00 uur – wijken af van de algemene

vrijstelling zoals vervat in artikel 2 van deze verordening, ten behoeve van de toeristische aantrekkingskracht. De toeristische aantrekkingskracht staat verder los van de openstelling op zondagen in het algemeen, zoals ook reeds werd vastgesteld in de toelichting bij de huidige verordening: ‘een campingwinkel op een kampeer –of recreatieterrein (…) is vanzelfsprekend ten behoeve van het toerisme. De toeristische aantrekkingskracht staat volledig los van de

winkelopenstelling op zondag. Dit behoeft geen verdere motivering’.

Artikel 9a e.v. Vervallen bepalingen uit het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

Een ongunstig gevolg van het wijzigen van de Winkeltijdenwet is dat daarmee de grondslag voor een groot deel van de bepalingen vervat in het

Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet is komen te vervallen. In dit besluit waren een aantal specifieke winkels en andere verkoop van goederen vrijgesteld van de verboden in de Winkeltijdenwet. Met de inwerkingtreding van de nieuwe

Winkeltijdenwet is de grondslag voor het Vrijstellingenbesluit komen te liggen in artikel 8 van de Winkeltijdenwet. Dit artikel is niet breed genoeg geformuleerd,

(4)

4

met als gevolg dat de artikelen 3, derde en vierde lid, 4, derde en vierde lid, en 10 tot en met 22 van het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet van rechtswege komen te vervallen. Het vervallen van deze bepalingen zou voor een deel

ondervangen kunnen worden door de algemene openstelling op grond van artikel 2 van de verordening, ware het niet dat de in dit artikel vervatte openingstijden voor een groot deel van de bepalingen niet toereikend zijn. Ter volledigheid en zorgvuldigheid zijn de vervallen bepalingen uit het Vrijstellingenbesluit daarom integraal overgenomen in de conceptverordening Winkeltijden. Deze artikelen zijn opgesteld volgens de modelverordening van de VNG.

Voor alle duidelijkheid dient te worden opgemerkt dat het in deze dus geen nieuwe vrijstellingen betreft: de bepalingen golden reeds algemeen op grond van de oude Winkeltijdenwet.

Artikel 10 t/m 12. Slotbepalingen

Deze bepalingen zijn rechtstreeks overgenomen uit de huidige verordening Winkeltijden.

Evaluatie

De wijziging van de Winkeltijdenwet heeft tot gevolg dat de bevoegdheden van de gemeenten op dit gebied sterk verruimd zijn. In de memorie van toelichting is daarom de nadruk gelegd op het belang van een zorgvuldige belangenafweging bij het vaststellen van nieuwe regelgeving. Deze belangenafweging staat niet meer als zodanig in de Winkeltijdenwet opgenomen, maar vloeit wel voort uit artikel 3:4 van de Algemene wet bestuursrecht en de beginselen van behoorlijk bestuur. Om er zeker van te zijn dat de conceptverordening Winkeltijden de in het geding zijnde belangen op de juiste wijze dient, wordt geadviseerd om de verordening eind 2014 of begin 2015 te evalueren. Deze evaluatie kan

geschieden door de OVA en de CMA te verzoeken de effecten van de gewijzigde verordening te onderzoeken. Op basis van die gegevens kan de regelgeving eventueel aangepast worden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De activiteiten van de straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur en gids vallen onder de werking van artikel 7, derde lid, Grondwet. Het begrip “openbaren van

Indien de gebruikte installaties en het gebruikte materieel onvoldoende worden opgeborgen of opgeruimd in samenwerking met de gebruikers, zullen aan deze de

Indien na een melding als bedoeld in het eerste lid blijkt dat er sprake is van een buitenlandse directe investering die valt binnen de reikwijdte van Verordening (EU) 2019/452 van

Indien de aanleg van kabels en/of leidingen (mogelijk) hinderlijke ligging teweeg zal brengen moet aan de gemeente overlegd worden wat de uitkomst is van overleg met

Een zorgaanbieder die acute zorg verleent en die ten behoeve van een in het register voor kwaliteitsregistraties opgenomen kwaliteitsregistratie gegevens verstrekt als bedoeld

De VNG heeft voor wat betreft de Model Algemene Plaatselijke Verordening(APV) aangegeven voor welke vergunningstelsels de lex silencio positivo van toepassing kan worden verklaard

In deze gebieden ziet de provincie niet alleen ontwikkelingsmogelijkheden voor de aanwezige sector maar ook voor activiteiten die gelieerd zijn aan de in het gebied

Het college is voor de controle van de rechtmatige besteding van specifieke uitkeringen bevoegd de opdracht te verlenen aan een andere dan de door de raad benoemde accountant,