Transponeringstabellen huidige bodemregelgeving naar Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet (consultatieversie)

(1)

Transponeringstabellen huidige bodemregelgeving naar Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet (consultatieversie)

Aandachtspunten voor de lezer:

- Deze tabel bevat een overzicht van de omzetting van het Besluit uniforme saneringen, het Besluit bodemkwaliteit en het Besluit gebruik meststoffen naar de AmvB’s op grond van de

Omgevingswet. Niet alle bodemregelgeving komt dus voor in onderstaande tabellen; sommige AmvB’s vervallen (al dan niet geheel of gedeeltelijk onder overgangsrecht) en sommige AmvB’s blijven bestaan en/of worden gewijzigd.

- Als service aan degenen die de consultatieversie van het Aanvullingsbesluit bodem lezen, is in onderstaande tabel getracht om de omzetting zo zorgvuldig mogelijk in kaart te brengen op basis van de artikelen in het Aanvullingsbesluit. Mocht onderstaande tabel onverhoopt onvolkomheden bevatten dan is de tekst van het Aanvullingsbesluit zelf leidend.

Besluit uniforme saneringen Huidig besluit

Besluit uniforme saneringen

onderwerp Omgevingswet en/of AMvB

“-” = wordt niet meer geregeld

Opmerkingen

Artikel 1

Bevoegd gezag definities 2.3 OW gemeente is voortaan

bevoegd gezag ipv provincie Terugsaneerwaarde definities In Besluit kwaliteit

leefomgeving Paragraaf 5.1.4.5.1

Gemeente stelt waarde vast in omgevingsplan

Isolatielaag definities Artikel 4.1234 4.1235 Besluit activiteiten leefomgeving

Wordt niet meer gedefinieerd.

Afdeklaag is een van de twee saneringsmethodes die in het Besluit activiteiten

leefomgeving wordt geregeld.

Artikel 2 Reikwijdte

Wijze van sanering

vastgelegd in dit besluit.

-

In Besluit activiteiten leefomgeving worden twee saneringsmethodes aangegeven bij bodemsanering (paragraaf 3.20 en 4.120)

Saneringen worden niet meer aangewezen

Gemeenten kunnen in omgevingsplan aangeven welke saneringsmethodes kunnen worden toegepast.

Artikel 3 Saneringsaan-

pakken bij landbodem en bij waterbodem

Voor een grondwatersanering zijn er geen algemene rijksregels opgenomen.

Graven in de waterbodem van regionale wateren wordt geregeld in de

waterschapsverordening. Het waterschap kan die regels het

(2)

beste zelf vormgeven, rekening houdend met de lokale omstandigheden.

Graven in Rijkswateren is reeds gereguleerd in

hoofdstuk 6 en 7 het Besluit activiteiten leefomgeving.

Artikel 4

Delegatie

grondslag voor Regeling uniforme saneringen regels omtrent aspecten van de sanering

Graven in de waterbodem van regionale wateren wordt geregeld in de

waterschapsverordening. Het waterschap kan die regels het beste zelf vormgeven,

rekening houdend met de lokale omstandigheden.

Graven in Rijkswateren is reeds gereguleerd in

hoofdstuk 6 en 7 het Besluit activiteiten leefomgeving.

Artikel 5 Bodemonder-

zoek Paragraaf 5.2.2.

Besluit activiteiten leefomgeving Voorafgaand bodemonderzoek

Voorafgaand

bodemonderzoek wordt aangezet bij de

milieubelastende activiteit raven en saneren (artikel 4.1216, 4.1224 en 4.1233 Bal)

Paragraaf 2 melding uniforme sanering Artikel 6

Melding sanering en verstrekken gegevens

Artikel 4.1232 Besluit activiteiten leefomgeving Bij sanering afdekken

Als het gaat om het beperken of ongedaan maken van de blootstelling aan de

verontreiniging van de bodem door middel van het afdekken of verwijderen van de

verontreiniging bestaat er een meldplicht.

Indien maatregelen (niet de Bal maatregelen) moeten worden genomen in het kader van in het omgevingsplan opgenomen waarde

toelaatbare kwaliteit bodem om een bodemgevoelig gebouw te bouwen gaat het om een vergunningaanvraag.

Dat wordt uitgewerkt in ministeriele regeling.

Artikel 6a Kennisgeving - -

Paragraaf 3

Saneringswerkzaamhed en Artikel 7

Moment van aanvang sanering na melding

Artikel 4.1232 (melding) Besluit activiteiten leefomgeving (vier weken voor

Het is verboden het beperken of ongedaan maken van de blootstelling aan de

verontreiniging van de bodem te verrichten zonder dit ten minste vier weken voor het

(3)

aanvang) In Besluit activiteiten leefomgeving worden twee saneringsmethodes aangegeven bij bodemsanering (paragraaf 3.20 en 4.120)

begin er van te melden

Artikel 8 Aanvang

saneringswerkzaa mheden

Artikel 4.1232 (melding) Besluit activiteiten leefomgeving (vier weken voor aanvang)

Lid 2 niet meer nodig

Het is verboden het beperken of ongedaan maken van de blootstelling aan de

verontreiniging van de bodem te verrichten zonder dit ten minste vier weken voor het begin er van te melden

Artikel 9

Grondslag voor:

wijze van

saneringswerkzaa mheden,

verstrekken van gegevens tijdens sanering

inzetten deskundigheid

Deskundigheid (kwaliteitsborging) artikel 4.1237 en 4.1238)

Artikel 10

Melden wijziging

van gegevens Artikel 4.1232, derde lid,( ten minste vijf dagen voordat de activiteit op een andere wijze wordt verricht wordt een melding gedaan.

Artikel 11

Melding beëindiging sanering

Artikel 5.85e (ingebruikname bij bodemgevoelige locaties op verontreinigde bodem) Besluit kwaliteit leefomgeving Artikel 4.1244 (gegevens en bescheiden:

beëindigen activiteit)

Een omgevingsplan bepaalt dat pas gebruik mag worden gemaakt van een gebouw na sanering als het college van BenW is geïnformeerd over de uitvoering van de

beschermende maatregelen.

Ten hoogste vier weken na beëindigen van de activiteit wordt aan bevoegd gezag (gemeente) gegevens en

(4)

Besluit activiteiten

leefomgeving bescheiden verstrekt over de bestemming van de grond die niet wordt teruggeplaatst, het eindresultaat van de sanering en de bijzondere

omstandigheden die zich hebben voorgedaan Paragraaf 4

evaluatieverslag en nazorg

Artikel 12.

- - -

Artikel 13

Schriftelijk verslag van sanering

Artikel 4.1244 (gegevens en bescheiden:

beëindigen activiteit) Besluit activiteiten leefomgeving

Ten hoogste vier weken na beëindigen van de activiteit wordt aan bevoegd gezag (gemeente) gegevens en bescheiden verstrekt over de bestemming van de grond die niet wordt teruggeplaatst, het eindresultaat van de sanering en de bijzondere

omstandigheden die zich hebben voorgedaan.

Deze informatie voorziet het bevoegd gezag tezamen met de melding voldoende informatie.

Wijze van informeren niet geregeld. Staat vrij.

Artikel 14

Instemming - Niet meer nodig. De

combinatie van informatie die aan het einde van de

activiteit moet worden verstrekt en dat pas gebruik mag worden gemaakt van een gebouw na sanering als het college van BenW is geïnformeerd over de uitvoering van de

beschermende maatregelen zorgt ervoor dat bevoegd gezag indien nodig kan handhaven.

(5)

Artikel 15

Nazorg Paragraaf 5.1.4.5.2 Nazorg Besluit kwaliteit leefomgeving

Een omgevingsplan regelt dat op welke manier en binnen welke termijn volgende maatregelen in stand moeten worden gehouden, en moeten worden onderhouden, of vervangen:

a. de sanering van de bodem door middel van een

afdeklaag, die heeft

plaatsgevonden op grond van het Besluit activiteiten leefomgeving, een omgevingsplan, een

omgevingsvergunning of een maatwerkvoorschrift,

b. maatregelen die de bron niet wegnemen maar de blootstellingsroute blokkeren.

Paragraaf 5 overgangs en slotbepalingen

Artikel 16 17 - - -

. - - -

(6)

Besluit bodemkwaliteit

BAL = Besluit activiteiten leefomgeving BBK = Besluit bodemkwaliteit

BKL = Besluit kwaliteit leefomgeving RBK = Regeling bodemkwaliteit Artikel Besluit

bodemkwaliteit of Regeling

bodemkwaliteit

Artikel

Omgevingswet- amvb’s of Besluit bodemkwaliteit

Onderwerp Opmerkingen (verschillen tussen oude en nieuwe regeling)

1 (bodemvreemd

materiaal) Dit begrip werd al gebruikt.

Ter verduidelijking is in art. 1 BBK (nieuw) een

omschrijving opgenomen.

1 (IBC-bouwstof) - In het BAL is geen regeling

voor IBC-bouwstoffen meer opgenomen. Het toepassen van IBC-bouwstoffen is niet meer toegestaan, behoudens in de overgangsperiode.

1 (milieuhygiënische

verklaring) 27 BBK (nieuw) 28 BBK (nieuw)

Typen

milieuverklaringen In BBK (nieuw) bevatten begripsomschrijvingen geen inhoudelijke aspecten meer.

Het begrip milieuhygiënische verklaring is vervangen door het begrip milieuverklaring.

1 (erkende

kwaliteitsverklaring, fabrikant eigen verklaring, partijkeuring)

29 BBK 30 BBK

Wie mag verklaring afgeven en wat staat er in een verklaring?

In BBK (nieuw) bevatten begripsomschrijvingen geen inhoudelijke aspecten meer.

Daarom bevatten de nieuwe begripsomschrijvingen alleen verwijzingen naar de

grondslag van de onderscheiden milieuverklaringen.

1 (toepassen van

bouwstoffen) 4.1255, lid 2, BAL 4.1256, lid 1, BAL 2.9 BAL

Onderdeel

‘oppervlaktewaterlichaam’

volgt al uit omschrijving van dat begrip in bijlage

Omgevingswet

Onderdeel ‘werk’: 4.1256, lid 1, BAL

Onderdeel ‘houden’: 4.1255, lid 2, BAL

Onderdeel ‘laten verrichten’:

2.9 BAL 1 (toepassen van

grond of baggerspecie)

4.1261, lid 2, BAL 4.1264, lid 1, BAL 2.9 BAL

Onderdeel

‘oppervlaktewaterlichaam’

volgt al uit omschrijving van dat begrip in bijlage

Omgevingswet

Onderdeel ‘functionele toepassing: 4.1264, lid 4, BAL Onderdeel ‘houden’: 4.1261, lid 2, BAL

Onderdeel ‘laten verrichten’:

2.9 BAL

(7)

1 (werk) 4.1255, lid 2, BAL 4.1256, lid 3, BAL

Onderdeel ‘verondiepen en ophogen’: 1256, lid 3, BAL 1 (achtergrondwaarde

n, beheerder, intervenstiewaarden , Isolatie, beheers- en controlemaatregelen , landbouwbedrijf, Onze Ministers, toepassen van bouwstoffen, toepassen van grond of

baggerspecie, werk,

- Deze begrippen worden niet

meer gebruikt. Daarom keren de begripsomschrijvingen niet terug.

Het begrip landbouwbedrijf wordt in het BAL gebruikt.

1 (accreditatie, baggerspecie, bouwstof, certificaat, erkenning grond, instelling,

mijnsteen, normdocument, Onze Minister, parameter, partijkeuring, persoon, Raad voor Accreditatie, vestigingsplaats, vormgegeven bouwstof, werkzaamheid,

1 BBK (nieuw) Deze begripsomschrijvingen

zijn niet gewijzigd.

1 BBK (nieuw) partij baggerspecie, partij grond, niet verontreinigde baggerspecie, verklaring op grond van een

bodemkwaliteitskaar t, verklaring op grond van een partijkeuring,

Deze begrippen zijn nieuw in het BBK en met omschrijving opgenomen in art. 1 BBK (nieuw)

.

1a n.v.t. Wettelijke grondslag

BBK De Waterwet is ingetrokken

bij inwerkingtreding van de Omgevingswet

2, leden 1-3 2.3, 2.4, 2.6 BAL Bevoegd gezag voor toepassen van bouwstoffen op de landboden (leden 1 en 2) en in een

oppervlaktewaterlichaa m (lid 3)

Bevoegd gezag is ongewijzigd Lid 2 (oud) keert niet terug.

Hierin is geregeld dat

gedeputeerde staten bevoegd gezag zijn bij toepassen op een terrein bij een inrichting waarvoor zij een

milieuvergunning hebben afgegeven. In het kader van

(8)

de Omgevingswet is niet langer de inrichting, maar de activiteit het

aangrijpingspunt. Daarom bestaat aan lid 2 geen behoefte meer.

2, lid 4 Art. 18.2b Wet

milieubeheer Minister bevoegd gezag voor handelingen met bouwstoffen

(uitgezonderd toepassen)

Art. 32 BBK (nieuw) is gebaseerd op art. 9.2.2.1 Wet milieubeheer

Voor zover in het BBK (nieuw) regels zijn gesteld over de kwaliteit van de uitvoering van een

werkzaamheid (hoofdstuk 2) is de minister ook bevoegd gezag: 18.2a, lid 3, Wet milieubeheer

3 2.3, 2.4, 2.6 BAL Bevoegd gezag voor

toepassen van bouwstoffen op de landboden (leden 1 en 2) en in een

oppervlaktewaterlichaa m (lid 3)

Bevoegd gezag is ongewijzigd.

Lid 2 (oud) keert niet terug.

Hierin is geregeld dat

gedeputeerde staten bevoegd gezag zijn bij toepassen op een terrein bij een inrichting waarvoor zij een

milieuvergunning hebben afgegeven. In het kader van de Omgevingswet is niet langer de inrichting, maar de activiteit het

aangrijpingspunt. Daarom bestaat aan lid 2 geen behoefte meer.

4, lid 1 - Coördinatie van de

handhaving door de minister

4, lid 2 2.2 Omgevingswet Coördinatie binnen

bodembeheergebied In het kader van de Omgevingswet worden hierover geen specifieke regels gesteld.

4, lid 3 4.1260 BAL juncto RBK

4.1265 BAL

Zorg voor handhaving (B en W)

4, lid 4 18.2 Omgevingswet Zorg voor handhaving (minister) van

bepalingen die zijn gericht op het in opdracht toepassen van bouwstoffen, grond of baggerspecie

De nieuwe regeling volgt de algemene regeling over de aanwijzing van het bevoegd gezag voor toezicht en handhaving. De algemene regels zijn niet gericht tot degene die de activiteit verricht, waaronder ook degene die de activiteit in opdracht verricht (aannemer) valt. In de nieuwe regeling is het bevoegd gezag niet altijd

(9)

de minister. De minister is wel bevoegd gezag voor toezicht en handhaving als het om activiteiten gaat die alleen mogen worden verricht met een erkenning op grond van het BBK (art. 18.2b Wet milieubeheer).

4, lid 5 - Normadressaat Deze bepaling is niet relevant

meer omdat dit uit de systematiek van het BAL volgt, waarin geen specifieke normadressaat is

aangewezen.

5, lid 1, a 4.1257 BAL 4.1267 BAL

Toepassen in

functionele hoeveelheid Bouwstoffen: 4.1257 BAL Grond en baggerspecie:

4.1267 BAL 5, lid 1, b 4.1256 BAL

4.1257 BAL 4.1264, lid 1, BAL 4.1267

Toepassing is nodig Functionele toepassing (bouwstoffen): 4.1256 en 4.1257 BAL

(grond en baggerspecie):

4.1265, lid 1, en 4.1267 BAL

5, lid 1, c 4.1255, lid 2, BAL 4.1264, lid 2, BAL

Nuttige toepassing van

afvalstoffen In het BAL is bepaald dat sprake is van nuttige toepassing als bouwstoffen, grond of baggerspecie overeenkomstig het BAL worden toegepast.

Bouwstoffen: 4.1255, lid 2, BAL Grond en baggerspecie:

4.1264, lid 2, BAL

5, lid 2 - Opheffing

vergunningplicht Waterwet

In hoofdstuk 3 BAL worden de vergunningplichtige gevallen uitdrukkelijk aangewezen. Daarom is een bepaling om de

vergunningplicht op te heffen niet meer nodig.

5, lid 3 Paragraaf 3.5.10

BAL Vergunningplicht bij

afwijking van BBK

6 - Ministeriële regeling

moet voldoen aan Kaderrichtlijn afvalstoffen

Omdat deze verplichting voortvloeit uit het EU-recht is deze bepaling overbodig.

7 2.10 BAL zorgplicht De zorgplicht van het BAL

geldt, net als ook de zorgplicht van 7 BBK, naast de algemene regels (die zijn opgenomen in hoofdstuk 4 BAL).

8 - Verzoek aan bevoegd

gezag om gedoogplicht voor onderzoek op te leggen

(10)

Kwaliteit van de uitvoering van een werkzaamheid

9 9 BBK Deze artikelen van het

BBK blijven ongewijzigd bestaan. Zij hebben betrekking op de kwaliteit van de uitvoering van een werkzaamheid en regelen de erkenning van personen en instellingen die een aangewezen

werkzaamheid mogen verrichten, tot die personen en

instellingen gerichte verboden en

verplichtingen en de sancties die bij overtredingen kunnen worden opgelegd.

De Omgevingswet heeft geen betrekking op deze

bepalingen, die zijn

gebaseerd op hoofdstuk 11a van de Wet milieubeheer, dat niet in de Omgevingswet opgaat.

10 10 BBK

11 11 BBK

12 12 BBK

13 13 BBK

15 15 BBK

16 16 BBK

17 17 BBK

18 18 BBK

19 19 BBK

20 20 BBK

21 21 BBK

22 22 BBK

23 23 BBK

24 24 BBK

25 25 BBK

Bouwstoffen 26, lid 1 31, lid 1, onder a,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over elementen van het begrip bouwstof

26, lid 2 31, lid 1, onder a,

26, lid 3 Bouwstof mag met 20%

grond of baggerspecie vermengd zijn

27, lid 1, onder a 3.48n BAL Hoofdstuk bouwstoffen is niet van toepassing op bouwstoffen die in een gebouw zijn toegepast.

27, lid 1, onder b Hoofdstuk bouwstoffen

is niet van toepassing op bouwstoffen die zich in tijdelijke opslag bij de douane bevinden.

27, lid 2 4.1260, lid 2, onder

d, BAL juncto RBK tijdelijk verplaatsen of uit een werk wegnemen van bouwstoffen is toegestaan

Het gaat er met name om dat hiervoor geen

milieuverklaring en

afleveringsbon verplicht zijn.

28, lid 1 32, lid 1, BBK (nieuw)

4.1259 BAL juncto RBK

4.1260 BAL juncto

Verbod op het

vervaardigen, invoeren,

‘verhandelen’ of toepassen van bouwstoffen als deze niet aan de

kwaliteitseisen voldoen

Het toepassen van

bouwstoffen is in art. 32, lid 1, BBK niet meer geregeld, omdat deze regeling nu is op genomen in het BAL.

Bouwstoffen moeten voldoen aan de kwaliteitseisen:

(11)

RBK of er geen

milieuhygiënische verklaring of

afleveringsbon bij zit.

4.1259 BAL juncto RBK (verduidelijking, volgt indirect uit 28, lid 1, a, b en c, BAL) Milieuhygiënische verklaring (28, lid 1, c): 4.1260, lid 1, a, BAL juncto RBK

Afleveringsbon (28, lid 1, d):

4.1260, lid 1, b, BAL juncto RBK

28, lid 2 Grondslag voor

bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling dat geen afleveringsbon is vereist.

28, lid 3 4.1260, lid 3, BAL milieuhygiënische verklaring en

afleveringsbon 5 jaar bewaren

28, lid 4 31, lid 1, onder e,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over het samenvoegen en splitsen van partijen van een bouwstof

28, lid 5 - Verbod op toepassen

van bouwstoffen in strijd met de regels

Dergelijke verbodsbepalingen worden voor strafrechtelijke handhaving niet meer nodig geacht.

29, lid 1 4.1260, lid 2, BAL

juncto RBK Vrijstelling van de verplichting om de kwaliteit van een toe te passen bouwstof te bepalen en een milieuhygiënische verklaring te hebben.

29, lid 2 2.10 BAL Uitzondering op lid 1, als bouwstof kennelijk niet aan de

kwaliteitseisen op grond van art. 28 lid 1 voldoet.

Dit valt nu onder de algemene zorgplicht.

30, leden 1 en 2,

31, leden 1, 2 en 3 vervallen Toepassen van IBC-

bouwstoffen Het toepassen van IBC- bouwstoffen is niet meer toegestaan, behoudens in de overgangsperiode.

32, lid 14.`163 vervallen Meldingsplicht voor het opnieuw toepassen van uitgenomen

bouwstoffen

Deze meldplicht is vervallen omdat de milieurisico’s beperkt zijn.

32, lid 2 vervallen Melding voor het

toepassen van IBC- bouwstoffen

Het toepassen van IBC- bouwstoffen is niet meer toegestaan, behoudens in de overgangsperiode.

32, leden 3 en 4 n.v.t Inhoud melding lid 1 en

lid 2 Beide meldingsplichten van

art. 32 zijn vervallen.

(12)

32, lid 5 vervallen Milieuhygiënische verklaring inzake IBC- bouwstoffen

Het toepassen van IBC- bouwstoffen is niet meer toegestaan, behoudens in de overgangsperiode.

32, lid 6 16.88, lid 2, BAL Wijze van melding 1688, lid 2, BAL bevat grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over wijze van melding

32, lid 7 Afdeling 2.2 BAL 2:3, lid 1, Algemene wet bestuursrecht

Doorzendplicht melding

voor minister Een melding moet worden gedaan aan het bevoegd gezag: afdeling 2.2 BAL.

Er is een algemene

doorzendingsverplichting als stukken voor een ander bestuursorgaan zijn bestemd:

2.3, lid 1, Algemene wet bestuursrecht

33, a en b 4.1258, lid 1, BAL Terugneembaar toepassen van bouwstoffen

33, c 4.1258, lid 2, BAL Verwijderingsverplichtin g voor bouwstoffen na beëindiging functionele toepassing

33a 3.48r, lid 1, BAL

4.1273, lid 1, BAL

Mijnsteen omvat in voormalige

mijnbouwgebieden in Limburg ook mijnsteen die tot 80% met grond of baggerspecie is vermengd

33b paragraaf 4.124 BAL Van overeenkomstige toepassing verklaring van regels over

toepassen van grond en baggerspecie en lokaal beleid

In het BBK golden specifieke bepalingen voor (vermengde) mijnsteen in de voormalige mijnbouwgebieden alleen als de betrokken gemeenten lokaal beleid voerden. De gelding van de algemene regels van paragraaf 4.124 is niet afhankelijk gesteld van lokaal beleid. De bepalingen BBK die in art. 33b van overeenkomstige toepassing zijn verklaard, zijn in

paragraaf 4.124 BAL volledig uitgeschreven.

33c 3.48r, lid 1, BAL Aanwijzing door

minister van

herkomstgebieden en toepassingsgebieden van mijnsteen

De aanwijzing vindt plaats in de Omgevingsregeling.

33d 31, lid 1, onder k,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over gebruik

(13)

milieuhygiënische verklaring bij toepassen mijnsteen

Grond en baggerspecie 34, lid 1 31, lid 1, onder a,

34, lid 2 31, lid 1, onder b,

34, lid 3 31, lid 1, onder f,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over percentage en soort bodemvreemd materiaal

35 4.1264, lid 1, BAL Opsomming van

functionele toepassingen 36, lid 1 3.48, lid 2, onder b,

BAL

3.182 en 3.183, lid 1, BAL

Verbod op toepassen van grond en

baggerspecie die gevaarlijke afvalstoffen zijn

Toepassen van gevaarlijke afvalstoffen is uitgezonderd van de regeling over het toepassen van grond en baggerspecie.

Op grond van 3.183, lid 1, BAL geldt hiervoor een vergunningplicht

Een vergelijk verbod is nu ook opgenomen voor bouwstoffen: 3.48n, lid 2, 36, lid 2 a. 4.1268, leden 2 BAL

en 4, BAL

b. 3.48, lid 2, onder a, BAL

Algemene regels over het toepassen van grond en baggerspecie gelden niet voor:

a. toepassen van grond of baggerspecie die niet voldoet aan de

interventiewaarde, tenzij toegestaan via gebiedsspecifiek toetsingskader b. toepassen van meststoffen

c. handelingen waarop het Besluit uniforme

(14)

saneringen van toepassing is 36, lid 3 4.1261, lid 3, BAL

4.1218 BAL

tijdelijk verplaatsen of uit een werk wegnemen van grond en

baggerspecie is toegestaan

37, lid 1 - Verbod op toepassen

van grond of

baggerspecie in strijd met de regels

Dergelijke verbodsbepalingen worden voor strafrechtelijke handhaving niet meer nodig geacht.

37, lid 2 31, lid 1, onder h,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over wijze waarop overschrijdingen kwaliteitseisen worden vastgesteld

38, lid 1 4.1266 BAL juncto

RBK Onderzoek kwaliteit

grond of baggerspecie door erkende persoon of instelling

.

38, lid 2 4.1265, lid 1 en lid

2, BAL Vereiste van een

milieuverklaring over toe te passen kwaliteit grond of baggerspecie Partij moet vergezeld gaan van de

milieuverklaring

.

38, lid 3 31, lid 1, onder i,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over afgeven milieuhygiënische verklaring bij toepassen grond of baggerspecie 38, lid 4

38, lid 5 31, lid 1, onder e,

BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over het samenvoegen en splitsen van partijen grond of baggerspecie 38, lid 6 4.1262, lid 3, BAL

4.1263, lid 3, BAL 4.1265, lid 1, BAL

Vrijstelling van vereiste van milieuverklaring voor toepassen door natuurlijke personen en landbouwbedrijven 39 40, lid 1 a. 1266 BAL juncto

RBK

b. 31, lid 1, onder h, BAL

a. Onderzoek kwaliteit grond of baggerspecie door erkende persoon of instelling

(15)

b. Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over wijze van vaststellen kwaliteit ontvangende bodem 40, lid 2 4.1263, lid 1, onder

d, BAL juncto RBK Vereiste van een milieuverklaring over kwaliteit ontvangende bodem

41 31, lid 1, onder c en

d, BBK (nieuw) Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over wijze van

vaststellen van kwaliteit grond, baggerspecie of ontvangende bodem

Anders dan in het BBK wordt er niet meer bij amvb een lijst meer vastgesteld van potentiële parameters waaruit in de ministeriële regeling een keuze van relevante parameters moet worden gemaakt

(vereenvoudiging).

42, lid 1 a. 4.1262, lid 1, BAL en 4.1263, lid 1, BAL juncto RBK b. 4.1262, lid 3, onder d, BAL en 4.1263, lid 2, onder d, BAL

4.1263, lid 4, BAL

a. Melding voornemen grond of baggerspecie toe te passen

b. Uitzondering voor verspreiden

baggerspecie over aangrenzende landerijen

Melding BBK vervangen door deels melding (4.1262 BAL), deels informatieverplichting (4.1263 BAL)

Melding BAL is eenmalig.

Nieuw: geen melding nodig als vergunningplicht geldt of als al eerder is gemeld: 1263, lid 4, BAL

42, lid 2 4.1262, lid 2, BAL 4.1263, lid 1, BAL juncto RBK

Inhoud melding Melding BBK vervangen door deels melding (4.1262 BAL), deels informatieverplichting (4.1263 BAL)

42, lid 3 4.1246 BAL Melding van tijdelijke opslag grond of baggerspecie

Tijdelijke opslag wordt niet meer onder toepassen van grond of baggerspecie geregeld, maar in paragraaf 4.121 (opslaan).

42, lid 4 4.1246 BAL Melding van tijdelijke opslag grond of baggerspecie

42, lid 5 16.88, lid 1, onder

c, Omgevingswet Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over inhoud melding

42, lid 6 Wijze van melding

42, lid 7 Doorzendplicht van

melding door minister aan bevoegd gezag

pm

42, lid 8 4,1262, lid 3, BAL Uitzondering op vereiste van melding voor toepassen door natuurlijke personen en

(16)

landbouwbedrijven of voor kleine hoeveelheid niet verontreinigde grond of baggerspecie 42, lid 9 4.1262, leden 1 en

2, BAL melding voor toepassen voor grotere

hoeveelheid niet verontreinigde grond of baggerspecie

Als gevolg van harmonisatie van de regeling van de melding voor alle activiteiten, moet voor deze activiteit een beperkt aantal extra

gegevens worden verstrekt.

Daar staat tegenover dat nu in beginsel met een

eenmalige melding kan worden volstaan.

42, lid 10 4.1262, leden 3,

onder c, BAL Uitzondering op vrijstelling

meldingsplicht voor toepassen grond of baggerspecie in zee

De reikwijdte van het BAL omvat niet alleen de territoriale zee, zoals het BBK, maar ook de exclusieve economische zone

42, lid 11 1260, lid 3, BAL 1265, lid 1, BAL 1265, lid 2, BAL juncto 1262, lid 3, onder d, BAL

5 jaar informatie

bewaren Bouwstoffen: 1260, lid 3, BAL Grond en baggerspecie:

1265, lid 1, BAL

Verspreiden (42, lid 11, onder b): 1265, lid 2, BAL juncto 1262, lid 3, onder d, BAL

43, lid 1 Maatwerk-

voorschrift of –regel BAL

Aanwijzen door waterbeheerder van verspreidingsvakken voor toepassen van grond of baggerspecie in oppervlaktewater 43, lid 2, 44, 45, 46 Maatwerk-

voorschrift of –regel BAL

Verbod op toepassen van grond of

baggerspecie buiten verspreidingsvak

47 Maatwerkvoorschrift

of -regel bij

ministeriële regeling in omgevingsplan (5,85h BKL) of bij waterschapsverorde ning (6.3 BKL)

Eisen aan inhoud van een besluit tot voeren van gebiedsspecifiek toetsingskader (voor landbodem)

Eisen komen deels terug (lokale normen en begrenzing beheergebied) en zijn deels (motivering) al in BAL artikelen rond maatwerk of de Awb opgenomen

48 Maatwerkvoorschrift

of -regel bij

ministeriële regeling in omgevingsplan (5,85h BKL) of bij waterschapsverorde ning (6.3 BKL)

Eisen aan inhoud van een besluit tot voeren van gebiedsspecifiek toetsingskader (voor oppervlaktewaterlicham en)

Eisen komen deels terug (lokale normen en begrenzing beheergebied) en zijn deels (motivering) al in BAL artikelen rond maatwerk of de Awb opgenomen

49 - Voorbereiding van een

besluit volgens de procedure van Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht

50 - Instellen van beroep

tegen besluiten:

(17)

rechtstreeks bij de Afdeling

bestuursrechtspraak van de Raad van State

51 - Procedurele bepaling Niet meer relevant.

52, lid 1 Maatwerkvoorschrift of maatwerkregel BAL Bij ministeriële regeling, in omgevingsplan (5,85h BKL) of bij waterschapsverorde ning (6.3 BKL)

a. Afwijkende lokale waarden voor verspreiden van baggerspecie in oppervlaktewaterlichaa m in

bodembeheergebied b. idem bodemvreemd materiaal

Pm b. nog regelen

52, lid 2 Art. 4.1268, lid 3, BAL juncto 5.85h en 6.3 BKL juncto ministeriële regeling, omgevingsplan of waterschapsverordening Art. 4.1269, lid 6, BAL juncto RBK Art. 4.1270, lid 4, BAL

Art. 4.1271, lid 2, BAL

Toepassen van grond en baggerspecie waarvoor lokale kwaliteitseisen gelden is uitsluitend

toegestaan in het bodembeheergebied waaruit de grond of baggerspecie afkomstig is.

De bepalingen van het BAL zijn uitgesplitst voor de onderscheiden functionele toepassingen.

52, lid 3 3. Indien de grond of

baggerspecie, bedoeld in het eerste lid, de kwaliteit van de bodem, waarop of waarin de grond of baggerspecie wordt toegepast, overschrijdt, kan deze grond of baggerspecie alleen worden toegepast in het bodembeheergebied waarvan deze afkomstig is.

52, lid 4 4. Het eerste tot en met

derde lid geldt niet voor:

a. het toepassen van grond of baggerspecie door natuurlijke personen anders dan in de uitoefening van beroep of bedrijf;

b. het toepassen van grond of baggerspecie binnen een landbouwbedrijf, indien de grond of baggerspecie afkomstig is van een tot dat landbouwbedrijf behorend perceel waarop een vergelijkbaar gewas wordt geteeld als op het perceel

(18)

waar de grond of baggerspecie wordt toegepast.

53 - Eens per 10 jaar

evaluatie van de lokale kwaliteitseisen

Deze bepaling wordt niet meer nodig geacht.

54 - Afstemming generiek

toepassingskader op lokaal toepassingskader

Dit vloeit voort uit de systematiek van het BAL.

Bevoegd gezag kan maatwerkvoorschriften of – regels stellen m.b.t.

generieke kader (algemene regels BAL)

55, lid 1 10.36, leden 1-3,

BKL B en W stellen

bodemfunctiekaart vast 55, lid 2 10.36, lid 4, BKL

31, lid 1, onder c en g, BBK

Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over kwaliteitseisen voor

bodemfunctieklassen

55, lid 3 - Grondslag voor

bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over eisen voor bodemfunctiekaart

Keert niet terug;

Omgevingswet bevat hiervoor geen wettelijke grondslag.

55, lid 4 4.1268, lid 1, onder

b, BAL juncto RBK Als er geen

bodemfunctiekaart is vastgesteld, mag alleen niet verontreinigde grond of baggerspecie worden toegepast.

55, lid 5 10.36, lid 1, BKL Bodemfunctiekaart betreft alleen de landbodem.

56, lid 1 4.1268, lid 1, BAL

juncto RBK Op ontvangende bodem van kwaliteitsklasse landbouw/natuur mag alleen niet

verontreinigde grond of baggerspecie worden toegepast.

56, lid 2 - Uitzondering op 56, lid

1, BBK (oud) Keert niet terug

De onderdelen a en b zijn in strijd met het stand still beginsel, dat uitgangspunt is van het beleid. Een schone bodem moet schoon blijven.

Voor personen bedoeld onder a en b, gelden alleen

vrijstellingen van onderzoeks- en

informatieverplichtingen.

(19)

Voor verspreiden van grond en baggerspecie gelden andere kwaliteitseisen (4.1271, lid 1, BAL juncto RBK).

Tijdelijke opslag (onder d) is geregeld in paragraaf 4.121 BAL.

57, lid 1 Art. 30, lid 4, BBK

(nieuw) Grondslag voor

bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over indeling van ontvangende bodem in kwaliteitsklassen en daarvoor geldende kwaliteitseisen 57, lid 2 29, lid 3, BBK

(nieuw) Bevoegd gezag kan

bodemkwaliteitskaart vaststellen

58, lid 1 29, lid 1, BBK

(nieuw) Vaststelling

kwaliteitsklasse

ontvangende bodem op grond van gegevens van erkende persoon of instelling

58, lid 2 4.1263, lid 2, BAL juncto

4.1263, lid 1, onder d, BAL juncto RBK

Vrijstelling van verplichting tot vaststelling kwaliteit ontvangende bodem voor o.a. toepassen door natuurlijke personen en landbouwbedrijven 58, lid 3 4.1248, lid 2, onder

a, BAL Vrijstelling van verplichting tot vaststelling kwaliteit ontvangende bodem voor kortdurende tijdelijke opslag grond of baggerspecie

59, lid 1 4.1268, lid 1, BAL juncto RBK juncto RBK

Kwaliteitseisen voor toepassen van grond en baggerspecie op de landbodem, gerelateerd aan bodemfunctieklasse en bodemkwaliteitsklasse 59, lid 2 4.1268, lid 1, BAL

juncto RBK juncto RBK

Kwaliteitseisen voor toepassen van grond en baggerspecie in een oppervlaktewaterlichaa m, gerelateerd aan bodemkwaliteitsklasse 59, lid 3 4.1268, lid 2, onder

b, BAL juncto RBK juncto RBK

Verbod op toepassen in een oppervlaktewaterlichaa

Onverminderd het bepaalde in het tweede lid, overschrijdt bij toepassing in een

(20)

m van grond die niet voldoet aan

kwaliteitsklasse industrie

oppervlaktewaterlichaam de kwaliteit van de grond niet de maximale waarden voor de bodemfunctieklasse industrie.

60, lid 1 4.1271, lid 1, BAL

juncto RBK Kwaliteitseisen voor verspreiden van grond en baggerspecie

60, lid 2 - Begrip aangrenzend

perceel Doordat niet meer het

criterium ‘ ‘aangrenzend perceel’ maar de vaste afstand 10 km wordt gebruikt, is deze bepaling niet meer relevant

61 - Eens per 10 jaar

evaluatie van de kwaliteitseisen

Deze bepaling wordt niet meer nodig geacht.

62 4.1269, lid 7, BAL Regeling voor

grootschalig toepassen geldt niet in de

territoriale zee en de exclusieve economische zone

63, lid 1 a. 4.1269, lid 1, onder b en c, BAL b. 4.1269, lid 2, BAL juncto RBK

c. 4.1269, lid 4, BAL

a. (naar keuze) Specifieke regels voor grootschalige toepassen b. kwaliteitseisen voor de grond of

baggerspecie c. aanbrengen van aaneengesloten leeflaag (afdeklaag)

63, lid 2 Grondslag voor

bevoegdheid tot

verlenen van vrijstelling van kwaliteitseisen voor emissies voor

toepassen van grond of baggerspecie

Dit wordt geregeld in de Regeling bodemkwaliteit op grond van art. 30, lid 5, BBK (nieuw)

63, lid 3 4.1269, lid 4, BAL Dikte van leeflaag (afdeklaag) op grootschalige toepassing

Grondslag voor bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over dikte van de afdeklaag of laag bouwstoffen op een grootschalige toepassing:

keert niet terug omdat van die bevoegdheid ten tijde van het BBK (oud) geen gebruik is gemaakt. Omgevingswet bevat hiervoor geen wettelijke grondslag.

63, lid 4 vervallen Eisen voor toepassen

van grond of

baggerspecie in leeflaag (afdeklaag)

Niet meer nodig. Het toepassen van grond of baggerspecie in leeflaag valt niet onder grootschalig toepassen. Omdat dit wel is aangewezen als functionele

(21)

toepassing gelden de regels voor het toepassen van grond en baggerspecie automatisch.

63, lid 5 a. 4.1269, lid 1, onder a en c, BAL b. 4.1269, lid 3, BAL juncto RBK

a. Dikte van laag grond of baggerspecie bij grootschalige toepassing t.b.v.

(spoor)weg b. aanbrengen van aaneengesloten laag bouwstoffen, m.u.v.

bermen en taluds 63, lid 6 4.1269, lid 3, BAL

juncto RBK Kwaliteitseisen voor toepassen van grond en baggerspecie in bermen en taluds

RBK Grondslag voor

bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over grootschalig toepassen van grond en baggerspecie ter bescherming van bodem, grondwater en oppervlaktewaterlicham en

Keert niet terug;

RBK Grondslag voor

bevoegdheid tot vaststellen van een ministeriële regeling over

beheersmaatregelen

Keert niet terug;

65, 66 Vervallen - Deze bepalingen zijn niet

langer relevant

67 t/m 74 - - Deze bepalingen van het BBK

waren al eerder vervallen.

75 vervallen Overgangsrecht voor

het aangebracht houden van bouwstoffen

76, 77, 78, 79 vervallen overgangsrecht De overgangsperiode is voorbij; bepalingen zijn niet langer relevant

80, 81 - - Deze bepalingen van het BBK

waren al eerder vervallen.

82 vervallen Evaluatie De evaluatie heeft

plaatsgevonden; bepaling is niet langer relevant

82a 82a BBK Art. 9.2.2.1 is mede

wettelijke grondslag voor BBK

Het BBK bevat nog steeds regels waarvoor deze bepaling de grondslag biedt.

84 84 BBK

(22)

Besluit gebruik meststoffen

Het Besluit gebruik meststoffen is beleidsneutraal omgezet, daarom bevat onderstaande tabel geen inhoudelijke toelichting.

Besluit gebruik

meststoffen Besluit activiteiten leefomgeving

Opmerkingen Besluit kwaliteit leefomgeving

Opmerkingen

1, aanhef, grond - 1, aanhef,

meststoffen Bijlage I 1, aanhef, bedrijf - 1, aanhef,

landbouwgrond Bijlage I 1, aanhef, fosfaat 4.1179, 3^e lid 1, aanhef, hectare -

1, aanhef,

veengrond -

1, aanhef, zand-

of lössgrond Bijlage I 1, aanhef,

kleigrond Bijlage I 1, aanhef,

zuiveringsslib Bijlage I 1, aanhef,

compost Bijlage I 1, aanhef,

herwonnen fosfaten

Bijlage I

1, aanhef, overige organische

meststoffen

Bijlage I

1, 1ê lid, a Bijlage I 1,1ê lid, b - 1,1ê lid, c Bijlage I 1,1ê lid, d Bijlage I 1, 1ê lid, e Bijlage I 1,1ê lid,f 4.1180, 3ê lid,

4.1193, 5ê lid 1, 1ê lid, g 4.1194, 1ê lid 1,1ê lid, h -

1, 1^e lid, i Bijlage I 1, 1^e lid, j Bijlage I

1, 1^e lid, k - Artikelsgewijze

toelichting

1, 1^e lid, l - Artikelsgewijze

toelichting 1, 1^e lid, m -

1, 1ê lid, n 4.1208, 1ê lid- 1, 1ê lid, o 4.1192, 2ê lid

1, 1^e lid, p - Artikelsgewijze

toelichting

1, 1^e lid, q - Artikelsgewijze

toelichting 1, 2^e lid PM

1, 3^e lid Bijlage I Omschreven als weidegronden

(23)

Besluit gebruik

Opmerkingen

1, 4^e lid -

1, 5^e lid - 1, 6^e lid -

1a, 1ê lid 3.48a, 1ê lid, 3.48b, 4.1179, 1ê lid 1a, 2ê lid 4.1181 1a, 3ê lid 4.1181

1b, 1ê lid 3.48a, 1ê lid, 3.48b, 4.1179, 1ê lid, 4.1196 1b, 2ê lid 4.1179, 1ê lid,

4.1194

1b, 3^e lid 8.75c, 8.75^e, 1e-

3^e lid

1b, 4^e lid 8.75e

1c, 1^e lid 8.75g, 1^e lid

1c, 2^e lid 8.75g, 3^e lid

1d 8.75d

2, 1ê lid 3.48a, 1ê lid, 3.48b, 4.1179, 1ê lid 2, 2ê lid 4.1193, 4ê lid 2, 3ê lid 4.1193, 1e-3ê lid 2, 4ê lid 4.1194, 1ê-3ê lid 2, 5ê lid 4.1194, 4ê lid

2a, 1^e lid 2.12 maatwerkvoorschrift

3, 1ê lid 4.1180, 1ê lid, 4.1197 3, 2ê lid 4.1180, 3ê lid 3, 3ê lid 4.1180, 2ê lid

3a 4.1182, 4.1200

3b, 1^e lid 4.1183, 4.1201 3b, 2^e lid -

4, 1ê lid 4.1184, 1ê lid, 4.1202, 1ê lid 4, 2ê lid 4.1184, 2ê lid,

4.1202, 2ê lid 4, 3ê lid 4.1185, 1ê lid,

4.1203, 1ê lid 4, 4ê lid 4.1185, 2ê lid,

4.1203, 2^e lid 4, 5^e lid PM

4, 6ê lid 4.1184, 3ê lid, 4.1185, 3ê lid, 4.1202, 3ê lid, 4.1203, 3ê lid 4a, 1ê lid 4.1186, 1ê lid 4a, 2ê lid 4.1186, 2ê lid 4a, 3ê lid 4.1186, 2ê lid 4a, 4ê lid 4.1186, 2ê lid 4a, 5ê lid 4.1186, 2ê lid

4b, 1^e lid 3.48a, 1^e lid, 3.48b,

(24)

Besluit gebruik

Opmerkingen

4.1209, 4.1210, 1ê 4b, 2ê lid lid 4.1210, 2ê lid 4b, 3ê lid 4.1210, 3ê lid 4b, 4ê lid 4.1211 4b, 5ê lid 4.1210, 5ê lid 4b, 6ê lid 4.1210, 2ê lid 4b, 7ê lid 4.1212 4b, 8ê lid 4.1212 4b, 9ê lid 4.1213 4b, 10ê lid -

5, 1ê lid 4.1192, 1ê lid, 4.1208, 1ê lid 5, 2ê lid 4.1192, 2ê lid 5, 3ê lid 4.1192, 3ê lid,

4.1208, 2^e lid

6 4.1187 8.75^e, 1^e lid

6a, 1ê lid 4.1188, 4.1204 6a, 2ê lid 4.1188, 4.1204 6b, 1ê lid 4.1189, 1ê lid,

4.1205 6b, 2ê lid 4.1189, 2ê lid 6b, 3ê lid 4.1189, 2ê lid 6b, 4ê lid -

6c 4.1189, 1^e lid

6d 4.1190, 4.1206

7 2.12 maatwerkvoorschrift

8 2.12 maatwerkvoorschrift

8a 4.1191

9 2

10 [vervallen] -

11 - Geen omzetting

nodig

12 - Geen omzetting

nodig

Bijlage I - Omzetten naar BBT-

document

Bijlage II - Artikelsgewijze

toelichting

Bijlage III - 8.75c

Uitvoerings- regeling gebruik meststoffen

Besluit activiteiten leefomgeving

opmerkingen

1 -

2 PM

3 2.12

3a 4.1185, 2^e lid

4 4.1210, 2^e lid en

bijlage VII

4a 4.1210, 3^e en 4^e lid

5 4.1191

(25)

6 -

7 -

Bijlage A PM

Bijlage B -

Bijlage C -