• No results found

ADVIES Nr 16 / 1999 van 10 mei 1999

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "ADVIES Nr 16 / 1999 van 10 mei 1999"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

AD1999- 16 - 1 / 3

ADVIES Nr 16 / 1999 van 10 mei 1999

O. Ref. : 10 / A / 1999 / 010

BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit houdende oprichting van een bestand van stadionverboden.

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, inzonderheid artikel 29;

Gelet op de adviesaanvraag van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1999;

Gelet op het verslag van dhr. B. DE SCHUTTER;

Brengt op 10 mei 1999 het volgende advies uit :

(2)

AD1999- 16 - 2 / 3

1. VOORWERP VAN DE ADVIESAANVRAAG-RETROACTEN : ---

1.1 Op 21 januari 1998 verleende de Commissie op vraag van de Ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken een advies over een voorontwerp van wet betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden (advies nr. 03/98). Op 14 mei 1998 volgde een advies op artikel 45 van hetzelfde voorontwerp in verband met de mededeling van administratieve gegevens van stadionverbod (advies nr. 16/98), daarop aansluitend een advies van het ontwerp van koninklijk besluit houdende oprichting van een bestand van administratieve sancties (advies nr. 10/99). Dit verzoek betreft een ontwerp van koninklijk besluit in uitvoering van artikel 45 van de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden.

1.2 Artikel 45 van de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden voorziet in de mededeling van de opgelegde stadionverboden (administratieve, gerechtelijke of als beveilingsmaatregel). De modaliteiten daarvan worden in het voorliggende ontwerp vastgelegd.

2. BESPREKING VAN HET ONTWERP : ---

2.1 Het ontwerp houdt de oprichting in van een gegevensbank van stadionverboden aan natuurlijke personen opgelegd en de mededeling van deze gegevens aan de overkoepelende sportbond of de organisator van een nationale of internationale voetbalwedstrijd. Meerdere redenen worden hiervoor aangehaald : het vermijden van overlappingen tussen gerechtelijke, administratieve of beveiligingsverboden; kennis van het verbod bij het bepalen van de strengheid van de sanctie; het voeren van een coherent beleid en een betere organisatie van de ticket- verkoop. Dit alles kadert uiteraard in de bestrijding van het hooliganisme.

2.2 De gegevensbank wordt opgericht bij de Algemene Directie van de Algemene Rijkspolitie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De Procureur des Konings wordt belast met het mededelen van de nodige gegevens aan deze Directie (naam, voornaam, geboortedatum en - plaats, woon- of verblijfplaats, aanduiding van de overheid die het verbod uitgesproken heeft, begin- en einddatum van het verbod en eventueel de opgelegde aanmeldingsplicht).

2.3. Volgens artikel 2, § 2 worden volgende gegevens in het bestand opgenomen :

- naam, voornaam, geboortedatum, -plaats, woon- of verblijfplaats van betrokkene;

- aard van het stadionverbod;

- overheid die het uitsprak;

- duur (begin-en einddatum);

- gebeurlijk de opgelegde aanmeldingsplicht.

De Commissie is van oordeel dat de betrokken gegevens stroken met de finaliteit van de verwerking en niet als overdadig kunnen beschouwd worden.

2.4. Artikel 2, § 3 bepaalt de personen die toegang hebben tot het bestand. Het gaat om de politieambtenaren met de hoedanigheid van officier van bestuurlijke of gerechtelijke politie, de ambtenaar bedoeld in artikel 26, eerste lid, van de wet, de Procureur des Konings, de Nationaal Magistraten en de onderzoeksrechter. De Commissie heeft hieromtrent geen bemerkingen;

2.5. Paragraaf 4 van artikel 2 voorziet in het wissen, 10 jaar na het laatste stadionverbod. Deze termijn wordt gerechtvaardigd door de noodzaak om een zicht te hebben op eventuele stadionverboden uit het verleden van de betrokken persoon, teneinde beter de gestrengheid van de voorziene maatregel te kunnen bepalen zonder daarom echter onnodig een inbreuk te maken op het privé-leven van de betrokkenen door de gegevens te lang te bewaren.

(3)

AD1999- 16 - 3 / 3

De Commissie is van oordeel dat t.o.v. de aangehaalde motieven, een bewaartijd van 10 jaar niet het gewenste evenwicht tussen beide belangen teweeg brengt. Zij pleit voor een inkorting van deze termijn tot 5 jaar.

2.6. Artikel 3 regelt de gegevensmededeling aan de overkoepelende sportbond of aan de organisator van een wedstrijd. Deze blijft beperkt tot de identiteitsgegevens (naam, voornaam, geboortedatum, -plaats, woon- of verblijfplaats) en de duur van het verbod met begin- en einddatum. De Commissie kan, gelet op het karakter van de mededeling -beperkt tot de absoluut noodzakelijke gegevens voor een efficiënte toepassing van de maatregel-, zich hiermede akkoord verklaren.

Verder zou artikel 3 moeten preciseren dat de overkoepelende sportbond of de organisator het gegeven wist op het ogenblik dat het stadionverbod een einde neemt.

Tenslotte meent de Commissie dat het (de) doeleide(n) van de mededelingen bepaald moeten worden.

OM DEZE REDENEN ,

Onder voorbehoud van de gemaakte opmerkingen sub 2.5 en 2.6, verleent de Commissie een gunstig advies bij het ontwerp van koninklijk besluit.

De secretaris, De voorzitter,

(get.) M.- H. BOULANGER (get.) P. THOMAS

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tenslotte stelt de Commissie vast dat het niet duidelijk is waarop de termen « voor de informatie die zij door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie bevoegd zijn

2.1 De Commissie verwijst naar haar advies nr 14/95 van 7 juni 1995 betreffende de toepasselijkheid van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer

De Commissie dringt er tenslotte op aan dat een duidelijke en strikte scheiding moet worden ingesteld en bewaard tussen enerzijds het Rijksregister van de natuurlijke personen

De Commissie had in haar advies nr. de steekproeftrekking te schrappen. De Commissie blijft van oordeel dat het in dat geval niet verantwoord is de verantwoordelijke voor de

Kortom, zolang het gebruik van VICLAS beperkt blijft tot een deel van de beoogde misdaad, betwijfelt de Commissie in ernstige mate dat de verzameling proportioneel is in verhouding

Aangezien bepaalde van deze gegevens een medisch karakter hebben in de zin van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de

De Commissie stelt bovendien vast dat de door het ontwerp van koninklijk besluit beoogde overheidsdiensten en openbare instellingen, ondanks hun integratie in het netwerk van de

Het ontwerp van koninklijk besluit dat de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ter advies wordt voorgelegd, beoogt de erkenning met onbepaalde duur van