Objectomschrijving buffetkast
eikenhouten latje gelijmd, dat op de hoeken is voorzien van een kwartronde vorm. Door dit latje wordt het naaldhouten raamwerk aan de buitenkant van de kast aan het oog
onttrokken. Aan de binnenkant van de onderkast is er op de voorste stijl van het
naaldhouten raamwerk een eikenhouten herlijst gelijmd, die op deze manier het naaldhout eveneens aan het oog onttrekt. De raamwerken van de zijden van de kast zijn aan de boven- en onderkant van de voor- en achterzijde door middel van regels met elkaar verbonden. Aan de achterkant van de kast zijn deze regels vervaardigd van naaldhout, aan de voorkant van eikenhout. De bovenste regel aan de voorkant van de onderkast is
voorzien van een sponning, waarin opnieuw een paneel van multiplex is gelijmd. Dit paneel vormt het blad van de onderkast en rust aan beide zijkanten en aan de achterkant op het stijl- en regelwerk waaruit de onderkast is opgebouwd. De bovenzijde van dit paneel is beplakt met eikenfineer. De achterwand van de onderkast bestaat uit een multiplex paneel, dat aan de binnenzijde van de onderkast is beplakt met eikenfineer. Het paneel is rondom in een sponning gespijkerd.
In de bovenste regel aan de voorzijde van de kast is een uittrekplankje aanwezig.
Om het plankje te bevestigen zijn er onder het blad van de onderkast twee naaldhouten regels gelijmd, die aan de voor- en achterkant verstevigd zijn door naaldhouten blokjes.
Aan de binnenkant van deze twee regels zijn groeven gemaakt, waarin het plankje naar voren en naar achteren kan worden getrokken. Het uittrekplankje bestaat uit een
eikenhouten liggend raamwerk. Op dit raamwerk is een multiplex paneel gelijmd, dat aan de bovenzijde is beplakt met eikenfineer. Aan de zijkanten en voorkant van het plankje is een eikenhouten herlijst gelijmd, die de kopse zijden van het multiplex verbergt. De voorkant van het uittrekplankje heeft een gebogen vorm.
Het interieur van de onderkast wordt door middel van een eikenhouten raamwerk in tweeën gedeeld. Het raamwerk is voorzien van een groef, waarin een multiplex paneel is geplaatst dat aan beide zijden is gefineerd met eikenhout. Aan de voorkant van de kast is er een eikenhouten herlijst op het raamwerk gelijmd, die is voorzien van een verticale holle vorm (zie afbeelding I B). Het raamwerk deelt niet alleen het interieur van de onderkast in tweeën, maar vormt eveneens de scheiding tussen de twee deuren die in de onderkast zijn geplaatst. Aan zowel de linker- als aan de rechterkant is er tegen de voorste stijl van het raamwerk een eikenhouten latje gelijmd. Wanneer de deuren van de onderkast worden gesloten, stuiten zij tegen deze twee latjes aan. De deuren kunnen hierdoor niet verder de onderkast in geduwd worden. De deuren zijn vervaardigd van een multiplex paneel dat aan beide zijden is beplakt met eikenfineer. Aan de onderkant en beide zijden van het
multiplex paneel zijn eikenhouten herlijsten gelijmd. Aan de bovenkant is het paneel voorzien van een herlijst van coromandelhout. Beide deuren zijn voorzien van twee metalen scharnieren, een metalen slot en kunststof knopjes.
Aan de binnenkant van de kast zijn er twee planken aanwezig. Om de planken op
de juiste hoogte te houden is er tegen de beide zijkanten van de kast een eikenhouten balkje
gelijmd, dat aan de voor- en achterkant is ingelaten in de stijlen van de raamwerken. In het
die tegen het middelste paneel zijn gelijmd.
Ladeblok:
Het ladeblok wordt door middel van vier schroeven op de onderkast vastgezet.
De boven- en onderkant van het ladeblok worden gevormd door twee liggende raamwerken, waarbij bij beide raamwerken de stijl aan de voorzijde van de kast is
vervaardigd van eikenhout, terwijl de rest van de raamwerken bestaat uit naaldhout. Beide raamwerken zijn, naast de regels aan de buitenzijde van de raamwerken, voorzien van een middenregel. De stijlen en regels zijn met elkaar verbonden door middel van een pen-en- gatverbinding. Tussen de twee raamwerken zijn, aan beide zijden en in het midden, stijlen van naaldhout bevestigd door middel van een enkele zwaluwstaart. Deze stijlen zijn aan de voorzijde voorzien van een extra stijl, die van eikenhout is gemaakt. De extra eikenhouten stijl in het midden van het ladeblok is voorzien van een verticale holle vorm, net als bij de onderkast (zie eveneens afbeelding I B). Aan de zijkanten en aan de bovenkant van het ladeblok zijn multiplex panelen in een sponning in de raamwerken gelijmd, waarbij de panelen aan de buitenkant van het ladeblok zijn voorzien van eikenfineer. Aan de bovenkant van de zijden van het ladeblok is een eikenhouten latje gelijmd, dat op de hoeken is voorzien van een kwartronde vorm. Deze latjes zorgen ervoor dat, net als bij de onderkast, het naaldhout van de raamwerken aan het oog onttrokken wordt.
In het midden van het ladeblok is er een naaldhouten paneel aanwezig, dat de scheiding vormt tussen de twee gedeeltes voor de laden. Het paneel rust aan de onderkant op de middenregel van het onderste raamwerk. Deze regel is aan weerszijden van het tussenpaneel schuin ingestoken, net als de twee regels aan de buitenkant van het onderste raamwerk. Deze schuin weggestoken kanten vormen de ladegeleiders voor de twee laden.
De twee laden zijn gemaakt van eikenhout, waarbij de voorkant, de achterkant en de twee zijkanten zijn verbonden door middel van zwaluwstaarten. De bodem van de lade is gemaakt van multiplex, dat aan de binnenkant van de lade is beplakt met eikenfineer. De bodem is aan de zijkanten en voorkant van de lade in een groef geplaatst, en gespijkerd tegen de onderzijde van de achterkant. Op de voorkant van de laden is een metalen handgreepje geplaatst.
Bovenkast:
De bovenkast wordt aan het ladeblok bevestigd door middel van twee metalen plaatjes die aan de achterkant worden vastgeschroefd, met behulp van twee schroeven in het ladeblok en een enkele schroef in de bovenkast.
De zijkanten van de bovenkast bestaan uit een naaldhouten raamwerk, waarbij de
stijlen met de regels zijn verbonden door middel van een enkele zwaluwstaart. De
raamwerken zijn aan de binnen- en buitenkant afgetimmerd met multiplex, dat aan de
buitenzijde is voorzien van eikenfineer. De voorkant van beide raamwerken is voorzien
van een extra stijl, die van eikenhout is gemaakt. Net als bij de onderkast en het ladeblok is
er aan de boven- en onderkant van de zijden van de bovenkast een eikenhouten latje
gelijmd, dat op de hoeken is voorzien van een kwartronde vorm en het naaldhout van de
raamwerken verbergt. Tussen de zijkanten van de kast zijn er aan de boven- en onderkant
Afbeelding I B. De voorzijde van de onderkast en het ladeblok. Hier is zichtbaar hoe de tweede stijl op de middenpanelen van zowel de onderkast als het ladeblok, vervaardigd van eikenhout, is voorzien van een verticale holle vorm. Afbeelding: auteur, 6-6-2014.
Afbeelding I C. P. Kramer. Salontafel. 1933-1936. Eikenhout. 56x56x69 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Het onderstel van de tafel bestaat uit vier eikenhouten poten met een rechthoekige vorm.
De hoeken van de poten zijn afgerond, en de poten zijn zowel in de breedte als in de dikte
verjongd. Aan de bovenkant van de poten is de buitenzijde naar binnen toe afgerond. De
onderkant van de poten is geëboniseerd. Op ongeveer 3/5 vanaf de onderkant van de tafel
Bijlage II: overzicht afbeeldingen gehele oranje gebeitste ameublement
1 Bij demontage van de salontafel bleek echter dat het blad van de tafel een kwartslag was gedraaid, waardoor de sleuven geen nut hadden: de nerf van het hout liep gelijk met de lengterichting van de sleuven, terwijl het hout zal gaan werken en uitzetten dwars op de nerf. Bij het opnieuw in elkaar zetten van de tafel is er voor gekozen om het blad op dezelfde manier te bevestigen, om geen nieuwe schroefgaten aan de
Afbeelding II A. P. Kramer. Buffetkast. 1933-1936. Eikenhout, vurenhout, coromandelhout, kunststof, metaal. 178x123x57 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II C. P. Kramer. Stoel. 1933-1936. Eikenhout, beukenhout, coromandelhout, kunstleer. 77x55x52 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. (5 maal aanwezig) Afbeelding: RCE
Afbeelding II D. P. Kramer. Fauteuil. 1933-1936. Eikenhout, bekledingsstof, wol. 94x64x89 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II E. P. Kramer. Fauteuil. 1933-1936. Eikenhout, coromandelhout, bekledingsstof. 92x62x60 cm.
Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II G. P. Kramer. Kast. 1933-1936. Eikenhout, metaal. 89.5x90x50 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II H. P. Kramer. Buffet. 1933-1936. Eikenhout, kunststof, metaal. 88.5x156x58 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II I. P. Kramer. Bijzettafel. 1933-1936. Eikenhout. 56x86.5x55 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II K. P. Kramer. Nachtkast. 1933-1936. Eikenhout, messing. 50x42x39.5 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Afbeelding II L. P. Kramer. Poef. 1933-1936. Eikenhout, triplex, bekledingsstof. 37x37x39 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Bijlage III: protocol buffetkast
Inv. Nr: AB 25457-B
ONDERZOEK NAAR ORIGINELE AFWERKLAGEN OP MEUBELEN VISUEEL LICHT en UV-LICHT
III A. P. Kramer. Buffetkast. 1933-1936. Eikenhout, vurenhout, coromandelhout, kunststof, metaal.
178x123x57 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Objectnaam: Buffetkast
Inventarisnummer: AB 25457-B Vervaardiger: P.L. Kramer Datering: 1933
Materiaal: Coromandel, eikenhout, eikenfineer, naaldhout, triplex
Schets 1:
Afbeelding III B. Schets van de buffetkast. De pijlen geven aan waar de monsters zijn afgenomen. Tevens wordt aangegeven welke analysetechnieken er bij elk monster worden toegepast. Afbeelding: auteur, 23-5- 2014
Geschiedenis van het meubel:
Algemene conditiebeschrijving van de afwerking, eerste indruk: bekijk de
meubeloppervlakte met visueel licht en uv-licht. Juist verschillen in de afwerking zijn beter zichtbaar onder uv-licht.
A) Zijn er sporen van het aanbrengen van een of meerdere afwerklagen?
- Kwastsporen, dotsporen, druipers, ophopingen van afwerking langs kanten (bvb.
onderkant sokkel, achterkant, snijwerk, etc.)
Er zijn geen kwastsporen zichtbaar waarmee de beits is aangebracht. Er is wel een druiper (hier is een kleurophoping ontstaan) aanwezig in het binnenwerk van het ladeblok. Ook is er op enkele uiteindes van planken een lichte kleurverdonkering waarneembaar.
- Hoe zien deze sporen eruit?
De kleurophoping aan het einde van de planken in de bovenkast doet vermoeden dat de beits met behulp van een kwast is aangebracht: aan het einde van een plank stopt men met de kwastende beweging, of remt met in ieder geval af, waardoor hier een ophoping van beits (en hiermee van kleurdeeltjes) ontstaat. Er zijn echter, zoals hierboven aangegeven, geen kwastsporen zelf aanwezig.
- Laten de sporen van het aanbrengen van de afwerklaag twijfelen aan de originaliteit van de laag?
Nee.
- Waar vindt je sporen van het aanbrengen van de afwerklaag?
Op het uiteinde van de planken van de bovenkast en aan de binnenzijde van het ladeblok.
Hiernaast is het duidelijk zichtbaar dat er een kleurafwerking is toegepast aan de
binnenzijde van de gleuf van het schuifplankje in de onderkast en aan de binnenzijden van de lades. Hier is namelijk zichtbaar hoe een gedeelte wel is gekleurd, terwijl een ander gedeelte het ongekleurde eikenhout toont.
Markeer de plekken die je aan de originaliteit laten twijfelen op de schetsen.
Monster 3 (dwarsdoorsnede, HPLC, SEM-EDX)
onderkant en bovenkant van het meubel. Aanvullingen kunnen van hout maar ook van een vulmiddel zoals stopwas gemaakt zijn.
Markeer deze op bovenstaande schetsen. Waar aanvullingen zijn is de waarschijnlijkheid op originele afwerking niet groot.
Er zijn geen aanvullingen zichtbaar.
C) Zijn er lijmresten?
- Waar zijn deze lijmresten te vinden?
Er zijn lijmresten aanwezig in de onderkast van het meubel, langs vrijwel het gehele frame aan de achterzijde. Dit geldt ook voor het frame aan de bovenzijde van de onderkast.
- Ogen deze origineel?
Deze ogen origineel.
- Zijn deze van een restauratie?
Het lijkt erop dat deze niet afkomstig zijn van een restauratie.
- Lijkt het op dierlijke of synthetische lijm?
Het lijkt om een dierlijke lijm te gaan. Deze conclusie is getrokken op basis van de donkere kleur van de zichtbare lijmresten en het ‘glasachtige’ uiterlijk. Beide kenmerken worden vertoond door opgedroogde oudere dierlijke lijm.
- Kan deze lijm op een aanvulling/restauratie duiden?
Vermoedelijk gaat het hier niet om aanvullingen of restauraties.
D) Zijn er retouches/ beitsresten?
- Zijn er retouches/beitsresten van een eerdere restauratie?
Er zijn geen retouches of beitsresten van een eerdere restauratie zichtbaar.
- Waar zijn de retouches/beitsresten te vinden?
N.v.t.
Markeer de retouches of beitssporen op de schetsen.
E) Is het fineer op alle vlakten van dezelfde dikte?
Het toegepaste fineer lijkt overal even dik.
Verschil in de fineerdikte kan ook van het vervaardigingproces komen, maar kan eveneens op een restauratie duiden.
- Waar op het meubel wijkt het fineer van de verwachte dikte af?
Het fineer wijkt nergens af qua verwachte dikte.
- Zijn er schuursporen zichtbaar die tot een dunner fineer hebben kunnen lijden?
Nee.
Markeer de gebieden van buitengewoon dun fineer op de schetsen van het meubel.
F) Is er verschil … van de afwerkinglagen tussen vlakten en snijwerk en/of profielen?
Er is geen snijwerk of profielwerk aanwezig op de kast.
Is er een verschil … van de afwerkinglagen tussen de vlakten onderling?
- …verschil in glans?
Er is een glansverschil tussen de buitenzijde van de kast en de achterwand van de kast. Dit
vormt een aanwijzing dat de buitenkant van de kast is voorzien van een blanke afwerklaag,
terwijl deze niet is toegepast op de achterwand. De binnenzijde van de onderkast, net als de
binnenkant van de kastdeurtjes, vertoond echter wel dezelfde glans als de buitenzijde van
- … in craquelé? Is er craquelé aanwezig?
Er is geen craquelé aanwezig.
- Zijn er andere opvallende dingen op de oppervlakte zichtbaar?
Op de gehele onderkast zijn kleine lichte vlekjes zichtbaar, net als op de binnenkant van de onderregel van de onderkast. Deze lichte verkleuringen zijn waarschijnlijk ontstaan door waterschade, die de kleurbeits (gedeeltelijk) heeft doen oplossen. Hierdoor zijn lichte vlekken ontstaan.
- Waar zou het verschil op een restauratie/ latere behandeling van de afwerking kunnen duiden?
Dit lijkt niet van toepassing te zijn.
Markeer deze plaatsen op de schets.
G) Onder uv-licht: Is er verschil in fluorescentie?
- Hoe veel verschillende fluorescenties zijn er? Noteer de kleuren van de fluorescenties:
Er lijken twee grote verschillende fluorescenties op het buffet aanwezig te zijn. De ene vorm van fluorescentie bevindt zich op de delen die, onder invloed van licht, in de loop van de tijd zijn verkleurd. De andere vorm van fluorescentie bevindt zich op de delen van het meubel die voor licht afgeschermd zijn geweest. De fluorescentie van de delen die in belicht zijn geweest is lichter van kleur dan de fluorescentie op de delen die afgedekt zijn geweest. Beide vertonen een oranje/gele kleur, maar dus in verschillende tinten (zie foto III E). Een verloop in kleur van de fluorescentie is te herkennen aan de zijden van de
onderkast. Dit verloop in kleur is eveneens zichtbaar in gewoon licht, waar de kleurbeits verloopt van een verkleurde beits aan de voorzijde van het meubel naar een meer oranje kleur aan de achterzijde, waar de beits minder is verkleurd. De kleurbeits zelf kent geen fluorescentie (zie afbeeldingen III F en III G).
Op het gehele meubel zijn lichte beschadigingen in de afwerklaag te zien, die zich in UV-licht tonen als donkere vlekjes: hier is geen afwerklaag meer aanwezig. De donkere vlekjes vertonen zich voornamelijk op de randen van het meubel, waar beschadigingen door gebruik het meest zullen voorkomen.
- Is er een volgorde in de fluorescerende lagen te herkennen? Welke laag ligt bvb.
bovenop?
Een volgorde in de fluorescerende lagen is moeilijk aan te geven. Het verschil in fluorescentie tussen de verschillende delen van het meubel is waarschijnlijk ontstaan vanuit het wel of niet afgedekt zijn geweest voor zichtbaar licht. Het is echter ook mogelijk dat bepaalde delen van het meubel, zoals het blad en de voorzijde van de deurtjes, in de loop van de tijd van een nieuwe afwerklaag zijn voorzien, zoals een was. Was is echter lastig te detecteren met behulp van UV-licht, waardoor het moeilijk is om aan te geven of een nieuwe waslaag in het verleden is aangebracht of niet.
Als er verschillende fluorescenties zijn, dan deze met een nummer aanduiden, waarbij het
hoogste nummer bij de laatst aangebrachte laag hoort. Geef op elk onderdeel aan welke
laag erop zit.
Het buffet lijkt niet te zijn gerestaureerd.
Kijk hiervoor ook naar de schetsen.
De monstername is gewenst op de plaatsen waar de grootse kans op een originele afwerklaag is. Dit is op volgende plaatsen het geval:
Monstername
Markeer de plaats van monstername middels pijlstikkers met monsternummer (1, 2, etc.) op het object en neem een foto onder vis. licht en uv-licht voor en na monstername.
BUITENKANT/ BINNENKANT MEUBEL
Monsternummer (inv.nr. + volgnummer): 1 AB25457-B#1 14-020/1 Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: kleurlaag en hout Uiterlijk onder vis. licht: oranje
Fluorescentie onder uv-licht: niet aanwezig
Precieze locatie: achterzijde linkerlade, op kopse kant zwaluwstaart (zie afbeeldingen III H en III I
Monsternummer (inv.nr. + volgnummer): 2 AB25457-B#2 14-020/2 Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag en hout Uiterlijk onder vis. licht: oranje kleur, lichte glans Fluorescentie onder uv-licht: oranje/geel
Precieze locatie: bovenzijde blad, onder ladeblok (zie afbeeldingen III J, III K en III L) Monsternummer (inv.nr. + volgnummer): 3 AB25457-B#3 14-020/3
Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag en hout
Uiterlijk onder vis. licht: vervaagde oranje, licht bruine kleur, lichte glans Fluorescentie onder uv-licht: licht oranje/geel
Precieze locatie: linkerzijde onderkast, achteraan, onderaan (zie afbeeldingen III M, III N en III O)
Foto’s (in daglicht en in UV-licht):
Afbeelding III C. Onderkast buffet. Op het blad is zichtbaar hoe het gedeelte dat normaliter wordt afgedekt door het ladeblok nog fel oranje van kleur is, net als de binnenzijde van de kast. Bij de rest van de kast is de oranje kleur echter sterk vervaagd. Foto: auteur, 17-2-2014.
Afbeelding III D. Uitrekplankje in onderkast. Detailopname van verkleuring van de oranje kleurbeits: het gedeelte van het plankje dat bij ingeschoven toestand uitsteekt is sterk verkleurd, terwijl het gedeelte dat bij ingeschoven toestand in het blad wordt opgenomen nog oranje van kleur is. Foto: auteur, 17-2-2014.
Afbeelding III E. Buffet in UV-licht. De delen van het blad die verschillend verkleurd zijn geven een andere fluorescentie. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III F. Achterzijde van één van de lades van het buffet. Op de foto is niet alleen zichtbaar hoe de kleurbeits aan de zijkanten is doorgelopen naar de achterzijde van de zwaluwstaarten, maar ook hoe er bovenaan een ‘vlek’ van de kleurbeits is achtergelaten. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III G. Dezelfde achterzijde van de lade als zichtbaar is op 2.1.1 E. De ‘vlek’ van de kleurbeits bovenaan de achterzijde van de lade toont aan dat de kleurbeits zelf geen fluorescentie kent. Foto: auteur, 24- 2-2014.
Afbeelding III H. Monster 1, aan de achterzijde van de linker lade. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III I. Detailopname monster 1. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III J. Monster 2, op de achterkant van de bovenkant van het blad. Dit gedeelte wordt normaliter afgedekt door het ladeblok. Het monster is afgenomen bij een schroefgat waarmee het ladeblok aan de onderkast bevestigd wordt. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III K. Detailopname monster 2. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III L. Monster 2 in UV-licht. Foto: auteur, 6-6-2014.
Afbeelding III M. Monster 3, onderaan de linkerzijde van het buffet. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III N. Detailopname monster 3. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding III O. Monster 3 in UV-licht. Foto: auteur, 6-6-2014.
Bijlage IV: protocol salontafel
Datum: 17-2-14 Inv. Nr: AB 25466
ONDERZOEK NAAR ORIGINELE AFWERKLAGEN OP MEUBELEN VISUEEL LICHT en UV-LICHT
Afbeelding IV A. P. Kramer. Salontafel. 1933-1936. Eikenhout. 56x56x69 cm. Depot Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, Rijswijk. Afbeelding: RCE
Objectnaam: Salontafel Inventarisnummer: AB 25466 Vervaardiger: P.L. Kramer Datering: 1933
Materiaal: eikenhout
Schets 1:
Afbeelding IV B. Schets van de salontafel. De pijlen geven aan waar de monsters zijn afgenomen. Tevens wordt aangegeven welke analysetechnieken er bij elk monster worden toegepast. Foto’s van de
monsterlocaties zijn opgenomen in bijlage IV: protocol salontafel. Afbeelding: auteur, 23-5-2014.
Geschiedenis van het meubel:
Algemene conditiebeschrijving van de afwerking, eerste indruk: bekijk de
meubeloppervlakte met visueel licht en uv-licht. Juist verschillen in de afwerking zijn beter zichtbaar onder uv-licht.
A) Zijn er sporen van het aanbrengen van een of meerdere afwerklagen?
- Kwastsporen, dotsporen, druipers, ophopingen van afwerking langs kanten (bvb.
onderkant sokkel, achterkant, snijwerk, etc.)
Er zijn geen sporen aanwezig die het aanbrengen van een kleurbeits tonen.
- Hoe zien deze sporen eruit?
N.v.t.
- Laten de sporen van het aanbrengen van de afwerklaag twijfelen aan de originaliteit van de laag?
N.v.t.
- Waar vindt je sporen van het aanbrengen van de afwerklaag?
N.v.t.
Markeer de plekken die je aan de originaliteit laten twijfelen op de schetsen.
B) Zijn er aanvullingen?
- Waar zijn de aanvullingen te vinden? Kijk goed op alle (!) afgewerkte oppervlakten!
Op de voorkant, op de rechterzijde en linkerzijde, op het blad of op het achterschot,
Monster 1 (dwarsdoorsnede, HPLC, SEM-EDX)
Monster 4 (dwarsdoorsnede, HPLC, SEM-EDX)
Monster 3 (dwarsdoorsnede, HPLC, SEM-EDX)
Monster 2
(dwarsdoorsnede, HPLC, GCMS, SEM-EDX)
op originele afwerking niet groot.
Er zijn geen aanvullingen zichtbaar.
C) Zijn er lijmresten?
- Waar zijn deze lijmresten te vinden?
Er zijn in lichte mate lijmresten aanwezig bij de houtverbindingen van het onderstel van de tafel. Hiernaast lijken er lijmresten in het onderblad te zijn weggepoetst. Dit wegpoetsen van de lijm heeft er echter toe geleid dat de kleurbeits op de onderzijde van het tafelblad op deze plaatsen is verwijderd. Dit leidt tot de conclusie dat het wegpoetsen van de lijm pas heeft plaatsgevonden nadat de kleuring op het meubel is aangebracht.
- Ogen deze origineel?
De lijmresten in het onderstel ogen origineel. De weggepoetste lijm tussen de naden in het tafelblad lijkt echter niet origineel te zijn, aangezien de kleuring hiermee is verwijderd. Dit geeft aan dat het meubel gekleurd is voordat de lijmnaden (opnieuw) zijn gelijmd.
- Zijn deze van een restauratie?
Het lijkt erop dat de lijmresten in het onderstel niet afkomstig zijn van een restauratie, maar de verwijderde lijmresten in het tafelblad kunnen wel van een restauratie afkomstig zijn. Dit verklaard waarom de kleurbeits ‘eerder’ aanwezig was dan het lijmen van het blad (bij het aanhouden van een normale werkvolgorde in de praktijk zal een blad eerst worden verlijmd en vervolgens worden gekleurd).
- Lijkt het op dierlijke of synthetische lijm?
Het lijkt om een dierlijke lijm te gaan. Deze conclusie is getrokken op basis van de donkere kleur van de zichtbare lijmresten en het ‘glasachtige’ uiterlijk. Beide kenmerken worden vertoond door opgedroogde oudere dierlijke lijm.
- Kan deze lijm op een aanvulling/restauratie duiden?
Vermoedelijk gaat het hier niet om aanvullingen of restauraties.
D) Zijn er retouches/ beitsresten?
- Zijn er retouches/beitsresten van een eerdere restauratie?
Er zijn geen retouches of beitsresten van een eerdere restauratie zichtbaar.
- Waar zijn de retouches/beitsresten te vinden?
N.v.t.
Markeer de retouches of beitssporen op de schetsen.
E) Is het fineer op alle vlakten van dezelfde dikte?
Er is geen gebruik gemaakt van fineer in de tafel.
Verschil in de fineerdikte kan ook van het vervaardigingproces komen, maar kan eveneens op een restauratie duiden.
- Waar op het meubel wijkt het fineer van de verwachte dikte af?
N.v.t.
- Zijn er schuursporen zichtbaar die tot een dunner fineer hebben kunnen lijden?
Hoewel er geen fineer op de tafel aanwezig is, kunnen er wel schuursporen gevonden worden. Deze bevinden zich rondom aan de rand op de bovenzijde van het bovenblad. Het schuren van de bovenzijde van dit blad lijkt ertoe geleid te hebben dat de rand van het tafelblad nu iets afloopt (zie afbeelding IV C).
Markeer de gebieden van buitengewoon dun fineer op de schetsen van het meubel.
het bovenblad is lichtbruin, maar op de plaatsen waar normaliter het onderstel tegen de onderzijde aan is gemonteerd is, wanneer het onderstel losgeschroefd wordt, een
geelgekleurde afdruk zichtbaar (afbeelding IV F). De onderzijde van het onderblad is zeer vlekkerig. Ook zijn er verschillende rechthoeken zichtbaar met verschillende kleurtinten, waaronder een oranje tint en meer bruine kleuren.
- … in de soort poriënvuller?
Er lijkt geen gebruik te zijn gemaakt van een poriënvuller.
- … in craquelé? Is er craquelé aanwezig?
Er is geen craquelé aanwezig.
- Zijn er andere opvallende dingen op de oppervlakte zichtbaar?
Op de onderkant van zowel het bovenblad als het onderblad is een groot donkerbruin vlekkenpatroon zichtbaar. Hoewel dit de enige aantasting is van de onderzijde van het bovenblad, vertoond de onderzijde van het onderblad veel meer aantastingen en vlekken.
De bovenzijde van beide bladen zijn echter, in tegenstelling tot wat men aangaande gebruik van het meubel zou verwachten, vrij egaal en vertonen nauwelijks vlekken of aantastingen.
- Waar zou het verschil op een restauratie/ latere behandeling van de afwerking kunnen duiden?
Dit lijkt niet van toepassing te zijn.
Markeer deze plaatsen op de schets.
G) Onder uv-licht: Is er verschil in fluorescentie?
- Hoe veel verschillende fluorescenties zijn er? Noteer de kleuren van de fluorescenties:
Op het onderstel is er, net als op de rand van het bovenste tafelblad, een heldere fluorescentie zichtbaar (geel/oranje). Deze is niet aanwezig op de onderzijde van de tafelbladen, behalve aan de uiterste randen. Het lijkt hierbij echter te gaan om een
transparante afwerklaag die op de rand van het blad is aangebracht, niet op de onderkant, maar bij het aanbrengen iets over de rand van de onderzijde is ‘gelekt’ en hierdoor aan het randje fluorescentie veroorzaakt (afbeelding IV G). Hiernaast is de kleur van de
fluorescentie van de bovenzijde van het bovenblad anders van kleur en zeer vlekkerig (afbeelding IV H). Dit is in tegenstellig tot de rest van de tafel, waar de fluorescentie veel egaler is.
Op het gehele meubel zijn, net als bij het buffet, lichte beschadigingen in de afwerklaag te zien. Deze tonen zich in UV-licht als donkere vlekjes: hier is geen
afwerklaag meer aanwezig en kan dus niets fluoresceren. De donkere vlekjes vertonen zich voornamelijk op de randen van het blad, waar beschadigingen door gebruik het meest zullen voorkomen.
- Is er een volgorde in de fluorescerende lagen te herkennen? Welke laag ligt bvb.
bovenop?
Het is moeilijk om een volgorde aan te brengen in de verschillende fluorescentie. Het
onderstel fluoresceert gelijkmatig, net zoals de bovenkant van het onderblad. De bovenkant
hoogste nummer bij de laatst aangebrachte laag hoort. Geef op elk onderdeel aan welke laag erop zit.
Conclusie
a) De afwerking is zeker vernieuwd/gerestaureerd op volgende onderdelen:
Een mogelijke verklaring voor het verschil in kleur (zowel in zichtbaar licht als in UV- licht) is dat het gehele meubel is voorzien van een vernis, maar dat de bovenzijde van het bovenblad is geschuurd, opnieuw is gekleurd en van een nieuwe afwerklaag is voorzien.
Ook zou dit een verklaring kunnen zijn voor de onregelmatige fluorescentie op de
bovenzijde van het bovenblad, terwijl de fluorescentie op de rest van het meubel egaal van structuur is (afbeelding IV I).
Kijk hiervoor ook naar de schetsen.
De monstername is gewenst op de plaatsen waar de grootse kans op een originele afwerklaag is. Dit is op volgende plaatsen het geval:
Monstername
Markeer de plaats van monstername middels pijlstikkers met monsternummer (1, 2, etc.) op het object en neem een foto onder vis. licht en uv-licht voor en na monstername.
BUITENKANT/ BINNENKANT MEUBEL
Monsternummer (inv.nr. + volgnummer): 1 AB25466#1 14-020/4 Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag, hout Uiterlijk onder vis. licht: oranje, lichte glans Fluorescentie onder uv-licht: geel/oranje
Precieze locatie: bovenzijde regel van onderstel (zie afbeeldingen IV J, IV K en IV L) Monsternummer (inv.nr. + volgnummer):2 AB25466#2 14-020/5
Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag, hout Uiterlijk onder vis. licht: zwart, glanzend Fluorescentie onder uv-licht: geel/oranje
Precieze locatie: onderzijde poot onderstel (zie afbeeldingen IV M, IV N en IV O) Monsternummer (inv.nr. + volgnummer): 3 AB25466#3 14-020/6 Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag, hout Uiterlijk onder vis. licht: geel, lichte glans Fluorescentie onder uv-licht: afwezig
Precieze locatie: onderzijde bovenblad, normaliter afgedekt door onderstel (zie afbeeldingen IV P, IV Q en IV R)
Monsternummer (inv.nr. + volgnummer):4 AB25466#4 14-020/7 Datum monstername: 20-3-2014
Soort monster: afwerklaag, kleurlaag, hout Uiterlijk onder vis. licht: oranje, lichte glans Fluorescentie onder uv-licht: geel/oranje
Precieze locatie: aan de rand van de bovenzijde van het bovenblad (zie afbeeldingen IV S,
IV T en IV U)
Afbeelding IV C. Aan de randen van het bovenblad zijn er op de bovenzijde schuursporen zichtbaar
(aangegeven met blauwe pijl), die zich soms haaks op de nerfrichting van het hout bevinden (zoals zichtbaar in deze afbeelding). Foto: auteur, 6-6-2014.
Afbeelding IV D. De bovenzijde van het bovenblad. Hier is zichtbaar hoe de kleur van deze zijde afwijkt van de rest van de tafel: de bovenzijde heeft een meer oranje kleur, terwijl de rest van het meubel meer geel van kleur is. Foto: auteur, 17-2-2014. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV E. Het onderstel van de tafel, waarbij een gele kleur zichtbaar is. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV F. De onderzijde van het bovenblad. Bij het loshalen van het onderstel wordt zichtbaar hoe geel het afgedekte hout is. Foto: auteur, 24-2-2014.
fluorescentie kent. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV H. De bovenzijde van het bovenblad. De foto laat zien hoe de fluorescentie van deze zijde van het blad zeer vlekkerig is, terwijl de fluorescentie van de rest van de tafel egaal is. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV I. UV-opname van het onderstel van de tafel. De fluorescentie is op dit gedeelte van het meubel egaal en niet streperig of vlekkerig, zoals het geval is bij de bovenzijde van het bovenblad. Foto:
auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV J. Monster 1, op de bovenzijde van een regel van het onderstel. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV K. Detailopname monster 1. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV M. Onderstel van de tafel, met op de linker achterpoot monster 2. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV N. Detailfoto van monster 2. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV O. Monster 2 in UV-licht. Foto: auteur, 6-6-2014.
Afbeelding IV P. Onderzijde bovenblad. Aan de linkerzijde is monster 3 afgenomen, aan de rand van een schroefgat waarmee het bovenblad op het onderstel wordt bevestigd. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV Q. Detailopname monster 3. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV S. Monster 4, aan de rand van de bovenzijde van het blad. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV T. Detailopname monster 4. Foto: auteur, 24-2-2014.
Afbeelding IV U. Monster 4 in UV-licht. Foto: auteur, 6-6-2014.
Monsterformulier monster 1, AB25457-B#1, 14-020/1 Object: buffetkast
Inventarisnummer: AB25466 Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 1, AB25457-B#1, 14- 020/1
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Achterzijde linker lade (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage II: protocol buffetkast)
Beschrijving monsterlocatie: Onafgewerkte kopse zijde zwaluwstaarten Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, oranje kleurlaag. Geen
afwerking.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties
laag: Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Oranje
kleurlaag.
Lichte oranje fluorescentie
Geen
pigmentdelen zichtbaar.
Dunne laag, vrij egaal over gehele oppervlakte
Kleurlaag
opgebouwd uit
kleurstoffen
tartrazine en
orange GG.
Afbeelding V A. Monster 1, AB25457-B#1, 14-020/1. Achterzijde linkerlade. Gepolariseerd licht.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V B. Monster 1, AB25457-B#1, 14-020/1. Achterzijde linkerlade. UV-licht. Vergroting: 400x.
Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V C. Monster 1, AB25457-B#1, 14-020/1. Achterzijde linkerlade. Opname SEM-EDX.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Inventarisnummer: AB25457-B Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 2, AB25457-B#2, 14- 020/2
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Bovenblad onderkast (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage II: protocol buffetkast)
Beschrijving monsterlocatie: Niet verkleurde gedeelte bovenblad, onder ladeblok
Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, oranje kleurafwerking, dunne
waslaag.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Oranje/rode
kleurlaag.
Lichte oranje fluorescentie.
Geen
pigmentdelen zichtbaar.
Linker gedeelte van
dwarsdoorsnede lijkt meer rood van kleur, terwijl rechter
Kleurlaag
opgebouwd uit
kleurstoffen
tartrazine en
orange GG.
Afbeelding V D. Monster 2, AB25457-B#2, 14-020/2. Bovenzijde blad. Gepolariseerd licht. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V E. Monster 2, AB25457-B#2, 14-020/2. Bovenzijde blad. UV-licht. Vergroting: 400x. Foto: M.
de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V F. Monster 2, AB25457-B#2, 14-020/2. Bovenzijde blad. Opname SEM-EDX. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Object: buffetkast
Inventarisnummer: AB25457-B Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 3, AB25457-B#3, 14- 020/3
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Linkerzijde onderkast (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage II: protocol buffetkast)
Beschrijving monsterlocatie: Achteraan onderzijde linkerzijkant onderkast
Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, oranje kleurlaag, dikke
waslaag.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Oranje
kleurlaag
Geen
pigmentdelen zichtbaar. Laag lijkt naast oranje, ook witte en gele componenten te
Kleurlaag
opgebouwd uit
kleurstoffen
tartrazine en
orange GG.
Afbeelding V G. Monster 3, AB25457-B#3, 14-020/3. Linker zijkant onderkast. Gepolariseerd licht.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V H. Monster 3, AB25457-B#3, 14-020/3. Linker zijkant onderkast. Opname SEM-EDX.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Object: salontafel
Inventarisnummer: AB25466 Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 1, AB25466#1, 14- 020/4
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Bovenkant onderstel (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage III: protocol salontafel)
Beschrijving monsterlocatie: Bovenzijde regel onderstel
Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, gele kleurlaag, dunne
afwerklaag.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Witte laag.
Geen
fluorescentie bij UV-licht.
Geen
pigmentkorrels zichtbaar. Egale laag. Geen tot weinig kleur in te herkennen.
Kleurlaag opgebouwd uit methanil geel.
3 - In zowel het
gepolariseerde
- -
Afbeelding V I. Monster 1, AB25466#1, 14-020/4. Bovenzijde onderstel salontafel. Gepolariseerd licht.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V J. Monster 1, AB25466#1, 14-020/4. Bovenzijde onderstel salontafel. UV-licht. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V K. Monster 1, AB25466#1, 14-020/4. Bovenzijde onderstel salontafel. Opname SEM-EDX.
Vergroting: 400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Object: salontafel
Inventarisnummer: AB25466 Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 2, AB25466#2, 14- 020/5
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Onderzijde tafelpoot (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage III: protocol salontafel)
Beschrijving monsterlocatie: Zwart gekleurde onderzijde (plint) tafelpoot
Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, dikke zwarte kleurlaag, dunne
afwerklaag.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Zwarte
kleurlaag
Geen
pigmentkorrels zichtbaar.
3 - Doorzichtige
afwerklaag.
Oranje
fluorescentie in
- Schellak,
drogende olie,
bijenwas en
huidvet.
Afbeelding V L. Monster 2, AB25466#2, 14-020/5. Onderzijde tafelpoot. Gepolariseerd licht. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V M. Monster 2, AB25466#2, 14-020/5. Onderzijde tafelpoot. UV-licht. Vergroting: 400x. Foto:
M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V N. Monster 2, AB25466#2, 14-020/5. Onderzijde tafelpoot. Opname SEM-EDX. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Object: salontafel
Inventarisnummer: AB25466 Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 3, AB25466#3, 14- 020/6
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Onderzijde bovenblad (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage III: protocol salontafel)
Beschrijving monsterlocatie: Geel gekleurd kruis aan onderzijde bovenblad
Reden voor monstername: Controleren laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, gele kleurlaag, geen afwerking.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Oranje/witte
kleurlaag. De oranje delen vertonen lichte oranje
fluorescentie.
Geen
pigmentkorrels zichtbaar. Delen van de
kleurlaag lijken wit, terwijl andere delen meer oranje
Kleurlaag
opgebouwd uit
methanil geel.
Afbeelding V O. Monster 3, AB25466#3, 14-020/6. Onderzijde bovenblad. Gepolariseerd licht. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V P. Monster 3, AB25466#3, 14-020/6. Onderzijde bovenblad. UV-licht. Vergroting: 400x. Foto:
M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V Q. Monster 3, AB25466#3, 14-020/6. Onderzijde bovenblad. Opname SEM-EDX. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Object: salontafel
Inventarisnummer: AB25466 Datering: 1933-1936
Standplaats: depot RCE, Rijswijk Monsternummer: 4, AB25466#4, 14- 020/7
In bezit van: Universiteit van Amsterdam, master Conservering en Restauratie, specialisatie Hout en Meubel
Datum monstername: 20-3-2014 Monster genomen door: J. Groeneveld Monster geanalyseerd door: M. de Keijzer, L. Megens en J. Groeneveld Type monster: dwarsdoorsnede
Gebruikte analyses: lichtmicroscopie, SEM-EDX
Locatie: Bovenzijde bovenblad (voor afbeeldingen
monsterlocatie, zie Bijlage III: protocol salontafel)
Beschrijving monsterlocatie: Aan de rand van de bovenzijde van het bovenblad
Reden voor monstername: Onderzoeken laagopbouw kleurafwerking Verwachte laagopbouw: Eikenhout, oranje kleurlaag, dunne
afwerklaag.
Methode monstername: scalpel
Ingebed in: Poly-pol PS 230 giethars met 1%
methylethylketonperoxide als harder Opmerkingen tijdens inbedden: Niet van toepassing
Geslepen met: Schuurpapier nat begonnen met 320 tot
4000. Geen Micromesh gebruikt.
Laag nummer: Dikte laag (μ): Beschrijving laag:
(daglicht en UV-licht)
Specificaties laag:
Identificatie:
(evt. met resultaten analyses)
1 - Massief
eikenhout, geen fluorescentie in UV-licht.
- Eikenhout
2 - Oranje/witte
kleurlaag. De oranje delen vertonen een lichte oranje fluorescentie.
Geen
pigmentkorrels zichtbaar. Laag lijkt te zijn opgebouwd uit witten en oranje deeltjes.
Kleurlaag
opgebouwd uit
Orange GG.
Afbeelding V R. Monster 4, AB25466#4, 14-020/7. Bovenzijde bovenblad. Gepolariseerd licht. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V S. Monster 4, AB25466#4, 14-020/7. Bovenzijde bovenblad. UV-licht. Vergroting: 400x. Foto:
M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.
Afbeelding V T. Monster 4, AB25466#4, 14-020/7. Bovenzijde bovenblad. Opname SEM-EDX. Vergroting:
400x. Foto: M. de Keijzer, RCE, 31-3-2014.