Vraag nr. 232
van 15 september 1998
van mevrouw CECILE VERWIMP-SILLIS WHO-onderhandelingen – Millenniumronde Momenteel worden nieuwe WHO-onderhandelin-gen (Wereldhandelsorganisatie) voorbereid. Tussen de verschillende betrokkenen is er nog onenigheid over de agenda van deze nieuwe onderhandelin-gen. Binnen de Europese Commissie is men voor-stander van een grote "millenniumronde", waarin de zogenaamde built-in-agenda wordt aangepast om te komen tot een samengevoegd onderhande-lingspakket over diensten, intellectuele eigendom, landbouw, handelsgebonden investeringen, compe-titiebeleid, overheidscontracten, ...
Heel wat ontwikkelingslanden verzetten zich met klem tegen een dergelijke nieuwe millenniumron-de en vragen dat millenniumron-de geïndustrialiseermillenniumron-de lanmillenniumron-den eerst hun aangegane engagementen nakomen, onder meer op het vlak van textiel en landbouw. Vanuit andere hoek wordt gesteld dat nieuwe grote onderhandelingen pas kunnen starten als er struc-turele aanpassingen komen in de manier waarop de WHO werkt.
Heeft de Vlaamse regering terzake reeds een standpunt bepaald ?
1. Zo ja, is de Vlaamse regering voorstander van een millenniumronde ?
2. Welke onderwerpen moeten dan aan bod komen in nieuwe onderhandelingen ?
3. Is de Vlaamse regering van oordeel dat de ont-wikkelingslanden voldoende hebben kunnen profiteren van de beloofde positieve effecten van de Uruguay-ronde ?
4. Is de Vlaamse regering het eens met de kritiek van veel van die landen dat eerst de afspraken op het vlak van textiel en landbouw moeten worden nagekomen, vooraleer nieuwe onder-handelingen met een bredere agenda kunnen worden gestart ?
5. Is de Vlaamse regering van oordeel dat er eerst een aanpassing moet komen van de werking van de WHO (onder meer op het vlak van de inte-gratie van de sociale en ecologische principes en de werking van de dispute panels), vooraleer een mogelijke millenniumronde van start kan gaan ?
6. Hoe betrekt de Vlaamse regering het Vlaams
Parlement op een actieve manier bij de voorbe-reiding van de nieuwe WHO-onderhandelin-gen ?
Aanvullend antwoord
1. De Vlaamse regering heeft inzake een nieuwe ronde van onderhandelingen in de schoot van de WHO nog geen standpunt ingenomen. 2. Het is nog te vroeg om de thema's te preciseren
die het voorwerp zouden kunnen uitmaken van komende onderhandelingen.
3. De ontwikkelingslanden, en meer in het bijzon-der de minst ontwikkelde landen, hebben onvol-doende geprofiteerd van de positieve effecten van de Uruguay-ronde. Bijkomende inspannin-gen zijn nodig om hen toe te laten voordeel te halen uit de handelsliberalisering en de daaruit voortvloeiende economische groei. De Europe-se Unie heeft terzake het goede voorbeeld ge-geven.
4. De kritiek waarvan sprake is in de vraag, komt vooral uit de hoek van textielproducerende ont-wikkelingslanden zoals Indië en Pakistan. Meer algemeen komt die kritiek hierop neer dat nieu-we nieu-werkzaamheden pas mogen worden aange-vat wanneer de toepassing van de Uruguay-ronde volledig is "verteerd". Deze stelling wordt gedeeld door vele ontwikkelingslanden. Ter informatie weze vermeld dat de EU zowel de overeenkomst inzake de landbouw als inzake de textielovereenkomst heeft toegepast, en dat ze een genereus aanbod heeft gedaan tijdens de eerste fase van de herintegratie van de textiel-sector in de GATT (General Agreement on Ta-riffs and Trade).
De EU deelt de meningen van Indië en Pakis-tan niet. Voor haar zullen tegen het jaar 2000 de voorwaarden zijn vervuld voor het voeren van globale onderhandelingen, waarin de Europese belangen aan bod zullen komen en alle lidstaten van de WHO hun voordeel zullen vinden. 5. De vraag in verband met de mogelijke wijziging
terza-ke naar mijn aanvullend antwoord op de schrif-telijke vraag nr. 229 van 15 september 1998 van de Vlaamse volksvertegenwoordiger inzake de democratische controle (zie : blz. 1033 – red.). 6. In het raam van haar bevoegdheden zal de
Vlaamse regering, in geval van nieuwe onder-handelingen, de voorbereiding ervan nauwgezet opvolgen en het Vlaams Parlement hierover desgewenst informeren.