• No results found

Belangrijke feiten en cijfers

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Belangrijke feiten en cijfers"

Copied!
29
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Belangrijke feiten en cijfers

over de Europese Unie

Europese Unie

Belangrijke feiten en cijfers

over de Europese Unie

De Europese Unie (EU) omvat een groot deel van het werelddeel Europa. In 2004 stijgt het aantal lidstaten van 15 naar 25. Wanneer in 2007 nog twee landen toetreden, zal de EU een bevolking van bijna een half miljard heb- ben.

De Europese Unie streeft ernaar een eerlijke en zorgzame samenleving te zijn. Alle EU-landen zetten zich in voor vrede, democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten en ze werken samen om deze waarden te verspreiden in de wereld in het algemeen.

De EU creëert nieuwe werkgelegenheid en betere banen en zorgt dat haar burgers nieuwe vaardigheden leren om zo haar concurrentievermogen en haar welvaart te ver- groten. In samenwerking met haar naaste buren spant de EU zich in om ook buiten haar grenzen welvaart en democratische vooruitgang te bevorderen.

In deze brochure staan veel basisfeiten over de Europese Unie en worden actuele cijfers gegeven aan de hand van duidelijke en aansprekende grafieken en illustraties.

NL

NA-56-03-772-NL-C

(2)

Deze publicatie wordt uitgegeven in alle officiële talen van de Europese Unie: Deens, Duits, Engels, Fins, Frans, Grieks, Italiaans, Nederlands, Portugees, Spaans en Zweeds alsook in het Ests, Hongaars, Lets, Litouws, Maltees, Pools, Sloveens, Slowaaks en Tsjechisch.

Deze brochure en andere korte, duidelijke informatie over de EU vindt u op de website: europa.eu.int/comm/publications/

Europese Commissie

Directoraat-generaal Pers en communicatie B-1049 Brussel

Manuscript voltooid in februari 2004 Omslag, illustraties en lay-out: Zack/ASCii

Bibliografische data bevinden zich aan het einde van deze publicatie.

Luxemburg: Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen, 2004 ISBN 92-894-6727-4

Catalogusnr.: NA-56-03-772-NL-C

© Europese Gemeenschappen, 2004 Overneming is toegestaan.

Printed in Germany

GEDRUKT OP CHLOORVRIJ GEBLEEKT PAPIER

(3)

Belangrijke feiten en cijfers

over de Europese Unie

(4)

INHOUDSOPGAVE

Verklaring . . . 3

Inleiding . . . 4

De Europese Unie — Een werk in uitvoering . . . 5

Omvang en bevolking . . . 7

Hoe groot is de EU? Wie wonen er in de EU? De EU in vergelijking met de rest van de wereld Europa vergrijst Levensstandaard . . . 22

Hoe welvarend zijn Europeanen? Luxeartikelen of onmisbare gebruiksvoorwerpen? Een eerlijke en zorgzame samenleving Onderwijs en onderzoek . . . 28

Steeds meer Europeanen studeren Jonge Europeanen zijn steeds beter opgeleid Beter onderwijs betekent meer kans op een baan Onderzoek — Van groot belang voor de toekomst Werken in de Europese Unie . . . 35

Hoeveel mensen in de EU hebben een baan? Wat voor werk doen mensen? Gelijke kansen voor iedereen? Regionale verschillen Handel en economie . . . 42

Hoeveel produceert de EU? De strijd tegen de inflatie De EU: een belangrijke handelsmacht Vervoer, energie en milieu . . . 50

Te land, ter zee en in de lucht Energie voor iedereen Milieubescherming Samen leven in Europa . . . 62

Een woordje over de grens Samen werken Samen studeren Het Europa-gevoel Nieuwe lidstaten en kandidaat-lidstaten . . . 68

Hoe groot zijn ze? Hoeveel mensen wonen er? Economische vooruitgang Mensen aan het werk Onderwijs De informatiemaatschappij: een grote inhaalslag Vertrouwen in de toekomst Conclusie . . . 79

(5)

CA CN IN JP US B

DK D EL E F IRL I L NL A P FIN S UK

BG CY CZ EE HU LV LT MT PL RO SK SI TR

België Bulgarije

Verenigde Staten Canada China India Japan Cyprus

Tsjechië Estland Hongarije Letland Litouwen Malta Polen Roemenië Slowakije Slovenië Turkije

De 15 lidstaten van de EU vóór de uitbreiding in 2004 Denemarken

Duitsland Griekenland Spanje Frankrijk Ierland Italië Luxemburg Nederland Oostenrijk Portugal Finland Zweden

Verenigd Koninkrijk

EU-15

AÁores

Madeira

Guadeloupe

Martinique

Reunion Guyane Canarias

Verklaring

3

(6)

Inleiding

De Europese Unie (EU) beslaat een groot deel van het werelddeel Europa, van de noordpoolcirkel tot de Middellandse Zee en van de Atlantische Oceaan tot de Egeïsche Zee.

Hoewel ze onderling heel verschillend zijn, zetten de landen waaruit de EU bestaat (de „lidstaten“) zich allemaal in voor dezelfde funda- mentele waarden: vrede, democratie, de rechtsstaat en eerbiediging van de mensenrechten. Ze streven ernaar deze waarden te versprei- den, welvaart te creëren en te delen en hun collectieve invloed uit te oefenen door op het wereldtoneel gezamenlijk op te treden.

In een halve eeuw is de levensstandaard van de burgers van de Unie tot ongekende hoogte gestegen. Dankzij de EU is er een interne markt zonder grenzen en een eenheidsmunt, de euro. De Europese Unie is een belangrijke economische macht en loopt in vergelijking met de rest van de wereld voorop bij het verlenen van ontwikke- lingshulp. Oorspronkelijk waren zes landen lid van de EU. Dat aantal is gegroeid tot vijftien lidstaten en in mei 2004 komen er nog eens tien bij. In 2007 hopen nog eens twee landen lid te worden. De uitgebreide EU van 27 landen zal bijna een half miljard inwoners tellen.

Tegenwoordig staat de EU voor nieuwe uitdagingen, waarvan de globalisering niet de minste is. Om een groter concurrentievermogen te krijgen en tegelijkertijd een eerlijke en zorgzame samenleving te blijven, moet de EU ervoor zorgen dat meer mensen nieuwe vaardigheden leren en aan nieuwe en betere banen worden geholpen.

Aan de hand van diverse illustraties en grafieken wordt in deze brochure een vergelijking getrokken tussen de EU als geheel en elk van de (huidige en toekomstige) lidstaten afzonderlijk aan de ene kant en andere grote economieën aan de andere kant. Één ding maken de cijfers in elk geval duidelijk: samen sta je sterk, en dat geldt voor alle lidstaten, of ze nu oud zijn of nieuw, groot of klein.

Op internet is nog veel meer informatie te vinden over de EU en haar lidstaten, via de Europaserver (http://europa.eu.int).

Op de kaart op bladzijde 3 staan de afkortingen die in deze brochure worden gebruikt voor de EU-lidstaten en kandidaat-lidstaten.

De afkorting „EU-15“ verwijst naar de Europese Unie van 15 lidstaten, dit wil zeggen de EU vóór de uitbreiding in 2004.

Omwille van de eenvoud zijn sommige cijfers naar boven afgerond.

Een asterisk (*) naast een cijfer betekent dat het hier om een voor- lopig cijfer of een schatting gaat.

Gedetailleerdere statistieken over de EU worden gepubliceerd door Eurostat, het Bureau voor de statistiek van de Europese Gemeenschappen. Zie de website van Eurostat (europa.eu.int/comm/eurostat/), waar meer dan duizend statis- tische tabellen gratis toegankelijk zijn.

(7)

1952 1973 1981

1986 1990 1995 5

De Europese Unie — Een werk in uitvoering

De EU werd in de jaren vijftig van de vorige eeuw opgericht als de „Europese Gemeenschappen“. Er waren zes lidstaten: België, Duitsland, Frankrijk, Italië, Luxemburg en Nederland. In 1973 sloten Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk zich aan; in 1981 volgde Griekenland en in 1986 werden Spanje en Portugal lid. Door de Duitse hereniging in 1990 werden ook de Oost-Duitse deelstaten in de EG opgenomen.

In 1992 werd een nieuw Verdrag gesloten waardoor de instellingen van de Gemeenschap nieuwe bevoegdheden en verantwoordelijkheden kregen en er nieuwe samenwerkingsvormen ontstonden tussen de regeringen van de lidstaten: de Europese Unie was geboren. Oostenrijk, Finland en Zweden traden in 1995 toe tot de EU en na de uitbreiding in 2004 behoren ook Tsjechië, Estland, Cyprus, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië en Slowakije tot de Unie. Naar verwachting zullen Bulgarije en Roemenië in 2007 lid worden. Ook Turkije is kandidaat.

(8)

2004

EU-15-lidstaten

Nieuwe lidstaten

Kandidaat-lidstaten

(9)

7

Omvang en bevolking

De Europese Unie van vijftien landen (tot mei 2004) beslaat een gebied dat een omvang heeft van ruwweg eenderde van de grootte van de Verenigde Staten. De EU heeft de op twee na grootste bevolking ter wereld, na China en India, en is goed voor ongeveer 6 % van de totale wereldbevolking.

De geboortecijfers in de EU dalen en Europeanen

leven steeds langer. Deze ontwikkelingen hebben

belangrijke gevolgen voor de toekomst.

(10)

E U - 1 5 B D K D E L E F I R L I L N L A P F I N S U K

1 000 km

2

3 154

31 43 357

132

505 544

70 301

3 34 84 92

305 411

244 1 000

800

600

400

200

0

Hoe groot is de EU?

De Europese Unie, die — tot mei 2004 — uit vijftien landen bestaat, heeft een grondgebied van meer dan 3 miljoen km2. Er zijn grote verschillen in omvang tussen de lidstaten onderling, van Frankrijk (grootste) tot Luxemburg (kleinste).

Oppervlakte in 2000, x 1 000 km2

Bron: Eurostat.

(11)

E U - 1 5 B D K D E L E F I R L I L N L A P F I N S U K

10,4 5,4*

82,5

11,0

40,7 59,6

4,0 57,3

0,4*

16,2

8,1* 10,4 5,2 8,9

59,3 379,5

100

80

60

40

20

0

Wie wonen er in de EU?

De EU-15 telt bijna 380 miljoen inwoners — dat is ongeveer 6 % van de totale wereld- bevolking. Europa heeft altijd onderdak geboden aan veel verschillende volken en culturen. In iedere EU-lidstaat is een deel van de bevolking afkomstig uit andere landen — doorgaans met nauwe historische banden met het gastland. De EU beschouwt deze etnische en culturele diversiteit als een van haar grootste troeven en zij zet zich in voor verdraagzaamheid, respect en wederzijds begrip — waarden die de lange geschiedenis van Europa ons heeft bijgebracht.

Bevolking op 1 januari 2003, x 1 miljoen

9

Bron: Eurostat.

Miljoen

(12)

200 180 160 140 120 100 80 60 40 20 0

E U - 1 5 B D K D E L E F I R L I L N L A P F I N S U K

124,9*

231,2*

83,7*

80,6

109,6*

56,4*

190,2 173,4

478,0

96,2 113,2

17,1*21,8 120,3

243,3 339,3*

De bevolking is niet gelijkmatig verdeeld over de EU of over de afzonderlijke lidstaten.

Het zal geen verbazing wekken dat bergregio’s dunbevolkt zijn, terwijl industriële gebieden juist een hoge bevolkingsdichtheid hebben. De industriesteden van Europa ontstonden oorspronkelijk op plaatsen waar gemakkelijk kolen en ijzererts gewonnen konden worden. Deze natuurlijke rijkdommen waren tot voor kort zo belangrijk dat zij de basis vormden voor de oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal (1952-2002).

Bevolkingsdichtheid, in personen per km2, 1 januari 2003

Bron: Eurostat.

(13)

E U - 1 5 U S C A C N I N J P

379,5 289,0

31,4

1 283,0 1 042,0 127,1

100

80

60

40

20

0

De EU in vergelijking met de rest van de wereld

Op een wereldkaart beslaat de EU niet erg veel plaats. Toch heeft de EU na China en India het grootste aantal inwoners ter wereld. De Verenigde Staten beslaan een gebied dat bijna driemaal zo groot is als het grondgebied van de EU, maar hebben minder inwoners.

Een steeds kleiner wordend percentage van de totale wereldbevolking woont in de ontwikkelde wereld, terwijl het aandeel van de minder ontwikkelde landen groeit. Dit geeft aanleiding tot grote bezorgdheid en is een van de redenen waarom de EU zich wil blijven inzetten voor wereldwijde ontwikkeling. De EU is al ’s werelds grootste verstrekker van ontwikkelingshulp.

De gegevens voor Canada dateren uit 2002.

Bron: Eurostat en de Wereldbank.

Bevolking van de EU-15 en vijf andere landen in 2003, x 1 miljoen

11 Miljoen

(14)

EU-15 120* US 29

JP 335 CA 3

IN 300 CN 132

De EU is meer dan viermaal zo dicht bevolkt als de Verenigde Staten en ongeveer veertigmaal zo dicht bevolkt als Canada. Maar de bevolkingsdichtheid van de EU bedraagt slechts ongeveer eenderde van die van Japan. De bevolkingsdichtheid zet het milieu en de natuurlijke rijkdommen onder druk, wat een van de redenen is waarom duurzame ontwikkeling tegenwoordig hoge prioriteit heeft voor de EU.

12

Bevolkingsdichtheid van de EU-15 en vijf andere landen, uitgedrukt in aantal personen per km2

De gegevens voor de EU-15 zijn uit 2003. De gegevens voor de andere landen zijn uit 2001. Hongkong en Macau zijn in de gegevens voor China buiten beschouwing gelaten. In de gegevens voor India is het Indiase deel van Jammu en Kasjmir inbegrepen.

(15)

1960 1970 1980 1990 2000 2010 2020 2030 2040 2050 460

440 420 400 380 360 340 320 300

Europa vergrijst

Zal de bevolking van de EU de komende vijftig jaar groeien of krimpen? De voorspel- lingen daarover lopen uiteen. Volgens één scenario (de middelste curve hieronder) zal de bevolking het grootst zijn in 2023 en rond 2050 weer terug zijn op het huidige niveau.

Trends in de bevolking van de EU-15, 1960-2000, met ramingen tot 2050

13

Bron: Eurostat.

Miljoen

(16)

60 65 70 75 80 85 1960

1970

1980

1990

2000

67,4

68,4

70,5

72,8

75,3*

72,9

74,7

77,2

79,4

81,4*

De geboortecijfers in Europa dalen, waardoor het aantal jonge mensen afneemt. Daar komt bij dat Europeanen steeds langer leven. Baby’s die in 1960 geboren werden, hadden een levensverwachting van ongeveer 67 jaar (mannen) en 73 jaar (vrouwen).

Baby’s die in 2000 geboren zijn, hebben een veel hogere levensverwachting — meer dan 75 jaar (mannen) en 81 jaar (vrouwen).

Levensverwachting bij de geboorte, mannen en vrouwen in de EU-15, 1960-2000

Bron: Eurostat.

(17)

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 80

75

70

65 60 55 50 45 40

77,4

63,4

49,4 De huidige trends betekenen dat er steeds minder werkende mensen zijn die steeds

meer pensioengerechtigden moeten onderhouden. Om het werkende deel van de bevolking groot genoeg te houden, heeft de EU behoefte aan een combinatie van geschoolde immigranten, levenslang leren, meer werkende vrouwen en meer mensen die na hun pensioengerechtigde leeftijd in deeltijd blijven werken. Meer baby’s zouden natuurlijk ook van pas komen!

De volgende grafieken tonen het aantal mensen (x 1 miljoen) in verschillende leef- tijdscategorieën in de EU-15, 1980-2000, met ramingen tot 2020.

Aantal personen onder de 15 jaar

15

Bron: Eurostat.

Miljoen

(18)

Aantal personen van 15 tot en met 24 jaar

Bron: Eurostat.

Miljoen

35 40 45 50 55 60

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 56,0

46,8

38,9

(19)

105 110 115 120 125 130 135 140 145

139,3

119,7

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 116,7

Aantal personen van 25 tot en met 49 jaar

17

Bron: Eurostat.

Miljoen

(20)

55,3

65,7

50 55 60 65 70 75 80 85 90

85,0

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 Aantal personen van 50 tot en met 64 jaar

Bron: Eurostat.

Miljoen

(21)

40,7

47,3

30 35 40 45 50 55 60 65

59,7

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 Aantal personen van 65 tot en met 79 jaar

19

Bron: Eurostat.

Miljoen

(22)

8,5

13,9

5 10 15 20 25 30

24,8

1980 1982 1984 1986 1988 1990 1992 1994 1996 1998 2000 2010 2020 Aantal personen van 80 jaar of ouder

Bron: Eurostat.

Miljoen

(23)

1 9 6 0 1 9 6 5 1 9 7 0 1 9 7 5 1 9 8 0 1 9 8 5 1 9 9 0 1 9 9 5 2 0 0 0 2 0 0 1 8

7 6 5 4 3 2 1 0 -1 -2

7,7

0,1

4,0 3,0 De totale bevolkingsgroei is een combinatie van natuurlijke groei (d.w.z. wanneer er meer mensen

geboren worden dan er sterven) en groei als gevolg van nettomigratie (nettomigratie is het verschil tussen het aantal immigranten en het aantal emigranten. De balans is positief wanneer meer mensen zich in de EU vestigen dan eruit weggaan).

Aan het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw was het grootste deel van de bevolkingsgroei van de EU te danken aan natuurlijke groei. Maar de geboortecijfers in Europa zijn gedaald en nu is netto- migratie verantwoordelijk voor bijna driekwart van de totale bevolkingsgroei. Zonder immigratie zou het aantal inwoners van Duitsland, Griekenland, Italië en Oostenrijk zelfs teruglopen.

Totale bevolkingsgroei (blauwe lijn) en nettomigratie (rode lijn) in de EU-15, per 1 000 inwoners, 1960-2001

Bron: Eurostat. 21

(24)

Levensstandaard

Hoe welvarend zijn Europeanen? Wat is hun levens- standaard? Het antwoord varieert van land tot land.

Om een globaal idee te krijgen kunnen we meten wat de totale waarde is van alles wat een land in een gegeven kalenderjaar produceert (het „bruto binnen- lands product“: BBP) en dat vervolgens delen door het aantal inwoners.

Maar prijzen zijn in elk land anders, en die prijsver- schillen moeten we uitschakelen voordat we de levensstandaarden kunnen vergelijken. Dat kunnen we doen door de prijs van een aantal vergelijkbare en representatieve goederen en diensten in elk land niet uit te drukken in de nationale munteenheden, maar in een gemeenschappelijke, kunstmatige munteen- heid die we de „koopkrachtstandaard“ (KKS) noemen.

Door het BBP per inwoner, uitgedrukt in KKS, te

vergelijken ontstaat een eerlijk beeld van de levens-

standaard in verschillende landen.

(25)

EU-15 B DK D EL E F IRL I L NL A P FIN S UK 50 000

45 000 40 000 35 000 30 000 25 000 20 000 15 000 10 000 5 000 0

23 400 25 000 26 900

23 500

15 700 19 700

24 500

27 500 23 400

45 400

26 500 26 100

16 500

24 30024 800

24 600

Hoe welvarend zijn Europeanen?

Alle EU-landen zijn de afgelopen tien jaar welvarender geworden en de levensstandaard van hun burgers is merkbaar gestegen. Met name Ierland, een land dat relatief arm was toen het toetrad tot de EU, heeft opvallend grote vooruitgang geboekt.

Dit is mede te danken aan financiering door de Europese Unie, en verwacht wordt dat de landen die zich in 2004 bij de EU zullen aansluiten een vergelijkbare vooruitgang zullen maken. Naarmate burgers van de EU welvarender worden, geven zij meer geld uit en dat is gunstig voor het Europese bedrijfsleven. De levensstandaard verschilt echter van regio tot regio. Een van de doelstellingen van de „structuurfondsen“

van de EU is deze verschillen op te heffen door te helpen de economieën van armere regio’s een impuls te geven.

BBP in KKS per inwoner, 2001

Bron: Eurostat. 23

(26)

B DK D EL E F IRL I L NL A P FIN S UK 100

90 80 70 60 50 40 30 20 10 0

79 83

72

85 82

65 76

94 106

74 79

83 87 89

83

49 64

Luxeartikelen of onmisbare gebruiksvoorwerpen?

De afgelopen jaren is het gebruik van mobiele telefoons sterk toegenomen in de EU. In 1990 gebruikte slechts ongeveer 1 op de 100 mensen een mobiele telefoon; in 2002 was het percentage gestegen tot ongeveer 78 % en in 2003 lag het bij 80 %. De EU-15 loopt wat dit betreft voor op zowel de Verenigde Staten als Japan — gedeeltelijk doordat Europese landen toonaangevend zijn in de technologische ontwikkeling van mobiele telefonie.

Aantal mobieletelefoonabonnees per 100 mensen, 2002

Bron: Eurostat.

(27)

EU-15 B DK D EL E F IRL I L NL A P FIN S UK 60

50

40

30

20

10

0

31 36

45 35

9 17

34 39

20

45 43 43

56

37 35

62

30 22 Ook het bezit en gebruik van personal computers (pc’s) neemt toe in Europa, maar de Europeanen als geheel lopen behoorlijk achter op Amerikaanse burgers wat betreft pc-bezit en internetgebruik.

Internetgebruik wordt ook steeds belangrijker in het hedendaagse onderwijs en in het creëren van nieuwe werkgelegenheid. Een van de prioriteiten van de EU is dan ook ervoor te zorgen dat haar burgers zo snel mogelijk „on line gaan“ en dat zowel schoolkinderen als oudere werknemers getraind worden in het gebruik van de computer.

Aantal pc’s per 100 mensen, 2001

25

Bron: Eurostat.

(28)

10 000 9 000 8 000 7 000 6 000 5 000 4 000 3 000 2 000 1 000 0

6 888 7 805

7 329

3 971 3 867 7 266

3 875 6 186

10 559

7 392 7 464

3 644 5 622

7 065 6 181 6 405

EU-15 B DK D EL E F IRL I L NL A P FIN S UK

Socialezekerheidsuitgaven per hoofd van de bevolking. De cijfers, in KKS, zijn voor 2001

Een eerlijke en zorgzame samenleving

Aan het Europees sociaal model wordt in verschillende landen verschillend vormgegeven, maar alle EU-landen streven ernaar een eerlijke en zorgzame samenleving te zijn. Ze verdelen de welvaart door middel van „sociale uitkeringen“ die bedoeld zijn om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen en kwetsbare leden van de samenleving, zoals zieken, ouderen en werklozen, te beschermen. De totale kosten variëren per land, maar stijgen in de EU als geheel, onder meer doordat mensen langer leven.

Bron: Eurostat.

(29)

Ouderdom

Ziekte/gezondheidszorg 3 000

2 500

2 000

1 500

1 000

500

0

1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 Arbeidsongeschiktheid

363 1 229

1 764

2 574*

1 736*

505*

Naarmate de bevolking vergrijst, moet een steeds kleinere beroepsbevolking een steeds groter aantal bejaarde burgers onderhouden. Om in te kunnen spelen op deze ontwikkeling en de kosten van de verzorgingsstaat binnen de perken te houden, moeten de EU-landen hun socialezekerheidsstelsels op de schop nemen. Het Europees sociaal model moet worden gemoderniseerd, zodat ook toekomstige generaties er nog van kunnen profiteren.

Uitgaven ten behoeve van drie soorten uitkeringen per hoofd van de bevolking, in KKS. De cijfers zijn voor de EU-15, 1993-2001

27

Bron: Eurostat.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het doel van het onderzoek is de belangrijkste strategische onderwijsdoelstellingen te achterhalen en advies te geven over de manier waarop docenten gemotiveerd kunnen

The aim of this retrospective study was to investigate placental changes related to HIV infection and to correlate these with maternal characteristics and neonatal outcomes.. The

mutatis mutandis, in het ontwerp te moeten overnemen. 2 bevat mede verbodsbepalingen, die allen zijn overgenomen met uitzondering der laatste, die betrekking heeft tot een feit,

Start links boven Schuin door het midden Stop rechts onder.

Als het gaat om ondersteuning, denkt de Expertgroep Autisme & Onderwijs dat er veel te winnen is met simpele maatregelen die nodig kunnen zijn voor leerlingen met autisme..

Onze adviseurs opleiding en ontwikkeling adviseren zowel werkgevers als medewerkers bij vragen over opleiding, ontwikkeling en het ontwikkelen van een lerende organisatie2.

Cijfers staan altijd netjes midden in het rekenhokje: ze raken de randen van het hokje niet.. Zo komen ze niet met elkaar

Ik kijk met trots terug op de grote stappen die we hebben gezet in een bijzonder jaar, en met name ook met dankbaarheid voor de inzet en veer kracht van alle collega’s,