• No results found

Thema: Een goed gesprek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Thema: Een goed gesprek"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Liturgie

voor de ochtenddienst op 1e adventzondag, zondag 3 december 2017,

in de Hervormde gemeente te Den Ham.

Aanvang: 10.00 uur.

Thema:

“Een goed gesprek”

Voorganger: Ds. H.M. Klaassen Ouderling van dienst: Jan Nevenzel Organist: Bram Jaspers Muzikale medewerking: Combo

Voor de dienst (combo) Opwekking 518 – ‘Heer U doorgrond kent mij’

Heer, U doorgrondt en kent mij, mijn zitten en mijn staan.

En U kent mijn gedachten, mijn liggen en mijn gaan.

De woorden van mijn mond o Heer, die zijn voor U bekend.

En waar ik ook naar toe zal gaan, ik weet dat U daar bent.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen, elke dag

.

Heer U doorgrondt en kent mij, want in de moederschoot.

(2)

Ben ik door U geweven, U bent oneindig groot.

Ik dank U voor dit wonder Heer, dat U mijn leven kent.

En wat er ook gebeuren zal, dat U steeds bij mij bent.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen, elke dag.

Afkondigingen

Intochtslied (combo): Lied OT 567: ‘Zoals klein in de hand van de pottenbakker’

Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo ben jij in mijn hand, zegt de Heer Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo maak Ik jou een vat tot Mijn eer

Kneed mij, Here God

Ook als het soms wel eens pijn doet Kneed mij, Here God

U weet precies hoe ik zijn moet

Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo ben jij in mijn hand, zegt de Heer Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo maak Ik jou een vat tot Mjin eer

Kneed mij, Here God

'k Wil mij opnieuw aan U geven Kneed mij, Here God

U maakt iets moois van mijn leven

Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo ben ik in Uw handen, O Heer

Zoals klei in de hand van de pottenbakker Zo maakt U mij een vat tot Uw eer

(3)

Zo maakt U mij een vat tot Uw eer

Onze hulp en groet

Zingen: psalm 107: 4, 5 4. Laat ons nu voor de Here zijn goedertierenheid

toezingen en vereren de God die ons bevrijdt.

Want wie zijn hulp verlangt, Hem aanroept in gebeden, verlost Hij uit de angst en leidt Hij tot de vrede.

5. Zij die in boeien lagen van duisternis en dood, omdat zij niet ontzagen wat hun de Heer gebood, hun hart, in zijn gericht geslagen en gebogen, werd hoog weer opgericht door zijn groot mededogen.

Gebod van God

Zingen: psalm 107: 8, 9, 10 8. En gij, ontrouwe dwazen, die lijdt door eigen schuld, wordt de bazuin geblazen aan ’t eind van Gods geduld, dan schreeuwt gij tot de Heer, dat Hij u zal genezen

en dat zijn woord u weer ten levenslicht zal wezen.

9. Waarom sluit gij uw ogen?

Zijn licht ontsteekt het licht, zijn geest komt aangevlogen, verheft uw aangezicht!

Dank dan de Heer als gij

de doodsnacht zijt ontvloden – de schemer gaat voorbij,

de morgen is ontboden.

10. Laat ons nu voor de Here zijn goedertierenheid

toezingen en vereren de God die ons bevrijdt.

Want wie zijn hulp verlangt, Hem aanroept in gebeden, verlost Hij uit de angst en leidt Hij tot de vrede.

Gebed om de leiding door de Geest en de opening van het Woord van God

Kinderen naar de kindernevendienst

(4)

Schriftlezing: Johannes 3: 1- 21 Het gesprek met Nicodemus

1 En er was een mens uit de Farizeeën; zijn naam was Nicodemus, een leider van de Joden.

2 Deze kwam 's nachts naar Jezus en zei tegen Hem: Rabbi, wij weten dat U van God gekomen bent als leraar, want niemand kan deze tekenen doen die U doet, als God niet met hem is.

3 Jezus antwoordde en zei tegen hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand niet opnieuw geboren wordt, kan hij het Koninkrijk van God niet zien.

4 Nicodemus zei tegen Hem: Hoe kan een mens geboren worden als hij oud is?

Hij kan toch niet voor de tweede keer in de schoot van zijn moeder ingaan en geboren worden?

5 Jezus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan.

6 Wat uit het vlees geboren is, is vlees; en wat uit de Geest geboren is, is geest.

7 Verwonder u niet dat Ik tegen u gezegd heb: U moet opnieuw geboren worden.

8 De wind waait waarheen hij wil en u hoort zijn geluid, maar u weet niet waar hij vandaan komt en waar hij heen gaat; zo is het met iedereen die uit de Geest geboren is.

Psalm 51: 5 ( Schep in mij God een hart dat leeft in het licht ) 5. Schep in mij, God, een hart dat leeft in ’t licht,

geef mij een vaste geest, die diep van binnen zonder onzekerheid U blijft beminnen,

verwerp mij niet van voor uw aangezicht.

Ontneem mij niet uw heilige Geest, o God, laat in uw heil mijn hart zich nu verblijden, en richt geheel mijn wil op uw gebod, dan zal ik zondaars op uw wegen leiden.

9 Nicodemus antwoordde en zei tegen Hem: Hoe kunnen deze dingen gebeuren?

10 Jezus antwoordde en zei tegen hem: Bent u de leraar van Israël en weet u deze dingen niet?

11 Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wij spreken over wat Wij weten en getuigen van wat Wij gezien hebben, en toch neemt u Ons getuigenis niet aan.

12 Als Ik aardse dingen tegen u zei en u niet gelooft, hoe zult u geloven als Ik hemelse dingen tegen u zeg?

(5)

13 En niemand is opgevaren naar de hemel dan Hij Die uit de hemel neergedaald is, namelijk de Zoon des mensen, Die in de hemel is.

14 En zoals Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, zo moet de Zoon des mensen verhoogd worden,

15 opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.

16 Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.

17 Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden.

18 Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God.

19 En dit is het oordeel, dat het licht in de wereld gekomen is, en de mensen hebben de duisternis liefgehad, meer dan het licht, want hun werken waren slecht.

20 Want ieder die kwaad doet, haat het licht en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet ontmaskerd worden.

21 Maar wie de waarheid doet, komt tot het licht, opdat van zijn werken openbaar wordt dat zij in God gedaan zijn.

Samen zingen (combo) lied 85: ‘in de donkere nacht’

In de donkere nacht verschijnt een licht en de duisternis

krijgt het niet in haar macht.

Eeuwenlang al voorzegd:

het woord van God dat geboren wordt.

Hoop waar de wereld op wacht.

In het licht van Gods Zoon, zien wij zijn goedheid, zijn waarheid.

In het licht van Gods Zoon, brengt Hij in kleinheid zijn grootheid dichtbij.

(6)

Niemand ziet Gods gezicht, maar in zijn zoon

wordt Hij een persoon, maakt Hij bekend wie Hij is.

In het licht van Gods Zoon, zien wij zijn goedheid, zijn waarheid.

In het licht van Gods Zoon, brengt Hij in kleinheid zijn grootheid dichtbij.

In het licht van Gods Zoon, zien wij zijn goedheid, zijn waarheid.

In het licht van Gods Zoon, brengt Hij in kleinheid zijn grootheid dichtbij.

In mijn donkere nacht verschijnt zijn licht en de duisternis

krijgt het nooit in haar macht.

Verkondiging

Samen zingen (combo): Lied OT 167: ‘zegen mij op de weg die ik moet gaan’

Zegen mij op de weg die ik moet gaan.

Zegen mij op de plek waar ik zal staan.

Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt.

O God, zegen mij alle dagen lang!

Vader, maak mij tot een zegen, ga mij niet voorbij.

Regen op mij met uw Geest, Heer, Jezus, kom tot mij

als de Bron van leven, die ontspringt, diep in mij.

(7)

Breng een stroom van zegen,

waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij.

Zegen ons waar we in geloof voor leven.

Zegen ons waar we hoop en liefde geven.

Zegen om de ander tot zegen te zijn.

O God, zegen ons tot in eeuwigheid!

Vader, maak ons tot een zegen, hier in de woestijn.

Wachtend op uw milde regen, om zelf een bron te zijn.

Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij.

Van uw liefde delend,

waarin wij zelf tot bron van zegen zijn.

Vader, maak ons tot een zegen, hier in de woestijn.

Wachtend op uw milde regen, om zelf een bron te zijn.

Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij.

Van uw liefde delend,

waarin wij zelf tot bron van zegen zijn.

Met een hart vol vrede, zijn wij zegenend nabij.

Van uw liefde delend,

waarin wij zelf tot bron van zegen zijn.

Collecten combo speelt U bent de God die roept van Sela.

Heer, U doorgrondt en kent mij, mijn zitten en mijn staan.

En U kent mijn gedachten, mijn liggen en mijn gaan.

De woorden van mijn mond o Heer, die zijn voor U bekend.

En waar ik ook naar toe zal gaan, ik weet dat U daar bent.

(8)

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen, elke dag.

Heer U doorgrondt en kent mij, want in de moederschoot.

Ben ik door U geweven, U bent oneindig groot.

Ik dank U voor dit wonder Heer, dat U mijn leven kent.

En wat er ook gebeuren zal, dat U steeds bij mij bent.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen.

Heer U bent altijd bij mij, U legt uw handen op mij,

en U bent voor mij, en naast mij, en om mij heen, elke dag.

Dankgebed en voorbede

Zingen: psalm 146:1, 3

1. Zing, mijn ziel, voor God uw Here, zing die u het leven geeft.

Zing, mijn ziel, uw God ter ere, zing voor Hem zolang gij leeft.

Ziel, gij zijt geboren tot

zingen voor de Heer uw God.

3. Heil wien Jakobs God wil bijstaan, heil die God ter hulpe riep.

Want zijn heil zal niet voorbijgaan, God is trouw aan wat Hij schiep.

Wat in hemel, zee of aard woont, is in zijn hand bewaard.

Zegen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zozeer immers heeft God de wereld lief gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft niet verloren zal gaan, maar eeuwig leven zal hebben. God

„Zozeer immers heeft God de wereld lief gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat alwie in Hem gelooft niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben..

“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. Want God heeft

“Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft” (Johannes

Want zo lief heeft God sommigen van de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder van de uitverkorenen die in Hem gelooft, niet verlo- ren gaat, maar

God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.. God heeft zijn Zoon niet naar

Zozeer immers heeft God de wereld lief- gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat al wie in Hem gelooft, niet verloren zal gaan maar eeuwig leven zal hebben. God

16 Want God had de wereld zo lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.. 17 God heeft zijn Zoon