Leertaak 3 fase 2
Verwarming, koeling en ventilatie van een gebouw
Groep 2/ WH12/ 17-01-2022
Timo van Eijck, Luuk Alkemade, Joris van den Brand, Ramon Blakenburg en Jasper Borst
Leertaak 3 fase 2
Verwarming, koeling en ventilatie van een gebouw
Auteur
Timo van Eijck, Luuk Alkemade, Joris van den Brand, Ramon Blakenburg en Jasper Borst
Afdeling WTB
Datum
17 januari 2022
Type project
Leertaak 3 semester 3
Versie 2.0
Voorwoord
In het 3e semester van de studie werktuigbouwkunde aan de Haagse hogeschool moesten de studenten een rapport schrijven over een klimaatinstallatie in een gebouw. Tijdens het schrijven van dit rapport zijn wij een stuk wijzer geworden over klimaatinstallaties en hoe je een verslag moet opstellen. We hebben een nieuw programma gebruikt Revit wat een uitdaging was. Onze tutor Gide de Ruijter willen wij bedanken voor alle hulp en feedback die hij ons heeft gegeven.
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 4
Samenvatting
Voor dit project moet een ventilatiesysteem ontworpen worden voor de 1e verdieping van een gebouw. Eerst hebben we het gebouw onderzocht en gekeken welke informatie we daarvan hebben. Per ruimte zijn er verschillende ventilaties nodig dus elke ruimte is onderzocht naar wat nodig is. Er zijn veel verschillende soorten ventilatiesystemen. Deze zijn onderzocht en er is gekeken naar wat het beste is voor dit gebouw. Daarna zijn er allemaal handberekeningen gedaan over ventilatie behoefte, vermogen verwarming en vermogen koeling. Deze informatie is heel handig om te weten of het überhaupt mogelijk is om een ventilatiesysteem te maken.
Door het model in Revit te maken kan je visueel goed zien hoe het uiteindelijk eruit komt te zien. In Revit zijn ook berekeningen gemaakt deze berekeningen zijn nog nagerekend met de hand. Het ventilatiesysteem moet ook geregeld worden daarvoor is er ook een model gemaakt.
Zo kan het systeem geregeld worden en altijd goed werken.
Inhoudsopgave
Inleiding ... 7
1 In kaart brengen van huidige gebouw en de gebruikers, gebruiksfuncties, stakeholders en PvE ... 8
1.1 Gebruiksanalyse van ruimtes van de 1e verdieping van het gebouw en definieer de gebruiksfuncties en thermische zones ... 8
1.2 Een stakeholdersanalyse op basis van algemeen bouwproces ... 10
1.3 Een gedetailleerd programma van eisen en wensen (PvE) ... 11
2 Rapport over standaard installatieconcepten volgens ISSO ... 12
2.1 Bestudeer één concept en werk dit uit in een beschrijving ... 12
2.2 Maak t.b.v. het gebouw een keuze uit bestudeerde installatieconcepten op basis van het PvE ... 18
3 Bepaling van de benodigde vermogens voor verwarming en koeling van het gebouw ... 19
3.1 Bepaal de ventilatiebehoefte van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping ... 19
3.2 Bepaal het benodigde vermogen voor verwarming van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping... 20
3.3 Bepaal het benodigde vermogen voor koeling van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping... 26
Koellast door infiltratie: ... 34
3.4 Controleer of met de hoeveelheid ventilatie in de zomer de berekende koellast kan worden gerealiseerd met de ventilatielucht ... 37
4 Ontwerpen, tekenen en beheren van een distributienet voor de ventilatie ... 38
4.1 Ontwerp voor elke gebruiksfunctie van de 1e verdieping de toevoerkanalen, inclusief het hoofdkanaal door de service schacht. ... 39
4.2 Maak een drukverliesberekeningen voor het ventilatiesysteem voor de 1e verdieping en maak ook een handmatige berekening van het drukverlies van het meest kritische deel van de installatie en vergelijk deze resultaten met de berekeningen uit ... 40
4.3 Opstellen van documentatie ... 43
4.4 Opstellen van een kerndocument voor de ventilatie/luchtbehandeling installatie van het gebouw ... 44
5 Maken van documentatie tbv de regeling van de installatie ... 47
5.1 Specificeer de uitgangspunten voor het regelaar ontwerp ... 47
5.2 Ontwerp de regeling ... 47
5.3 Teken het processchema van de regeling ... 48
5.4 Teken het blokschema van de regeling ... 50
5.5 Realiseer een bestek omschrijving voor de regeling ... 50
6 Bepalen van de energiebehoefte, het fossiel energieverbruik en het aandeel hernieuwbare energie voor het bestaande gebouw en de installatie ... 51
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 6
7 Bepalen van de benodigde maatregelen om het gebouw en de installatie duurzamer te maken volgens de eisen en terugkoppeling van
rekenresultaten ... 52
7.1 Onderzoek combinaties van minimaal drie maatregelen die passen in het gebouw, waarmee het bestaande gebouw duurzamer wordt ... 52
7.2 Maak een terugkoppeling van de rekenresultaten n.a.v. de wijzigingen... 53
8 Evalueren en aanbevelingen voor vervolgonderzoek... 54
8.1 Energieprestatie-rapport ... 54
Literatuurlijst... 58
Bijlage 1 ... 59
Bijlage 2 ... 60
Inleiding
In elk gebouw waar je binnen loopt is er weel een soort van ventilatiesysteem aanwezig. Soms wordt het gebruikt voor koeling soms voor verwarming en soms alleen voor doorstroming van de lucht. Wij krijgen de opdracht om een ventilatiesysteem te ontwerpen voor een gebouw. De 1e verdieping van het gebouw heeft geen ventilatie aan de hand van kennis en onderzoek gaan wij een ventilatiesysteem ontwerpen. We gaan kijken naar de functies van de ruimtes en
hoeveel ventilatie het nodig heeft, we berekenen alles door met de hand en gebruiken Revit voor het totale plaatje. Uiteindelijk als alles onderzocht en ontworpen is maken wij een klein advies rapport voor de klant van het gebouw. In de inhoud van het advies rapport staan de beste opties voor het gebouw.
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 8
1 In kaart brengen van huidige gebouw en de gebruikers, gebruiksfuncties, stakeholders en
PvE
1.1 Gebruiksanalyse van ruimtes van de 1
everdieping van het gebouw en definieer de gebruiksfuncties en thermische zones
Hieronder in de figuur is de 1e verdieping van het gebouw te zien. Door duidelijk te maken wat welke kamer is zijn er kleuren gebruikt voor verschillende functies. Hiermee is ook te zien hoe de thermische zones zijn verdeeld. Door deze analyse van de verdieping is het makkelijk en overzichtelijk te zien. Hierdoor is het een stuk makkelijker werken.Figuur 1-1
Opslag en transport
Presentatie/
multimediaruimte
Showroom Toilet M/V Trappenhuis Showroom &
ontvangst Hulp
functie
Kantoorfunctie Bijeenkomst functie
Hulp functie
Hulp functie Bijeenkomst/
hulp functie De functies zijn gebaseerd op de norm NTA 8800.
Opslag en transport, Toilet M/V en showroom & ontvangst hebben allemaal dezelfde functie en dat is de hulp functie. De hulp functie valt buiten de berekeningen omdat het niet in het
bouwbesluit is meegenomen. Deze ruimtes hebben wel ventilatie nodig of verwarming.
Presentatie/ multimediaruimte heeft als functie kantoor. Dit houdt in dat het een ruimte is waar veel mensen kunnen komen. Vaak worden hier presentaties of meetings gehouden. Daarom moet het ook goed verwarmd zijn.
Showroom heeft als functie bijeenkomst. Dit houdt in dat er zeker veel mensen komen maar vaak zijn ze er maar heel kort. De ruimte heeft wel een beetje ventilatie en verwarming nodig maar niet zo veel als de kantoorruimte.
Figuur 1-2
Er is te zien dat er in de bovenstaande afbeelding 3 verschillende thermische zones zijn gecreëerd. Bij het gele deel is verwarming en ventilatie van belang aangezien hier een groot deel van de dag mensen aanwezig zijn. De toiletten hoeven niet verwarmd te worden vanwege de korte aanwezigheid, echter is het wel van belang om hier de lucht weg te zuigen. Het trappenhuis en het opslag en transport zijn beide niet verwarmd, omdat hier weinig mensen aanwezig zijn.
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 10
1.2 Een stakeholdersanalyse op basis van algemeen bouwproces
In de stakeholderanalyse worden de verschillende belanghebbende voor het gebouw benoemd en de eisen en wensen van de belanghebbende zijn hieronder omschreven (tabel 1-1)Stakeholders Wensen/eisen Omschrijving
Installateur Wens Het systeem moet makkelijk te instaleren zijn Onderhoudsdienst Wens Het systeem moet makkelijk toegankelijk zijn voor
onderhoud.
Het systeem moet niet te complex werken Medewerkers
gebouw
Wens Mooie integratie binnen het gebouw Makkelijk aanpasbaar
Overheid/Keurende instantie
Eis Moet aan de NEN-1087 voldoen m.b.t. de snelheid van schone luchtinvoer
Moet aan NEN-8087 voldoen m.b.t. het ventileren van en schoonhouden van de ruimtes
Moet voldoen aan een aparte lucht toevoer volgens de NEN 8087
Moet aan de NEN-8087 voldoen m.b.t. de tocht in een ruimte
Moet aan de NEN-8087 voldoen m.b.t. de lucht afvoer van toiletten
Vastgoedbezitter Wens De installatie moet zo goedkoop mogelijk gerealiseerd worden
De installatie mag niet onderhoudsgevoelig worden en moet dus lang zonder onderhoud kunnen
De installatie moet zo gebouwd worden dat deze voordelig in gebruik is
Transportdienst Eis Het moet makkelijk vervoerbaar zijn
Tabel 1: Stakeholders
1.3 Een gedetailleerd programma van eisen en wensen (PvE)
Aan de hand van het Bouwbesluit 2012 kan er een PvE opgesteld worden. Door te filteren op een bestaand gebouw en de juiste gebruiksfuncties kunnen de juiste eisen gevonden worden.
Tabel 2: Programma van Eisen en Wensen
Nr. Eis Eenheid Bron Datum Verificatie
Wettelijke eisen 1.1 Een verblijfsruimte heeft een voorziening
voor luchtverversing met een capaciteit van ten minste 0,7 dm³/s per m²
vloeroppervlakte met een minimum van 7 dm³/s.
dm³/s NEN 8087 23-11-21
1.2. En toiletruimte heeft een voorziening voor luchtverversing met een capaciteit van ten minste 7 dm³/s
dm³/s NEN 8087 30-11-21 1.3. De toevoer van verse lucht veroorzaakt in
de leef zone van een verblijfsgebied een volgens NEN 1087 bepaalde luchtsnelheid die niet groter is dan 0,2 m/s.
m/s NEN 8087 30-11-21
1.4. De afvoer van binnenlucht uit een toiletruimte of een badruimte vindt rechtstreeks naar buiten plaats....
- NEN 8087 30-11-21 1.5. Een verblijfsruimte heeft een voorziening
voor luchtverversing met een volgens NEN 8087 bepaalde capaciteit van ten minste de in tabel 3.37 aangegeven capaciteit per persoon.
- NEN 8087 30-11-21
1.6. Een opslagruimte voor huishoudelijk afval met vloeroppervlakte van meer dan 1,5 m² heeft een niet afsluitbare voorziening voor luchtverversing met een volgens NEN 8087 bepaalde capaciteit van ten minste 10 dm³/s per m² vloeroppervlakte van die ruimte, of een volgens NEN
8087 bepaalde capaciteit van ten minste 100 dm³/s.
- NEN 8087 30-11-21
1.7. Een verblijfsruimte heeft een
spuivoorziening met een volgens NEN 8087 bepaalde capaciteit van de
spuiventilatie van ten minste 3 dm³/s per m² vloeroppervlakte van die ruimte
dm³/s NEN 8087 30-11-21
1.8. Opslagruimte voor huishoudelijk afval vindt rechtstreeks van buiten plaats.
Afvoer van binnenlucht uit een dergelijke ruimte vindt rechtstreeks naar buiten plaats.
- NEN 8087 30-11-21
1.9. Een bestaand bouwwerk is zodanig dat het ontstaan van een voor de gezondheid nadelige kwaliteit van de binnenlucht door de aanwezigheid van voor de gezondheid schadelijke stoffen beperkt is.
- NEN 8087 30-11-21
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 12
2 Rapport over standaard installatieconcepten volgens ISSO
2.1 Bestudeer één concept en werk dit uit in een beschrijving
Timo van Eijck:A9.2 Verwarmde/gekoelde ventilatielucht d.m.v. tweekanalensysteem-constant debiet Een tweekanalensysteem heeft twee ventilatielucht kanalen één voor warm en één voor koele lucht. Afhankelijk van de instellingen wordt de hoeveelheid warme/koele lucht gemengd en via de kanalen naar de ruimte verplaatst die geklimatiseerd moet worden. De luchthoeveelheid wordt geregeld door de kleppen die in het ventilatielucht systeem zitten.
Een voordeel van een tweekanalensysteem is dat het een lager energieverbruik heeft, door de twee kanalen kan iedere ventilator van het kanaal(warme/koele) op een lager toerental draaien, dit zorgt ook voor minder geluid. Verder kan je de (aparte) ruimtes beter klimatiseren omdat je twee kanalen hebt. Ook is er een korte opwarm- en afkoeltijd
Nadelen van het tweekanalensysteem zijn: de installatie kost meer dan een één
kanaalsysteem. Verder neemt het meer ruimte in en het heeft meer kans op storingen door de extra onderdelen. Dit zorgt er dus ook voor dat er meer onderhoud is.
In de figuur hierboven is een tweekanalensysteem te zien de aan -en afvoer van de lucht zitten op plek 1 en 18, hier komt de lucht naar binnen vervolgens wordt het gefilterd en
verwarmd/gekoeld (4,5,6 en 7). Nadat dat gebeurd is wordt de lucht gemeten en gergelgeld bij elk kanaal (23,24 en 21,22) uiteindelijk wordt de lucht gemengd (13) en via de ventilatieroosters de ruimte in gebracht.
- Van den Engel, P. (2009, mei). Afgifte-Lucht-Systeemkeuze. klimapedia.nl.
Geraadpleegd op 11 januari 2022, van https://klimapedia.nl/wp- content/uploads/2013/07/I-260-Afgifte-lucht-systeemkeuze_v0.1.pdf
- Temmink, K. O. E. N. (2013, oktober). het geheim van een stille ventilatiesysteem.
nieman.nl. Geraadpleegd op 11 januari 2022, van https://www.nieman.nl/wp- content/uploads/2014/02/BriP_2013-10_Ventilatiesysteem.pdf
- ISSO 43 Luuk Alkemade:
A7.1. Verwarmde ventilatielucht en verwarming door middel van radiatoren.
Het ventilatiesysteem door middel van radiatoren werkt door middel van een af en aanvoersysteem met van buiten aangevoerde lucht. In het toevoerkanaal zijn drie verwarmingselementen te vinden, één die werkt op basis van een verwarmingsketel, en koelmachine, een ventilatorconvector en één die werkt door middel van een warmtewiel. De convector en ketel werken op basis van water als transportmedium van warmte of kou en het warmtewiel maakt gebruik van de afvoerlucht van het naastgelegen afvoerkanaal. Verwarmde of gekoelde lucht wordt met behulp van een geluid gedempte ventilator de gewenste ruimtes in geblazen.
De afvoer vindt plaats door een afvoerkanaal waarin de lucht weer door een geluid gedempte ventilator wordt aangezogen en naar buiten wordt geblazen, Door het warmtewiel waar het wordt langs geblazen wordt warmte of kou nog hergebruikt.
Verwarming vindt plaats door middel van een ventilatieconvector die tevens ook in het
luchttoevoerkanaal te vinden is. Koude lucht wordt van onder aangezogen, waar het langs de convector komt. De lucht wordt door warm water verwarmde buizen geblazen en op die manier ook warm wordt. De lucht wordt vervolgens uitgeblazen en stijgt op naar het plafond van de ruimte. Er zal zo een verdeling van koude lucht onder en warme lucht boven ontstaan, waardoor de convector alleen koude lucht aan zal kunnen zuigen en efficiënter is.
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 14
Voordelen:
• Algemeen toepasbaar;
• Aansluiting op distributiesysteem voor warm water;
• Geschikt voor alternatieve warmte-opwekkingssystemen;
• Individuele ruimtetemperatuurregeling per 1,8 m mogelijk;
• Door stralingsafgifte in winter lagere luchttemperatuur mogelijk;
• Stralingscompensatie aan de gevel.
• Constant ventilatiedebiet;
• Verwarming van ventilatielucht;
• Toe- en afvoer van ventilatielucht;
• Gebalanceerde ventilatie mogelijk;
• Toetreding van gefilterde buitentucht;
• Aansluiting op distributiesysteem voor lucht;
• Warmteterugwinning en bevochtiging mogelijk;
• Luchtdebiet gebaseerd op ventilatiebehoefte (kleine kanaalafmetingen).
Nadelen
• Systeem neemt veel ruimte in
• Door omvang complex om aan te leggen.
• Er kan eventueel nog lichte geluidsoverlast optreden door de toepassing van ventilatoren.
Figuur 2-1: Systematische weergave verwarmingssysteem d.m.v.
radiatoren.
Joris van den Brand:
Verwarmde/gekoelde ventilatielucht, koeling d.m.v. koelplafond
In het gebouw is er een standaard lucht verwarming en koeling. Er is een extra koelplafond dat mee helpt met koelen van de ruimtes. Dit koelplafond werkt door buizen door het plafond te laten lopen in deze buizen kan warm en koud water doorheen worden gestroomd. Als de lucht in de ruimte dan in contact komt met het plafond kan het afkoelen of verwarmen. Dit water komt in deze buizen door een warmtepomp bijvoorbeeld.
Hieronder in het figuur kan je zien hoe zo’n systeem er precies uitziet in het plafond. Er zit dus nog een laag tussen zodat je niet de lelijke buizen ziet. In figuur 2 zie je de werking van het koelplafond.
Voordelen
Het koelplafond is veel stiller dan zijn concurrent de airco het maakt namelijk nauwelijks geluid.
Het is ook energiezuiniger dan de airco. Er wordt niet continu een kouden luchtstroom door de ruimte heen geblazen het gebeurt heel geleidelijk. Het koelplafond heeft ook geen last van stofcirculatie of droge lucht. Het heeft ook weinig onderhoud nodig vergeleken met een airco.
Dit zijn allemaal voordelen van het koelplafond Nadelen
Een koelplafond is meestal in zijn eentje niet krachtig genoeg om een hele ruimte te koelen of verwarmen het is dus een bijverwarming/koeling. Het is ook een dure investering om een nieuw koelplafond te installeren in een gebouw.
Koelplafond | Koel, gezond en energiezuinig binnenklimaat. (2019, 5 augustus). Variotherm.
Geraadpleegd op 17 december 2021, van https://www.variotherm.nl/koelplafond-voor-koel- binnenklimaat/
Kluin, J. (2021, 1 december). Alles Over Klimaatplafonds - Koelen & Verwarmen. Planeka.
Geraadpleegd op 17 december 2021, van https://www.planeka.nl/blog/klimaatplafond/
I. (2018, 2 mei). Werking klimaatplafond |duurzaam en comfortabel binnenklimaat.
Klimaatplafond. Geraadpleegd op 17 januari 2022, van https://www.inteco.nl/werking- klimaatplafond
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 16
Ramon Blakenburg:
Koeling/verwarming door ventilatieconvector
Een gewone convector zuigt koude lucht op, verwarmt koelt deze en laat vervolgens de opgewarmde lucht naar het plafond stijgen. De lucht staat haar warmte af en wordt opnieuw in de verwarming opgenomen. De convector kan ook voorzien zijn van een ventilator (actieve convector), dan wordt de warme lucht nog efficiënter door de ruimte verdeeld. In vergelijking met een convectorkachel zonder ventilator wordt er ook bij een lagere temperatuur een hoge warmteoverdracht gerealiseerd. Met de ventilator wordt verse lucht de ruimte in geblazen via het toevoerrooster. Door inductie wordt er lucht uit de ruimte meegezogen en ook in geblazen.
Bij extra koelvraag uit de ruimte zal de waterregelklep open worden gestuurd en stroomt gekoeld water door de warmtewisselaar. De door de inductie meegezogen lucht wordt hierdoor afgekoeld.
Voordelen & Nadelen
Een voordeel van dit systeem is dat het heel modulair is en er dus geen buizensysteem aangelegd hoeft te woerden ook is het systeem goed weg te werken in de ruimte. Mogelijke nadelen zijn dat het duurder zal zijn als alle ruimtes zo gekoeld zouden moeten worden, ook is het hiermee niet mogelijk de lucht te verversen.
Bronnen:
• Bengshop, Z. (z.d.). Ventilatorconvector | bij Bengshop.nl. Bengshop, ZilverCMS.
Geraadpleegd op 30 november 2021, van https://www.bengshop.nl/ventilatorconvector- class/
• Havenaar, D. (2004). Rcc vj 2004 Koude & luchtbehandeling.
www.koudeluchtbehandeling.nl. https://www.koudeenluchtbehandeling.nl/wp- content/uploads/2014/04/p33_35.pdf
Jasper Borst:
Jasper werkt concept 9.1 uit en zal hier verder op in gaan.
Concept 9.1 uit ISSO Eenkanaals systeem
Is een lucht behandelingssysteem die op een vaste plek in een groot gebouw moet staan voor een goede lucht ventilatie. Het systeem heeft een voordeel en dat is dat het minder ruimte opneemt as een dubbelkanaals systeem. Het nadeel is echter dat alle lokalen en ruimtes een gelijke temperatuur krijgen aangeleverd omdat de koude en warme lucht in een kanaal richting de ruimte met de vraag gaat. Een ander voordeel is dat het afkoelen en opwarmen van een ruimte heel snel kan gaan door dat de ‘verontreinigde lucht’ wordt weggezogen en de schone lucht met de nieuwe temperatuur de ruimte binnen komen.
Nadelen: groot in technische ruimte, duur bij aanleg (m2), voor 1 zone (niet voor individuele ruimte temperatuur regeling)
Voordelen: korte opwarm en afkoel tijden, geïntegreerd verwarming en koeling, warmteterugwinning mogelijk
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 18
2.2 Maak t.b.v. het gebouw een keuze uit bestudeerde installatieconcepten op basis van het PvE
Alle boven genoemde ventilator systemen voldoen aan alle eisen van het eerder opgestelde PVE. De keuze moet dus gemaakt worden aan de hand van de verwarmende effecten en installatie mogelijkheden in het geselecteerde gebouw. Om het beste concept te vinden is er een keuzematrix opgesteld voor de verschillende concepten op basis van het hoofdstuk een kanaals systeem (9.1 van de ISSO). Hoe deze keuze is gemaakt is te vinden in onderstaande tabel.
Radiatoren Koelplafond Ventilatie collector
Twee kanaals
Één kanaals
Kosten aanleg 1 2 3 1 2
Opwarm duur 5 1 4 5 5
Verwarming en koeling
+ + + + +
Warmte vraag per ruimte apart regelbaar
+ + + + -
Warmteterugwinning + - - + +
Operatie kosten 3 1 1 3 3
Zuivering + - - + +
Ruimte gebruik 3 5 4 1 2
Onderhoud 1 4 3 1 3
Totaal 17 15 17 15 18
Uit bovenstaande tabel is gebleken dat (vanwege de aanleg kosten) het één kanaals-systeem het beste uit de tabel komt. Dit is omdat het systeem een enkele ventilator nodig heeft, en een systeem is wat op zichzelf kan werken. Het systeem is ook wat minder groot als een paar van de andere opties.
1. Slecht 2. Matig 3. Gemiddeld 4. Goed 5. Perfect
3 Bepaling van de benodigde vermogens voor verwarming en koeling van het gebouw
3.1 Bepaal de ventilatiebehoefte van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping
De ruimtes op de 1e verdieping worden voor verschillende doeleinden gebruikt, wat doorwerkt in de ventilatiebehoefte, die niet in alle ruimtes hetzelfde is. De
ventilatiebehoefte voor een bestaand gebouw wordt bepaald door tabel 3.37 (Bijlage 1) uit het Bouwbesluit van 2012. Dit betreft een aansturingstabel waarmee het ventilatiedebiet per ruimte kan worden bepaald.
In 1.1 is voor iedere ruimte de toepassing gedefinieerd. Voor het berekenen van de ventilatiebehoefte dient het aantal aanwezige personen per ruimte te worden bepaald.
Deze zijn vastgelegd in de uitgangspunten van het gebouw in de studiewijzer (Almuhsinawe & Zoller, 2021).
In Tabel zijn alle ruimten qua type gedefinieerd en hier is met behulp van het PvE (met terugkoppeling naar het bouwbesluit 2012) de ventilatiebehoefte mee bepaald. Bij de ruimtes waar meer dan drie personen aanwezig zijn is één extra rooster toegevoegd. Dit is gedaan om de lucht beter te kunnen verdelen over de ruimte.
Tabel 3: Ventilatiebehoefte per ruimte op de eerste verdieping
Ruimte Type Functie Grootte(m2) Ventilatie per persoon(m3/h) Aantal personen Ventilatie per ruimte(m3/h) Aantal roosters Ventilatie per rooster (m3/h)
0.01 Entree
Overige gebruiksfunctie;
Gemeenschappelij ke verkeersruimte
48,123 - 2 121
1.01 Showroom & ontvangst Bijeenkomst
functie 88,580 12,384 4 50
171 3 85,5
1.07 Showroom Bijeenkomst
functie
132.99
2 12,384 10 124 2 62
1.08 Presentatie/multimediarui
mte Kantoorfunctie 108,22
7 12,384 8 99 2 50
0.19 Opslag &
transportafdeling Industriefunctie 203,40
5 12,384 3 37 1 37
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 20
3.2 Bepaal het benodigde vermogen voor verwarming van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping
60w/m2 verwarming, 30w/m2 koeling
Verlaagd plafond trappenhuis 5560mm Showroom & ontvangst 5560mm Warmteontwikkeling verlichting/apparatuur 35 W/m^2
Ontwerptemperatuur 20 graden Luchtsnelheid in de ruimte is max. 0.15m/s Relatieve luchtvochtigheid in leef zone: min. 30%
Alle geveldelen exclusief glas = 0,4W/m2K Ramen type 29, 30, 31 en 32 = 2.3W/m2K ΦT,i = (HT,ie + HT,ia + HT,iae + HT,iaBE + HT,ig) · (θi - θe)
(θi - θe) = 20 – - 10 = 30
Alle HT,ie moet vermenigvuldigd worden door 30 voor uiteindelijk de ΦT,i
Multimedia: Warmteverlies naar buitenlucht
6* type 29 ramen (762x1219) 2* type 31 (3000x1220) h=2400mm HT,ie = ∑k (Ak * ( Uk + ΔUTB) * fk)
Wanden:
Ak = (7241 * h) + (14947 * h) – (6 * opp. type29 + opp. 2* type 31) =(7241 * 2400) + (14947*2400) – (6* 762*1219 + 2* 3000*1220) = 53275200 - 12893268 = 40381932 mm2 = 40,38m2
Uk = 0,4
ΔUTB =0,10 gebouwen met isolatie aan de binnenzijde en isolatie doorbroken plafonds
fk = 1 voor buitenwanden/schuine daken HT,ie = ∑k (40,38 * (0,4 + 0,10) * 1)
= 20,19 W/K 20,19 * 30 = 605,7 Ramen:
Uk = 2,3
Ak = 6* (762*1219) + 2*(3000*1220) = 12893268mm = 12,89m2 = ∑k (12,89 * (2.3 + 0,10) * 1)
= 30,94 W/K
Totale ruimte multimedia HT,ie = 20,19 + 30,94 = 51,13 W/K 51,13 * 30 = 1533,9 W
Entree: warmteverlies naar buitenlucht
1* type 30 (2400*5500) 1* type 32 (1800*5500) h=5560mm HT,ie = ∑k (Ak * ( Uk + ΔUTB) * fk)
Wanden:
Ak = (7581 * h) + (4541 * h) – (opp. type30 + 1*opp. type32) = (7581 * 5560) + (4541*5560) – (2400*5500 + 1800*5500) = 67398320 - 23100000= 44298320mm2 = c
ΔUTB =0,10 gebouwen met isolatie aan de binnenzijde en isolatie doorbroken plafonds
fk = 1 voor buitenwanden/schuine daken HT,ie = ∑k (44,30 * (0,4 + 0,10) * 1)
= 22,15 W/K 22,15 * 30 = 664,5 W Ramen:
Uk = 2,3
Ak = 1* (2400*5500) + 1*(1800*5500) = 23100000mm2 = 23,10m2 = ∑k (23,10 * (2.3 + 0,10) * 1)
= 55,44 W/K
Totale ruimte Entree HT,ie = 22,15 + 55,44 = 77,59 W/K 77,59 * 30 = 2327,7 W
Showroom: warmteverlies naar buitenlucht
5* type29 (762*1219) 2*type 31 (3000*1220) h=2400mm HT,ie = ∑k (Ak * (Uk + ΔUTB) * fk)
Wanden:
Ak = (7415 * h) + (5976 * h) + (13895*h) – (5* opp. Type29 + 2*opp. type31)
= (7415 * 2400) + (5976 * 2400) + (13895*2400) – (5* 762*1219+ 2* 3000*1220) = 65428800 – 11964390 = 53522010mm2 = 53,52m2
ΔUTB =0,10 gebouwen met isolatie aan de binnenzijde en isolatie doorbroken plafonds
fFk = 1 voor buitenwanden/schuine daken HT,ie = ∑k (53,52 * (0,4 + 0,10) * 1)
= 26,76 W/K Ramen:
Uk = 2,3
Ak = 5* (762*1219) + 2*(3000*1220) = 11964390mm2 = 11,96m2 = ∑k (11,96 * (2.3 + 0,10) * 1)
= 28,71 W/K
Totale showroom HT,ie = 26,76 + 28,71 = 55,47W/K 55,46 * 30 = 1664,1 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 22
Showroom & ontvangst: warmteverlies naar buitenlucht 8* type 29 (762*1219) h=2400mm
HT,ie = ∑k (Ak * ( Uk + ΔUTB) * fk) Wanden:
Ak = (8870 * h) + (16745 * h) – (8*opp. Type29) = (8870 * 2400) + (16745*2400) – (8*762*1219) = 61476000 - 7431024= 54044976mm2 = 54,04m2
ΔUTB =0,10 gebouwen met isolatie aan de binnenzijde en isolatie doorbroken plafonds
fk = 1 voor buitenwanden/schuine daken HT,ie = ∑k (54,04 * (0,4 + 0,10) * 1)
= 27,02 W/K Ramen:
Uk = 2,3
Ak = 8* (762*1219) = 74310242 = 7,43m2 = ∑k (7,43 * (2.3 + 0,10) * 1)
= 17,83 W/K
Oppervlakte binnen muren = (3820 * 2400) + (11962 * 2400) = 37876800 mm2 = 37,88 m2 HT,ie = 37,88 * Uk * FK = 15,15
Totale Showroom & ontvangst HT,ie = 60 60 * 30 = 1800 W
De HT,ie is nu berekend dit is alle warmte verlies naar kamers en buitenmuren met een lager temperatuur. Voor het warmteverlies naar aangrenzende verwarmde kamers is er geen berekening gedaan omdat in de formule alles * 0 gedaan wordt dus het antwoord ook altijd 0 wordt. HT,iaBE is niet van toepassing want er is geen aangrenzend pand aan ons pand.
∅𝑖′= 𝐻𝑖 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) Hi = specifieke warmteverlies ten gevolge van infiltratie
𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣 Cp = soortelijke warmte van lucht bij constante druk
fv = correctiefactor voor lagere luchttemperatuur van de ontwerpbinnentemperatuur qi = luchtvolumestroom infiltratie
p = soortelijke masse van lucht bij 20 graden
z = reductiefactor volgens tabel 4.4 (per ruimte kijken)
Fv = 1 cp = 1005 p = 1,20 qi = qis* Au qv = aanname van 0,40 tot 0,60
Multimedia: infiltratie warmteverlies 𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 1,20 ∙ 1005 ∙ 1
z= twee tegenoverliggende buitengevels geeft z = 1 qi = qis * Au = 0,00064 * 40,38 = 0,0258
Hi = 1 * 0,0258* 1,2 * 1005 * 1 = 31,12 W/K
∅𝑖′= Hi * (θi - θe) = 31,12* (20 - - 10) = 933,45W Entree: infiltratie warmteverlies
𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣 𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 1,20 ∙ 1005 ∙ 1
z= twee tegenoverliggende buitengevels geeft z = 1 qi = qis * Au = 0,00064 * 44,30 = 0,028352
Hi = 1 * 0,0258* 1,2 * 1005 * 1 = 34,19 W/K
∅𝑖′= Hi * (θi - θe) = 34,19 * (20 - - 10) = 1025,64W Showroom: infiltratie warmteverlies
𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣 𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 1,20 ∙ 1005 ∙ 1
z = twee tegenoverliggende buitengevels geeft z = 0.5 qi = qis * Au = 0,00064 * 53,52 = 0,0343
Hi = 0,5 * 0,0343 *1,2* 1005 * 1 = 20,64 W/K
∅𝑖′ = Hi * (θi - θe) = 20,64 * (20 - - 10) = 619,2 W Showroom & ontvangst: infiltratie warmteverlies 𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
𝐻𝑖 = 𝑧 ∙ 𝑞𝑖 ∙ 1,20 ∙ 1005 ∙ 1
Z = vertrek met een buitengevel of twee niet tegenoverliggende buitengevels = 1 qi = qis * Au = 0,00064 * 54,04 = 0,0346
Hi = 1 * 0,0346 * 1,2 * 1005 * 1 = 41,76 W/K
∅𝑖′ = Hi * (θi - θe) = 41,76 * (20 - - 10) = 1252,8 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 24
∅𝑣𝑒𝑛𝑡 = 𝐻𝑣 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) 𝐻𝑣 = 𝑞𝑣 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
Qv = volumestroom ventilatielucht = oppervlakte grond * 0,7 p = 1,20
Cp = 1005 Fv = 1
De oppervlaktes van de verschillende ruimtes zijn uit Revit model gehaald.
Multimedia: ventilatie warmteverlies 𝐻𝑣 = 𝑞𝑣 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
Qv = 108,227 * 0,7 = 75,76 dm3/s = 0,0758 m3/s Hv = 0,0758 * 1,20 * 1005 * 1 = 91,42 W/K
∅𝑣𝑒𝑛𝑡 = 𝐻𝑣 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) = 91,42 * 30 = 2742,6 W Entree: ventilatie warmteverlies
𝐻𝑣 = 𝑞𝑣 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
Qv = 48,123 * 0,7 = 33,69 dm3/s = 0,0337 m3/s Hv = 0,0337 * 1,20 * 1005 * 1 = 40,64 W/K
∅𝑣𝑒𝑛𝑡 = 𝐻𝑣 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) = 40,64 * 30 = 1219,2 W Showroom: ventilatie warmteverlies
𝐻𝑣 = 𝑞𝑣 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
Qv = 132,992 * 0,7 = 93,10 dm3/s = 0,0931 m3/s Hv = 0,0931 * 1,20 * 1005 * 1 = 112,28 W/K
∅𝑣𝑒𝑛𝑡 = 𝐻𝑣 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) = 112,28 * 30 = 3368,4 W Showroom & ontvangst: ventilatie warmteverlies 𝐻𝑣 = 𝑞𝑣 ∙ 𝜌 ∙ 𝑐𝑝 ∙ 𝑓𝑣
Qv = 88,580 * 0,7 = 62 dm3/s = 0,062 m3/s Hv = 0,062 * 1,20 * 1005 * 1 = 74,77 W/K
∅𝑣𝑒𝑛𝑡 = 𝐻𝑣 ∙ (𝜃𝑖 − 𝜃𝑒) = 74,77 * 30 = 2243,1 W
Toeslag voor bedrijfsbeperking
Een gebouw moet ‘s nachts afkoelen om energie te besparen de afkoeltijd van ons gebouw is 8 uur. Volgens de tabel uit ISSO 53 is voor een middelzwaar gebouw gekozen en voor 2 uur opwarmtijd. Met deze gegevens is er een hu,i van 14 en hebben dat toegepast op de verschillende ruimtes.
Multimedia: toeslag voor bedrijfsbeperking
∅𝑜𝑝 = 𝐴𝑣𝑙 ∙ 𝜑ℎ𝑢, 𝑖
∅𝑜𝑝 = 108,227 * 14 = 1515,18 W
Entree: toeslag voor bedrijfsbeperking
∅𝑜𝑝 = 𝐴𝑣𝑙 ∙ 𝜑ℎ𝑢, 𝑖
∅𝑜𝑝 = 48,123 * 14 =673,72 W
Showroom: toeslag voor bedrijfsbeperking
∅𝑜𝑝 = 𝐴𝑣𝑙 ∙ 𝜑ℎ𝑢, 𝑖
∅𝑜𝑝 = 132,992 * 14 = 1861,9 W
Showroom & ontvangst: toeslag voor bedrijfsbeperking
∅𝑜𝑝 = 𝐴𝑣𝑙 ∙ 𝜑ℎ𝑢, 𝑖
∅𝑜𝑝 = 88,580 * 14 = 1240,12 W Het totale warmteverlies
∅𝐻𝐿, 𝑖 = ∅𝑇𝑖 + ∅𝑉𝑖 + ∅ℎ𝑢, 𝑖 Multimedia:
∅𝐻𝐿, 𝑖 = ∅𝑇𝑖 + ∅𝑉𝑖 + ∅ℎ𝑢, 𝑖
∅𝐻𝐿, 𝑖 = 1533,9 + (933,45 + 2742,6) + 1515,18 = 6725,13 W Entree:
∅𝐻𝐿, 𝑖 = ∅𝑇𝑖 + ∅𝑉𝑖 + ∅ℎ𝑢, 𝑖
∅𝐻𝐿, 𝑖 = 2327,7 + (1025,64 + 1219,2) + 673,72 = 4039,25 W Showroom:
∅𝑯𝑳, 𝒊 = ∅𝑻𝒊 + ∅𝑽𝒊 + ∅𝒉𝒖, 𝒊
∅𝑯𝑳, 𝒊 = 1664,1 + (619,2 + 3368,4) + 1861,9 = 7513,6 W Showroom & ontvangst:
∅𝑯𝑳, 𝒊 = ∅𝑻𝒊 + ∅𝑽𝒊 + ∅𝒉𝒖, 𝒊
∅𝑯𝑳, 𝒊 = 1800 + (1252,8 + 2243,1) + 1240,12 = 6536,02 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 26
3.3 Bepaal het benodigde vermogen voor koeling van de verschillende gebruiksfuncties van de 1e verdieping
Als richtlijn voor warmteontwikkeling verlichting/apparatuur 35 W/m2Ontwerptemperatuur = 24 Graden Celsius Luchtsnelheid in de ruimte is max 0,20m/s
Relatieve luchtvochtigheid in leef zone: minimaal30%
Aan de hand van tabel 3.2 uit de ISSO kunnen we de waarde SWM bepalen.
Hieruit volgt dat de SWM= 65 kg/m2
We gaan bij de berekeningen uit van de tabelwaarde SWM= 65 kg/m2 Bepaling tijdstip maximale koellast:
In het gebouw is geen binnen zonwering en onze SWM is groter dan 50, dit houdt in dat om 16:00 (horizontaal) de maximale koellast verwacht wordt.
De voelbare warmteafgifte Pp door personen:
Qp = n * Cp * Pp
N = aantal personen in vertrek
Ck = correctiefactor voor afwijkende kleding volgens tabel 3.6 Pp = voelbare warmteafgifte van personen
Ck = 1 (zomerkleding)
Pp = 100 W (zittend, algemeen kantoorwerk) Multimedia:
Qp = n * Ck * Pp
n = 9
Qp = 9 * 1 * 100 = 900 W Entree:
Qp = n * Cp * Pp
n = 2
Qp = 2 * 1 * 100 = 200 W Showroom:
Qp = n * Cp * Pp
n = 10
Qp = 10 * 1 * 100 = 1000 W Showroom & ontvangst:
Qp = n * Cp * Pp
n = 4
Qp = 4 * 1 * 100 = 400W
Voor verlichtingswarmte Ql geldt:
QI = NI * I1 * I2
NI = totaal geïnstalleerd aansluitvermogen van de verlichting inclusief eventuele voorschakel apparatuur
I1 = de reductiefactor in verband met afgezogen verlichtingsarmaturen
I2 = de vereffening factor waarmee de invloed van accumulatie van verlichtingswarmte in rekening wordt gebracht
NI = 200 W aansluit vermogen
L1 = 0.45 bij een debiet van 50 volgens tabel 3.7 ISSO L2 = CFI + (1- CFI) * Slv
CFI = 0,2 volgens tabel 3.8 ISSO
Slv = 0.76 volgens tabel 3.9 ISSO bij SWM van 65 en om 16:00 Dit geld voor elke ruimte in het gebouw.
QI = 200 * 0.45 * (0.2+(1-0.2)*0.76) = 72,72 W
De totale warmte afgegeven door apparaten en machines volgt uit:
Qm = N * m1 * m2
N = het nominale aansluitvermogen m1 = de benuttingsfactor
m2 = de gelijktijdigheidsfactor Multimedia:
Qm = N * m1 * m2
m1 = 3 apparaten per persoon m2 = 3
N = 150 W (gemiddeld wattage per apparaat) Qm = 150 * 3 * 3 = 1350 W
Entree:
Qm = N * m1 * m2
m1 = 1 (apparaten) m2 = 1
N = 10 W
Qm = 10 * 1 * 1 = 10 W Showroom:
Qm = N * m1 * m2
m1 = 6 (apparaten) m2 = 2
N = 90 W
Qm = 90 * 6 * 2 = 1080 W Showroom & ontvangst:
Qm = N * m1 * m2
m1 = 5 (apparaten) m2 = 1
N = 50 W
Qm = 50 * 5 * 1 = 250 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 28
Koellast door zonnewarmte via ramen Qzg = z · Ag · g · Qzon · redac
z = De verhouding de opvallende zonnestraling bij beschaduwing en zonder beschaduwing
[-]
Ag = Glasoppervlakte [m²]
g = g-waarde (zie tabel 3.16) [-]
Qzon = Koellast t.g.v. zonbelasting via ramen per m² glas en bij g = 1 [W/m²]
Redac = Correctiefactor voor maandinvloed (zie tabel 3.12) [-]
Z = 1, volgens ISSO, er is geen C dus c * TG < H1 Ag = raam oppervlak * percentage tabel 3.17 (ISSO)
g = 0,7, dubbelglas zonder zonwering volgens tabel 3.16 (ISSO) Qzon =
redac = 1.15, uitgaande van de zwaarste omstandigheden want het is niet duidelijk welke kant van het gebouw noord staat.
Qzon = qz(0) + (qz(100) - qz(0)) · 0,01 · SWM qz(0) = af te lezen uit figuur 3-1 hieronder.
Figuur 3-1
qz(0) = bij horizontaal en 16 uur = 630
qz(100) = af te lezen uit figuur 3-2 hieronder.
Figuur 3-2
qz(010) = bij horizontaal en 16 uur = 430
Qzon = qz(0) + (qz(100) - qz(0)) · 0,01 · SWM Qzon = 630 + (430-630) * 0,01 * 65 = 500
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 30
Multimedia:
Ag=
6* type 29 ramen (762x1219) = 6 * 0,93 2* type 31 (3000x1220) = 2 * 3,66 Metaal kozijn geeft 80% metaal kozijn geeft 88,5%
0,93 * 0,8 = 0,744 m2 3,66 * 0,885 = 3,24
6 * 0,744 = 4,46 2 * 3,24 = 6,48
Totaal = 10,94
Qzg = z · Ag · g · Qzon · redac
Qzg = 1 * 10,94 * 0,7 * 500 * 1,15 = 4403,35 W
Entree:
Ag=
1* type 30 (2400*5500) = 1 * 13,2 1* type 32 (1800*5500) = 1 * 9,9 Metaal kozijn geeft 88,5% Metaal kozijn geeft 88,5%
13,2 * 0,885 = 11,68 9,9 * 0,885 = 8,76
11,68 8,76
Totaal = 20,44
Qzg = z · Ag · g · Qzon · redac
Qzg = 1 * 20,44 * 0,7 * 500 * 1,15 = 8227,1 W
Showroom:
Ag=
5* type29 (762*1219) = 5 * 0,93 2*type 31 (3000*1220) = 2* 3,66 Metaal kozijn geeft 80% Metaal kozijn geeft 88,5%
0,93 * 0,8 = 0,744 m2 3,66 * 0,885 = 3,24
5 * 0,744 = 3,72 2 * 3,24 = 6,48
Totaal = 10,2
Qzg = z · Ag · g · Qzon · redac
Qzg = 1 * 10,2 * 0,7 * 500 * 1,15 = 4105,5 W
Showroom & ontvangst:
Ag=
8* type 29 (762*1219) = 8 * 0,93 Metaal kozijn geeft 80%
0,93 * 0,8 = 0,744 m2 8 * 0,744 = 5,95 Totaal = 5,95
Qzg = z · Ag · g · Qzon · redac
Qzg = 1 * 5,95 * 0,7 * 500 * 1,15 = 2394,88 W
De koellastbijdrage door transmissie door glas:
Qtg = Ur · Ar · (θe - θi)
Ur = U-waarde van het raam (zie tabel 3.18; indien zonwering ook formule 3.14 toepassen)
[W/(m²·K)]
Ar = Oppervlakte van het raamsysteem (incl. kozijn) [m²]
θe = MomenteleMomentane buitentemperatuur (zie tabel 3.19) [°C]
θi = Toegestane binnentemperatuur [°C]
Ur = 3,5 W/(m2*k) θe = 27 °C θi = 24 °C.
Multimedia:
Qtg = Ur · Ar · (27 - 24)
Ar = 6* (762*1219) + 2*(3000*1220) = 12893268mm2 = 12,89m2 Qtg = 3,5 ·12,89 · (27 - 24) = 135,35 W
Entree:
Qtg = Ur · Ar · (27 - 24)
Ar = 1* (2400*5500) + 1*(1800*5500) = 23100000mm2 = 23,10m2 Qtg = 3,5 · 23,10 · (27 - 24) = 242,55 W
Showroom:
Qtg = Ur · Ar · (27 - 24)
Ar = 5* (762*1219) + 2*(3000*1220) = 11964390mm2 = 11,96m2 Qtg = 3,5 · 11,96 · (27 - 24) = 125,58 W
Showroom & ontvangst:
Qtg = Ur · Ar · (27 - 24)
Ar = 8* (762*1219) = 74310242 = 7,43m2 Qtg = 3,5 · 7,43 · (27 - 24) = 78,02 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 32
Koellast door ondoorzichtige wanden en daken Qzt = a · Ad,o · qzt · Ciso
a = De absorptiecoëfficiënt van het buitenoppervlak voor opvallende zonnestraling, zie tabel 3.20
[-]
Ad,o = De binnenwerkse oppervlakte van het ondoorzichtige deel van de buitenwand [m²]
qzt = De koellast door de belasting door zon en temperatuur op ondoorzichtige wanddelen bij a = 1, zie afbeeldingen 3.11 t/m 3.13
[W/m²]
Ciso = Correctiefactor voor isolatie volgens afbeelding 3.14 [-]
a = 0,6 Rode bakstenen, volgens tabel 3,20 (ISSO)
qzt = 3,1, categorie 1 beton/metselbaksteen, bepaald door figuur hieronder bij 16 uur.
Figuur 3-3
Ciso = 0,48, bepaald door figuur hieronder 3-4 bij rc waarde 3,5
Figure 3-4
Multimedia:
Ad,o = 7241 * 2400 * 14947 * 2400 = 53251200 mm2 = 53,25 m2 Qzt = a · Ad,o · qzt · Ciso
Qzt = 0,6 * 53,25 * 3,1 * 0,48 = 47,54 W Entree:
Ad,o = (7581 * 5560) + (4541*5560) = 67398320 mm2 = 67,4 m2 Qzt = a · Ad,o · qzt · Ciso
Qzt = 0,6 * 67,4 * 3,1 * 0,48 = 60,17 W Showroom:
Ad,o = (7415 * 2400) + (5976 * 2400) = 32138400 mm2 = 32,14 m2 Qzt = a · Ad,o · qzt · Ciso
Qzt = 0,6 * 32,14 * 3,1 * 0,48 = 28,69 W
Showroom & ontvangst:
Ad,o = (8870 * 2400) + (16745*2400) = 61476000 mm2 = 61,48 m2 Qzt = a · Ad,o · qzt · Ciso
Qzt = 0,6 * 61,48 * 3,1 * 0,48 = 54,89 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 34
Koellast door infiltratie:
Qfi = qvi · 1200 · (θe - θi)
qvi = Luchtdebiet door buitenluchttoetreding [m³/s]
θe = MomenteleMomentane buitentemperatuur (zie tabel 3.19) [°C]
θi = Toegestane binnentemperatuur [°C]
qvi = qi · Ab
qi = Infiltratiedebiet per m² uitwendige scheidingsconstructie (incl. beglazing en deuren; zie tabel 3.24 voor woningbouw en tabel 3.25 voor de U bouw)
[m³/(s·m²)]
Ab = Oppervlakte van de uitwendige scheidingsconstructie [m²]
θe = 31 °C θi = 24 °C Multimedia:
qvi = qi · Ab
qvi = 4 · 10-5· 53,25 = 0,00213 Qfi = qvi · 1200 · (θe - θi)
Qfi = 0,00213 · 1200 · (31 - 24) = 17,89 Wf Entree:
qvi = qi · Ab
qvi = 4 · 10-5· 67,4 = 0,002696 Qfi = qvi · 1200 · (θe - θi)
Qfi = 0,002696 · 1200 · (31 - 24) = 22,65 W Showroom:
qvi = qi · Ab
qvi = 4 · 10-5· 32,14 = 0,0012856 Qfi = qvi · 1200 · (θe - θi)
Qfi = 0,0012856 · 1200 · (31 - 24) = 10,78 W Showroom & ontvangst:
qvi = qi · Ab
qvi = 4 · 10-5· 61,48 = 0,0024593 Qfi = qvi · 1200 · (θe - θi)
Qfi = 0,0024593· 1200 · (31 - 24) = 20,66 W
Koellast door ventilatie:
Qfv = qvv · 1.200 · (θt - θi) [W] (3.22)
Waarin:
qvv = Luchtdebiet door toetreding van ventilatielucht [m³/s]
1.200 = Product van soortelijke warmte en dichtheid [J/(m³·K)]
θt = MomenteleMomentane toevoertemperatuur (zie tabel 3.19 voor θe)
[°C]
θi = Toegestane binnentemperatuur [°C]
𝒒𝒗𝒗 = 𝒒𝒗, 𝟏𝟎, 𝒌𝒂𝒓 ∗ 𝑨𝒅, 𝒐 (θt - θi) = 31-24 = 7
Ad,o = Totale van binnenuit zichtbare oppervlakte (excl. ramen en deuren) [m²]
Qv, 10, kar = 25 ∗ 10−5 volgens tabel 3,25 bij 0,2 tot 0,4 en gebouw hoogte tussen 9 en 15 M Multimedia:
Ad,o = 7241 * 2400 * 14947 * 2400 = 53251200 mm2 = 53,25 m2 𝑞𝑣𝑣 = 25 ∗ 10−5 * 53,25 = 0,013
Qfv = 109,2 W Entree:
Ad,o = (7581 * 5560) + (4541*5560) = 67398320 mm2 = 67,4 m2 𝑞𝑣𝑣 = 25 ∗ 10−5 * 67,4 = 0,017
Qfv = 142,8 W Showroom:
Ad,o = (7415 * 2400) + (5976 * 2400) = 32138400 mm2 = 32,14 m2 𝑞𝑣𝑣 = 25 ∗ 10−5 * 32,14 = 0,008
Qfv = 67,2 W
Showroom & ontvangst:
Ad,o = (8870 * 2400) + (16745*2400) = 61476000 mm2 = 61,48 m2 𝑞𝑣𝑣 = 25 ∗ 10−5 * 61,48 = 0,015
Qfv = 126 W
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 36
De totale koellast door buitenluchttoetreding:
Qf = Qfi + Qfv [W] (3.23)
Waarin:
Qfi = Koellast door infiltratie volgens paragraaf 3.10.1 [W]
Qfv = Koellast door ventilatie volgens paragraaf 3.10.2 (let op: deze waarde kan negatief zijn)
[W]
Multimedia:
Qfi = 17,89 W Qfv = 109,2 W
Qf = 17,89 + 109,2 = 127,09 W Entree:
Qfi = 22,65 W Qfv = 142,8 W
Qf = 22,65 + 142,8 = 165,45 W Showroom:
Qfi =10,78 W Qfv = 67,2 W
Qf = 10,78 + 67,2 = 77,98 W Showroom & ontvangst:
Qfi = 20,66 W Qfv = 126 W
Qf = 20,66 + 126 =146,66 W
3.4 Controleer of met de hoeveelheid ventilatie in de zomer de berekende koellast kan worden gerealiseerd met de
ventilatielucht
Warmte geleidingscoëfficient van lucht = 0.0257
Multimedia:
Q=Qp+Qi+Qm+Qzg+Qtg+Qzt+Qf-Qf
Q=900+72.72+1350+4403.35+135.35+47.54+127.09-127.09=
Q=7036.05-127.09W
7036.05W=100% 5628.84W=80%
7036.05-127.09=6908.96W 6908.96-5628.84=1280.12W
Benodigd voor multimedia is dus 1280.12+127.09W =1407.21W Q = qvv · 1200 · (θe - θi) (zie 3.3 pagina 35)
1407.21= qvv. 1200 · (7) 1407.21/(1200*7)= qvv
0.1675m3/s = qvv
Dus moet er om de koellast te behalen 0.1675m3/s bij gedaan worden.
Entree:
Q=Qp+Qi+Qm+Qzg+Qtg+Qzt+Qf-Qf
Qf=Qfi+Qvv=22.65+142.8=165.48W
Q=200+79.72+10+8227.1+242.55+60.17+165.48-165.48=
Q=8977.99-165.48W
8977.99W=100% 7182.392W=80%
8977.99-165.45=8812.54W 8812.54-7182.392=1630.158W
Benodigd voor entrée is dus 1630.16+165.48W=1796W Q = qvv · 1200 · (θe - θi)
1795.64= qvv. 1200 · (7) 1795.64/(1200*7)= qvv
0.2138m3/s = qvv
Dus moet er om de koellast te behalen 0.2138m3/s bij gedaan worden.
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 38
Showroom:
Q=Qp+Qi+Qm+Qzg+Qtg+Qzt+Qf-Qf
Qf=Qfi+Qvv=10.78+67.2=77.98
Q=100+72.72+1080+4105.5+125.5+28.69+77.98-77.98=
Q=6412.41-77.98W
6412.41W=100% 5129.928W=80%
6412.41-77.98=6334.43W 6334.43-5129.928=1204.502W
Benodigd voor showroom is dus 1204.5+77.98W=1282.48W Q = qvv · 1200 · (θe - θi)
1282.48=qvv . 1200 · (7) 1282.48/(1200*7) = qvv 0.1526m3/s =qvv
Dus moet er om de koellast te behalen 0.1526m3/s bij gedaan worden.
Showroom & ontvangst:
Q=Qp+Qi+Qm+Qzg+Qtg+Qzt+Qf-Qf
Qf=Qfi+Qvv=20.6+126=146.6
Q=400+72.72+250+2394.88+78.02+59/89+146.66-146.66=
Q=3397.77-146.66W
3397.77W=100% 2717.736W=80%
3397.77-146.66=3250.57W 32507-2717.736=520,834W
Benodigd voor showroom & ontvangst is dus 520.834+146.66=667.49W Q = qvv · 1200 · (θe - θi)
667.49= qvv. 1200 · (7) 667.49/(1200*7)= qvv
0.07946m3/s=qvv
Dus moet er om de koellast te behalen 0.079m3/s bij gedaan worden.
4 Ontwerpen, tekenen en beheren van een distributienet voor de ventilatie
4.1 Ontwerp voor elke gebruiksfunctie van de 1e verdieping de toevoerkanalen.
In Figuur 4-1 en Figuur 4-2 is de positie van het ventilatiesysteem op de gehele tweede verdieping te zien. Door de keuze voor een één kanaalsysteem is het aantal roosters minimaal gehouden.
Figuur 4-1: ventilatiesysteem V01
Figuur 4-2: 3D weergave ventilatiesysteem
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 40
Onder in de bijlage zijn de berekeningen te vinden van het Revit model. Daar staan alle afmetingen en drukverlies en het geluid wat het systeem maakt.
4.2 Maak een drukverliesberekeningen voor het ventilatiesysteem voor de 1e verdieping
𝑝𝑤, 𝑙 = (𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2+ Σ𝜉 ∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2) 𝜆 = 𝑚𝑜𝑜𝑑𝑦 𝑑𝑖𝑎𝑔𝑟𝑎𝑚
𝜌 = 1,293𝑘𝑔 𝑚3 v = 9m
s voor schacht v = 5,5m
s voor hoofdkanaal v = 3m
s voor aansluitkanaal
Σ𝜉 = 𝑧𝑒𝑡𝑎𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒: ℎ𝑖𝑒𝑟𝑜𝑛𝑑𝑒𝑟 𝑖𝑠 𝑑𝑒 𝑧𝑒𝑡𝑎𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 𝑝𝑒𝑟 𝑏𝑜𝑐ℎ𝑡 𝑠𝑡𝑢𝑘 𝑡𝑒 𝑣𝑖𝑛𝑑𝑒𝑛 𝑇 − 𝑠𝑡𝑢𝑘 = 0,8Σ𝜉
y-stuk = 0,4 Σ𝜉
90 graden bocht = 0,7 Σ𝜉 45 graden bocht = 0,2 Σ𝜉 Flexibel kanaal = 0,4 Σ𝜉
Hieronder zijn de berekeningen te vinden per categorie buizen. Elke categorie heeft zijn eigen lucht snelheid.
schacht
Afmetingen buizen: Diameter = D = 200 mm – Lengte = L = 4949,6 mm 𝜆=0,0185 via moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 23,975 Σ𝜉 = 0,7 1𝑥 90 𝑔𝑟𝑎𝑑𝑒𝑛 𝑏𝑜𝑐ℎ𝑡 Σ𝜉 ∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2= 36,66
PW,l = 23,975 + 36,66 = 60,635 pa Hoofdkanaal
Afmetingen buizen: Diameter = D = 200 mm – Lengte = L = 2874,1 mm 𝜆=0,02 via moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 5,62
Afmetingen buizen: Diameter = D = 160 mm – Lengte = L = 3544,6 mm 𝜆=0,0215 via moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 9,315
Afmetingen buizen: Diameter = D = 125 mm – Lengte = L = 2602,1 mm 𝜆=0,022 via moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 8,956
Afmetingen buizen: Diameter = D = 100 mm – Lengte = L = 55406,5 mm 𝜆=0,024 via moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 260,055
5,62 + 9,315 + 8,956 + 260,055 = 283,946
Σ𝜉 = 6,9 = 5𝑥 90 𝑔𝑟𝑎𝑑𝑒𝑛 𝑏𝑜𝑐ℎ𝑡, 6𝑥 𝑦 − 𝑠𝑡𝑢𝑘, 1𝑥 𝑡 − 𝑠𝑡𝑢𝑘, 6𝑥 45 𝑔𝑟𝑎𝑑𝑒𝑛𝑏𝑜𝑐ℎ𝑡 Σ𝜉 ∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2= 134,94
PW,l = 134,94 + 283,946 = 418,886 pa Aansluitkanaal
Afmetingen buizen: Diameter = D = 100 mm – Lengte = L = 4807 mm 𝜆=0,0275 via Moody diagram
𝜆 ∗𝐿 𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2 = 7,692
Σ𝜉 = 4,2 = 8𝑥 𝑓𝑙𝑒𝑥𝑖𝑏𝑒𝑙 𝑘𝑎𝑛𝑎𝑎𝑙, 5𝑥 45 𝑔𝑟𝑎𝑑𝑒𝑛 𝑏𝑜𝑐ℎ𝑡 Σ𝜉 ∗12∗ 𝜌 ∗ 𝑣2= 24,44
PW,l = 7,692 + 24,44 = 32,132 pa Totaal
PW,l = 60,635 + 418,886 + 32,132 = 511,653 pa
Leertaak 3 fase 2 WTB – versie 2.0
De Haagse Hogeschool, 2022 42
Vergelijking Revit berekening
In revit zijn er ook berekeningen gedaan over drukverlies. Hieronder zijn de handberekeningen vergeleken met die van revit om te kijken of het redelijk overeenkomt. Voor de berekening hebben we een T-stuk genomen in het hoofdkanaal. Uit de berekeningen van het T-stuk komt een drukverlies van 21,26 pa dit is hieronder berekent.
Afmetingen buizen: Diameter = D = 160 mm – Lengte = L = 2874,1 mm 𝜌 = 1,293𝑘𝑔
𝑚3 v = 5,5m
s voor hoofdkanaal 𝜆=0,02 via moody diagram 𝜆 ∗𝐿
𝐷∗1
2∗ 𝜌 ∗ 𝑣2= 5,62 𝑇 − 𝑠𝑡𝑢𝑘 = 0,8Σ𝜉
Σ𝜉 ∗12∗ 𝜌 ∗ 𝑣2= 15,6453 15,6453+5,62= 21,26 pa
Hieronder zijn de waardes van de berekening in Revit te vinden. De geel gemarkeerde
gegevens zijn de gegevens van het T-stuk. Je kunt zien bij ∆𝑃 dat het drukverlies 14,9 pa. We zitten hier dus ongeveer 6 pa vanaf dit kan komen omdat ze in Revit een lagere snelheid hebben gebruikt die is 4,71 m/s in Revit en in ons model 5.5 m/s. In de formule is te zien dat de snelheid telkens de kwadraat van genomen wordt en daarna maal de rest van de formule dit betekent dat de snelheid dus veel invloed heeft op de berekening. Als ik de snelheid van Revit invul in de berekeningen dan kom ik op een drukverlies van 15,6 pa. Je kan dus zien dat de snelheid veel invloed heeft gehad op de uitkomst van de berekening.
Figuur 4-3: stabicad luchtberekening
4.3 Opstellen van documentatie
Dit is een individuele taak, ieder teamlid maakt een ontwerp van de 1e verdieping van het Revit model die de studenten hebben gekregen van Jack Haasnoot.
Aan de hand van de lessen die de studenten hebben gekregen kunnen zei het volgende maken en dat opleveren aan Jack Haasnoot.
Opleverdocument met daarin:
- Excel bestand met roosterplan
- Aantal benodigde roosters berekend met de luchtbehoefte - Ruimteomschrijving
- m3 per ruimte en m3/h per rooster
- Volledig rapport in PDF van de luchtberekening - Juiste hoogtes voor roosters en kanalen
- sheets floorplan, doorsnedes, 3d view en schedules - Revit model inclusief map bouwkundig
- Roosters & kanalen inclusief kleppen, afsluiters, verdiepingspijl
Wanneer dit correct is ingeleverd bij Jack Haasnoot zullen deze studenten een voldoende krijgen.