University of Groningen
Legal Dilemmas and Regime-Building in the East Asia Maritime Conflicts Xu, Qi
IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below.
Document Version
Publisher's PDF, also known as Version of record
Publication date: 2019
Link to publication in University of Groningen/UMCG research database
Citation for published version (APA):
Xu, Q. (2019). Legal Dilemmas and Regime-Building in the East Asia Maritime Conflicts: From the Third State Perspective. Rijksuniversiteit Groningen.
Copyright
Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons).
Take-down policy
If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.
Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum.
East Asia Maritime Conflicts
307
Samenvatting
Oost-Azië heeft al jarenlange territoriale en maritieme conflicten meegemaakt. Vanwege het bestaan van talrijke maritieme staten zijn we getuige geweest van trilaterale of vierzijdige overlappingen waarbij de aanwezigheid van derde staten in maritieme geschillen naar voren komt. Om de rechten en belangen van derde Staten in een maritieme zone met meerdere Staten aan te pakken, kan worden opgemerkt dat verschillende benaderingen worden gehanteerd tegen de achtergrond van het internationale recht en internationale betrekkingen. De belangrijkste onderzoeksvraag van het onderzoek is verdeeld in twee delen. Ten eerste, wat zijn de juridische dilemma's in de regionale maritieme geschillenregeling in Oost-Azië wanneer met de rechten en belangen van derde Staten rekening moet worden gehouden? Ten tweede, gezien het feit dat juridische middelen de aanwezigheid van derde Staten onvoldoende aankunnen, in hoeverre kan de theorie van het regime in internationale betrekkingen Staten die betrokken zijn bij Oost-Aziatische maritieme conflicten helpen bij het behandelen van de rechten en belangen van derde Staten? De vijf substantiële hoofdstukken in het huidige werk bieden een routekaart voor het oplossen van de belangrijkste onderzoeksvraag en overige deelvragen. Hoofdstuk 2 concludeert dat, in het licht van de internationale jurisprudentie, de test met betrekking tot het monetaire goudprincipe hardnekkig wordt toegepast, maar zelden met succes. Het Tribunaal voldoet met name niet aan dit beginsel in de SCS-arbitrage en heeft negatieve gevolgen voor de derde Staten in de SCS veroorzaakt. Hoofdstuk 3 concludeert dat het internationaal recht in termen van internationale jurisprudentie ontoereikend is om de rechten en belangen van derde landen volledig te beschermen, met name wat betreft maritieme grensafbakening. Om dergelijke onderliggende juridische dilemma's aan te pakken, verwoordt hoofdstuk 4 dat vanwege de nadruk op de regels, normen, principes en het besluitvormingsproces, evenals een convergentie op gemeenschappelijke belangen, de regime-theorie meer pragmatisch en inclusief wordt voor het aanpakken van rechten en belangen die gewoonlijk worden gedeeld door de betrokken Staten binnen een meerstatige omstreden zone. Aangezien elk model binnen de reguliere internationale-verhoudigtheorieën zich richt op één variabel en niet alle elementen van het regime omvat, moet het multivariate maritieme regime worden opgezet om de maritieme rechten en belangen te behartigen van relevante belanghebbenden die gewoonlijk worden gedeeld binnen dezelfde maritieme omstreden zone. Hoofdstuk 5 beschrijft enkele hypothetische afbakeningsvoorstellen in de door de NEA maritieme omstreden zones en wijst op enkele juridische dilemma's die niet snel op korte termijn kunnen worden opgelost. Het proefschrift suggereert daarom de toepassing van de multivariate regietheorie om gemeenschappelijke gedeelde maritieme belangen met betrekking tot visserijbeheer en bescherming van het mariene milieu in de drie
The Third State Perspective
308
omstreden zones in NEA aan te pakken. Hoofdstuk 6 specificeert de juridische dilemma's die werden gecreëerd door de SCS Arbitrage-uitspraak, aangezien de MA werd opgesteld door China en de Filipijnen en wordt opgevolgd door andere derde Staten in de SCS. Het stelt de toepassing van multivariate regimetheorie voor als een mildere manier waarop derde Staten kunnen worden betrokken en op welke manier hun rechten en belangen met betrekking tot visserijbeheer en bescherming van de zeeomgeving met anderen worden gedeeld in de meerstatige omstreden zones van SCS. Kortom, de instelling van een multivariate maritieme regeling helpt Staten bij het bestrijden van een grensoverschrijdende maritieme samenwerking. Het dient ook om de huidige regime-instellingen in NEA en de SCS te bevorderen, om te kunnen omgaan met gedeelde regionale zorgen.