Mobiele aanbieders moeten een hoog slagingspercentage voor nummerportabiliteit garanderen 8

N

IEUWS

-

EN PUBLICATIEBLAD VAN DE

O

NAFHANKELIJKE

P

OST EN

T

ELECOMMUNICATIE

A

UTORITEIT

OPTA

WIJST BEZWAAR TEGEN INTREKKING

06-

NUMMERS AF

2

O

PENBAAR BELANG STELT EISEN AAN VRIJE CONCURRENTIE

4

KPN-

TARIEVEN GELEIDELIJK VERDER OMLAAG

5

OPTA

STIMULEERT CONCURRENTIE OP DE MOBIELE MARKT

8

R

EGISTER GEPORTEERDE NUMMERS NU OOK OP DE

OPTA-

WEBSITE

10

Oktober 1999 - nr.

8

OPTA vindt dat aanbieders van mobiele telefonie in de toekomst een minimum slagingspercentage moeten garanderen bij nummerportabiliteit.

Overigens hebben verschillende mobiele telecommu-nicatieaanbieders OPTA inmiddels gemeld dat nummer-portabiliteit op dit moment een succes is. Volgens deze aanbieders behoren de ‘kinderziektes’ tot het verleden. OPTA vindt desondanks dat de druk op de aanbieders groot moet blijven om zo tot verdere verbeteringen te komen. Het college heeft daarom bekendgemaakt over te gaan tot het opleggen van een last onder dwangsom. Hierover worden de verschillende mobiele aanbieders nog gehoord.

De afgelopen maanden heeft OPTA intensief gecorrespondeerd met de verschillende aanbieders over de problemen rond nummerportabiliteit en de grote hoeveelheid klach-ten die hierover zijn inge-diend. Naast de contacten met de individuele tele-communicatieaanbieders heeft OPTA ook overlegd

met de Stichting Nummerportabiliteit. Deze stichting verenigt een groot deel van de aanbieders en werkt aan verbetering van nummerportabiliteit. Dit overleg leidde tot een aantal veranderingen waardoor nummerportabili-teit in de praktijk beter functioneert.

LAST ONDER DWANGSOM EN BOETES

Omdat verdere kwaliteitsverbetering gewenst is, heeft het college het besluit genomen om een last onder dwangsom

Mobiele aanbieders moeten een

op te leggen aan zowel de latende (de oude) aanbieder als de ontvangende (de nieuwe) aanbieder. Als de latende aanbie-der binnen een bepaalde tijd geen uitsluit-sel geeft over een ingediend porterings-verzoek, wordt een dwangsom van ƒ75.000 per maand verbeurd. Blijkt daarentegen dat de ontvangende aanbieder niet een mini-mumslagingspercentage garandeert, dan wordt een dwangsom van ƒ250.000 per maand verbeurd. Deze maatregel moet er toe leiden dat uiteindelijk 95% van de porteringsverzoeken succesvol wordt af-gehandeld.

Daarnaast heeft het college boetes opge-legd aan een aantal aanbieders van mobiele telecommunicatie. Het college spreekt deze aanbieders aan op het niet tijdig verschaf-fen van nummerportabiliteit in het verle-den. De boetes zijn opgelegd naar

aanlei-ding van klachten van individuele eind-gebruikers.

KLACHTEN OVER NUMMERPORTABILITEIT

OPTA pleit ook voor een betere klachten-afhandeling. Aanbieders moeten klachten snel en adequaat behandelen. Indien dit niet gebeurt zal OPTA de aanbieders hierop aanspreken. Consumenten die een probleem hebben met het meenemen van hun tele-foonnummer naar een andere operator moeten een schriftelijke klacht indienen bij de nieuwe aanbieder. Deze aanbieder is primair verantwoordelijk voor de afhan-deling van de klacht.

Naar aanleiding van de grote hoeveelheid vragen van eindgebruikers heeft OPTA op haar website (www.opta.nl) een aantal vaak gestelde vragen beantwoord. K

Colofon

Eindredacteur: Ludo Korteman Redactie: Jasper van Delft Hetty Joosten Patrick Ooms Monique Theuerzeit Irene Verheijen Basisvormgeving: Harlon, Utrecht Fotografie: Kelle Schouten Grafische productie: Herbschleb & Slebos Drukwerk: Meboprint, Amsterdam Redactieadres: Postbus 90420, 2509 LK Den Haag Telefoon (070) 315 35 59 Telefax (070) 315 35 02 Connecties wordt met grote zorgvuldigheid samengesteld, maar om de leesbaarheid te bevorderen zijn juridische zinsneden vaak vereenvoudigd weergegeven. Soms betreft het ook delen van of uittrek-sels uit wetteksten. In al deze gevallen is het verstan-dig de originele teksten te raadplegen. Aan de artikelen in Connecties kunnen geen rechten worden ontleend.

is het nieuws- en publicatie-blad van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit. OPTA wil met deze uitgave onder meer bereiken dat de organisaties in de markt voor telecommunicatie en post op gelijke voet geïnformeerd zijn over de ingenomen stand-punten, gedane uitspraken en nieuwe ontwikkelingen in ver-band met het werk van OPTA. Reacties op de inhoud van dit blad zijn van harte welkom.

OPTA wijst bezwaar tegen

intrekking 06-nummers af

OPTA heeft bezwaren van een aantal bedrijven die gebruik willen blijven maken van een 06-nummer ongegrond verklaard. De ondernemingen Telefuture, Utapia en Wetters Duiven hadden bezwaar gemaakt tegen het volledig vrijmaken van de 06-nummers voor mobiele telefonie per 1 januari 2000.

In 1996 werd het Nummerplan voor telefoon- en ISDN-diensten door de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat vastgesteld. Hierin staat dat 06-nummers vanaf 1 januari 2000 volledig vrij moeten zijn voor mobiele telefonie. OPTA besloot in mei van dit jaar tot het intrekken van de 06-nummers die nog in gebruik zijn bij verschillende bedrijven in de markt voor informatie-diensten.

EROTISCHE TELEFOONGESPREKKEN

Het gaat met name om 06-nummers voor erotische telefoongesprekken. Overigens wer-den slechts een handvol bezwaarschriften tegen de besluiten ingediend. Die bezwaren waren min of meer gelijkluidend, zoals tijdgebrek om over nummerwijzigingen te com-municeren met klanten. Bovendien werd aangevoerd dat er sprake zou zijn van een groot omzetverlies van de ene op de andere dag als gevolg van de intrekking van een goed lopend 06-nummer.

Masterplan

De uitspraken van Van Wijnbergen over privatisering van het OM hebben de aandacht afgeleid van het prima analysekader, dat deze oud-SG van Economische Zaken in dat zelfde geruchtmakende interview1_{schetst voor de}

regulering van geprivatiseerde nutssectoren. Het interview geeft er blijk van dat Van Wijnbergen en zijn departement steeds beter inzien dat bij privatisering van netwerk-gebonden sectoren bijzondere marktkrachten een rol spelen die soms met bijzondere regulering moeten worden begeleid om concurrentie een kans te geven en publieke belangen veilig te stellen. Ook stelt Van Wijnbergen in het interview terecht dat er bij de liberalisering van netwerkgebonden sectoren sprake is van een belangrijke gemeenschappelijke problematiek. Van Wijnbergen en zijn departement verdienen lof voor dit voortschrijdend inzicht. Bij OPTA herkennen we het geschetste beeld: veel van de argumentaties die zich nu voordoen tussen aanbieders, afnemers en beleidsmakers op het gebied van elektriciteit, gas, spoor en water roepen bij ons herinne-ringen op aan de eerste jaren van de liberalisering van de telecommunicatiemarkt. Wij kunnen ons goed indenken hoe het Lovers is vergaan in zijn relatie met de NS. Een aantal beleidsrecepten die met succes worden toegepast bij de liberalisering van de telecommunicatiemarkt zou-den mutatis mutandis heel goed kunnen worzou-den gebruikt bij de liberalisering van deze verwante sectoren. Van Wijnbergens ‘masterplan’ bevat één denkfout die een hoge actualiteitswaarde heeft. Als er op een bepaalde dienstenmarkt concurrentie tussen netten bestaat, dan is er geen probleem; en het Internet valt in die categorie, aldus het analysekader. Wat hierbij over het hoofd wordt gezien is dat de markt voor Internetdiensten alleen toe-gankelijk is via netten die om allerlei goede redenen wèl gereguleerd zijn, of dat binnenkort zullen worden; zo lang er geen Internet-stopcontact bestaat is Internet-access nu eenmaal nauw verweven met toegang tot bestaande telecommunicatienetten.

Dat is ook de reden waarom OPTA zich op dit moment met het fenomeen van ‘Gratis Internet’ bemoeit. Sommigen zeggen dat OPTA de vooruitgang niet moet willen tegen houden en zijn bevoegdheden te buiten treedt. Anderen menen dat het OPTA er om te doen is zijn bevoegdheden uit te breiden tot het Internet zelf. Wat het eerste betreft: het is geweldig voor het opstoten van Nederland in de vaart der digitale snelwegen, als toegang tot het Internet gratis is. Verre zij het van OPTA om er moeilijk over te doen als een bedrijf kans ziet om gratis Internet aan te bieden op basis van bijvoorbeeld

reclame-inkomsten, e-commerce activiteiten of uit andere niet-gereguleerde financieringsbronnen. Minder enthousiast wordt OPTA als de kosten van gratis internetten worden versleuteld in de telefoontarieven die worden betaald door iedere abonnee, of die nu belt naar een Internet Service Provider of naar zijn grootje; deze tarieven vallen gewoon onder OPTA’s toezicht. Nog somberder wordt het als een dominante aanbieder aan gelieerde ISP’s bedragen zou uitbetalen voor het gegenereerde inbelverkeer, die in strijd zijn met de regels over kortingen en/of discrimine-rend zouden zijn tegenover andere bedrijven die telefoon-verkeer genereren en daar niks voor terug krijgen; te hoge en/of discriminatoire kortingen vallen gewoon onder OPTA’s toezicht. Last but not least kan het zorgwekkend zijn als die dominante aanbieder gratis Internet access aanbiedt ‘zonder in gesprek toon’ terwijl de concurrenten door onvoldoende leverantie van interconnectiecapaciteit een in-gesprek-toon moeten verkopen; niet-nakoming van leverplicht valt gewoon onder OPTA’s toezicht.

Daarnaast roept de explosieve groei van het Internet-ver-keer nieuwe problemen en vraagstukken op, waarop OPTA als toezichthouder in een vroeg stadium zicht krijgt. Het behoort tot de taak van toezichthouders om behoefte aan nieuwe regels te signaleren. Dat kan echter niet gelijk worden gesteld met een zucht naar regels en bevoegd-heden. Het is niet fair om een verkeersagent die vraagt om verkeerslichten op een gevaarlijk kruispunt te betich-ten van een zucht naar het uitschrijven van bekeuringen. Eén van de grote voordelen van het onder brengen van toezicht bij een zelfstandig bestuursorgaan is dat het signaleren van de noodzaak van nieuw beleid en het becommentariëren van beleidsvoornemens (anders dan bij secretarissen-generaal) niet is gebonden aan regeer-akkoorden, kabinetsbeleid, ministeriële verantwoordelijk-heid of politieke opportuniteit. Zo kunnen op deskundige en op ‘hands-on’ ervaring gebaseerde inzichten in discus-sie worden gebracht, gewogen en al dan niet worden omarmd.

Hans Bakker

Daarnaast zullen gebruikers van mobiele telefonie snel toegang krijgen tot Internet via het draadloos breedband netwerk, de derde generatie in Europa. Datacommuni-catie neemt de leiding over van ‘normale’ telefonie, zowel in volume als omzet.’ Hij wees er op dat de wereldmarkt voor telecommunicatieapparatuur net als die van telecommunicatiediensten veel sneller zal blijven groeien dan de gemiddelde groei van de wereldeconomie. Als oorzaak noemde hij een aantal technologische ‘aanjagers’ die niet alleen de afgelopen twintig jaar een belangrijke rol speelden, maar zeker ook de komende jaren van doorslaggevende betekenis zijn. Voortdurende verbetering van de prijs/ kwaliteitsverhouding van Very Large Scale Integrated (VLSI) circuits, die belangrijk zijn voor netwerk infrastructuren, speelt daarbij een belangrijke rol. Een ander ‘aan-jager’ is de vernieuwing van de optische technieken, die het mogelijk maakt enorme hoeveelheden informatie snel wereldwijd uit te wisselen.

UNIEKE COMBINATIE

Arnbak wees erop dat de nieuwe informatie-en communicatietechnologie einformatie-en unieke combinatie van uitdagingen en mogelijk-heden vormt, die van grote economische betekenis is. ‘Vergeleken met de snelheden van het vervoer over de weg, de rails of

via pijplijnen gaat het hier om een trans-portmogelijkheid met de snelheid van het licht. Massatransport tegen te verwaar-lozen kosten per eenheid product, zonder kwaliteitsverlies.’

Het wordt steeds meer geaccepteerd dat communicatiediensten door privé-onder-nemingen moeten worden verzorgd. Dat plaatst een aantal overheden wel voor een dilemma. Zo concentreert de meerderheid van de gebruikers van deze diensten en de door hen gekozen politici zich op de natio-nale markt als meest relevant gebied voor regelgeving. Aan de andere kant moeten aanbieders van deze diensten concurreren op een internationale markt. Zij proberen concurrenten buiten spel te zetten. Dat kan zelfs gebeuren met behulp van een over-heid die telecommunicatie net heeft gepri-vatiseerd zonder tegelijkertijd voorwaarden te scheppen die vrije concurrentie in een geliberaliseerde markt echt mogelijk maakt.

VOORWAARDEN IN OPENBAAR BELANG

Een aantal van die voorwaarden zo stelde Arnbak zijn van openbaar belang en kun-nen dus niet geheel aan de vrije markt worden overgelaten. Bijvoorbeeld: K Controle op fusies, overnames en het

toezicht houden op de verhouding van de marktaandelen van partijen (leverage of dominance).

K Het bevorderen van concurrentie en het

toezicht houden op een gelijkwaardige toegang tot de vaste netwerken van nieuwe partijen.

K Het bevorderen van de betrouwbaarheid en de beschikbaarheid van de toegang tot elektronische snelwegen om ervoor te zorgen dat de explosieve groei van mobiele- en Internetdiensten de komende jaren gewaarborgd blijft.

K Gebruikers helder informeren over prijzen en (rand)voorwaarden van de verschil-lende aanbieders.

K En het verlagen van toegangsdrempels tot de nieuwe diensten zodat in principe iedereen toegang kan krijgen zonder dat de concurrentie wordt verstoord. K

OPTA-voorzitter prof. Arnbak op ITU-top in Genève:

Het nieuwe tariefsysteem geldt voor de periode 1 juli 1999-30 juni 2002. Met het vastleggen van de daling van de telefoon-tarieven gedurende drie jaar stapt OPTA af van het veel bekritiseerde systeem van rendementsregulering. De nieuwe vorm van prijsregulering levert voor alle partijen voordelen op. De consument die nog gebonden is aan KPN gaat minder betalen, KPN kan door efficiënter te werken een hogere winstmarge realiseren en andere telecombedrijven kunnen beter bepalen of ze willen concurreren met KPN. Bij de totstandkoming van het systeem van tariefplafonds heeft OPTA aanbieders en andere belanghebbenden geraadpleegd. Verschillende bedrijven en organisaties hebben hun mening gegeven over de opzet van een dergelijk systeem. Ook heeft een aantal partijen meegewerkt aan de ont-wikkeling van een economisch model om te bepalen welke ruimte er de komende jaren is voor verlaging van de tarieven van KPN.

EEN MANDJE TELEFOONDIENSTEN

De tariefsverlaging geldt voor een ‘mandje’ telefoondiensten. Daarin zitten het abon-nement, de lokale en interlokale tarieven en het tarief voor het bellen van een vast naar een mobiel toestel. De diensten in dit mandje moet jaarlijks gemiddeld dalen met 5,3 procent. KPN mag onder bepaalde

voorwaarden zelf bepalen hoe zij de tariefsverlaging invult. Maar het lokale tarief moet in elk geval met 3,3 procent omlaag. De prijs van het abonnement mag hooguit stijgen met de inflatie, maar dan moeten de andere tarieven ter compensatie extra dalen. Bij een huidige inflatie van 2,0 procent zou het standaard abonnement van ƒ34,60 per maand dus hooguit 70 cent duurder kunnen worden.

LAGERE NOTA HANGT AF VAN BELGEDRAG Omdat KPN de prijsverlagingen nog moet doorvoeren, merkt de consument er pas vanaf 1 januari 2000 iets van in zijn porte-monnee. Hoeveel lager de telefoonnota van de KPN-abonnee wordt, hangt sterk af van zijn belgedrag. Uit berekeningen van OPTA blijkt dat de ‘gemiddelde’ KPN-abon-nee na drie jaar tussen de 60 en 100 gul-den per jaar op zijn binnenlandse gesprek-ken bespaart.

OPTA ziet af van een eenmalige extra ver-laging van het lokale tarief. Enkele grote kabelbedrijven maakten onlangs bekend dat ze een landelijk telefoonnet willen exploiteren. Dat bevordert de concurrentie op de telecommarkt – vooral die van het lokale telefoonverkeer – dermate dat een extra ingreep nu een verkeerd signaal zou geven aan zowel marktpartijen als inves-teerders.

EVALUATIE

OPTA evalueert de groei van het lokale verkeer na 1,5 jaar. Dit verkeer groeit op dit moment zo sterk, vooral door de sterke toename van Internet-inbelverkeer, dat nu moeilijk te voorspellen is hoe de situatie over 2 à 3 jaar is. Vandaar dat OPTA besloten heeft de hoogte van het tarief-plafond voor het derde en laatste price cap-jaar aan te passen als blijkt dat het lokale verkeer veel sterker of juist veel langzamer is gegroeid dan waarvan nu wordt uitgegaan. K

OPTA voert systeem van tariefplafonds in

KPN-tarieven geleidelijk verder omlaag

De KPN-tarieven voor bellen binnen Nederland gaan de komende drie jaar

Dit besluit volgt op een klacht die Denda Multimedia bij de NMa en OPTA heeft inge-diend. Denda wil een eigen telefoongids uitgeven, waarin alle abonnees van Neder-land vermeld zijn. KPN is onder de Tele-communicatiewet verplicht de gegevens van haar abonnees voor dit doel aan anderen te verstrekken.

KPN stelde volgens Denda onredelijke voor-waarden aan het ter beschikking stellen van haar abonneegegevens. De klacht is in eerste instantie door beide toezichthouders gezamenlijk behandeld. NMa en OPTA heb-ben op 14 december 1998 een voorlopig oordeel over deze klacht bekend gemaakt. Na de bekendmaking van het voorlopig oordeel is de zaak op grond van het samenwerkingsprotocol tussen NMa en OPTA overgedragen aan OPTA. Het college heeft nu definitief besloten dat KPN haar abonneegegevens ter beschikking moet stellen tegen billijke, kostengeoriënteerde en non-discriminerende voorwaarden.

KOSTENORIËNTATIE

Kostenoriëntatie houdt in dit geval in dat KPN de marginale kosten voor het daad-werkelijk ter beschikking stellen van de gegevens in rekening mag brengen. Berekeningen in de voorlopige beoordeling hebben uitgewezen dat dit niet meer dan ƒ0,005 per gegeven betreft. Het non-dis-criminatie beginsel houdt in dat KPN haar gegevens op een zelfde wijze en onder de dezelfde voorwaarden aan Denda moet leveren als zij deze gegevens aan zichzelf

levert. KPN legt zichzelf intern geen beper-kingen op in het gebruik van de gegevens. Het college heeft besloten dat KPN dus ook geen beperkingen aan Denda kan opleggen in de wijze waarop Denda de gegevens mag gebruiken.

NIET OMGEKEERD ZOEKEN

KPN wil verder aan het verstrekken van de gegevens de voorwaarden stellen dat de CD-ROM van Denda niet geschikt is om omgekeerd te zoeken en dat de gege-vens niet onbeperkt gekopieerd mogen worden. De CD-foongids van KPN draagt deze functies niet in zich. Het stellen van de voorwaarden is dus niet in strijd met het non-discriminatie beginsel. Daarnaast acht het college het belang van Denda om deze functies aan te kun-nen aanbieden niet opwegen tegen het belang van KPN om deze voorwaarden te stellen. K

KPN moet haar abonneegegevens ter beschikking stellen aan Denda Multimedia B.V. De onderneming hoeft daarvoor minder dan een cent per gegeven te betalen, aldus een recent besluit van OPTA. KPN mag wel de voorwaarde stellen dat de CD-ROM die Denda wil uitbrengen niet geschikt mag zijn voor het zogenaamd ‘omgekeerd zoeken’ en niet bruikbaar is voor het onbeperkt kopiëren van de gegevens.

IP telefonie werd een tijd lang gezien als een Internettoepassing waar alleen inter-netters in de hobbysfeer gebruik van maken. Alleen als beller en gebelde over de juiste computer en de juiste software beschikken was het mogelijk om over het Internet te spreken. Momenteel duiken steeds meer varianten op, zoals het bellen van computer naar telefoon en van tele-foon naar computer. Er wordt zelfs

voor-speld dat over een aantal jaar het grootste gedeelte van de spraakdiensten via data-netwerken gerouteerd wordt. De geschakelde telefonie zou dan verdwijnen. Zover is het echter nog niet.

WAT SPEELT ER OP DE MARKT?

Om een goed beleid te kunnen voeren is het voor OPTA noodzakelijk een beeld te krijgen wat er speelt op deze markt.

Welke spelers zijn er? Wat voor soort dien-sten worden er aangeboden? Zijn er partij-en die epartij-en dominante positie hebbpartij-en? Op welke wijze moet OPTA toezicht houden op deze markt? Is de Telecommunicatiewet toereikend om op dit gebied toezicht te houden?

Ter afronding van het onderzoek organi-seert OPTA een workshop met marktpartij-en. Daar zal een aantal conclusies van het onderzoek worden gepresenteerd.

Marktpartijen kunnen dan hun visie naar voren brengen. Bedrijven die deze work-shop willen bijwonen of meer informatie willen hebben, kunnen contact opnemen met OPTA. K

Afdeling Eindgebruikersmarkt Postbus 90420

2509 LK Den Haag Info@opta.nl

OPTA is een onderzoek gestart naar het aanbieden van spraakdiensten door middel van het IP protocol. Spraak wordt daarbij omgezet in datapakketjes en zo over het World Wide Web of over Datanetwerken verzonden. Het aanbieden van dergelijke diensten heeft een grote vlucht genomen. Niet alleen de nieuwkomers op de markt, maar ook de meer gevestigde operators gaan spraakdiensten aan-bieden met gebruikmaking van het IP protocol. OPTA zal rond de jaarwisseling Richtlijnen IP telefonie uitbrengen. Het onderzoek is een eerste zet om tot deze richtlijnen te komen.

AANMERKELIJKE MACHT OP DE MARKT

De aanwijzing van KPN Telecom en Libertel gebeurt op basis van de Telecommuni-catiewet. Een marktpartij beschikt in beginsel over aanmerkelijke marktmacht wanneer het marktaandeel meer dan 25% bedraagt. Uit onderzoek van OPTA is geble-ken dat beide partijen een marktaandeel hebben dat groter is dan 25% en dat er geen speciale omstandigheden zijn op grond waarvan OPTA van aanwijzing zou kunnen afzien. De aanwijzing verplicht KPN en Libertel tot het bieden van non-discri-minatoire interconnectie op hun mobiele netwerken. Tevens moeten beide mobiele operators tegen redelijke voorwaarden bij-zondere toegang verlenen aan o.a. markt-partijen die zelf niet over een mobiel net-werk beschikken. Dit kan de toetreding van nieuwe marktdeelnemers bevorderen. Bij bijzondere toegang valt bijvoorbeeld te denken aan de mogelijkheid van carrier-selectiediensten op mobiele netwerken. De aanwijzing stimuleert, aldus het colle-ge, in de eerste plaats de ontwikkeling van dienstenconcurrentie op de mobiele netwerken, maar ook het ontstaan van Europese netwerken en diensten bevorde-ren. Directe interconnectie kan bijdragen tot een hogere efficiëntie bij de

afwikke-ling van telefoonverkeer naar de mobiele netwerken. In de huidige marktsituatie worden alle mobiele gesprekken tussen verschillende aanbieders afgewikkeld via het vaste netwerk van KPN. Volgens OPTA is dit niet efficiënt, zeker omdat KPN nog steeds kampt met schaarste aan capaciteit op het vaste net en omdat de mobiele aanbieders hiervoor moeten betalen.

TARIEFDIFFERENTIATIE

Het college heeft KPN ook verplicht de eindgebruikerstarieven voor het bellen van een vaste naar een mobiele telefoon te differentiëren per mobiele operator. Tariefdifferentiatie verplicht KPN om elke wijziging in interconnectietarieven die de mobiele netwerkaanbieders doorvoeren, volledig door te berekenen in de eind-gebruikerstarieven. Een aanbieder van

mobiele telefonie kan op deze wijze zelf gaan bepalen wat het kost om vanaf een vast toestel zijn mobiele abonnees te bel-len. Mobiele operators kunnen daardoor op interconnectietarieven met elkaar concur-reren. OPTA heeft KPN ook de verplichting opgelegd om ervoor te zorgen dat het voor de beller met een vaste telefoonaansluiting duidelijk blijft wat het kost om naar een bepaald mobiel nummer te bellen.

CONSUMENTENTARIEVEN

OPTA gaat ervan uit dat de aanwijzing, in samenhang met de verplichting tot tariefdifferentiatie, een impuls is voor de concurrentie op de mobiele markt. Deze zal ook effect hebben op de consumententa-rieven. De maatregelen verhogen enerzijds de keuzemogelijkheden voor de consumen-ten, anderzijds kunnen ze leiden tot een verbetering van de efficiëntie, hetgeen verlaging van de tarieven voor bellen van vaste naar een mobiele telefoon tot gevolg kan hebben. K

Met een tweetal samenhangende maatregelen geeft het college van OPTA een extra impuls aan de concurrentie tussen aanbieders van mobiele telefonie. OPTA wijst KPN en Libertel aan als partijen met aanmerkelijke macht op de markt voor mobiele telefonie. Daarnaast verplicht OPTA KPN om de interconnectietarieven, die de mobiele operators aan KPN in rekening brengen voor het afwikkelen van gesprekken op hun mobiele netwerk, volledig door te berekenen aan de consu-ment. Dat wil zeggen dat het tarief voor het bellen van een vaste telefoon naar een mobiele telefoon per aanbieder kan verschillen. Nederland sluit zich met deze maatregelen aan bij het beleid van de Europese Unie.

Aanwijzing aanmerkelijke marktmacht KPN en Libertel

OPTA stimuleert concurrentie

op de mobiele markt

Hoewel, volgens het Telecommunicatie Millennium Platform, de Nederlandse net-werken niet met millenniumproblemen te maken zullen krijgen, zijn na 1 januari 2000 misschien niet alle functionaliteiten

te gebruiken. Dat is de opvatting van VNO-NCW. Problemen kunnen ontstaan doordat er ook storingen kunnen optreden in (com-plexe) randapparatuur. Gebruikers zullen zelf contact moeten opnemen met hun

HEMATISCHE OPZET Via een beperkt aantal actuele en langer lopende thema’s (zoals schaarste of toegang tot de kabel) krijgt de bezoeker direct verwijzin-gen naar alle bijbehorende documenten, zoals beslui-ten en oordelen van het college, persberichten, consultatiedocumenten en achtergrondartikelen. Wie zijn vraag niet direct in een thema herkent, kan op verschillende manieren toch zijn weg vinden. Er is een speciale toegangspoort voor consumenten en voor aanbieders van post en telecom. Bovendien is het altijd mogelijk om via trefwoorden het juiste document op te sporen. In een speciaal venster op de homepage staat het laatste nieuws en systema-tisch zoeken kan ook nog via de bibliotheek, waarin

alle publicaties van OPTA zijn opgenomen.

REGISTERS

Speciale aandacht is geschonken aan de num-mer- en registratieregisters, die veel sneller te vinden en te raadplegen zijn. De service gaat zo ver dat een

bezoeker die geïnteresseerd is in bijvoorbeeld een 0800 of 0900 nummer op één pagina alle informatie die hij nodig heeft bij elkaar vindt: uitleg, tarieven, het register van nummers die zijn uitgegeven door OPTA, eventueel een folder en natuurlijk de

aanvraagfor-mulieren met toelichting. Ook de meest gestelde vragen met de antwoorden daarop zijn straks onder muisbereik. De nieuwe website is gebaseerd op een database waardoor het onderhoud gemakkelijker wordt en we nog beter dan nu actualiteit kunnen garanderen. Begin novem-ber wordt de site door een besloten groep testers beoordeeld. Na eventuele verbeteringen of wijzigin-gen kunnen we de nieuwe website aan de buiten-wereld presenteren. In het volgende nummer van Connecties leest u er meer over. K

leveranciers om vast te stellen of de tele-com-randapparatuur millennium-bestendig is. Ook is het verstandig dat gebruikers bij belangrijke zakelijke contacten informeren of hun randapparatuur de jaarwisseling kan

doorstaan. Bij belangrijke verbindingen is het verstandig de complete berichten-uitwisseling te testen op millennium-bestendigheid. K

Nieuwe website met thematische opzet

Op deze pagina gunnen we u alvast een blik op de nieuwe website van OPTA die in de tweede helft van november de lucht ingaat. Niet alleen de vormgeving is ingrijpend veranderd, ook de opzet is vernieuwd. Hoewel de huidige website een schat aan informatie bevat, en goed bezocht wordt, bleek de site voor de minder ervaren websurfers soms wat moeilijk toegankelijk. In de nieuwe opzet kan de informatie via verschillende wegen gevonden worden. De hoofdstructuur van de Internetsite is thematisch opgezet.

OPTA houdt een register bij dat een overzicht bevat van toekenningen en reserverin-gen van nummers. Nieuw is het register van geporteer-de nummers. Dit zijn num-mers waarvan de toeken-ning is overgegaan naar een andere telecomaanbie-der. Houders van mobiele, geografische en

informatie-nummers verschaffen OPTA per kwartaal een overzicht van geporteerde nummers en OPTA verwerkt deze gegevens in een register. Bij de verwerking van de overzichten maakt OPTA onderscheid naar het type nummers. Zo komt er een porteringsregister voor mobiele en geografische nummers (het porterings-register voor telefoon- en aanverwante nummers) en daarnaast een porterings-register voor informatie-nummers.

TWEE PARTIJEN

OPTA combineert de gege-vens van twee betrokken partijen over nummerporte-ring, want als de ene num-merhouder rapporteert dat hij het nummer heeft

uitge-porteerd, dan moet een

andere nummerhouder mel-den dat hij het nummer

heeft ingeporteerd. Deze gegevens verwerkt OPTA in het porteringsregister. Het porteren van blokken geografische nummers was al voor 1 januari 1999 mogelijk. De toekenning van deze nummers, die voor deze datum zijn geporteerd, is per 1 januari 1999 van rechtswege over-gegaan. Vanuit dit oogpunt heeft OPTA alle nummer-houders opgeroepen bij het eerste overzicht van het eerste kwartaal 1999 ook een overzicht te verschaf-fen over de periode vóór 1 januari 1999. Uit de gegevens bleek dat er 37 porteringen plaatsvonden voor die datum en in het eerste kwartaal van 1999. Deze porteringen bevatten samen 25.412 geografische en mobiele nummers. Bij geografische nummers gaat

het vooral om porteringen in nummerblokken van 1000 of meer nummers.

EERSTE KWARTAAL1999 In het eerste kwartaal van 1999 zijn slechts enkele mobiele nummers gepor-teerd. Het ging om num-merporteringen die door een tweetal operators wer-den uitgevoerd ten behoeve van een test. De verklaring voor dit geringe aantal por-teringen is dat de operators pas per 1 april 1999 (onderling) helemaal klaar waren voor nummerportabi-liteit.

Het resultaat van het eerste kwartaal is terug te vinden in het porteringsregister telefoon- en aanverwante nummers. Inmiddels is ook het tweede kwartaal ver-streken en de overzichten voor het derde kwartaal staan voor de deur.

De registers van nummers die van de ene aanbieder naar een andere zijn overgegaan zijn nu ook op de website van OPTA (www.opta.nl) te raadplegen. Operators bieden sinds 1 april van dit jaar nummerportabiliteit voor vaste en mobiele aansluitingen. Op dit moment zijn alleen mobiele, geografische en informatienummers aangewezen als nummers die voor portering

in aanmerking komen.

Voor het einde van het jaar moet de her-ziening leiden tot een goed beeld van de huidige ontwikkelingen binnen de Europese markt en een evaluatie van de werking van de huidige regels. De Commissie zal deze inventarisatie gebruiken om voorstellen te doen die leiden tot het aanpassen en stroomlijnen van de huidige ONP-regels. Dat herzieningsproces moet rond het jaar

2003 worden afgerond. Vorig jaar hield de Commissie een openbare consultatie over het Groenboek Convergentie.

De resultaten van een aantal studies zijn in september in openbare workshops gepresenteerd. De tekst van de rapporten is te zien op de website van de Europese Commissie: http://www.ispo.cec.be/ infosoc/telecompolicy/en/Study-en.htm.

De resultaten van deze acties bieden informatie waarmee de Commissie op dit moment haar aanpak bepaalt.

ACTIE VAN DEEUROPESECOMMISSIE OP HET GEBIED VAN HUURLIJNEN

Signalen uit het bedrijfsleven hebben zowel het Directoraat Generaal Informatie-maatschappij (DGXIII) als het Directoraat Mededinging (DGIV) van de Europese Commissie ertoe aangezet om dit najaar onderzoek te doen naar ‘te hoge’ tarieven in de markt voor huurlijnen. Het ene ini-tiatief (DGXIII) richt zich op de

totstand-Internationale Zaken

Herziening van de Europese ONP-regels

Zoals eerder in Connecties gemeld, bevatten de Europese telecommunicatie

(ONP-) richtlijnen de opdracht aan de Europese Commissie om de werking van die richtlijnen te herzien vóór het eind van 1999.

EÉN GEHEEL

Het porteringsregister telefoon- en aanverwante nummers vormt samen met het register telefoon- en aanverwante nummers één geheel. Als iemand wil weten bij welke operator een nummer zich bevindt, dan moet hij eerst dit register raadplegen. Daarin is te zien of een nummer is geporteerd, naar wie een nummer is geporteerd en wie de originele nummer-houder is. Wanneer blijkt dat er geen sprake is van nummerportering, kan het (algemene) register tele-foon- en aanverwante num-mers worden geraadpleegd. Daarin staan alle nummers zoals OPTA ze heeft toege-kend aan de nummerhouders.

INFORMATIENUMMERS Het porteringsregister informatienummers laat nog

even op zich wachten. Informatienummers kunnen ook aan eindgebruikers worden toegekend. De verwerking van overzichten van (geporteerde) informa-tienummers is complex en neemt de nodige tijd in beslag. Zodra dit register klaar is, volgt informatie van OPTA.

Behalve via Internet zijn de registers ook in te zien op het bezoekadres van OPTA, Babylon complex, toren B op het Koningin Juliana-plein 30 in Den Haag. U kunt vooraf een telefoni-sche afspraak maken met het secretariaat van de afdeling Nummers en Registraties,

telefoon (070) 315 92 32. Voor meer informatie over dit onderwerp:

ing. A.J. Woutersen, telefoon (070) 315 92 28, s.woutersen@opta.nl K koming van een benchmark voor de tarieven

van korte huurlijnen, het andere (DGIV) richt zich op sector-onderzoek naar de markt voor de grensoverschrijdende huurlijnen.

ITU TELECOM’99

Begin oktober werd in Geneve de ITU-Telecom ’99 conferentie gehouden. Telecom ’99 bood onderdak aan overheden en bedrijven uit alle delen van de wereld, in combinatie met een tentoonstelling over de nieuwste ontwikkelingen. De conferentie stond in het teken van de snelle technologische ontwikkelingen en marktontwikkelingen en behandelde de vraag hoe wereldwijd van deze ontwikke-lingen geprofiteerd kan worden.

INDEPENDENTREGULATORSGROUP

Zwitserland is deze maand met recht dé arena waar Telecommunicatie, Media en IT uitvoerig worden besproken. Ook IRG houdt zijn bijeenkomst (de vijfde) in de omge-ving van Genève. Belangrijke onderwerpen op de agenda: de bijdrage die IRG aan de ONP-herziening kan leveren, het IRG infor-matieplatform WWW.IRGIS.PT, en discussies over mobiel en ontbundelde toegang.

RONDOM ONTBUNDELDE AANSLUITLIJNEN In Oostenrijk heeft de toezichthouder de prijs voor ontbundelde toegang tot de ‘kale’ aansluitlijn gezet op een maandelijks tarief van 12,35 Euro. Aan het gebruik van de lijn zijn geen beperkingen gesteld ten aan-zien van het aanbieden van xDSL-diensten.

Het Verenigd Koninkrijk presenteerde in juli van dit jaar haar consultatiedocument over ontbundeling van de aansluitlijn. Het document beschrijft vijf varianten, van ‘kale’ aansluitlijn tot en met ‘bitstream access’. Definitieve besluitvorming rondom dit onderwerp wordt begin november 1999 verwacht.

Ontbundeling van de aansluitlijn is in

Zwitserland onderwerp van een geschil

dat bij de toezichthouder aanhangig is gemaakt. De uitspraak valt ongeveer samen met de uitgifte van 3 nationale en 45 regionale frequentievergunningen voor draadloze aansluitnetten (WLL). K

12

K

K

Onderzoeksbureau Heliview zal begin november zo’n 300 lezers van dit blad telefonisch vragen wat zij van Connecties vinden. In het vorige nummer werd dit al aangekondigd. De redactie wil weten of de lezers tevreden zijn over Connecties.

U kunt dus gebeld worden door een medewerker van Heliview met het verzoek om mee te werken aan het lezersonder-zoek. Als u hiermee instemt, vraagt de enquêteur uw waardering voor de ver-schillende aspecten van dit blad uit te drukken in de vorm van een rapportcijfer.

Het interview duurt ongeveer tien minuten. De redactie van Connecties stelt het op prijs als u aan het onderzoek meedoet.

Van de uitkomsten van het lezersonder-zoek houden wij u via dit blad op de hoogte. K

Lezersonderzoek Connecties

TELFORT ENKPN

Op verzoek van Telfort is het geschil met KPN over de levering van interconnectie-capaciteit, opnieuw geschorst. Het gaat om een verschil van mening tussen Telfort en KPN over de levering van interconnectie-capaciteit. Het geschil loopt al vanaf november 1998 en is in behandeling sinds april 1999. OPTA heeft Telfort verzocht aan te geven of de onderneming nog materieel belang heeft bij de voortzetting van het geschil dat handelt over betwiste leverin-gen tot en met het eerste kwartaal van 1999. In de eerste helft van november zullen Telfort en KPN worden gehoord.

VERSATEL ENKPN

Er loopt nog een geschil tussen VersaTel en KPN over de levering van interconnectie-capaciteit. In maart 1999 heeft het college al een voorlopig besluit over deze zaak genomen. Inmiddels heeft het college geoordeeld dat er voor partijen geen mate-rieel belang meer is bij het voortzetten van het geschil. De procedure is daarom formeel afgesloten. Aan de betrokkenen

is medegedeeld, dat het voorlopige besluit van 9 maart 1999 het definitieve besluit is geworden.

EUROSPORT ENENECO/GEMEENTEROTTERDAM Het geschil tussen Eurosport en Eneco/ Gemeente Rotterdam, in behandeling vanaf maart 1999 over de toegang tot de kabel, is door Eurosport ingetrokken.

DUTCHTONE ENKPN

Het geschil tussen Dutchtone en KPN over interconnectieverbindingen, dat loopt vanaf april 1999, is op verzoek van Dutchtone ingetrokken.

MTV NETWORKS

In juli 1999 heeft MTV Networks een ver-zoekschrift ex artikel 8.7 Telecommuni-catiewet ingediend bij het college. Het verzoekschrift betreft een geschil tussen MTV en Casema over het doorgeven van het programma van MTV over de kabelnet-ten van de gemeenkabelnet-ten Delft en Nootdorp. Begin november zullen MTV en Casema worden gehoord.

ARCADE/NEWCO ENNOZEMA