Vraag nr. 13
van 12 oktober 1999
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Rendac Denderleeuw – Controle en sanering Het vilbeluik Rendac in Denderleeuw heeft de laatste jaren al heel wat stof doen opwaaien om-trent stank- en roethinder die het bedrijf vooral in de regio rond Affligem veroorzaakt. Rendac deed de afgelopen jaren inspanningen om die hinder tot een minimum te beperken, maar sinds de recente dioxinecrisis nemen de klachten toe.
Al het slachtafval uit Vlaanderen wordt door Ren-dac verwerkt, wat heel wat overlast meebrengt voor de buurtbewoners. Ook wat de controle be-t r e f be-t , loopbe-t er heel wabe-t foube-t. Denken we maar aan het slib dat werd verwerkt in veevoeder. N o c h t a n s bestaat er een saneringscommissie, met vertegen-woordigers van de omringende gemeentebesturen. 1. Welke instantie oefent de controle uit op de
werkzaamheden van het bedrijf Rendac ? 2. Er bestaat een saneringscommissie met
verte-genwoordigers van de omliggende gemeentebe-sturen.
Wat is de samenstelling en de taak van deze commissie ?
3. Sinds de dioxinecrisis zijn er heel wat klachten over stank- en roethinder die het bedrijf veroor-zaakt.
Welke maatregelen werden er genomen om aan deze overlast een einde te ?
Antwoord
1. Voor het Vlaams Gewest wordt het toezicht op de toepassing van het milieuvergunningende-creet en zijn uitvoeringsbesluiten, alsmede op de naleving van de milieuvergunning, u i t g e o e-fend door de toezichthoudende ambtenaren van de afdeling Milieu-inspectie van de administra-tie Milieu-, N a t u u r- , Land- en Wa t e r b e h e e r (Aminal) en de afdeling Preventie en A m b u l a n-te Gezondheidszorg van de administratie Ge-zondheidszorg (wat de gezondheidsaspecten be-treft).
De toezichthoudende ambtenaren van de Openbare Afvalstoffenmaatschappij houden toezicht op de aangelegenheden geregeld in het afvalstoffendecreet en de uitvoeringsbesluiten
e r v a n , met uitzondering van de vergunning-plichtige handelingen.
2. Bij besluit nr. 41011/4/A/2 van 10 november 1994 van de bestendige deputatie van de provin-cieraad van Oost-Vlaanderen werd in de voor-waarden met betrekking tot de sanering een be-geleidingscommissie opgericht.
De samenstelling van deze commissie is als volgt :
– de exploitant ;
– het gemeentebestuur van Denderleeuw ; – de bestendige deputatie van
Oost-Vlaande-ren (afdeling 82 – Milieuhygiëne) ;
– het Vlaams Gewest – afdeling Milieuver-gunningen ;
– het Vlaams Gewest – afdeling Milieu-in-spectie ;
– het Vlaams Gewest – afdeling Stedenbouw-kundige Vergunningen ;
– het Vlaams Gewest – afdeling Preventie en Ambulante Gezondheidszorg ;
– de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaams Gewest ;
– de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) ; – een vertegenwoordiger van de plaatselijke
m i l i e u o r g a n i s a t i e, aangewezen op voorstel van de Bond Beter Leefmilieu (BBL). Bij ministerieel besluit nr. A M V / 0 0 0 0 1 2 6 1 / 6 0 6 van 9 juni 1996 werd hieraan nog een vertegen-woordiger van elke in het bedrijf representatie-ve vakbondsorganisatie toegevoegd.
De taak van de begeleidingscommissie, die zes-maandelijks wordt samengeroepen, is het be-spreken van een voortgangsrapport dat door de exploitant wordt voorgelegd. Dit voortgangs-rapport dient een overzicht te bevatten van de gerealiseerde saneringsmaatregelen, de nog ge-plande en te plannen maatregelen, hun te ver-wachten effecten en de geplande tijdsschema's voor de realisatie.