• No results found

Stellingen van het stellingenspel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Stellingen van het stellingenspel "

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Uitbreiding: Op stap naar het secundair onderwijs

Doel:

- Leerlingen moeten een rood en een groen potlood/stift klaarleggen.

- Lees stelling per stelling voor. Als de leerlingen akkoord gaan met de stelling steken ze een groen potlood/stift in de lucht en anders een rood.

- Tel per stelling het aantal leerlingen dat akkoord / niet akkoord gaat.

- Laat een leerling deze aantallen invullen in het schema.

- Geef aan de leerlingen op het einde mee hoeveel stellingen de meerderheid van de klas juist had. Indien je ziet dat de meeste vragen goed beantwoord worden door de meerderheid, kan je er voor kiezen om een stelling pas juist te rekenen indien ¾ of alle leerlingen correct hebben geantwoord. Het is belangrijk om zelf niet het antwoord te geven op de stellingen!

Het is vooral de bedoeling dat de leerlingen zien dat ze nog veel te leren hebben.

Wanneer je dit stellingenspel speelt is het aan te raden om op het einde van de hele lessenreeks nog eens de stellingen boven te halen en de leerlingen opnieuw te laten antwoorden. Hopelijk is hun kennis over het secundair onderwijs dan toegenomen….

Stellingenspel

(2)

Uitbreiding: Op stap naar het secundair onderwijs

Stellingen van het stellingenspel

aantal leerlingen WAAR

aantal leerlingen NIET WAAR

1. Voor een goede studiekeuze in het eerste jaar secundair onderwijs, moet je al weten welk beroep je later wil doen.

2. In het eerste leerjaar secundair onderwijs kan je kiezen tussen het 1e leerjaar A en het 1e leerjaar B.

3. In het 1e jaar secundair onderwijs kan je 9 lesuren Latijn kiezen.

4. In het Technisch Secundair Onderwijs kan je een bakkersopleiding volgen.

5. Alle leerlingen krijgen in het 1ste jaar secundair onderwijs het vak ‘Technologie’.

6. Je kiest al een studierichting vanaf het eerste jaar secundair onderwijs.

7. Meisjes zijn niet geschikt voor het beroep van automecanicien.

8. Technisch-praktische vakken veronderstellen aanleg en interesse voor manuele activiteiten.

9. Om een goede studiekeuze te maken moet je alleen rekening houden met je interesse.

10. In het eerste jaar secundair onderwijs krijgen alle leerlingen het vak ‘Economie’.

11. Als je geen getuigschrift van de lagere school haalt, kan je niet naar het secundair onderwijs.

12. In het secundair onderwijs kan je alleen naar het volgend jaar als je slaagt voor al je vakken.

13. In het Katholiek onderwijs krijg je vanaf het eerste jaar al het vak ‘Engels’, maar in het Gemeenschapsonderwijs pas vanaf het tweede jaar.

14. Je kan van je hobby je beroep maken.

15. Als je gemotiveerd bent en veel interesse hebt voor een bepaalde studierichting, heb je meer kans om te slagen

Hoeveel stellingen werden door de meerderheid van de klas juist beantwoord?: __ / 15

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het spoeddebat naar aanleiding van zijn uitspraken in Vrij Nederland maakte Donner zelf duidelijker dan in het interview on- derscheid tussen democratie en

ën arbeider moeten beslecht worden door raden van arbitrage waarin zoowel arbeider als werkgever.. · stem

De Raad is om diverse redenen van oordeel dat het in de praktijk niet mogelijk zal zijn om de essentiële indicatoren die bepalend zijn voor het behoud van de mainportfunctie van

Daar komt namelijk zoveel interessants uit: voorwerpen en geschriften die een prachtig inkijkje geven in de geschiedenis van onze partij. die een prachtig inkijkje geven in

Antibody-mediated rejection in pancreas transplantation, defined by diffuse C4d deposition and circulating donor-specific antibodies, is associated with a reduction in graft

Thans, nu hij ziet, dat ik mij daar niets van aantrek en mij verder laat horen, komt bij hem het late berouw om zijn verkeerdheid op en hij bedenkt zich

Vanvelthoven verklaarde voor beide keuzes respect te hebben, maar vroeg zich af of CD&V ook respect heeft voor mensen die een mening hebben die niet strookt met het standpunt

Onder de twaalf zijn kinderen namelijk nog niet wilsbekwaam, wat momenteel een voorwaarde is om in aanmerking te komen voor actieve levensbeëindiging.. Bij kinderen tot een jaar