• No results found

Volgens de jager was dit in opdracht van de provincie

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Volgens de jager was dit in opdracht van de provincie"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inlichtingen bij dhr. T. Achterkamp, telefoonnummer (026) 359 8568 e-mailadres: post@gelderland.nl

Antwoord op Statenvragen PS2017-278 Arnhem, 6 juni 2017 zaaknr. 2017-007187

De leden van Provinciale Staten Beantwoording schriftelijke statenvragen Statenlid Vollebregt-de Groot

( SP ) over Afschieten edelherten

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het Statenlid Vollebregt-de Groot toekomen.

Inleiding

Dinsdagavond 2 mei was er een uitzending van Brandpunt over het afschot van edelherten in Gelderland, waarbij een aantal jagers moeite bleek te hebben met het vastgestelde quotum en de wijze waarop het afschot moet worden uitgevoerd. Volgens de jager was dit in opdracht van de provincie. De SP is dan ook geschrokken van de noodkreet van de jagers. De SP is tegen het op grote schaal afschieten van herten en pleit voor het inzetten van een andere, diervriendelijke manier van Wildbeheer.

Vragen:

Vraag 1:

Heeft het college kennis genomen van de uitzending van Brandpunt?

Antwoord 1:

Ja.

Vraag 2:

Zo ja, hoe beoordeelt het college deze reportage?

Antwoord 2:

De reportage geeft een onjuiste en eenzijdige voorstelling van zaken. Ten onrechte wordt

verondersteld dat de provincie Gelderland verantwoordelijk zou zijn voor het plegen van (voldoende) afschot.

Vraag 3:

Is het juist dat de provincie Gelderland opdracht heeft gegeven om grote aantallen edelherten af te schieten

Antwoord 3:

Nee, wij hebben geen opdracht gegeven voor afschot van edelherten.

Vraag 4:

Indien dit zo is, om exact hoeveel dieren gaat het dan.

Antwoord 4:

Zie antwoord 3.

(2)

2 Vraag 5:

Wie bepaalt en inventariseert deze aantallen?

Antwoord 5:

De streefstanden en het benodigde afschot worden bepaald door de Faunabeheereenheid Gelderland (FBE), waarin ook de jagers zitting hebben. De FBE maakt, in samenwerking met de Vereniging Wildbeheer Veluwe (VWV) en lokale Wildbeheereenheden (WBE’s) faunabeheerplannen die door ons worden goedgekeurd. Het besluit tot goedkeuring van dit faunabeheerplan Grofwild 2014-2019 en het besluit tot verlenen van de ontheffing hebben wij genomen op 9 september 2014. Hierover bent u door ons destijds geïnformeerd (PS2014-236; Goedkeuringsprocedure Faunabeheerplan grofwild en vervolgproces). In navolging daarop maakt de FBE met de VWV en de WBE’s jaarlijks een werkplan waarin op basis van tellingen het benodigde afschot wordt bepaald.

Vraag 6:

Nu de Nieuwe Natuurwet bij de Provincie ligt, waarom is PS dan niet op de hoogte gesteld van deze maatregelen?

Antwoord 6:

De Wet natuurbescherming is per 1 januari 2017 in werking getreden en heeft de Flora en faunawet vervangen. Er is onder de nieuwe wet geen sprake van andere voorwaarden of maatregelen met betrekking tot afschot van edelherten. De bestaande ontheffing loopt ook gewoon door tot 1 oktober 2019. Wij hebben dan ook geen aanleiding gezien u nader te informeren.

Overigens is recent aan ons een enigszins vergelijkbare vraag gesteld namens de CDA-fractie (PS2017-308), over de gevolgen van de nieuwe Wet natuurbescherming voor het faunabeleid. Graag maken wij u bij deze attent op onze beantwoording daarvan.

Vraag 7:

Wanneer is dit besluit genomen en door wie? (Graag datum en organisatie/afdeling)?

Antwoord 7:

Zie daarvoor onze beantwoording bij vraag 5.

Vraag 8:

Als er onder de WBE’s onrust is, waarbij de FBE de verantwoordelijkheid heeft, hoe verloopt de communicatie dan tussen hen en hoe veilig is het?

Antwoord 8:

Het is aan de betreffende partijen om in goed onderling overleg de communicatie te organiseren.

Desgevraagd heeft de FBE ons aangegeven dat deze communicatie over het algemeen goed

verloopt. In die gebieden waar het op orde brengen van de standen extra aandacht vergt, organiseert de FBE met de lokale WBE(‘s) zogenaamde regiegroepen om elkaar te informeren en met alle betrokkenen tot goede werkafspraken te komen.

Vraag 9:

Er zijn meerdere ecoducten gebouwd en er komen er nog meer. Natuurgebieden zijn ontsloten. In hoeverre zijn deze “ingrepen” oorzaak van de problemen en blijken we nu achter de feiten aan te lopen? Konden de gevolgen niet worden ingeschat?

Antwoord 9:

Het verbinden van leefgebieden is belangrijk voor de uitwisseling van in het wild levende dieren. Op die manier kunnen dieren, waaronder edelherten, natuurlijk gedrag vertonen, voedsel vinden en ontstaat genetische uitwisseling. Bij het ontwikkelen van ecoducten is nadrukkelijk gekeken naar de te verwachten effecten en waar nodig zijn daarvoor maatregelen genomen. Wij zien geen relatie tussen het geschetste probleem om grote aantallen edelherten te schieten en de bouw van ecoducten. Waar natuurgebieden zijn ontsloten en toegevoegd aan het leefgebied van edelherten zijn ook in die

(3)

3

gebieden streefstanden bepaald en zijn vooraf werkafspraken gemaakt om deze standen te handhaven.

Vraag 10:

Is daar voldoende deskundig onderzoek naar geweest en wie heeft dat uitgevoerd?

Antwoord 10:

Ja, er is naar het onderwerp voldoende deskundig onderzoek uitgevoerd. Zo is in 2016 in onze opdracht onderzoek gedaan door Bureau Waardenburg naar de werking van de Gelderse ecoducten.

U bent daarover door ons geïnformeerd (PS2016-632; Ecoducten op de Veluwe, het gebruik en recente ontwikkelingen). Ook bij het opstellen van haar faunabeheerplan heeft de FBE diverse relevante onderzoeksinformatie over het onderwerp betrokken van Alterra, Bureau Waardenburg, Spek Fauna-advies en Worm-Advies.

Vraag 11:

Wat is de reden voor dit grote afschot en vindt het college de jacht de enige manier om aantallen terug te brengen of zijn er ook andere beheermogelijkheden?

Antwoord 11:

Als gedurende het afschotseizoen het door de partijen in de FBE afgesproken afschot niet wordt behaald, dan zijn de werkelijke standen in het eerstvolgende voorjaar groter dan de streefstanden.

Meer dieren betekent ook meer aanwas, bovendien moet de achterstand nog worden ingehaald. Dit is de belangrijkste oorzaak voor een groter benodigd afschot. Dit speelt onder andere in WBE Veluwe Noord West, waar een belangrijk deel van de uitzending op is gebaseerd.

De uitvoering van het afschot is aan de jachthouders, zij kunnen en moeten het zelf oplossen, bijvoorbeeld door tijdig extra jagers in te schakelen.

Als u met jacht bedoelt het populatiebeheer van edelherten door afschot met het geweer dan zien wij dat inderdaad als de aangewezen methode waarvoor op dit moment redelijkerwijs geen alternatieven bestaan.

Vraag 12:

Is het niet zo dat wanneer populaties worden teruggebracht ze altijd van elders weer worden opgevuld? In hoeverre is de jacht dan ook effectief?

Antwoord 12:

Dat effect verschilt per diersoort en situatie maar is geen argument om geen afschot te plegen. De FBE heeft in haar faunabeheerplan uitgewerkt wat de draagkracht is van de Veluwe en wat er zou gebeuren als er niet wordt beheerd. Zonder beheer (afschot) neemt een populatie door het

voedselaanbod en het gebrek aan natuurlijke vijanden sterk toe. Afschot is gebleken effectief om de aantallen van de grote hoefdieren zoals edelherten te reguleren. Het is een bewezen methode waar op de Veluwe veel ervaring mee is.

Vraag 13:

Gezegd wordt dat het aantal aanrijdingen met wild moet worden teruggebracht. Zijn het nu niet juist de jacht, grote onrust en vlucht die de verkeersongevallen veroorzaken?

Antwoord 13:

Nee, dat blijkt uit onderzoek dat is gedaan door Alterra in 2010, Alterra-rapport 2026; Factoren bij aanrijdingen met wilde hoefdieren op de Veluwe. De bevindingen zijn samengevat als volgt: Een relatief hoge jachtdruk op doordeweekse dagen in vergelijking met weekend dagen en eventueel op zaterdag in vergelijking met zondag, wordt niet weerspiegeld in het aantal aanrijdingen. Pieken en dalen in de maandelijkse jachtdruk vallen niet samen met de pieken en dalen in het maandelijks aantal aanrijdingen.

(4)

4 Vraag 14:

Hoe denkt de provincie het toerisme met “The Big Five” naar Gelderland te krijgen en de eerste plaats te halen als we op deze manier in het nieuws terecht komen?

Antwoord 14:

Natuurbeleving en de kans om bijvoorbeeld edelherten te zien zijn belangrijke redenen voor toeristisch bezoek aan de Veluwe. Daarnaast is het brede aanbod van activiteiten en attracties op de Veluwe bepalend voor het imago als recreatieve bestemming. De opgave om recreatieve beleving te

versterken, in combinatie met natuurbehoud en natuurontwikkeling, staat onder de noemer ‘Veluwe op 1’ centraal in de Gebiedsopgave Veluwe. Deze uitzending met onjuiste en eenzijdige publiciteit over wildbeheer is vervelend en wordt het liefst voorkomen maar betekent niet dat het imago van de Veluwe als recreatieve bestemming evenredig wordt aangetast.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

arbeidsproduktiviteit op de loonquote geweest7 Deze vraag zal in eerste instantie behandeld worden door te kijken in hoeverre het verschil tussen het reële loon en

Although it is possible to estimate the number of true positives and negatives and the number of false positives and negatives for every rejection level using microarray data

Dat gedrag vervulde de ouden met grote zorg: zij vonden juist dat Cyrano zich moest ontwikkelen tot een ‘goeie’ club, die een springplank kon zijn voor de carriere..

Voor hulpverleners onderscheiden we vier essentiële invalspoorten om veilige gehechtheid tussen jonge kin- deren en hun ouders te bevorderen en zo de kinderen een betere start

- Het is onduidelijk welke inventarisatiemethode gevolgd wordt: op welke manier de trajecten afgebakend worden en welke kensoorten (gebruikte typologie) specifiek worden

In the case of street children compar ed to non-street children , th e y find themselves in an env ironment that has high risk factors (abuse by parents and guardians)

Specifically, the study explored factors contributing to incest, how incidences of incest become known, different ways that incest can affect the offender, the

Wanneer wordt uitgegaan van de patiënten voor wie Zorginstituut Nederland een therapeutische meerwaarde heeft vastgesteld komen de kosten in 2020 uit op ongeveer €29,7 miljoen