• No results found

Toestemming nevenactiviteit NOS | Commissariaat voor de media

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Toestemming nevenactiviteit NOS | Commissariaat voor de media"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Besluit

Kenmerk: 713461/714545

Betreft: toestemming voor de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (38,13 m²) door de NOS aan Radome B.V. voor de periode 5 jaar, van 1 december tot en met 30 november 2018” in cluster 2.

_________________________________________________________________________

A. Verloop van de procedure

1. Op 8 oktober 2018 heeft de NOS per e-mail een melding gedaan en het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) om toestemming verzocht voor een

nevenactiviteit. Het gaat om de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (38,13 m²) aan Radome B.V.

B. Juridisch kader

2. Voor de relevante juridische bepalingen wordt verwezen naar bijlage 1.

C. Status van de activiteit

Nevenactiviteit

3. Volgens artikel 1 van de Beleidsregels van het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) van 1 januari 2016 houdende beleidsregels omtrent nevenactiviteiten publieke media-instellingen (Beleidsregels nevenactiviteiten 2016) is een nevenactiviteit een activiteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008. Te weten activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke mediaopdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136 van de Mediawet 2008.

4. De activiteit van de NOS bestaat uit het verhuren van kantoorruimte met een oppervlakte van in totaal 38,13 m² aan Radome B.V. voor onbepaalde tijd. Radome B.V. is een consultancybureau met voornamelijk klanten uit de mediawereld.

5. Deze activiteit houdt niet rechtstreeks verband met en staat niet rechtstreeks ten dienste van de uitvoering van de publieke media-opdracht van de publieke media-instelling en is evenmin een verenigingsactiviteit.

6. De activiteit is derhalve een nevenactiviteit als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008.

(2)

Clusterindeling

7. Conform de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 valt deze melding in cluster 2. Het Commissariaat heeft in dit specifieke geval aanleiding gezien om de nevenactiviteit separaat te toetsen vanwege het feit dat met deze nevenactiviteit meer dan 10% van de totale oppervlakte waarover de NOS beschikt verhuurd wordt aan derden.

D. Toetsing

8. Op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008 kan toestemming alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media- aanbod van de publieke media-instelling, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is.

Relatietoets

9. Op grond van artikel 4, tweede lid, onder sub a, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016, houdt een nevenactiviteit verband met of staat deze ten dienste van de

verwezenlijking van de publieke media-opdracht en is direct gerelateerd aan het media- aanbod van de publieke media-instelling indien is voldaan aan de voorwaarde dat het personeel of de middelen niet zijn verworven met het oogmerk om te verhuren en daarnaast geldt dat niet meer dan 10% van de totale oppervlakte waarover de publieke media-instelling beschikt in het kader van nevenactiviteiten wordt verhuurd aan derden.

10. Op grond van artikel 4, tweede lid, onder sub c, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016, kan het Commissariaat afwijken van het in sub a genoemde percentage van 10%, mits het Commissariaat dit gerechtvaardigd acht. Uit de Artikelsgewijze toelichting bij de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 blijkt dat overcapaciteit een voorbeeld is waarbij er sprake is van een gerechtvaardigde situatie.1

11. De onderhavige nevenactiviteit betreft het verhuren van kantoorruimte met een oppervlakte van in totaal 38,13 m² aan Radome B.V.

12. Door deze verhuur wordt 11,7% van de totale oppervlakte waarover de publieke media- instelling beschikt in het kader van nevenactiviteiten verhuurd aan derden. Het

Commissariaat acht een afwijking van het percentage van 10% in onderhavig geval gerechtvaardigd vanwege de geringe omvang van de nevenactiviteit, omdat sprake is van (tijdelijke) overcapaciteit bij de NOS en het door de NOS efficiënter benutten van ruimtes en zo leegstand te voorkomen.

(3)

13. Gezien het voorgaande is het Commissariaat van oordeel dat de nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de NOS zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

Marktconformiteit

1. Overeenkomstig artikel 5 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 wordt bij de beoordeling of het verrichten van de nevenactiviteit marktconform is in ieder geval de kostprijs van de nevenactiviteit, de licentievergoeding en verkoopprijs van de

nevenactiviteit en de markt die met de nevenactiviteit wordt betreden, betrokken.

2. Het Commissariaat kan op grond van artikel 5, tweede lid, van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 bij de beoordeling van de marktconformiteit ook andere factoren betrekken, zoals bijvoorbeeld de waarde van het gebruik van het imago van de publieke media-instelling en de wijze waarop de overeenkomst tot stand is gekomen.

3. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteit, op basis van de nu bekende feiten en omstandigheden, aan de voorwaarde van marktconformiteit voldoet.

Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen.

4. De verhuurprijs van de kantoorruimte, de daaraan verbonden servicekosten alsmede de verhuurprijs voor vijf parkeerplaatsen zijn door het Commissariaat vergeleken met de prijzen van eerdere verhuren door de NOS aan derden en met de prijzen van

vergelijkbare objecten van andere (private en publieke) aanbieders op het Mediapark en valt binnen de prijsrange. Tevens is de marktconformiteit van de huurprijs bij een eerdere melding van nevenactiviteit door de NOS onderbouwd met een taxatierapport van het pand, uitgebracht door een makelaar. Het Commissariaat ziet voorshands geen reden om aan te nemen dat deze huurprijs, de daaraan verbonden servicekosten en de kosten van de parkeerplaatsen niet marktconform zouden zijn. Het Commissariaat merkt de

verhuurprijs vooralsnog aan als een marktconforme prijs. Daarbij is voor het Commissariaat van belang dat de NOS, op grond van het bestemmingsplan, de kantoorruimte alleen kan verhuren aan instellingen met een functie op het gebied van educatie of multimedia.

5. Het Commissariaat is vooralsnog dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit

marktconform wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

Kostendekkendheid

6. Overeenkomstig artikel 8 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 is er geen sprake van kostendekkendheid indien de nevenactiviteit direct of indirect wordt bekostigd door of anderszins ten laste komt van de publieke media-opdracht.

(4)

7. Het Commissariaat is vooralsnog van oordeel dat de nevenactiviteit voldoet aan de voorwaarde van kostendekkendheid. Hierbij heeft het Commissariaat het volgende overwogen.

8. Door de publieke media-instelling is een overeenkomst bijgevoegd. Uit deze

overeenkomst blijkt dat de NOS maandelijks een huursom in rekening brengt aan de huurder alsmede de parkeer- en servicekosten volledig doorbelast aan de huurder.

9. Het Commissariaat is dan ook van oordeel dat de nevenactiviteit kostendekkend wordt verricht zoals bedoeld in artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008.

10. Het Commissariaat zal de kostendekkendheid jaarlijks controleren aan de hand van de jaarrekening.

Conclusie

11. Aan de vereisten van relatie met de publieke media-opdracht, de marktconformiteit en kostendekkendheid is voldaan. Aan de nevenactiviteit, namelijk het verhuren van een kantoorruimte met een oppervlakte van in totaal 38,13 m² aan Radome B.V., kan op grond van het voorgaande toestemming worden verleend.

12. Het Commissariaat wijst er ten slotte op dat overeenkomstig artikel 15 van de Beleidsregels nevenactiviteiten 2016 op publieke media-instellingen de zelfstandige verantwoordelijkheid rust om een nevenactiviteit tijdig (opnieuw) ter beoordeling aan het Commissariaat voor te leggen of per direct te staken zodra de nevenactiviteit niet langer binnen de reikwijdte van het toestemmingsbesluit valt. In een dergelijk geval is de nevenactiviteit niet langer toegestaan aangezien, bij voortzetting, die nevenactiviteit zal worden verricht zonder de in artikel 2.132, eerste lid, van de Mediawet 2008 genoemde toestemming.

E. Openbaarmaking

13. Het Commissariaat zal de volledige tekst van het besluit, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar maken door publicatie op zijn website. De publicatie vindt plaats veertien dagen nadat het besluit op de in artikel 3:41 van de Algemene wet bestuursrecht voorgeschreven wijze is

bekendgemaakt. Het Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

(5)

F. Besluit

14. Op grond van het voorgaande besluit het Commissariaat als volgt:

I. toestemming te verlenen voor de nevenactiviteit “Het verhuren van kantoorruimte (38,13 m²) door de NOS aan Radome B.V. voor de periode van 5 jaar, van 1 december 2018 tot en met 30 november 2023”;

II. de volledige tekst van dit besluit, veertien dagen na de voorgeschreven bekendmaking daarvan, met uitzondering van de daarin vermelde

persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar door publicatie op zijn website.

G. Register

15. De nevenactiviteit is als “Het verhuren van kantoorruimte (38,13 m²) door de NOS aan Radome B.V.” opgenomen in het openbare Register nevenactiviteiten, te vinden op de website van het Commissariaat (www.cvdm.nl).

Een afschrift van dit besluit zendt het Commissariaat aan de NPO.

Hilversum, 22 januari 2019

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,

prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning drs. Eric Eljon

voorzitter commissaris

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum.

(6)

Bijlage 1: Juridisch kader

Artikel 2.132 van de Mediawet 2008

1. De NPO en de publieke media-instellingen mogen alleen na voorafgaande toestemming van het Commissariaat nevenactiviteiten verrichten

2. Nevenactiviteiten zijn activiteiten, directe of indirecte deelnemingen in rechtspersonen daaronder begrepen, die niet rechtstreeks verband houden met of ten dienste staan van de uitvoering van de publieke media-opdracht, met uitzondering van verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 2.136.

3. Toestemming kan alleen worden gegeven als een nevenactiviteit verband houdt met of ten dienste staat van de verwezenlijking van de publieke media-opdracht en direct gerelateerd is aan het media-aanbod van de publieke omroep, op marktconforme wijze wordt verricht en ten minste kostendekkend is.

4. In afwijking van het eerste lid is geen voorafgaande toestemming van het Commissariaat nodig voor het bij wijze van experiment van beperkte omvang en duur verrichten van nevenactiviteiten die bestaan uit het leveren van goederen of diensten, met inbegrip van rechten en verplichtingen aan:

a. mediabedrijven ten behoeve van de versterking en verbetering van de nieuws- en informatievoorziening; of

b. culturele instellingen.

5. De NPO en de publieke media-instellingen melden nevenactiviteiten als bedoeld in het vierde lid bij het Commissariaat.

6. Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld over:

a. de wijze van melden;

b. de omvang en duur van het experiment;

c. de aard en inhoud van de nevenactiviteiten; en

d. de samenwerking met de in het vierde lid, onderdelen a en b, bedoelde instellingen.

Artikel 10 van de Wob

“1. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft achterwege voor zover dit:

(…)

c. bedrijfs- en fabricagegegevens betreft, die door natuurlijke personen of rechtspersonen vertrouwelijk aan de overheid zijn meegedeeld;

(…)

2. Het verstrekken van informatie ingevolge deze wet blijft eveneens achterwege voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen de volgende belangen:

(…)

d. inspectie, controle en toezicht door bestuursorganen;

e. de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer;

(…)”

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij brief van 30 september 2020, ontvangen door het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) op 1 oktober 2020, heeft RADIO NL B.V., statutair gevestigd te Sneek

Bij brief van 10 augustus 2020, ontvangen door het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) op 10 augustus 2020, heeft Stichting Jongeren en Migranten Omroep

verenigingsactiviteiten. De verhuringen zijn derhalve te kwalificeren als nevenactiviteiten als bedoeld in artikel 2.132, tweede lid, van de Mediawet 2008.. Conform de

Bij brief van 20 september 2019, ontvangen door het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) op 24 september 2019, heeft GAGA Media bvba, statutair gevestigd

heeft bij brief van 6 juni 2019 een aanvraag ingediend voor toestemming om als commerciële media-instelling een commerciële televisieomroepdienst te verzorgen met de naam

Shorts heeft in voldoende mate aangetoond maatregelen te hebben getroffen waardoor zij op grond van artikel 1.2, eerste lid, van de Mediawet 2008 geacht moet worden voor de verzorging

Op grond van artikel 2.132, derde lid, van de Mediawet 2008 kan toestemming alleen worden gegeven als een nevenactiviteit op marktconforme wijze wordt verricht, de nevenactiviteit

het Commissariaat besluit Stichting Bar Media met ingang van 26 februari 2019 voor een periode van vijf jaar toestemming te verlenen om als commerciële media-instelling