S TAGEVERSLAG M IRRE VAN DER M EER

(1)

STAGEVERSLAG M^IRRE ^VAN ^DER M^EER

Stageperiode: 6 februari 2017 - 7 mei 2017 Gegevens student

Naam: Mirre van der Meer

Programma: Religion, conflict and globalisation Studentnummer: S2554550

Adres: Amelandsstraat 14A

Postcode en stad: 8911KA, Leeuwarden

telefoonnummer.: 06-23781519 E-mail: mirrevandermeer@msn.com

Gegevens organisatie Naam: Mara

Adres: Westeinde 101A

Postcode en stad: 2512GW, Den Haag Telefoonnummer: 070-3585025

Externe begeleider: Heleen Joziasse Begeleidende docent: Brenda Bartelink

Duur in weken en werktijden per week Week 6:

Ma 9uur - 17uur: overleg met medewerkers van de GGZ over het bereiken van migrantkerken.

Informatie van medewerken van MEE over de sociale kaart in Den Haag.

Week 7:

Ma 9.30uur - 17uur Di 8.30uur - 17uur

Do 11uur – 12uur: gesprek met Brenda Bartelink in Groningen over het maken van een Excel bestand/tabel van de aanwezige gegevens in het OneNote bestand

Week 8:

(2)

Week 9:

Week 10:

Week 11:

Ma 9.30uur - 17uur: Overleg met Akwaaba zorg over hoe zij een rol kunnen spelen in het bereiken van leden van migrantenkerken.

Di 8.30uur - 17uur

Week 12:

Do 12.30 uur – 13.30 uur: tussenevaluatie met Brenda

Zo 10uur – 16 uur: Bijwonen speciale jongerendienst Church of Pentecoste en jeugddienst

Week 13:

Ma 8.30uur - 17uur

Di 8.30uur - 17uur: naar Mara Rotterdam

Week 14:

Ma 10uur - 17uur: naar Maria Hoeve gesprek met Ellen v/d Knaap over de situatie van statushouders in Den Haag

Di 8.30uur - 17uur

Week 15:

Week 16:

Di 8.30uur - 17uur Wo 11uur - 14uur

Do 16uur – 21 uur: informatie avond over het opzetten van corporaties Zo 13uur – 16uur: dienst bijwonen Eglise évangélique in Den Haag Week 17:

Ma 8.30uur - 17uur Di 8.30uur - 17uur Wo 10uur – 16uur Vr 10uur – 16uur

(3)

Week 18:

Ma 9.30uur - 17uur Di 8.30uur - 17uur Do 10uur – 17uur

Evaluatie van de stage

Tijdens mijn stageperiode bij stichting Mara lag de focus op het verwerken van de resultaten uit het OneNote bestand dat gemaakt is voor PIM (platform internationale migrantenkerken). Het doel van PIM was om een ondersteuningsfunctie te bieden voor internationale kerken. PIM was voornamelijk gericht op het verbeteren van het organisatie- en vrijwilligersbeleid van

internationale kerken en het vergroten van de kennis van het algemene welzijnswerk binnen de kerken. In het bestand van PIM zijn 81 verschillende kerken uit Den Haag opgenomen. De correspondentie met contactpersonen van verschillende kerken en korte verslagen van samenkomsten zijn terug te lezen in het bestand. Ik heb uit deze correspondentie en verslagen informatie gehaald over de leden van de kerk, de oorsprong van de kerk, de contacten van de kerk, vragen binnen de kerk en wat voor soort kerk het is. De resultaten heb ik vervolgens verwerkt in verschillende tabellen. Daarnaast heb ik verschillende gesprekken en

informatieavonden bijgewoond. De tabellen en een bijgaand verslag zijn bijgevoegd als bijlage.

Voorafgaand aan mijn stageperiode had ik de volgende competenties opgesteld:

- Werken in een team - Communicatie - Interviewen - Keuzes maken

- Analyseren en discussiëren van (onderzoeks-) informatie - Plannen en afspraken maken

- Werken in een maatschappelijke organisatie - Bijeenkomsten bijwonen

- Etnografisch veldwerk - Netwerken

-

Hier onder zal ik uitleggen hoe deze competenties terug zijn gekomen tijdens mijn stageperiode, wat ik geleerd heb en wat verbeterpunten zouden kunnen zijn.

Het team bij Mara Den Haag bestond op de dagen dat ik aanwezig was uit drie medewerkers en nog een andere stagiaire. Hoewel ik het analyseren van de data voornamelijk alleen deed, vond ik het fijn met collega’s te kunne praten over waar je mee bezig bent.

De communicatie tussen mijzelf en medewerkers van Mara of contacten buiten Mara verliepen goed. Ik heb geleerd dat duidelijkheid erg belangrijk is, zodat beide partijen weten waar ze aan toe zijn. Ik merkte ook dat ik zelf duidelijkheid fijn vind. Soms lees ik een mail, maar reageer niet meteen. Na een tijdje herinner ik mezelf opeens weer dat ik nog niet gereageerd heb. Vooral in het begin van de stage dacht ik ‘ik reageer straks wel even’, nu probeer ik meteen te reageren.

Interviewen heb ik tijden mijn stage niet kunnen doen. Wel heb ik met veel verschillende mensen gepraat. Hoewel ik hierbij geen gerichte vragen hoefde te stellen vond ik het erg interessant om te praten met mensen afkomstig uit verschillende culturen en horend bij verschillende kerken. Ik

(4)

in Nigeria te steunen, ik het lastig vond om haar veel vragen te stellen of om haar advies te geven.

Ik vroeg me af wat zij er van zou vinden als ik haar al die vragen stelde en had niet het idee dat ik haar goed advies kon geven. Achteraf denk ik dat ik best wat meer vragen aan haar had kunnen stellen om voor mezelf een helderder beeld te krijgen over wat ze precies wilde. Hoewel ik inderdaad niet precies weet hoe je zo’n bedrijfje opzet, wil dat niet zeggen dat ik haar niet op een of andere manier ergens mee zou kunnen helpen. Ook tijdens andere gesprekken had ik vaak het idee dat ik te weinig van een onderwerp wist om er zinvol aan bij te kunnen dragen. Nu zal ik proberen om meer vragen te stellen als iets niet duidelijk is.

Tijdens het analyseren van de data moest ik een aantal keuzes maken. Zoals welke informatie ik zou verwerken in tabellen en hoe die tabellen er uit moesten zien. De tabellen heb ik in de loop van het proces nog een aantal keer aan moeten passen. Waar ik bijvoorbeeld eerst een aparte kolom had voor kerkleiders en contactgegevens per kerk, heb ik die laten bij elkaar gevoegd. Ook de indeling in kerken heb ik later nog aangepast. Gaandeweg kwamen Heleen en ik er achter dat kerken bij nog een vierde categorie ingedeeld konden worden, namelijk bij de internationale migrantenkerken. Deze categorie hebben we toen nog toegevoegd. Dit zijn ook voorbeelden van het analyseren en bediscussiëren van onderzoeksresultaten.

Tijdens het analyseren van de tabel met de onderzoeksgegevens kwam ik er achter dat niet voor alle kerken alle gegevens ingevuld konden worden. Voor mijn gevoel konden er daarom ook geen goede conclusies worden getrokken op basis van deze gegevens. Na een gesprek met Heleen zag ik in dat je tijdens veel onderzoeken niet beschikt over alle gegeven, maar dat je met de gegevens die je wel hebt zeker uitspraken kunt doen en daar conclusies aan kunt verbinden. Toch vind het lastig om te zeggen dat er sprake is van een feit als je niet alle gegevens van alle kerken hebt.

Het plannen van mijn werkzaamheden viel me nogal tegen. Ik had verwacht dat ik veel sneller klaar zou zijn met het analyseren van het OneNote bestand. Ik ben hier bijna de volle drie maanden mee bezig geweest. Het lezen van alle informatie kostte al vrij veel tijd en om de informatie vervolgens op een juiste en eenduidige manier in tabellen te verwerken nam ook veel tijd in beslag. Ik merkte ook dat ik de eerste weken vanaf twee uur bijna geen informatie meer in me opnam. Daarna besloot ik om bijvoorbeeld een halfuurtje met iets anders bezig te gaan en dan weer verder te gaan, dit werkte.

Bij Mara werkte ik bij een maatschappelijke organisatie. Wat mij opviel is hoe persoonlijk het werk kan zijn. Vanuit de vraag van één individu wordt bijvoorbeeld een informatieavond opgezet. Het is belangrijk om te weten wat er speelt onder de doelgroep om te weten waar hun behoeften liggen, dat kwam bij Mara duidelijk naar voren.

Tijdens mijn stage heb ik verschillende bijeenkomsten bijgewoond zoals bij Cordaid, een organisatie die zich inzet voor mensen die in armoede leven. Cordaid heeft er ook voor gezorgd dat mensen met behoud van uitkering kunnen ondernemen in een corporatie en was aanwezig op de informatieavond die Mara organiseerde over ondernemen in een corporatie. Ik vond het interessant om aanwezig te zijn te zijn bij deze bijeenkomst. Het viel me op dat het niet lastig is om, wanneer je een vraag hebt, aan te kloppen bij instanties die je kunnen helpen. Vaak staan ze open voor een gesprek. Ik dacht altijd dat dit veel lastiger zou gaan en veel tijd in beslag zou nemen. De informatieavond over de verkiezingen voor kerkleiders en de informatieavond over het werken in corporaties vond ik ook erg interessant. Kerkleiders komen met hele andere vragen dan die ik zelf zou kunnen bedenken omtrent deze onderwerpen. Ook brengen ze onderwerpen naar voren die voor hen belangrijk zijn. De voorzitter van AfriPan vertelde dat de onderneming nog niet erg gegroeid is, dat ze niet veel opdrachten hebben en geen eigen ruimte.

(5)

Mensen uit de zaal snapten niet waarom de organisatie nog zo klein was en waarom ze er dan mee doorgingen. De onderneming was niet alleen gericht op winst maken, maar ook op het samenbrengen van verschillende mensen.

Tijdens mijn stageperiode heb ik twee kerken in Den Haag bezocht, de Church of Pentecoste en de Eglise Evangelique. Dit was geen gericht etnografisch onderzoek, maar meer eer oriëntatie voor het schrijven van een scriptie. Ik was nog niet eerder bij een dienst van een migrantenkerk geweest en vond het interessant hoe bij de Church of Pentecoste alle leden zo actief betrokken werden bij de kerkdienst, hoe de kinderen vragen aan hun ouders konden stellen tijden de dienst over het leven in Ghana en hoe opvoeding verweven was met de dienst. Bij de Eglise Evangelique werden de leden minder actief betrokken bij de dienst en was de dienst gericht op

gehoorzaamheid aan God. Het informatieve stuk over het alledaagse leven kwam daar minder naar voren. Het grootste verschil tussen deze twee kerken was de betrokkenheid van de leden tijdens de dienst.

Netwerken blijkt erg belangrijk te zijn. Belangrijker dan ik altijd dacht. Ik hoorde altijd wel dat netwerken belangrijk was, maar naar mijn idee kon je dingen ook bereiken zonder netwerken.

Dit kan natuurlijk ook, maar dan gaat alles een stuk langzamer. Tijdens mijn stageperiode kwam ik er achter hoe handig het is als je de juiste mensen op de juiste plekken kent. Je weet dan direct wie je moet benaderen met je vraag en hoeft niet steeds doorverwezen te worden naar de juiste persoon.

Kortom tijdens mijn stage heb ik verschillende leerzame en leuke ervaringen opgedaan. Ik heb interessante gesprekken gevoerd en ik probeer er aan te werken om meer vragen te durven stellen zonder er te veel bij na te denken wat de ander daar van vindt. Ook ben ik er achter gekomen hoe belangrijk een netwerk kan zijn en hoe mensen met verschillende culturele achtergronden verschillend tegen zaken aankijken.