• No results found

bijdragen om de kerk in haar stoffehke noden te hulp te komen. Ook is nu weer op de Oostelike Ringsvergadering dezelfde vraag besproken.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "bijdragen om de kerk in haar stoffehke noden te hulp te komen. Ook is nu weer op de Oostelike Ringsvergadering dezelfde vraag besproken."

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De Hcrvornjcr.

Officieel

Orgaan

van de Nederduitsch

Hervormde Kerk

in Afrika.

Redactie:

Ds.

JAC VAN BELKUM,

Hoofd Redacteur.

Prof. Dr. S. P.

ENGERBRECHT.

Sub Hoofd Redacteur.

Ds. G. E. ALERS,

Ds. H. P.

WOLMARANS,

Ds. A. J.

BARGER.

Administrateur:

Mnr. H. J. L. Th.

ROORDA.

Intekenprijs

:

7/6 per jaargang vooruitbetaalbaar.

Verschijnt op de 8ste en 23ste van iedere maand.

Alle abonnementsgelden te zenden aan

de Heer H. J. L. Th.

ROORDA,

P.K. Bus 444, Johannesburg.

No. 19. Pretoria, 8

April

1927.

Jaargang

XVIII.

Verbetering.

In het

nummer

van 23 Maart, bladsy 230, ie kolom, regel 25 staat

:

’t

Kan

wel wezen, antwoordde ik,

maar

de

tijd dat de

man

de slavin, het eigendom der vrouw

was

is nu toch voorbij.

Dit is onzin.

Men

leze

:

’t

Kan

wel wezen antwoordde ik,

maar

de tijd dat de vrouw de slavin, het eigendom van de

man

was, is nu toch voorbij.

INHOUD.

De

Hervormer

Offisieel

Kerkelike Berichten

Kongres van Mijnkommissarissen Overdenking

Overal Over

De

Oostelike Ringsvergadermg.. .

Vragenbus Korrespondensie Vir die Sondagskool Kerkdiensten

Krugersdorp Weeshuis

Biz.

241 242 243 245 246 248 249 250 250 253 254 255

De Hervoriper.

8 April 1927.

Onwillige Leden.

Het is heel eigenaardig dat telkens op onze Algemene Kerkvergaderingen en op de Ringsver-

gaderingen de vraag gedaan wordt, hoe te han- delen

met

die leden der kerk, die nooit iets willen bijdragen

om

de kerk in haar stoffehke noden te hulp te komen.

Ook

is nu weer op de Oostelike Ringsvergadering dezelfde vraag besproken.

En

toch, reeds in 1916 heeft de

Algemene

Kerkver- gadering zeer duidelik ’n beginsel neer gelegd, dat nog altijd van kracht is.

De

vergadering heeft bepaald, dat met zulke onwillige leden gehandeld moet worden overeenkomstig Matth. 18:15-17, d.i.

zij moeten

vermaand worden

door de Kerkeraad, en als dit niet helpt,

kunnen

zij gesensureerd worden en eindelik als leden geschrapt worden. Dit be- ginsel is recht. Ieder lid der Kerk heeft ’n plicht tegenover de kerk, en als

men

zijn plicht verzuimt, door de kerk niet te willen steunen, valt

men

onder Art. 3 van de Kerkwet,

waar

be- paald wordt, dat

men

alleen lid der Kerk blijft zo- lang

men

niet door

woord

of daad getoond heeft zich van haar af te scheiden, of zich der kerkelike

gemeenschap

onwaardig

gemaakt

heeft. Weigert

men

nu beslist

om

de kerk te steunen, dan heeft

men

door die daad getoond zich van haar af te scheiden, en heeft

men

zich der kerkelike gemeen- schap onwaardig gemaakt. Het schijnt of

men

aarzelt

om

dit beginsel toe te passen, vandaar de herhaaldehke vraag, hoe met de onwilhgen te handelen.

De Algemene

Kerkvergadering heeft echter duidelik gesproken, zodat er geen aarzeling behoeft te zijn.

Het dopen door de Engelse Kerken.

Onze

aandachb is bij het verslag van de Oos-

telike Ringsvergadering ook gevallen op een be-

(2)

DE HERVORMER.

8 April 1927.

242

schrijvingspunt van de

Gemeente

Brakpan, dat door de Vergadering

aangenomen

is, nl.

om

de Engelse Kerken te naderen

met

het verzoek

om

toch geen kinderen van onze Kerken zonder verlof te dopen. Helaas, dit besluit, hoe goed 00k be- doeld, zal niets, absoluut niets geven. Deze zaak

is een oude geschiedenis. Reeds van de jaren

1862 toen zendeling

McKidd

zich in Zoutpansberg gevestigd heeft, vonden zulke wanordelikheden plaats.

McKidd

begon al

met

kinderen van onze

Gemeenten

te dopen, en hoewel de Kerk

hem

bij de Regering aangeklaagd heeft, en

hem

ettelike malen verzocht heeft dit niet te doen, is hij in die

kwade

praktijk blijven volharden, en is dit voort- gezet door zijn opvolger zendeling Hofmeyr. Ja reeds in 1867 moest de Kerk daarover klagen dat de Wesleyaanse predikant Ludorf kinderen van onze

Gemeenten

zonder verlof doopte.

Ook

hij is

met

verzoekschriften bestormd.

Onze Algemene

Kerkvergadering heeft herhaaldelik, het laatst

nog

in 1922, besloten-de Engelse kerken te verzoe- ken, toch geen kinderen van onze kerk zonder verlof te dopen.

Maar

dit heeft

nog

nooit gehol- pen, en zal ook nooit helpen, en behoeft ook niet te helpen. Er is

maar

een hulpmiddel ter verbe- tering, en dat is, dat wij verstaan dat het karak- terloos is en ontrouw tegenover onze Kerk,

om

zo

maar

naar een Engelse predikant te

gaan om

onze kinderen te laten dopen. Wij moeten de

mensen

leren verstaan, dat wij door de doop lid

van de kerk worden, zoals ook uitgedrukt in Art.

2(a) van de Kerkwet.

Worden

onze kinderen ge- doopt in de Engelse Kerk, dan zijn zij lid van de Engelse kerk.

En

zouden wij, kinderen van de Voortrekkers, dat willen?

OFFISIEEL.

Die Westelike Ring.

Volgens besluit sal die volgende vergadering van die vVestelikeRing plaas vindte Potchefstroom

in die

Kerkgebou

van die Ned. Herv.

Gemeente

al-

daar op

Maandag,

18 April 1927, en volgendedae.

Predikante en Kerkrade van die Ring word herinner aan die besluit van 1926 dat Afgevaardig- des na die Ringsvergadering vroegtydig behoort aan te

kom

op die bestemde en bepaalde plek

om

deel te

neem

aan die kerkdienste op die

Sondag

voorafgaande, in die Gemeente,

waar

die vergade- ring plaas vind.

Die afskrifte van Doop- en Lidmaatregisters

moet

na invulling behoorlik

namens

die Kerkraad

vir korrek gesertifiseer

word

deur Skriba’s of deur

die kerkraad geoutoriseerde persone.

Beskrywingspunte

moet

ondergetekende be- reik nie lateras 18 Maart 1927, teneinde dieAgen- da behoorlik in orde tekry.

Name

van Afgevaardigde moet tog so spoedig moontlik gestuur

word

aan Ds.

W.

P. J. Poen, Potchefstroom, sodat bytyds voorsiening kan ge-

maak word

vir huisvesting.”

By

voorbaat dank,

Uw

dw. dnr.

P. J. J.

VENTER,

Skriba:

Kom. W.R.

Ned. Herv. Kerk Bybelkennis Eksamcn.

Die

eksamen

vir 1927 sal plaasvind weer op die laaste Saterdag in Augustus.

Voorgeskrewe werk.

I.

Lagere Afdeling.

Die lewensgeschiedenis van Simson en Judas Iskariot; Die Sondvloed, Gen. 6

9; Die Reis van

Paulus naar

Rome,

sy skipbreuk en oorwintering op die eiland Milete.

II.

Hogere Afdeling.

A—

-Josua I

11; Richteren 1

10; Die le-

wensgeskiedenis van Samuel.

P-

Die gelykenisse van die Heer volgens die Evangelie van Mattheus.

Die lewensgeskiedenis van die Apostel Petrus.

Handelingen 21

28.

Ill

Hoogste Afdeling.

B.

Kategismus: Kort begrip vrae 1

20.

Kerkgeskiedenis: Calvyn. Die Kerkgeschiedenis van die Herv. Kerk van Transvaal van i860 op tot die dood vands. D. v. d. Hoff.

IV.

Onderwysers Diploma.

C.

Kategismus: Kortbegrip vrae 21

39 en

die sakrament van die Nagmaal.

Kerkgeskiedenis: Die lewe en werk van Cal- vyn. Die afskeiding onder ds. Lion Cachet.

H. P.

WOLMARANS,

Schoemanstraat, Pietersburg.

Beroepen te Groot Marico

Zeerust, Ds. D.

F. Erasmus.

Heilbron.

Br. J. H. H. stuur ons ’n verbetering van die gepubliseerde verslag van Heilbron. Die Kerk- raadsvergadering

was

Saterdagmiddag. Die vroue basaar het

£65

opgebring en die vee-vandu- sie

£7

5 te

same

^140, as die beeste wat uitstaande

is verkoopis.

(3)

8 April 1927.

DE HERVORMER.

243

Kcnsessie Registrateur.

A

1 de Leraren van onze Kerk worden vriende- lik verzocht het volgende met aandacht te lezen:

De Algemene

Bestuurder van

Spoorwegen

heeft,

met

het oog op het verlof van Ds. Barger, bepaald:

Dat ds. D. F.

Erasmus

van Ventersdorp ge- durende die tyd, als tydelike konsessie registrateur zal optreden.

Konsessie sertifikaten voor reizen over 200 mijl moeten dus door ds.

Erasmus

worden goedge- keurd.

Als overgangsmaatregel is bepaald, dat ge- durende de gehele

maand April

en de gehele

maand Oktober

die goedkeuring kan gegeven worden door Ds. Barger of door Ds. Erasmus.

Gedurende de

maanden M

e£, Junie,

Julie, Augustus

en

September

1927 kan die goedkeuring voor reizen over 200 myl uit- sluitend en alleen gegeven worden door ds. Eras-

mus

van Ventersdorp, Tvl.

Verzoek van de Administrates.

Op

Dinsdag 15 Maart heb ik geen enkele brief ontvangen, terwijl gewoonlik op Dinsdagen veel brieven komen. Ik vrees dat brieven verloren zijn

en verzoek

daarom

alle personen, die mij brieven zonden tussen 10 en 14 Maart, mij hiervan kennis te geven

met

opgave van de inhoud en bericht of geld werd verzonden

met

de brieven in kontant, chequesofpostorders.

KERKELIKE BERICHTEN.

Ventersdorp.

I

Op

die laaste

Sondag

van Maart het hier- die gemeente

Nagmaal

gevier. Ds.

Poen was met

die dienste behulpsaam en het die gemeente groteliks gestig deur sy ernstige prediking.

Ons

is dankbaar vir sy gewaardeerde oorkoms.

Die

opkoms

van die gemeente

was

bevredi- gend en die deelname aan die

Nagmaal

bemoedi- geld.

Vrydagaand

is daar ’n konsert gehou, geor- ganiseer deur mevr. ds. Erasmus, wat by die

£60

opgebring het. Die basaar op Saterdag het oor die

£262

opgebring.

Op

Saterdagaand het ds.

Erasmus 24 jongehede voorgestel.

’n Kommissie is deur die gemeente gekies

om

in die loop van hierdie kwartaal in die gemeente

te kollekteer

om

sodoende die skuld,

wat nog

op ons rus, te delg.

Sondagmore, na die Nagmaalsbediening, het Ds.

Erasmus

aan die

gemeente

bekend

gemaak,

dat hy ’n beroep ontvang het na Marico. Dis die vierde roepstem, wat van elders tot ds.

Erasmus gekom

het sedert hy onder ons arbei.

Potgietersrust.

Die eersvolgende

Nagmaal

vir hierdie ge- meente sal gehou

word

D.V. op die 23 en 24ste April, die 22ste sal ’n gekombineerde Kerkraads- vergadering gehou

word

op Nylstroom

om

’n

Kombinasie aan te

gaan

en ’n predikant te be- roep.

A

1 die Kerkraadslede van hierdie gemeen-

te

word

dringend versoek

om

reeds Donderdag, die 2iste

om

3 uur

namiddag

op Potgietersrust

bymekaar

te wees

vanwaar

die Kerkraad Donder-

dagaand

sal vertrek na Nylstroom.

Vrydag

en Saterdag die 22 en 23ste sal 00k die jaarlikse basaar gehou

word

en derhalwe

word

’n goeie

opkoms

verwag.

J. J. d. B.

Parys.

Ons

Kerkviering is weer verby.

Vrydagaand

het die dominee hier

aangekom.

Ons

predikant en sy kerkraad

was

uitgenooi na

’n vaarwel-byeenkoms in die stadsaal vir ds. Mur- ray van die Ned. Ger. Gemeente,

wat

hierdie

week

na Pretoria vertrek.

Dit

was

’n groot sukses gewees en ons het

’n buitengewoon

aangename

tyd gehad.

Ons

pre- dikant het 00k ’n paar waarderende woorde ge- rig tot die vertrekkende Dominee.

Saterdagmore

was

daar

aanneming —

van die

veertien kinders, wat die kattegisasie

bygewoon

het, is daar elf jongelui aangeneem.

Van

elf tot een uur het die Kerkraad vergader en allerlei sake behandel.

Om

drie uur het die Voorbereidings diens be- gin. Die elf

nuwe

lidmate is toe bevestig. In die aand

was

daar ’n heel

swak

besoekte gemeente- vergadering.

Ouderling D. C. J. van Vuuren van Buffels- hoek, J. F. Viljoen van Witkoppen en N. Prak van Parys en Diaken J. J. Prinsloo, M.sn., van Water- val is toe herkies en J. N. Risseeuw is as diaken gekies vir die afdeling van ouderling Viljoen.

Wat

die kerkbou betref is op voorstel van Br.

J. Roets toe besluit, dat aangesien die Kerkraad die vertroue van die

Gemeente

het en die lede van die gemeente nie

opgekom

het nie, dat die

(4)

244

DE HERVORMER.

8 April 1927.

hele saak in hande van die Kerkraad en die Bou- kommissie oorgelaat

word om

te handel en te be-

sluit soos hulle dink wat die beste sal wees.

Sondagmore

het daar

Nagmaal

gewees. Vyf tafels is bedien.

In die

middag was

daar diens

om

twee uur.

Ouderling G. Kruger en diaken Scholtz is toe be- vestig en drie kindertjies is gedoop.

Dadelik na die diens het die predikant

met

drie kerkraadslede weggespring na

Oom

Andries van Coller wat seer ernstig siek is en gevra het

om

die dominee te sien.

Die ander Kerkeraadslede het die afskeids- preek van ds.

Murray

gaan bywoon, wat deur horn

baie gewaardeer is.

Vanmore

voor

dag

en douis diedominee terug na Vereeniging.

Op

die

Gemeente

Vergadering het die predi- kant sy hoorders aangespoor

om

in te teken op Die Hervormer en hierby stuur ek u die adresse van die

nuwe

intekenare wat hul rekening

verwag

tegelyk

met

die eerskomende aflewering van ons Kerkblad.

B. v. d. Hoven, Parys.

J. J. Prinsloo, M.sn., Waterval, Posk. Parys.

D. C. J. van Vuuren, Buffelshoek, Posk. Koe- doesfontein, via Parys.

Jan Muller, Koppieskraal, Posk. Parys.

M. J. L. v. d. Westhuizen, Somerset, P.K.

Dover.

Dat die voorbeeld navolging kry en die lesers- kring van Die Hervormer al groter

mag word

is die

wens

van

U

dw. dr.,

N.

PRAK.

Brakpan.

In die laaste uitgawe verskyn daar ’n verslag van ’n ouderlings-konferensie wat onlangs op Ger- miston gehou was.

Onder

andere

word

daar gepraat van die ge- meente Oos-Rand. Dis foutief. Hierdie gemeen-

tehet inJunie 1925 opgehou

om

te bestaan, en be- staan nou uit die gemeentes Germiston en Brak- pan. Die

naam Oos-Rand

doen ons nie

kwaad

nie,

maar

dis so hinderlik.

Die kerkraad het besluit

om

nie hierdie jaar basaar te hou nie.

Ons

het sowat 34 flukse kol- lektante elkeen

met

’n kollekte-lys belas,

met

’n

minimum

van

£

5.

As

dit suksesvol is

gaan

ons seker met ’n

ander gemeente kombineer as ons nieberoep nie.

Die kerkraad en gemeente is baie dankbaar

dat ds. Oosthuizen alweer ’n beroep bedank het.

Diegenes wat

meen

dat ’npredikant

hom

deur baie geld en gerief laat roep en nie deur die gees van

God

nie, moet nou swyg.

Die gde Maart het ds. Oosthuizen hier op Be- noni ’n aanddiens gehou wat baie

opwekkend

was.

Die

opkoms was maar

swak. Miskien is dit te wyte aan die baie bioskope en ander vermaak- likhede.

Die kerkraad

was

00k nie voltallig nie.

Die Wederdopers

gaan

vinnig vooruit op Benoni.

Die

Veremgde

Kerk het aan hulle ’n groot saal verkoop en niks hinder hulle nou

om

’n sterk genootskap te

word

nie.

Wie

hierdeur die meeste gaan verloor, sal ons wellater sien.

C. L. E.

Brakpan, 25/3/27.

Germiston.

Die gemeente is baie stil, en ek dink dis hoog tyd

om

iets van haar te laat hoor. Wel eerste is

ons baie bly dat ons predikant (ds. Oosthuizen) vir die beroep na die

Gemeente

Marico

Zeerust

bedank het. Dit

wys

dat hy baie belang stel in

ons gemeente hier.

Ons

voel baie hoogmoedig op ds. en mev. Oosthuizen.

Ons

is baie

dank

verskul- dig aan hulle vir ons kerk se goeie vooruitgang.

Ons

het al baie slegte

moed

gekry dat die kerk sal skipbreuk ly,

maar

gelukkig deur ons flinke

dominee en kerkraad het dit nie gebeur nie. Ons skuld is al baie verminder en een van die dae hoop ons

om

helemaal verlos te wees daarvan.

Ons

kan nie anders se: die gemeente is klein en

arm

maar baie gewillig. In die laaste staking het die ge- meente baie swaar gekry,

maar

soos ek al reeds gese het ons staan alweer goed op onse bene en is oortuig dat 00k die gemeente Germiston ’n

bloeiende gemeente sal word.

GEMEENTELID.

Erisgeen reden,

waarom

een man, diewilwer- ken, niet in staat gesteld zal worden

om

tewerken en de voile waardevoor zijn

werk

te krijgen.

Er kan geen groter ongerijmdheid wezen en geen groterondienst gedaan worden aan hetmens-

dom

dan erop teblijven staan, dat alle mensenge- lijk zijn.

(5)

April 1927

DE HERVORMER

245

14&o

W

.2

z.-+-1

S a) Wr-g Ml

.*5

w

tM

® c

Ew

§

®i_Jc8

<f o

K)

^

Eh

®

>0 GO

S o

®CC k>

£t>£

hK

«®

|-S|l|hM

£-%2hJild OEh *-h

'SiJ

_tsjW S*

"T® « C Bm

e3-P

M

.3.

3 g

2§,®S

~

<3® o.S^a u

2 d

W

®H.®

SSm'Wrt’S

p 5 ®.

p

H-s^Sw

^hS -g

s

7

Stag

;.2 c «es

3HQ®.r-,:p>3

$§

<

Ah

.

^T* §gw

&sl*s

>>"o

I—cW

®bl -p% 2

W^a5

Ik'S

nC5

cflo

3<3 O

^ jh-’XJ13

^

®OeS^

N

W

[XJ.®

"J ® . ’-p

•£. r- -M

C^-lf'-P -

®<3 C w

d)

^

<D r

2 d

® ®

. -

P-®?

o 0

^

®

>rO ® S

. 550)r-23

w'-'t—I^M <D

^ffl ^ .12 "53bfi

co

Q

JD &0 bjObJO

*82 7>S

^

^

^

O-M

h ® g ® if t PUSH'Sg«2 g

^JAIf)u ^ &

5^

><0 t>

3«31_:'P

0

.g.2

iM^

® a.

aS

'

po

H

®£>•r\

:5\®

0) 3+3>. (])-P

s-s-g's

4^0

gcc

T3 T3

a

o

S o

,."(h'TJ-aj

d

dl

03

(6)

246

DE HERVORMER.

8 April 1927.

KONGRES VAN MIJNKOMMISSARISSEN.

In 1885

werd

door de Regering van de Z.A.R.

’n Kommissie

benoemd

tot ’t samenstellen van ’n

ontwerp-wet op ’t delven naar en ’t handelen in edele metalen en edelgesteenten, bestaande uit de hh. J. G. Kotze, hoofdrechter van de Z.A.R., Jan

Celliers, L.V. en editeur van

“De

Volkstem”, en adv. Cooper.

De

Volksraad verhief bij besluit van 30Julie van dat jaardit ontwerptot wet, datgepu- bliseerd werd in de Staatskoerant als

Wet

No. 8

van 1885 (Goudwet).

In ’t daarop volgende jaar

werd

die

Wet

ge- wijzigd en aangevuld en toen het de Volksraad bleek, dat die

Wet

op de verschillende geprokla- meerde goudvelden niet op gelijke wijze werd toe- gepast, besloothij inAugustus 1887 totde aanstel- ling van ’n

Hoofd

van Mijnwezen, waartoe be-

noemd

werd de Vice-President van de Republiek, de hr. C. J. J. Joubert.

Met

de snelle ontwikkeling van de goudvelden ging gepaard ’n voortdurende aanvulling en wijziging van die goudwet, weshalve

’t

Hoofd

van Mijnwezen in 1892 besloot ’n konfe- rentie bijeen te roepen van de mijnkommissarissen die deze wet hadden toe te passen en

waarop

wij-

len de hr. George

Goch

de Transvaalse

Kamer

van Mijnwezen vertegenwoordigde. Deze konferentie werd te Pretoria gehouden in de kantoren van ’t Departement van Mijnwezen die gevestigd waren

in de oude pastorie van de Verenigde Kerk op ’t

Kerkplein,

waar

tans ’t Paleis van Justitie staat.

’t Resultaat van de besprekingen werd neer- gelegdin ’n Ontwerp-wet, die door de beide Volks- raden werd goedgekeurd en gepubliseerd

werd

als

“Wet

No. 18, 1892, op het delven van en handel-

“drijven in edele metalen en edelgesteenten in de

“Z.A. Republiek, benevens Hoofdstuk Zilver en

“voorlopige regeling van het mijnen naar onedele

“mineralen op geproklameerde gronden, alsmede

“Bepalingen omtrent Steenmakers, Klipbrekers- en

Kalkbranderlisentien.’ ’

Na

afloopvan’tKongres werd ’n foto

genomen

van alle ambtenaren behorende tot ’t Departement van Mijnwezen, die aandit Kongres haddendeelge- nomen.

DE W.

H.

Van

de op deze foto afgebeelde personen heb- ben negen de tijd met de eeuwigheid verwisseld;

een tweetal geniet pensioen, en drie zijn tot het ambteloos leven teruggekeerd.

De

heer

Munnik

is

tans lid van de Senaat.

De

Eerwaarde heer Bic- card, die in de

Camera

Obscura van Hildebrand in het stuk “Verre Vrienden’’ als “de kleine Louis”

voorkomt,

was

in de jaren 1874

1885 predikant

van de Ned.

Hervormde Gemeente

van Zoutpans- berg; de heerC. J. J. Joubert

was

Ouderling van de Herv.

Gemeente

van Pretoria, ende heer P. R. Vil- joen Ouderling van de Herv.

Gemeente

van Heidel- berg.

OVERDENKINC.

Waarom

moest de Christus lijden?

Moest de Christus niet deze dingenlijden en alzoo in Zijne heerlikheid ingaan?

Luc. 24:26.

De

beide jongeren op den terugweg van Jeru- salem naar

Emmaus

begrepen niets van alles wat

in de stad gebeurd was.

Evenmin

als het elftal discipelen toen Jezus

met

hen opging naar Jerusa- lem en sprak over den uitgang dien Hij daar ging volbrengen.

En

staan vele in onze dagen 00k niet tegen- over het groote

Waarom

van het lijden in ’t

algemeen en in ’t bizonder van Christus’ lijden, als tegenover een onoplosbaar probleem?

En

gij, diedeze overdenking leest, is het voor u wel heelemaal helder en klaar dat het lijden van de Heer onafwijsbaar noodzakelijk

was? En

00k,

waar

gij gemakkelijk—-al te gemakkelijk

ant- woordt: ,,’t Moest

vanwege

de grootheid onzer zonde en schuld,” is

daarmee

voor u alles klaar en innerlijk voor

uw

ziel duidelik en is

daarmee

door u alles gezegd?

Ten

alien tijde heeft het vraagstuk van het lijden de mensheid bezig gehouden. In Iraels theo- logie

was

er een vaststaande oplossing gevonden

:

lijden is gevolg van zonde en een bizonder lijden is gevolg van een bizondere, persoonlike zonde.

Maar

toen

kwam

de tijd waarin het boek Job werd geschreven en bleek dat

men

die oplossing niet

meer

algemeen aanvaardde. Job verweert zich tegenover de oplossing van zijn vrienden en be- roept zich van hun theologie op

God

en zie, Job krijgt gelijk, de twijfelende Job,

maar

die zich met

zijn twijfel tot den Allerhoogste wendt ende vrien- den, de ,,geloovige” vrienden krijgen ongelijk. Het boek Job geeft geen oplossing van het waarom,

maar

stelt ons opnieuw voor het vraagstuk zonder

’n andere oplossing dan deze:

God

geeft geen re-

kenschap van Zijn daden.

Toch

behield de gangbare overtuiging dat zware bezoeking gevolg is van zware overtreding stand nog zelfs in Jezus’ tijd,

want

de discipelen vragen omtrent den blinde: ,,Wie heeft er

ge-

zon d igd, deze of zijne ouders dat hij blind zou geboren

worden?”

Joh. 9:2.

(7)

8 April 1927.

DE HERVORMER.

247

Vooral tegenover den

Man

van Smarten krijgt de vraag

waarom

dit alles? grote kracht.

Tegenover het

dogma:

bizonder lijden is Gods straf voor een zware zonde staat de Chris- tus inhet voile licht van Zijnonschuld, javan Zijn zondeloosheid, met zijn vraag

waarop

zelfs zijn vijanden het antwoord schuldigbleven: ,,Wie over- tuigt Mij van zonde?”

En

de moordenaar aanhet kruis getuigde: ,,Deze heeft niets onbehoorliks ge- daan.”

Daarmee

is het volstrekt geen

wonder

dat in het hart van den onbevangene de vraag oprijst

:

Waarom

moestjuist Hij zooveel, zoo

onnoemhk

veel

lijden? Kon, dan de

God

der liefde aan den

Zoon

zijner liefde dit lijden en dezen afschuweliken dood niet bespaard hebben?

Was

er geen andere

weg

mogelik geweest?

En

nu antwoordt de Heiland zelf: neen, er

was

geen andere

weg

mogelik: ’t

moest!

Deze lijdensweg moest bewandeld worden ten- einde toe ,,opdat de Schrift vervuld worde.” In zonderheid ,,opdat vervuldworde hetgeen de profe- ten gesproken hebben.” Jezus vervult wet en pro- feten. Niet

omdat

de z.g. voorspellingen anders niet zouden uitkomen,

want

de profeten zijn er niet terwille van Christus,

maar

omgekeerd.

Ik weet wel, dat ’t meeste wat de profeten gesproken hebben verstaanbaar

was

voor de eigen tijdgenoten van de profeten en dat de meesterlike beschrijving van den knecht des Heeren in Jesaja 53 verstaan kan worden als een beschrijving van het lijden van het ideale, ware Israel, de kern van het volk ter oorzake van de zonden van het overige grootste deel des volks,

maar

toch welk een diepte, welk een vergezicht wordt ons in de profeten geopend als wij ze zien in het licht van Jezus Christus!

Dan

worden de profeten, juist in eigen onbewustheid ervan, de machtige getuigen van

Hem

die zich weet de vervuller der profeten,

want

Hij openbaart wat de eigenlike diepte, de rijkdom, de verreikende strekking hunner woorden

is.

Er gaat over de schriften van Jesaja een don- kere lijn van lijden en daarnaast loopt de lichte lijn van heerlikheid. Er is smart, nederlaag; er is

00k blijdschap, triomf. In deze lijnen zien wij in het lijdende 6n overwinnende leven van Jezus terug. Zij strengelen zich dooreen,

maar

eindelik moet de donkere lijn het opgeven, eindigend in de duisternis van ’s Heeren graf,

maar

de lichte lijn

gaat verder en wendt zich omhoog, stralend in op- standingsglorie en eindigend in, zich vereenigend

met

het licht van den open hemel, binnen wiens glanzende deuren de Heer der heerlikheid binnen- vaart.

Het lijden is de ondergrond der verheerliking.

Ditgetuigen de Schriftenen in Jezus vindt zij haar glorierijke vervulling.

Moest de Christus niet lijden?

Het moest 00k volgens den wil des Vaders.

Is dit niet tegen ons gevoel?

Een

Vader die

w

i1 dat zijn zoon lijdt?

Alles

komt

hier aan op het motief.

Is er niet iets groots in

wanneer

een vader, hoeveel strijd en innerlik lijden het hemzelf koste, zijn zoon offert in het belang,

om

het behoud van

’t vaderland?

Er is toch

nog

onder ons een plaats-beklee- dend lijden

uit liefde?

En

is dat niet iets godde-

liks in een wereld van zelfzucht,

waar

het eigen behoud alles is en

men

anderen niets gunt, aller- minst als het gaat ten koste van onszelf?

Welk

een felle tegenstelling dan 00k tussen de liefde

Gods

die offerend lijdt, die Zijn

Zoon

en dus Zijn eigen leven opofferend, lijdt

en dat kleine zelf-

zuchtig gedoe van priesters die bedoelen: beter dat hij sterve dandat onze plaats, onze positie gevaar loopt

!

De

vraag

maar

hoe kan de Vader willen dat zijn zoon lijdt? wekt dus eigenlikeen verkeerde in- druk.

Want

immers het is de

Vader

Zelf die lijdt in den Zoon.

En

hierin is de eenheid dat de

Zoon

volkomen eenswillend is

met

den Vader. Altijd, overal blijkt dit in

woord

en daad. Deze gehoor- zaamheid bracht lijden en dit lijden werkte, open- baarde gehoorzaamheid.

Met

blijde overgave werd die Wil aanvaard. Dit moeten

was

en hei- lig moeten, niet een noodlot,

maar

een innerlik gevoelde enaanvaardde noodzakelikheid.

’s Vaders wil

was

boven alien

O

Jezus steeds

Uw

welgevallen

Maar

wat heeft het U, o

Zoon

des Vaders in

den fellen Gethsemane-strijd gekost liefde te stel- len tegenover een wereld van donkere haat, o

Vlam

van Passie in dit

koud

heelal, Liefde die geen ster- veling weet,

Wonder

van Liefde in eenen

damp

van hoon!

Maar —

het moest

Vader,

Uw

wil geschiede

!

Alles lag in scherven

rondom

U.

Een

gebro- ken wereld, een van

God

losgerukte wereld.

Maar

in

U was God

de wereld met Zichzelven verzoenen- de.

Door Uwe

doorboorde handen wordt het ge- brokene geheeld uit de scherven van de oude we-

reld, de nieuwe wereld opgebouwd.

Ja, door Zijn lijden en sterven is alles herleid tot heerlikheid. In de vlam van Zijn liefde verteert de zonde en wordt elk lijder

omgesmolten

tot heer- likheid. Allereerst Zijn eigen lijden,

maar

dan 00k

(8)

248

DE HERVORMER.

8 April 192

elk lijden dat

met

Zijn gloeiende liefde in aanra- king komt.

En

lk hoor een apostel zeggen: ,,In- dien wij

met Hem

lijden, zoo zullen wij 00k met

Hem

verheerlijkt worden.”

Christus’ lijden is als de donkere nacht die de wereld omspant,

maar

een nacht waaruit de zon triomfantelikopgaat en over heel de linie zege-

praalt.

Eerst het Kruisdan de Opstanding.

Eerst lijden dan heerlikheid.

Geen

heerlikheid dan door lijden.

Geen

Opstanding zonder Kruis.

Geen

hemelvaart zonder nederdaling ter helle.

Het tarwegraan

moet

eerst in de aarde vallen en sterven,

maar

dan 00k brengt het vruchten voort.

Nu

wordt elk Kruis verlicht door ’t wijd-glan- zende licht van Golgotha.

En

elke smart,

met Hem

gedeeld, wordt ge- heiligde smart.

Wij dragen en worden gedragen.

Wij dragen het lijden en o wonder, het lijden draagt ons.

Elke afgrond een schatkamer.

De

oude

mens

baartden nieuwen mens.

Wij lijden

met Hem

en

met Hem worden

wij verheerlikt.

Elk kruis een kern.

Wij ontsteken als Kruisridders naar het H.

land de kaarsen van onze levensmoeite en verdriet aan de vlam van het altaar van het H. Graf en dragen het licht dat alle tegenspoed en gevaren overwint zegevierend door ons leven heen.

Als wij zien op de vruchten van ’s Heilands lijden voor Hemzelf en voor ons, wetende dat er geen overwinning is zonder strijd en geen

dag

zon- der nacht,

maar

00k dat het uit duisternis ge- boren licht de duisternis overwint, dan verstaan wij dat de Christus moest ingaan in Zijne heerlik- heid door lijden.

En

dan zeggen wij tot onze ziel, stil en

met

nadruk:

Want daarom

moest de Christus lijden,

Opdat gij zaligworden moogt.

AMEN.

G. E.

ALERS.

OVERAl OVER.

Ontgroening,

In de laatste

weken

is er telkens in kerkelike en politieke bladen geschreven over het zogenaam- de ontgroenen van de leerlingen, die voor het eerst op de hogere scholen en logies huizen

komen

Vele anderen hebben daarover geklaagd, dat die na-aperij van de Academies in Europa 00k hier is ingevoerd. Er wordt geklaagd over grove mis- handeling, die nu en dan hier of daar

wonden

heeft

gemaakt

en

soms

bijna dodelike gevolgen had; over verstoring van nachtrust der eerste- lingen. Aangezien die eerste

vorm

leerlingen zo- wel zoons als dochters gewoonlik niet veel ouder

zijn dan 15 of 16jaar worden zij door de anderen, die 18

20 jaar tellen, vreeslik geslagen of als

dwazen

en mallen in het openbaar vertoond. Deze 18

20 jarigen zijn onverantwoordelike kinders, die denken dat zij al heel volwassen en groot zijn.

Ook

is ons ter ore gekomen, dat hier en daar de huisvaders en onderwijzers deze dwaasheid bevor- deren, ja er over lachen, inplaats van ze te ver- hinderen. In ,,De

Kerkbode”

van 16 Maart, blad- zij 389 wordtzelfs geklaagd, dat ook meisjes ont- groend worden. Wij lezen daar: ,,Onder die oe van die huismoeder

word

hulle hond

gemaak

deur die hoog ontwikkelde (?

Red. Hervormer) Seniors

(ouderen) die wette op sy gooi, waaronder hulle moet staan.”

Wij

menen

ook dat Hogescholen vooral, en logieshuizen, die onder den invloed en het toezicht van de kerk staan, dit laffe en gevaarlike en zede- bedervende gebruik moeten tegengaan en geheel verbieden. In

December

hebben wij reeds gelezen dat een school adverteerde: ontgroenen wordt niet toegelaten. Dit goede voorbeeld moet

meer

worden gevolgd.

In de “Christliche Welt” van 3 Januarie vin-

den

we

een interessant Artikel:

“Zehn

Jahre Pro- hibitionismus in

Norwegen”

(Tien jaren Proliibi- tionisme in Noorwegen). Bij de volksstemming van 18 October 1926 bleek ereen vrij aanzienlike meer- derheid te zijn voor de opheffing van het, sinds 1916 bestaande drankverbod.

Men

leide daaruit niet af, dat de overtuiging van de meerderheid van

Noorwegens

bevolking in zake het Alcohol- vraagstuk belangrijk zou zijn gewijzigd. Echter

komt men

er meer en

meer

van terur in een rege- ringsverbod op alcohol verbruik het beste middel te zien

om

het volk tot matigheid op te voeden.

De

ervaringen van delaatste tien jaren geven daartoe gegronde aanleiding.

Niettegenstaande de scherpste controle op danksmokkelarij en geheime disteleerderijen zagen drinkers nog

immer

kans zich alcoholische dran- ken te verschaffen.

De

als sports beoefende dranksmokkelarij deed het drankverbruik onder de jeugd toenemen en deed bovendien afbreuk aan het gezag der overheid. Onder de werkelozen blij-

(9)

8 April 1927

DE HERVORMER.

249

ken er heel wat jonge

mannen

te zijn, die de avontuurlijke smokkelarij verkiezen boven geregel- de arbeid. Velen zijn thans van oordeel, dat de sociale

waarde

van een geringe

afname

van het alcoholverbruik, zo deze al te constateren valt, ze- ker niet in verhouding staat tot de grote morele schade, die bestendiging van het verbod voov land en volk medebrengt, en achten 00k de hoge kos- ten van controle op drankinvoer voor

Noorwegen met

zijn lange, verbrokkelde kustlijn en zeer ver- spreide bevolking niet in overeenstemming

met

de bereikte resultaten.

(Algemeen Weekblad).

Oostelike Ringsvergadering.

Op

de i6de en i;de Maart 1927 vergaderde voor de l8de maal de Oostelike Ring te Vrededorp.

Al de gemeenten hadden afgevaardigden ge- zonden.

Ook

al de predikanten

waren

tegenwoor- dig, behalwe Dr. H. C. M. Fourie, die ’s

morgens

verhinderd was, doch in den

namiddag

verscheen.

Ds. Brandt, de Voorzitter van de vorige ver- gadering opcnde met gebed, liet gezang 58 :6 zin-

gen enlas

Psalm

14.

De

geloofsbrieven werden in-

gehandigd en gelezen en op een paar kleinigheden

11a in orde bevonden.

De

vergadering besloot te zitten van 9

12.45 v.m., 2.30

6

namiddag

en 8

10 ’savonds.

Daarna

hieldds. Brandt deopenings-rede over Mattheus 21 : 21

26 en gaf ons te verstaan dat evenals Christus, ook de christen is geroepen tot lijden. Als Voorzitter werd herkozen ds. L. E.

Brandt sec. ds. A. Oosthuizen, als Scriba ds. Th.

Dreyer sec. ds. P. S. Grobler.

De

verslagen van de Rings Commissie en van de kassier werden gelezen en na enige bespre-

kingen goedgekeurd.

Daarop

werden de Commissies

benoemd

voor het nazien der kasboeken, der Registers en de jaarverslagen der gemeenten.

Het beschrijvingspunt van Pietermaritzburg

:

De Hoog

Eerw. Ring besluite

om

op

Durban

een zelfstandige gemeente te stichten

werd

aangeno- men. Een twede beschrijvingspunt van Pieterma- ritzburg:

Daar

die besluit van die kommissie van die Ring aangesteld op Pietermaritzburg, die vorige zitting, zeer nadelig voor die gemeente Pieterma- ritzburg gewerkthetverzoekdie kerkeraad, dat die verslag voor hierdie vergadering gele sal worden;

werd na toelichting van ds. Smit en ds. Brandt, van de hand gewezen.

Een

derde beschrijvingspunt van den kerke- raad van Johannesburg:

Watter houding

moet

deur die kerkraad en

Gemeente

ingeneem

word

teenoor lede wat nooit een pennie bydra

me:” werd

lang en ernstig be- sproken. Er

werd

gezegd, dat elk lid verplicht is

om

voor de kerk bij te dragen: dat de kerkeraden tegenover de onwilligen moest handelen overeen- komstig Matth.

18:15—17, omdat

gierigheid en onwil

om

voor de kerk bij te dragen, zonden wa- ren, en ze dus moest censureren en desnoods schrappen.

Verder werd er op gewezen, dat ouderlingen en diakenen

meer met

beslistheid en gezag moes- ten optreden en dat dit grote invloed zou uitoefe- nen.

Het verzoek van Bethal: ,,Dat die positie van zekere

hdmaten

wat op die grenslijnen tussen Bethal en Trichardsfontein gemeenten

wonen

en wat verlang

om

onder Bethal te resorteren en hul- le regte duidelik

gemaakt”

werd langdurig be- sproken.

Overeenkomstig Art. 36 (d)

werd

door de ver- gadering besloten, dat zij binnen de grenslijnen der gemeente hunne voorrechten moeten behouden en hunne verplichtingen nakomen.

De

gemeente

Brakpan

vraagt: dat de Eer-

waarde

Ringsvergadering versoek die

Algemene

Kommissie

om

’n Formulier

saam

te stellen

om

begrafenisse te houden.”

Er wordt opgemerkt, dat de oude kerk zulke verrichtingen heeft afgekeurd; dat een goed for- mulier in de Engelse kerk wordt gevonden,

waarna

als voorbeeld verwezen wordt. Er wordt voorge- steld, daarnaar een bewerking geschikt voor onzen

tijd te

maken

als dit nodig geoordeeld wordt.

Nog

een beschrijvingspunt van

Brakpan

: de Ringsvergadering verzoekt de

Algemene

Kerkver- gadering

om

te verbieden dat gescheiden personen door onzepredikanten in het huwelik bevestigd zul- len worden, wordt

aangenomen,

naernstigebespre-

king.

Een

ander voorstel van Brakpan

om

de Alge-

mene

Kerkvergadering teverzoeken

om

die Engel- se protestantse kerken te nader, dat geen kinders van onze kerk, deur

genoemde

kerke zonder verlof, die Heilige

Doop

zal toegedien

word

nie, wordt ook aangenomen.

En

wordt evenwel opgemerkt, dat de Engelse kerk dit ook nietdoet,

maar

wel de Wesleyaanse Kerk.

De

regeling der consulentschappen blijft zoals vorig jaar bepaald.

Bij de behandeling der verslagen der

Commis-

sies,

benoemd om

de kasboeken, de Registers en

(10)

250

DE HERVORMER.

8 April 1927.

de jaarverslagen na te zien, wordt gerapporteerd dat de kasboeken grote verbetering tonen: dat de Registers in orde zijn in de meeste gemeenten, over het algemeen is de geestelike en zedelike toe- stand vooruitgaande, ofschoon hier en daar dron- kenschap en onzedelikheid nog wel veel voorko- men.

Als leden der Rings-kommissie worden geko- zen Br. C. P. S. Barnard, sec. J. C. van der Mer- we, P. A. Ras, sec. L. Janse van Rensburg, en P.

D. Bekker, sec. N. J. Snijman en hun adressen aangetekend.

De

zitting in 1928 zal, zo de Heer wil, zijn in Volksrust.

Daar

de

werkzaamheden

zijn afgeloopen, dankt de voorzitter de kerkeraad van Johannes- burg voor de ontvangst van de Ring: de zusters der gemeente die zo uitnemend voor verversingen hadden gezorgd; de kommissies voor hun werk, en de scriba voor al wat hij gedaan heeft; de afge- vaardigden voor hun komen.

Daarna

spreekt hij

in enige gevoelvolle woorden Ds. van

Belkum

toe, die de vorige

maand

50 jaren leraar

was

geweest en dankt

hem

voor hetgeen hij vroeger en 00k nu gedaan heeft. Al verkrijgt hij dit jaar 00k emeri- taat, de voorzitter hoopt

hem

nog

menigmaal

in

de vergadering te zien. Ds. van

Belkum

dankt voor

die woorden en 00k Ds. Brandt voor zijn uitne-

mende

leiding der vergadering, die daarna geslo- ten wordt

met

gebed door Ds. Smit en het zingen van de

Avondzang

vs. 6.

Volgens de verslagen telt deze Oostelike Ring 15,169 zielen, 7,556 lidmaten, er zijn 665

aangenomen,

807 gedoopt

99 paren gehuwd. Er

zijn 2803 kinders op deZondagscholen, 184 onder- wijzers op 72 scholen.

Ingekomen

met attesta-

ties 592, vertrokken 223.

VRAGENBUS.

Belangstellende vraagt of het verplichtend is, dat de Kerkeraad voor het verkiezen van Kerke- raadsleden door de

Gemeente

’n tweetal stelt, en ofde Kerkeraad volstaan kan met een kandidaat voor de

Gemeente

te stellen.

Antwoord

: dezevraag stelt ons in de gelegen- heid een zaak aan te roeren, die niet van belang ontbloot is.

En om

dit te doen, moeten wij in de geschiedenis terug gaan. Vo6r de

dagen

van de kerkvereniging bepaalde onze Kerkv/et, dat de kerkeraadsleden door de Kerkeraad gekozen moes- ten worden, behalve bij het stichten van een nieu-

we

Gemeente, wanneer, bij het ontbreken van een

Kerkeraad, de niet onder sensuur staande manslid-

maten

zulks moesten doen.

Doch

dit werkte invele gevallen in de hand, dat de Kerkeraad langzamer-

hand

los van de

Gemeente kwam

te staan, en

soms

tegende

wens

van de

Gemeente

inging, wat geheel in strijd

was

met het demokraties karakter van onze kerk.

Zo

kon het gebeuren, dat Kerkeraden

in 1885

gmgen

verenigen,

waar

de

Gemeenten

niet wilden verenigen.

Op

de eerste

Algemene

Kerkver- gadering, die in 1888 na de Kerkvereniging gehou- den is, werd dan 00k dadelik besloten, dat de Ker- keraad bij de verkiezing van Kerkeraadsleden een tweetal moeststellen, waaruit de

Gemeente

dan kon kiezen, zozij nieteen derdekandidaat wilde bijvoe- gen. Tot 1925

was

het stellen van een tweetal door de Kerkeraad verplichtend volgens wet.

En waar

het gebeurde, dat de Kerkeraad niet een tweetal voor de

Gemeente

stelde,

was

dit gans en al in strijd met de wet. Sinds 1925 bepaalt de wet, dat de Kerkeraad hoogstens twee kandidaten voor de

Gemeente

moet stellen. Is het nu de bedoeling, dat de Kerkeraad twee

moet

stellen, en niet meer, of is het de bedoeling, dat de Kerkeraad, desver- langd, 00k een kandidaat kan stellen? Dit is een vraag die de

Algemene

Kerkvergadering van 1928 behoort uit te maken. Het dunkt ons, dat het in strijd is

met

de geest en de bedoeling der wet

om

slechts eenkandidaat te stellen. Het gevaar is, dat de Kerkeraad door het stellen van slechts een kan- didaat, teveel zijnwil aan de

Gemeente

oplegt.

In dit verband zouden wij 00k willen wijzen op de noodzakelikheid

om

de Gemeentevergaderin- gen in ere te houden. In

sommige Gemeenten

is

het langzamerhand gewoonte geworden, dat er des avonds, voor dat de Gemeentevergadering begint, eerst een volledige kerkdienst gehouden wordt, en na afloop daarvan de Gemeentevergadering. Door- dat de

mensen

niet altijd zo lang in de kerk willen zitten,

gaan

zijna de dienst weg, zodat de

Gemeen-

tevergaderingalheel klein is. Hierdoor verslapt uit

de aard derzaak debelangstelling in de Gemeente- vergadering.

KORRESPONDENTIE.

WelEerw. Heer! In ,,De Hervormer” van 23 Febr. ’27 sien ek ’n paar stukke geskrywe deur die Broeders Prinsloo, waarinhulleaanhaal omtrentdie gedenkteken van wyle Ds. Goddefroy. Die broeders Prinsloo

meen

dat terwyl daar sprake is

om

so’n gedenksteen op te rig, dat die gedenkteken op Witfontein te staan

moet

kom.

U

moet mij wel verstaan dat ek asHervormer dankbaarisdat daar

in die dae ’n

Witfonteinse

gemeente was,

(11)

DE HERVORMER.

251

8 April 1927.

en

waar

die voortou

geneem

is

om

die

Hervormde

Kerk weer uit die modderpoel te sleep. Tog

kan

ek vandag nie denk dat Witfontein die geskikste plek

is

waar

die gedenkteken van wyle Ds. Goddefroy moet opgerig

word

me.

Was

dit dat die kerkgebou van Witfontein

nog

gestaan het, en dat daar

nog

kerk gevier word, dansoudit iets anders wees, dan sou daar sekernie aan getwyfel

word

nie.

Maar om vandag

diegedenkteken vandie man, wat onskan se, wat bloedsweet gesweet hetvir die

Hervormde

Kerk, te wil gaanopsit op ndroe sand-

bult by ’n paar fondamentklippe, sou ek denk dat

dit verkeerd van ons is.

Die vraag is

waarom gaan

die

Hervormde

Kerk

vandag

’n gedenkteken van wyle Ds. Godde- froy oprig? Is dit

me

tot ’n teken

om

as iemand horn sien, selfde wie dit 00k al

mag

wees,

om

na

te denk wat gedaan is, deur die

man

waarvan die gedenkteken hier staan.

As

dit nou moet op Witfontein opgerig word, sal dit dannie’n dooiegedenkteken wees nie?

Daar mag

’n enkele reisiger die gedenkteken sien, ver- der weet niemand daar iets van af.

Sal dit nie beter wees as die gedenkteken op- gerig

word

by ’n kerk

waar

nog altyd kerk gevier word,

waar

so’n gedenkteken ’n lewende iets kan bly nie.

En

dan denk ek op

my

beurt dat die ge- denkteken van wyle Ds. Goddefroy opdie Kerkplein van

Erasmus

of Middelburg moet kom.

Daar

sal seker

nog

baie wees wat sal wil iets se. Elke Her- vormer behoor tevoelvir die saak.

Dankie vir opname.

STEF.

J.

MARAIS.

Tonteldoos, 13 Maart, 1927.

Oom

Sarel skryf in ,,De Hervormer” van die 8ste Maart aan Neef Klaas oor ’n saak

wat

na

my

nederige

mening

lankal onder hande

geneem moes

gewees het.

Dat daar armes is vir wie gesorg

moet

word, wie sal dit ontken en dat baie keer ondersteuning gegee word,

waar

dit nie nodig is nie en beter ge- laat kon gewees het, is net so seker

waar

as wat

dit

waar

isdatdikwelsvandielidmate vanons kerk hulle laaste lewensstonde sonder versagtende mid- dels

moet

deurworstel en die laaste

adem

uitblaas, miskien nie

omdat

dit siekte so erg

was

nie,

maar omdat

die liggaam gedurende die verloop van die siekte nie die nodige versterkende voedsel gehad het nie, sodat die dood indirek ’n hongerdood ge-

noem kan

word.

Ek

weet nie hoe dit in ander gemeentes

gaan

nie,

maar

dit sal wel oral min of

meer

eenders

wees. Sodra daar ’n bietjie geld is vir die armes, moet dit uitgedeel word, sonder versuim; gewoon-

lik aanelke

arme

eweveel, sonderdie graad vanbe- hoefte in aanmerking te neem.

Kom

daar dan ’n

week

of so na

Nagmaal

’n ernstige geval van siektein ’n huisgesinvan ’narme, dan is diediako- nie sonder geld en kan dan nie help nie.

Hoe

dik- wels gebeur dit nie dat daar ’n epidemie uitbreek, soos herhaaldelik met die griep,

waar

en wanneer hulp werkliknodigis en heilsamer sal wees as tien- talle van kere ’n paar sielings,

waar

dan geen hulp verleen

kan word

nie,

omdat

daar g’n geld is nie!

Ons kan

nie se datdie kerk g’nliefdadigheids- inrigting is wat armes

moet

versorg nie. Dit be- hoort die kerkte wees. Afgesien van die baie tekse wat aangehaal kan

word om

dit te staaf, is dit die gees van die Evangelie en een van die fondament- stene

waarop

diekristehkekerk gegrondves is.

En wat word

gedoen virdie armes?In diemeeste gemeentes

word

een kollekte

met Nagmaal

vir die armes bestem, die tafelgeld of die Nagmaalkol- lekte, en die

word

dan so gou moontlik uitgedeel en

daarmee

is dit klaar.

Die diakens, wat daar is

met

die spesiale doel

om

vir die armes te sorg, waarvoor die diakenskap ingestel is, en wat by die bevestiging in hulle

amp

so ernstig

gewys word

op hulle plig, n.l.

om

die

arme

tebedien en

vermaan word om

toe te siendat baie middele gevonde

mag word

tot hulp van die arme, ens., ens., antwoord op die vrae wat aan hulle gestel word: ,,Ja ek!” terwyl hulle weet dat die meeste

wat

hullevirdie armes sal doen salwees

om

die geldjies op die Nagmaaltafel

bymekaar

te

maak

en uit te deel, terwyl hulle eintlike

werk

sal

wees

om

die bydrae van die lidmate in ontvangs te

neem —

watin dieou tyd deurdie Apostels gedaan

was

en niedeur diediakens nie

en tekollekteer

nie vir die armes nie,

maar

vir die kerkelike of an- der fondse.

Dit

gaan

nie

om

te se, dat as die diakens dit niedoen nie, diepredikante gou die armes sal wees

nie. Die roepingvan diediakensis

om

virdie armes

te sorg en nie vir die predikant of kerkraad nie.

Hulle moet liefdegawes insamel vir die armes, fondse stig, bankrekenings open en hulle voorberei

om

in staat te wees

om

te kan help as hulp no- dig is.

En

nou sal gevra

word

wie dan die bydrae moet invorder.

As

dit ingevorder moet word, dan liewer die ouderlinge as die diakens.

Maar

dit be- hoort nie ingesamel te

word

nie. Abdoel Ismail

Abram

het nie persone

om

in te samel wat die

mense

horn skuld nie,

maar

elkeen bring wat hy skuld vir horn. So behoort dielidmate hulle bydrae

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het voorwerp wordt dan op de hoofdas over een afstand van 1,5f dichter naar de lens geschoven... Op een zomerdag duikt Joost in

Door vuur tijdig aan te tonen voordat er symptomen zichtbaar zijn is mogelijk een gerichtere bestrijding uit te voeren.. Dit is van belang om vuur aan te tonen nog voordat er

Deze studie onderzoekt op welke wijze de tijdsbesteding van broedende weidevogels en de vegetatie van de broedhabitat wordt beïnvloed door de aanwezigheid overwinterende en in

STUDIE 2: DE WETTELIJKE SCHULDREGELING In de tweede studie is er vergeleken of in Amsterdam het aantal mensen dat, gedurende de wettelijke schuldsanering (Wsnp), vanwege

Behandeling van patiënten met chronische gewrichtsaandoeningen die een verhoogd cardiovasculair risico hebben is primair gericht op medicatie, echter recent, in 2017,

Voornamelijk de aanloopgeul is goed gebaggerd waardoor Noordpolderzijl als waddenhaven voor wadvaarders weer als bestemming kan worden gekozen en zo mogelijk

Die illusie wat so gewek word, heri;nner aan die bygeloof C7an die beoefenaars van die dolosspel, naOJnlil'&gt; dat n .bonatuurlilie mag die voorwerpe rangsliik,

In this paper we consider a completely ergodic Markov decision process with finite state and decision spaces using the average return per unit time criterion. An algorithm is