Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Onderwijsinspectie
Hendrik Consciencegebouw Koning Albert II-laan 15 1210 BRUSSEL
doorlichtingssecretariaat@ond.vlaanderen.be www.onderwijsinspectie.be
Verslag over de opvolgingsdoorlichting van Gemeentelijke Basisschool te MOLLEM
Hoofdstructuur basisonderwijs
Instellingsnummer 5091
Instelling Gemeentelijke Basisschool Directeur Annelies CAUWENBERGH
Adres Kasteelstraat 49 - 1730 MOLLEM Telefoon 02-452.50.73
Fax 02-452.50.73 E-mail gbsmollem@asse.be Website www.gbsmollem.be Bestuur van de instelling
Adres
Gemeentebestuur van Asse Gemeenteplein 1 - 1730 ASSE Scholengemeenschap
Adres
Gemeentelijke Basisscholen Asse Noorderlaan 6 - 1731 ZELLIK CLB
Adres
Vrij CLB Noordwest - Brabant Nieuwstraat 120 - 1730 ASSE Dagen van het opvolgingsbezoek 21-02-2017
Einddatum van het opvolgingsbezoek 21-02-2017 Datum bespreking verslag met de instelling 21-02-2017
Samenstelling inspectieteam
Inspecteur-verslaggever Dirk PIQUEUR Teamleden Guy DE ROOVER
INHOUDSTAFEL
INLEIDING ... 3
1 HISTORIEK ... 4
2 TE REMEDIEREN TEKORT(EN) ... 4
3 ZIJN DE TEKORTEN GEREMEDIEERD? ... 4
3.1 Lager onderwijs: wetenschappen en techniek ... 4
3.2 Lager onderwijs: mens en maatschappij ... 4
3.3 Vaststellingen mens en maatschappij en wetenschappen en techniek ... 5
4 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG ... 7
INLEIDING
Dit verslag is het resultaat van de opvolgingsdoorlichting van de school door de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap. Het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 geeft haar de opdracht hiertoe.
Als de school bij een doorlichting een beperkt gunstig advies kreeg, volgt na de periode, vermeld in het advies, een opvolgingsdoorlichting. Tijdens een opvolgingsdoorlichting gaat de onderwijsinspectie na of de bij de voorgaande doorlichting vastgestelde tekortkomingen voldoende werden geremedieerd.
Het referentiekader dat de onderwijsinspectie gebruikt bij een (opvolgings)doorlichting is opgebouwd rond de componenten context, input, proces en output:
context: de omgevingskenmerken en de kenmerken van administratieve, materiële, bestuurlijke en juridische aard die de school karakteriseren
input: kenmerken van het personeel en van de leerlingen of cursisten van de school
proces: initiatieven die de school neemt om output te realiseren, rekening houdend met haar context en input
output: de resultaten die de school met haar leerlingen of cursisten bereikt.
Meer info over het CIPO-referentiekader vindt u op www.onderwijsinspectie.be.
Tijdens het opvolgingsbezoek verzamelt het inspectieteam bijkomende informatie via observaties, gesprekken en analyse van documenten.
De opvolgingsdoorlichting resulteert in een opvolgingsverslag dat bestaat uit een concluderend gedeelte en een advies.
Het concluderende gedeelte omvat de conclusies van de opvolging.
Het opvolgingsverslag eindigt met een advies dat betrekking heeft op alle of op afzonderlijke structuuronderdelen van de school. De onderwijsinspectie kan twee adviezen uitbrengen:
een gunstig advies: het inspectieteam adviseert gunstig over de verdere erkenning van de school of van structuuronderdelen.
een ongunstig advies: het inspectieteam adviseert om de procedure tot intrekking van de erkenning van de school of van structuuronderdelen op te starten.
Bij een ongunstig advies beoordeelt de onderwijsinspectie bovendien of de school de vastgestelde tekorten zelfstandig kan wegwerken.
Binnen een termijn van dertig kalenderdagen na ontvangst van het definitieve opvolgingsverslag informeert
1 HISTORIEK
Het vorige doorlichtingsbezoek vond plaats van 25-11-2013 tot 28-11-2013 en werd afgesloten met een beperkt gunstig advies. Vanaf 28-11-2016 moet de school kunnen aantonen dat tekort(en) die aan de basis lagen van dit advies, in voldoende mate werden geremedieerd. Dit verslag beschrijft in welke mate de school daarin is geslaagd.
2 TE REMEDIEREN TEKORT(EN)
de erkenningsvoorwaarde 'voldoen aan de onderwijsdoelstellingen' Lager onderwijs - Leergebieden
wetenschappen en techniek mens en maatschappij
3 ZIJN DE TEKORTEN GEREMEDIEERD?
3.1 Lager onderwijs: wetenschappen en techniek
VoldoetDe lagere afdeling bereikt de eindtermen van het leergebied wetenschappen en techniek in voldoende mate. Het onderwijsaanbod is volledig, evenwichtig en sluit nauw aan bij de visie en de verwachtingen van het leerplan. De evaluatiepraktijk is breed, betrouwbaar en schetst een goed beeld over de verworven kennis, vaardigheden en attitudes van de leerlingen.
3.2 Lager onderwijs: mens en maatschappij
VoldoetDe lagere afdeling bereikt de eindtermen van het leergebied mens en maatschappij in voldoende mate. Het onderwijsaanbod is volledig, evenwichtig en sluit nauw aan bij de visie en de verwachtingen van het
leerplan. De evaluatiepraktijk is breed, betrouwbaar en schetst een goed beeld over de verworven kennis, vaardigheden en attitudes van de leerlingen.
3.3 Vaststellingen mens en maatschappij en wetenschappen en techniek
CurriculumOnderwijsaanbod Referentiekader Planning Evenwichtig en volledig Samenhang Brede harmonische vorming Actief leren
De evaluatiegegevens over het leergebied en de resultaten op externe toetsen op het einde van de lagere afdeling geven voldoende indicaties dat de
leerlingen de eindtermen van wetenschappen en techniek en van mens en maatschappij bereiken.
De onderwijzers kennen de uitgangspunten en de krachtlijnen van het leerplan en integreren deze in een schooleigen visietekst. Het onderwijsaanbod en de aanpak in de verschillende klassen sluiten nauw aan bij deze visie.
De onderwijzers hanteren een onderwijsleerpakket als basis om het leerplan toe te passen. Ze kennen de hiaten (witte doelen) in het leerstofpakket en vullen dit - waar nodig - aan of leggen eigen accenten in het aanbod.
De verschillende domeinen van de leergebieden komen evenwichtig aan bod en via themasteekkaarten bewaken de onderwijzers het principe van de
multiperspectiviteit. In het onderwijsaanbod is voldoende verticale en horizontale samenhang aanwezig. De onderwijzers besteden specifieke aandacht aan een zinvolle integratie van de leergebiedoverschrijdende eindtermen van leren leren, sociale vaardigheden en ICT.
Het aanbod is voldoende werkelijkheidsgericht. Verdere integratie van de vele mogelijkheden om de school en haar omgeving te verkennen, heeft nog groeikansen. Alle onderwijzers besteden aandacht aan de actualiteit uit de nabije of de verre leefomgeving van de leerlingen. Het domein techniek is goed geïntegreerd in de verschillende thema's en de school doet hiervoor af en toe beroep op externe ondersteuning door o.m. ouders of grootouders. Het verder uitwerken van de aspecten verkeerseducatie en mobiliteit is nog een werkpunt voor het schoolteam.
Het actief en zelfontdekkend leren en het stimuleren van de
onderzoeksvaardigheden van de leerlingen krijgen voldoende kansen in deze lagere afdeling.
Onderwijsorganisatie Klasmanagement Onderwijstijd
De onderwijzers besteden voldoende onderwijstijd aan de twee leergebieden, conform de richtlijnen van de onderwijskoepel.
Diverse interactieve werkvormen en een goed klasmanagement bevorderen
Evaluatie Evaluatiepraktijk Evenwichtig en representatief Leerlingvolgsysteem Gericht op bijsturing
De evaluatie van de leerlingen gebeurt vrij evenwichtig en is in voldoende mate gericht op het evalueren van kennis, vaardigheden en attitudes. Het
schoolteam evolueert naar een bredere evaluatiepraktijk waarbij ook
zelfevaluatie door de leerlingen en verschillende vormen van zachte evaluatie kansen krijgen.
Enkele onderwijzers gebruiken af en toe een foutenanalyse om zicht te krijgen op de effectiviteit van de aanpak en om leerlingen te remediëren wanneer dit nodig is.
Rapporteringspraktijk Interne en externe communicatie Evenwichtig en volledig
De rapporteringspraktijk sluit in voldoende mate aan bij de brede en grondige evaluatiepraktijk. Het doelgericht rapporteren is eerder leerkrachtafhankelijk.
Via een weekbrief informeren de onderwijzers de ouders over het lopende thema en over de verschillende activiteiten die tijdens de lessen aan bod komen.
Begeleiding Leerbegeleiding Beeldvorming Zorg
De onderwijzers nemen sporadisch relevante informatie over de evolutie van de leerlingen en over hun talenten op in het leerlingendossier. In een recent ontwikkelde ouderfiche krijgen deze leergebieden een meer systematische plaats. Het zinvol registreren en communiceren van deze informatie moet nog verder groeien.
In enkele klassen nemen de onderwijzers initiatieven om te differentiëren in het aanbod, om de voorkennis van de leerlingen te activeren en om meer in te spelen op hun specifieke interesses.
Professionalisering Deskundigheidsbevordering Interne expertise Nascholingen
Op basis van de vaststellingen uit het vorige doorlichtingsverslag werkte het schoolteam een verbetertraject uit. Dit gebeurde in nauwe samenspraak met de pedagogische begeleiding. De effecten van dit ondersteuningstraject zijn duidelijk merkbaar tot op de klasvloer.
Naast teamgerichte en individuele nascholingen benut de lagere afdeling meer de interne deskundigheid van de teamleden. Intern overleg, het delen van expertise en het hospiteren bij elkaar raken stilaan meer ingeburgerd.
4 ADVIES EN REGELING VOOR VERVOLG
In uitvoering van het decreet betreffende de kwaliteit van onderwijs van 8 mei 2009 is het advies voor erkenning van tekort(en) zoals vermeld in punt 2 van dit verslag:
GUNSTIG
voor de erkenningsvoorwaarde 'voldoen aan de onderwijsdoelstellingen' voor het lager onderwijs.
Namens het inspectieteam Voor kennisname namens het bestuur
Dirk PIQUEUR
de inspecteur-verslaggever
Annelies CAUWENBERGH de directeur
Datum van verzending aan de directie en het bestuur van de school