Midden-Groningen
Technische vragen CDA Begroting 2021
De paginanummering kan op sommige plaatsen afwijken ivm verschil van weergave op I pad en papieren versie Begroting.
blz. 26: is er een verklaring voor dat het aantal verwijzingen naar Halt vanaf 2018 na 2 lagere jaren flink is toegenomen? Hardere aanpak of meer problemen? Meeste andere criminaliteits indicatoren laten gelukkig een dalende trend zien
Antwoord: We kunnen hier geen eenduidige reden voor geven. Vermoedelijk speelt een rol dat Halt naar eigen zeggen steeds beter in beeld is bij de verwijzers.
Blz. 27: restafval: om Nederland is een dalende trend te zien, bij ons ondanks diftar niet;
hoe kan dit?
Antwoord: Vanaf 1-1-2020 wordt in de gehele gemeente midden-Groningen volgens de diftar methode ingezameld, daarvoor verschilden de diftar methodes tussen voormalig Menterwolde en voormalig Hoogezand-Sappemeer en werd in voormalig Slochteren niet volgens de diftar methode ingezameld. Om een inzicht in de trend te krijgen zullen minimaal de jaren 2020 én 2021 vergeleken moeten worden, op dit moment kan dat inzicht nog niet worden verkregen. In de aangeboden raadsbrief voortgang afvalmaatregelen zijn de eerste voorzichtige conclusies getrokken en laten de cijfers een daling van ingezameld restafval per inwoner zien.
Blz 27: waardoor komen de fors hogere lasten in 2019 en 2021 voor begraafplaatsen?
Antwoord: In 2019 is de last hoger doordat het bedrag dat ontvangen is voor toekomstig onderhoud graven hoger was. Dit dient als storting in de voorziening onderhoud graven, dus als last, verwerkt te worden. In 2021 is incidenteel € 25.000 geraamd voor het beleidsplan begraven.
Blz. 27: De begroting van de baten voor openbare ruimte en cultuur zijn voor 2021 fors lager dan 2019, hoe is dit te verklaren?
Antwoord: Zie bestaande toelichting onder de tabel met cijfers op bladzijde 28. In 2019 zijn er hoge incidentele baten geweest, dit komt voornamelijk door de vergoeding van de gemeente Groningen inzake de grenscorrectie project Meerstad (zoals ook opgenomen in de jaarrekening 2019). Aangezien deze inkomsten eenmalig waren, zijn deze niet opgenomen in 2020 en ook niet in de begroting 2021.
Blz. 69: vanwaar halvering route werk? Minder trajecten door geldgebrek of is het juist
een succes?
Midden-Groningen
Antwoord: Geen geldgebrek; het aantal bijstandsgerechtigden dat voldoet aan het criteria voor de route werk in 2019 lager is dan in 2018. Er zijn meer mensen uitgestroomd vanuit deze route en de aanwas van bijstandsgerechtigden in 2019 die voldoen aan de criteria is beduidend lager.
Blz. 72: Stichting Leergeld heeft veel minder kinderen ondersteund, wat is daar de reden van?
Antwoord: Stichting Leergeld geeft aan dat het aantal aanvragen behoorlijk is afgenomen in vergelijking met vorige jaren. Zij geeft als oorzaak dat de webwinkel van het Meedoenfonds er goed in slaagt om gezinnen te bereiken waardoor gezinnen minder snel een beroep hoeven doen op hun Stichting voor bijvoorbeeld de kosten van zwemles of een schoolreis.
Blz. 80: absoluut verzuim: waardoor komt het ruim 3x hogere verzuim in 2018? Betere controle of sociale problematiek?
Antwoord: We hebben geen verklaring voor de stijging (en met name de fluctuatie in de afgelopen jaren). De afgelopen jaren hebben we weinig tot geen processen-verbaal uitgeschreven voor absoluut schoolverzuim, omdat het absolute schoolverzuim (dus géén schoolinschrijving zonder vrijstelling) vaak maar van tijdelijke aard is. In slechts enkele gevallen is het dusdanig verwijtbaar dat er een proces-verbaal moet worden opgemaakt.
Blz. 80: waarom zien we in 2019 een toename aan jongeren met jeugdhulp terwijl we inzetten (en rekenen) op vermindering
Antwoord: Bron voor deze data zijn de CBS cijfers. Deze wijken af van de data waar de PowerBI jeugd mee werkt. In 2018 ontvingen 2046 kinderen jeugdhulp, in 2019 waren dat er 2033. Het beleid is gericht op lagere kosten door efficiëntere en effectievere hulp. Dat hebben we bereikt met de sociale teams. Het aantal kinderen met een verwijzing van een sociaal team daalde met 41 en de kosten met
€ 1,7 mln. Daartegenover stond echter een stijging van de uitgaven door de jeugdbescherming.
Blz. 81: waardoor komt de bijna verdubbeling in maatwerk WMO in 2019?
Antwoord: Het klopt dat er een toename van maatwerkvoorzieningen zien. De toename is vooral te zien in de enkelvoudige aanvragen voor Huishoudelijke hulp. Dit wordt vooral veroorzaakt door de invoering van het abonnementstarief in 2019 voor de Wmo.
Blz. 82: waarin zit de enorme stijging aan baten op accommodaties in 2020?
Antwoord: Het antwoord op de vraag over de accommodaties komt vanuit het Scholenprogramma.
In 2020 zijn de baten incidenteel € 264.400 hoger omdat in 2020 de bijdrage van de NAM voor de eenmalige lasten van MFC Froombosch wordt ingezet.
Blz. 102: er wordt voor een deel uitleg gegeven voor de verminderde baten voor
economische ontwikkeling; maar de trend van 3.6 miljoen in 2019 tot 1.4 miljoen in
2024 is mij niet duidelijk.
Midden-Groningen
Antwoord: De baten betreffen voornamelijk de leges voor de omgevingsvergunningen. In 2019 zijn incidenteel hogere baten ontvangen door een aantal grote projecten en baten uit 2017 en 2018. In 2020 verwachten we 1 miljoen hogere baten en in 2021 verwachten we € 0,3 miljoen hogere baten.
De structurele baten van € 1,4 miljoen in 2022 en verder is conform voorschriften voorzichtig
geraamd omdat het aantal grote projecten dat dan speelt nog onzeker is en de invloed van de nieuwe omgevingswet op de baten vanuit vergunningen nog onduidelijk is.
Blz 107: Lasten bestuurlijke samenwerking na 2021 is fors lager, waardoor komt dit?
Antwoord: Inzet frictiekostenbudget voor herindeling dit stopt met ingang van 2022 en daardoor is het totale budget verlaagd.
Blz. 137: bedrijfsafval van 150.822 naar 20.000; wat betekent hier uitfaseren ?
Antwoord: Met uitfaseren wordt bedoeld dat het ophalen en afvoeren van bedrijfsafval in fasen wordt afgebouwd. Bij het Winkelcentrum Hoogezand is voor de winkeliers een ondergrondse container voor het afval aangelegd. Deze voorziening kan niet ineens worden weggenomen, deze kosten blijven de komende jaren nog in de begroting.Blz. 143: waarom hebben we op een aantal hoofdstukken zo'n lage kostendekking? Van sommige onderdelen kan ik het begrijpen (burgerlijke stand, archief) maar waarom zijn de leges voor kansspelen, horeca of seksbedrijven om maar een paar voorbeelden te noemen niet volledig kostendekkend?
Antwoord: Bij de vaststelling van de legestarieven voor 2021 wordt het tarief aangepast om de kostendekkendheid waar mogelijk volledig te maken.
Blz. 151/18 effecten gasbesluit 2030; niet alleen minder inkomsten OZB van de NAM maar hoe zit het met het wegenonderhoud (bijv. Oosterzandenweg van Siddeburen naar Tjuchem) die nu mede onderhouden (incl. gladheidsbestrijding) wordt door NAM in geval de gaslocaties zijn gesloten?
Antwoord: Deze effecten zijn nog niet geheel in beeld en zijn daarom in de risicoparagraaf
opgenomen. In de toelichting op de risicotabel van de paragraaf Weerstandsvermogen is de volgende tekst opgenomen:
18. Effecten gasbesluit 2030
Het Kabinet wil dat de gaswinning in Groningen uiterlijk 2030 is gestopt. Onduidelijk is wat de neven- effecten zijn voor de gemeente Midden-Groningen.
Op dit moment is nog niet duidelijk hoe groot het financieel risico is ten aanzien van de OZB- opbrengst. Voor wat betreft het wegenonderhoud aan de Oosterzandenweg is de gemeente
verantwoordelijk voor het onderhoud, inclusief de gladheidsbestrijding. Daarnaast is dit issue op dit
Midden-Groningen
moment nog niet aan de orde. Zodra dit wel het geval is gaan wij de eventuele gevolgen m.b.t.
wegenonderhoud inzichtelijk brengen.
Blz 151/19 ombuigingen/ etc.; de tweede en derde zin, zint mij niet :'Het risico dat ombuigingen/taakstellingen niet (volgens planning) worden behaald is aanwezig'!!.
Waarom wordt het niet behaald?
Antwoord: In de toelichting op de risicotabel van de paragraaf Weerstandsvermogen is de volgende tekst opgenomen:
19. Ombuigingen / taakstellingen exclusief ombuigingen Jeugd
Met de aanvullende ombuigingen, waartoe in 2020, is besloten ligt er een omvangrijk pakket aan maatregelen die moeten worden uitgevoerd. Het risico dat ombuigingen/taakstellingen niet (volgens de planning) worden behaald is aanwezig.
In bovenstaande tekst staat uitsluitend dat het risico bestaat dat de ombuigingen/taakstellingen niet worden behaald. Er staat niet dat ze niet worden behaald. Via de reguliere P&C- documenten wordt u geïnformeerd over de voortgang van de ombuigingen/taakstellingen.
Blz 172/Stichtingen/golfbaan; risico's : de garantstelling van 187.500 heeft impact op het weerstandsvermogen. Waarom vinden we dat niet terug in de risicotabel op pag 149
?
Antwoord: Dit betreft helaas nog oude tekst en had gewijzigd moeten worden. Het financieel risico voor de gemeente Midden-Groningen voor het garant staan voor de geldlening is namelijk nihil, de waarde van de onderliggende gronden is momenteel minimaal gelijk aan de geldlening. Bovendien wordt door de stichting jaarlijks € 25.000 gereserveerd voor aflossing op de geldlening.
Blz 186/tabel 76/programma 1; Groen, achterstand en onderhoud is opgenomen voor 467.000
Zojuist in de ombuigingen vergadering hebben we 100.000 meegenomen als extra bezuiniging ivm overschrijdingen; waarom wordt hier dan het bedrag verhoogd?
Antwoord: In het beleidsplan groen (2019) werd achterstallig onderhoud geconstateerd tot een bedrag van € 2,8 miljoen. Oorspronkelijk zou dit in de meerjarenbegroting in 4 jaar worden ingelopen, dus € 700.000 per jaar. Vanwege de financiële positie van Midden-Groningen is besloten om de uitvoering in 6 jaar (2019 -2024) te laten plaatsvinden, dus een bedrag van c.a. € 467.000 per jaar. Er is dus geen sprake van een verhoging van het groenbudget.
We hebben niets kunnen vinden over de Starters-, verzilverings- en
stimuleringsleningen, wat is de stand van zaken van het aantal leningen en de hoogte van de fondsen?
Antwoord: In de periode 30 juli 2019 – 1 oktober 2020 zijn 33 leningen verstrekt. Er zijn 12 startersleningen verstrekt voor een totaalbedrag van € 289.850.
Midden-Groningen
Gemiddeld lenen koopstarters € 24.154. Er zijn 21 stimuleringsleningen verstrekt voor een bedrag van
€ 124.518. Dit is gemiddeld € 5929. Er zijn geen verzilverleningen verstrekt.
Er is in totaal voor een bedrag van € 414.368 aan leningen verstrekt. De eerste lening is verstrekt op 30 juli 2019 en de meest recente lening is van 1 oktober 2020.
