• No results found

Aanwijzingen lokale omroepen in Wassenaar en Leidschendam-Voorburg | Commissariaat voor de media

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Aanwijzingen lokale omroepen in Wassenaar en Leidschendam-Voorburg | Commissariaat voor de media"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Besluit

Kenmerk: 803029 / 873822 Betreft:

 Aanwijzing van Stichting Lokale Media Wassenaar (hierna: SLMW) als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar;

 Gedeeltelijke toewijzing van de aanvraag van Stichting Voorburgse en

Leidschendamse Lokale Omroep Midvliet (hierna: Midvliet), te weten voor het deel ter verkrijging van de aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg;

 Gedeeltelijke afwijzing van de aanvraag van Midvliet, te weten voor het deel ter verkrijging van de aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar;

 Afwijzing van de aanvraag van Stichting Omroep Leidschendam-Voorburg (hierna:

LVTV), ter verkrijging van de aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg.

Het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat),

gezien de aanvraag tot aanwijzing van LVTV als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg, bij e-mailbericht van 2 juni 2020;

gezien de aanvraag tot aanwijzing van Midvliet als lokale publieke media-instelling voor de gemeenten Leidschendam-Voorburg en Wassenaar, bij e-mailbericht van 8 juli 2020 en geactualiseerd bij e-mailberichten van 29 september 2020 en 22 oktober 2020;

gezien de aanvraag tot aanwijzing van SLMW als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar, bij e-mailbericht van 13 september 2020 en geactualiseerd bij e-mailberichten van 22 september 2020, 22 oktober 2020 en 28 oktober 2020;

gezien het advies van de gemeenteraad van Wassenaar, ontvangen door het Commissariaat bij brief van 15 december 2020;

gezien het advies van de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg, ontvangen door het Commissariaat bij e-mailberichten van 7 januari 2021 en 19 januari 2021;

gezien de zienswijze van LVTV, ontvangen door het Commissariaat bij e-mailbericht van 16 februari 2021;

gezien de zienswijze van Midvliet, ontvangen door het Commissariaat bij e-mailbericht van 24 februari 2021;

gelet op de artikelen 2.61 tot en met 2.69 van de Mediawet 2008;

gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb);

overweegt als volgt:

___________________________________________________________________________

A. Gevolgde procedure

1. Bij e-mailbericht van 2 juni 2020 heeft LVTV een aanvraag ingediend tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg.

2. Bij e-mailbericht van 8 juli 2020 heeft Midvliet een aanvraag ingediend tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeenten Leidschendam-Voorburg en

(2)

Wassenaar. Nadere gegevens met betrekking tot de aanvraag van Midvliet heeft het Commissariaat ontvangen bij e-mailberichten van 30 september 2020 en 22 oktober 2020.

3. Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanvragen van LVTV en Midvliet met brief van 20 juli 2020 toegezonden aan de raadsgriffier van Leidschendam-Voorburg, met het verzoek de gemeenteraad een advies uit te laten brengen over de vraag of LVTV en Midvliet voldoen aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt. De nader ontvangen gegevens van Midvliet zijn door het Commissariaat conform beleid nagezonden aan de gemeenten Leidschendam- Voorburg en Wassenaar.

4. Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanvraag van LVTV met brief van 20 juli 2020 toegezonden aan de raadsgriffier van Wassenaar, met het verzoek de gemeenteraad een advies uit te laten brengen over de vraag of LVTV voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt.

5. Bij e-mailbericht van 13 september 2020 heeft SLMW een aanvraag ingediend tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar. Nadere gegevens met betrekking tot de aanvraag van SLMW heeft het Commissariaat ontvangen bij e-mailberichten van 22 september 2020, 22 oktober 2020 en 28 oktober 2020.

6. Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanvraag van SLMW met brief van 22 september 2020 toegezonden aan de raadsgriffier van Wassenaar, met het verzoek de gemeenteraad een advies uit te laten brengen over de vraag of LVTV voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt. De nader ontvangen gegevens van LVTV zijn door het Commissariaat conform beleid

nagezonden aan de gemeente Wassenaar.

7. Bij brief van 15 december 2020, ontvangen door het Commissariaat op 18 december 2020, heeft het Commissariaat het advies van de gemeenteraad van Wassenaar ontvangen. De gemeenteraad van Wassenaar heeft, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders, het Commissariaat geadviseerd dat zowel Midvliet als SLMW aan de wettelijke vereisten voldoet. De gemeenteraad van Wassenaar heeft daarbij een voorkeur kenbaar gemaakt voor aanwijzing van SLMW als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar.

8. Bij e-mailberichten van 7 januari 2021 en 19 januari 2021 heeft het Commissariaat het advies van de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg ontvangen. De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft, op voorstel van het college van burgemeester en wethouders, het Commissariaat geadviseerd dat zowel Midvliet als LVTV aan de

wettelijke vereisten voldoet. De gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg heeft ervoor gekozen geen voorkeur uit te spreken voor aanwijzing van Midvliet of LVTV.

9. Bij brief van 11 februari 2021 heeft het Commissariaat een afschrift van het advies van de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar toegestuurd aan LVTV. Op grond van artikel 4:7 van de Awb heeft het Commissariaat LVTV in de gelegenheid gesteld een schriftelijke zienswijze in te dienen ten aanzien van het advies van de

gemeenteraad en het voornemen van het Commissariaat om de aanvraag van LVTV af te wijzen.

10. Bij brief van 11 februari 2021 heeft het Commissariaat afschriften van de adviezen van de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar toegestuurd aan Midvliet. Op grond van artikel 4:7 van de Awb heeft het Commissariaat Midvliet in de gelegenheid gesteld een schriftelijke zienswijze in te dienen ten aanzien van de adviezen van de

(3)

gemeenteraden en het voornemen van het Commissariaat om de aanvraag van Midvliet gedeeltelijk af te wijzen, te weten voor het deel ter verkrijging van een aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar.

11. Bij brief van 11 februari 2021 heeft het Commissariaat een afschrift van het advies van de gemeenteraad van Wassenaar toegestuurd aan SLMW. SLMW is in de gelegenheid gesteld eventuele op- of aanmerkingen kenbaar te maken aangaande het advies van de gemeenteraad en het voornemen van het Commissariaat om de aanvraag van SLMW toe te wijzen.

12. Bij e-mailbericht 16 februari 2021 heeft het Commissariaat de zienswijze van LVTV ontvangen.

13. Bij e-mailbericht van 24 februari 2021 heeft het Commissariaat de zienswijze van Midvliet ontvangen.

14. SLMW heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid eventuele op- of aanmerkingen kenbaar te maken aan het Commissariaat.

B. Adviezen gemeenteraden Leidschendam-Voorburg en Wassenaar

15. Met betrekking tot de aanvragen van SLMW en Midvliet heeft de gemeenteraad van Wassenaar, in zijn vergadering van 15 december 2020, besloten het Commissariaat, op voorstel van burgemeester en wethouders, te adviseren dat beide aanvragers voldoen aan de vereisten van artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008;

16. Voorts heeft de gemeenteraad van Wassenaar besloten het Commissariaat te adviseren om SLMW als voorkeurspartij aan te merken.

17. Met betrekking tot de aanvragen van LVTV en Midvliet heeft de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg, in zijn vergadering van 5 januari 2021, besloten het

Commissariaat, op voorstel van burgemeester en wethouders, te adviseren dat beide aanvragers voldoen aan de vereisten van artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008;

18. Voorts heeft de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg besloten, in afwijking van het voorstel van burgemeester en wethouders, geen voorkeursadvies uit te brengen aan het Commissariaat.

C. Zienswijze LVTV

19. De zienswijze van LVTV, aangaande het advies van de gemeenteraad van

Leidschendam-Voorburg en het voornemen om de aanvraag van LVTV af te wijzen, kan kort en zakelijk als volgt worden samengevat.

20. LVTV geeft aan zich niet te kunnen verenigen met het feit dat de gemeenteraad geen voorkeur kenbaar heeft gemaakt, terwijl het college van burgemeester en wethouders de gemeenteraad nadrukkelijk heeft geadviseerd om LVTV als voorkeurspartij aan te merken.

21. Voorts maakt LVTV kenbaar zich niet te kunnen verenigen met het beleid van het Commissariaat om de huidige lokale publieke media-instelling opnieuw aan te wijzen, indien - zoals in de onderhavige aanwijzingsprocedure het geval is - de gemeenteraad ervoor kiest geen voorkeur kenbaar te maken voor één van de aanvragers en er geen

(4)

indicatie is waaruit blijkt dat de huidige lokale publieke media-instelling niet naar behoren functioneert.

22. LVTV is daarnaast van mening dat het fair play beginsel in het geding is, nu Midvliet de mogelijkheid heeft gekregen de documenten, die onderdeel uitmaken van de aanvraag van Midvliet, te actualiseren tijdens de looptijd van de aanwijzingsprocedure. LVTV geeft aan dat wanneer Midvliet deze mogelijkheid niet zou zijn geboden, het college van burgemeester en wethouders in het raadsvoorstel niet positief, maar negatief zou hebben geadviseerd aan de gemeenteraad waar het gaat om de vraag of Midvliet aan de

wettelijke vereisten voldoet.

23. LVTV stelt verder dat Midvliet intimideert, manipuleert en bewust een foutieve

beeldvorming heeft gecreëerd aangaande LVTV. LVTV is daarnaast van mening dat het pbo van Midvliet al een decennium lang niet representatief is. Voorts stelt LVTV dat Midvliet zich van een samenwerking met LVTV heeft willen onttrekken, waar LVTV juist openstaat voor gesprekken op dat gebied. LVTV is van mening dat op basis van weging van alle factoren, zij de partij is om aangewezen te worden als lokale publieke media- instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg.

24. LVTV verzoekt het Commissariaat de inhoud van de zienswijze te betrekken bij de besluitvorming. De belangrijkste punten uit de zienswijze van LVTV worden onder de randnummers 40 tot en met 54 nader besproken en inhoudelijk beoordeeld.

D. Zienswijze Midvliet

25. De zienswijze van Midvliet, aangaande de adviezen van de gemeenteraden van

Leidschendam-Voorburg en Wassenaar en aangaande het voornemen de aanvraag van Midvliet gedeeltelijk af te wijzen, kan kort en zakelijk als volgt worden samengevat.

26. Midvliet geeft aan verheugd te zijn met het voornemen om Midvliet als lokale publieke media-instelling aan de wijzen voor de gemeente Leidschendam-Voorburg. Midvliet schetst in de zienswijze een beeld van de invulling van haar taak als lokale publieke media-instelling voor de komende aanwijzingsperiode.

27. Midvliet geeft aan begrip te hebben voor het voornemen om SLMW aan te wijzen als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar. Wel geeft Midvliet aan dat de gemeenteraad van Wassenaar mogelijk anders geadviseerd zou hebben indien de inhoud van het advies van de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg op dat moment bekend was geweest. Midvliet heeft dit perspectief in de zienswijze vermeld, met als doel dat dit perspectief mogelijk inzichten kan bieden voor de behandeling van toekomstige aanwijzingsprocedures. Gelet op de insteek van de zienswijze van Midvliet, blijft een beoordeling van de zienswijze in het onderhavige besluit achterwege.

(5)

E. Overwegingen Commissariaat

Wettelijk voorgeschreven advies (artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008) 28. Alvorens het Commissariaat een besluit neemt op een aanwijzingsaanvraag voor de

verzorging van een publieke mediadienst op lokaal niveau dient het Commissariaat de gemeenteraad om advies te vragen over de vraag of de aanvragers voldoen aan de eisen bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008. De advisering door de

gemeenteraad is in de Mediawet 2008 verplicht gesteld, omdat de gemeenteraad het beste kan beoordelen of het pbo van een lokale publieke media-instelling representatief is voor de belangrijkste maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen in die gemeente. Op grond van artikel 3:50 van de Awb kan aan een dergelijk advies niet lichtvaardig worden voorbij gegaan.

29. Indien een aanvraag ziet op meerdere gemeenten, brengen de betreffende

gemeenteraden een gezamenlijk advies uit als bedoeld in artikel 2.64, eerste lid, van de Mediawet 2008, over de vraag of de aanvragende omroep voldoet aan de wettelijke eisen zoals bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008.

30. Het Commissariaat stelt vast dat aan het vereiste van het uitbrengen van een gezamenlijk advies is voldaan nu:

 de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar er kennis van hebben genomen en er rekening mee houden dat Midvliet een aanvraag heeft ingediend voor meerdere gemeenten;

 de adviezen aangaande Midvliet betrekking hebben op een identiek samengesteld pbo; en

 de adviezen van de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar eensluidend zijn voor wat betreft de vraag of Midvliet aan de wettelijke vereisten voldoet.

31. Het Commissariaat is van oordeel dat hij op goede gronden mag aannemen dat de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar op een juiste en zorgvuldige wijze een positief wettelijk advies hebben uitgebracht over zowel de aanvraag Midvliet als de aanvragen van respectievelijk LVTV en SLMW. Het Commissariaat overweegt daartoe het volgende.

32. Uit hetgeen door de aanvragende partijen is aangevoerd of anderszins valt niet af te leiden dat de wettelijke adviezen van de gemeenteraden ondeugdelijk zouden zijn of in redelijkheid niet gevolgd zouden kunnen worden. Zoals hierboven aangegeven kan het Commissariaat, op grond van artikel 3:50 Awb, niet lichtvaardig aan een dergelijk advies voorbijgaan. Conform de beschikkingenpraktijk van het Commissariaat is het uitgangspunt dat deze adviezen worden opgevolgd en marginaal worden getoetst. De ratio van de verplichte advisering door de gemeenteraad is dat de gemeenteraad als geen ander op de hoogte is van de in de gemeente levende maatschappelijke behoeften, alsmede inzicht heeft in de representativiteit van een instelling voor de belangrijkste in de betrokken gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Gelet op de legitimatie, die de gemeenteraad kan ontlenen aan zijn wettelijk geregelde adviestaak, ligt het naar het oordeel van het Commissariaat in de rede dat terughouding past waar het gaat om in de plaats stellen van zijn oordeel voor dat van de gemeenteraad.

(6)

Bevordering van het samengaan van de aanvragers

33. Ingevolge het bepaalde in artikel 2.63, tweede lid, van de Mediawet 2008 kan per gemeente slechts één lokale publieke media-instelling worden aangewezen. In gevallen waarin sprake is van meerdere aanvragen waarvan de gemeenteraad heeft vastgesteld dat voldaan is aan de eisen opgenomen in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008, bevorderen burgemeester en wethouders ingevolge het bepaalde in artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, het samengaan van deze instellingen.

34. Uit de adviezen van de gemeenten Leidschendam-Voorburg en Wassenaar blijkt dat burgemeester en wethouders van beide gemeenten inspanningen hebben verricht om samenwerking dan wel het samengaan van de betrokken instellingen te bevorderen.

35. Gelet op het voorstaande stelt het Commissariaat vast dat burgemeester en wethouders van beide gemeenten, conform artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008 voldoende inspanningen hebben geleverd om het samengaan van betrokken instellingen te

bevorderen. Het feit dat een samengaan tussen de aanvragende partijen niet gerealiseerd is, doet daar niets aan af.

Voorkeursadvies gemeenteraad

36. Indien burgemeester en wethouders er niet in slagen de betrokken aanvragers tot samengaan te bewegen, vraagt het Commissariaat de gemeenteraad een voorkeur uit te spreken voor een van de aanvragers. Evenals bij zijn advisering over de representativiteit van het pbo van een lokale publieke media-instelling, hecht het Commissariaat – alhoewel hij daar ingevolge artikel 3:50 van de Awb niet toe gehouden is – grote waarde aan het voorkeursadvies van de gemeenteraad. Het Commissariaat overweegt daartoe dat de gemeenteraad goed zicht heeft op de beantwoording van de vraag welke media-instelling naar verwachting de functie van lokale publieke media-instelling in de desbetreffende gemeente het beste kan uitoefenen, om vervolgens daarvoor zijn voorkeur uit te spreken.

Indien de gemeenteraad op goede gronden zijn voorkeur heeft uitgesproken en het Commissariaat geen zwaarwichtige reden ziet om daarvan af te wijken, is het bestendig beleid om dit advies te volgen. Op 26 maart 2014 heeft ook de Afdeling

bestuursrechtspraak van de Raad van State (ECLI:NL:RVS:2014:1049) bevestigd dat het Commissariaat enige terughoudendheid past waar het gaat om het in de plaats stellen van zijn oordeel voor het voorkeursadvies van de gemeenteraad, aangezien de gemeenteraad, als representatief orgaan, geacht moet worden een verantwoordelijke afweging te kunnen maken in het bijzonder bij kwesties waarbij lokale aspecten een rol spelen. Dit houdt overigens niet in dat het Commissariaat per definitie vaart op het advies.

Ingevolge artikel 3:9 van de Awb, zal het Commissariaat zich er van vergewissen dat het onderzoek van de gemeente op zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden.

37. Het Commissariaat merkt een beslissing tot het aanwijzen van een nieuwe aanvrager ten koste van de bestaande lokale publieke media-instelling aan als een beslissing met zwaarwegende gevolgen. Het Commissariaat neemt deze beslissing dan ook niet snel zonder een beargumenteerde onderbouwing van de gemeenteraad. Bij het ontbreken van een voorkeursadvies, terwijl er ook geen indicatie is dat de zittende lokale publieke media- instelling niet naar behoren functioneert, wijst het Commissariaat conform beleid in principe de zittende omroep aan als lokale publieke media-instelling.

38. Het Commissariaat stelt vast dat de gemeenteraad van Wassenaar uitdrukkelijk en gemotiveerd zijn voorkeur heeft uitgesproken voor aanwijzing van SLMW als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar.

(7)

39. Het Commissariaat stelt vast dat gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg ervoor gekozen heeft geen voorkeursadvies uit te brengen aan het Commissariaat.

Beoordeling zienswijze LVTV

40. Het Commissariaat ziet in hetgeen LVTV in haar zienswijze heeft aangevoerd of

anderszins geen redenen om af te wijken van de voornemens om de aanvraag van LVTV af te wijzen en de aanvraag van Midvliet, voor wat betreft de gemeente Leidschendam- Voorburg, toe te wijzen. De kernpunten van de zienswijze worden hierna puntsgewijs behandeld.

Samengaan van beide instellingen

41. LVTV geeft in haar zienswijze aan zich uitvoerig ingezet te hebben om een samenwerking met Midvliet te bevorderen, waar Midvliet zich juist aan dit proces zou hebben onttrokken.

42. Het Commissariaat toetst in dit kader of het college van burgemeester en wethouders, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, voldoende inspanningen heeft verricht om het samengaan tussen beide aanvragers te bevorderen. Dit vereiste is vastgelegd in artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008. Het Commissariaat heeft geoordeeld dat het college van burgemeester en wethouders aan dit vereiste heeft voldaan. Indien één van de aanvragers niet openstaat voor een samengaan van beide partijen, is dat het goed recht van de betreffende aanvrager. Een dergelijk standpunt vormt dan ook geen reden om de betreffende aanvrager – in dit geval Midvliet – niet aan te wijzen als lokale publieke media-instelling.

Actualisering aanvraag Midvliet tijdens de aanwijzingsprocedure

43. LVTV stelt dat het fair play beginsel in het geding is, nu Midvliet de mogelijkheid heeft gekregen de documenten, die onderdeel uitmaken van de aanvraag van Midvliet, te actualiseren tijdens de looptijd van de aanwijzingsprocedure. LVTV geeft aan dat wanneer Midvliet deze mogelijkheid niet zou zijn geboden, het college van burgemeester en

wethouders in het raadsvoorstel niet positief, maar negatief zou hebben geadviseerd aan de gemeenteraad waar het gaat om de vraag of Midvliet aan de wettelijke vereisten voldoet.

44. Het Commissariaat is het niet eens met de stelling dat het fair play beginsel in het geding is. Het Commissariaat hanteert in alle gevallen hetzelfde uitgangspunt. Wanneer een aanvragende partij tijdens de looptijd van de aanwijzingsprocedure wijzigingen of aanvullingen doorgeeft ten opzichte van de initiële aanvraag, stuurt het Commissariaat deze gegevens conform beleid door aan de betreffende gemeente. Het Commissariaat verzoekt de gemeente daarbij de stukken mee te nemen in het adviestraject van de gemeente, indien dat redelijkerwijs nog kan. In het onderhavige geval hebben de gemeenten Leidschendam-Voorburg en Wassenaar ervoor gekozen de geactualiseerde stukken mee te nemen in het adviestraject.

45. Het Commissariaat merkt overigens nog op dat zich aangaande het pbo van Midvliet uitsluitend twee wijzigingen hebben voorgedaan, die beide reeds waren aangekondigd ten tijde van de oorspronkelijke aanvraag van Midvliet. Voor wat betreft de nagezonden statuten geldt dat Midvliet bij de initiële aanvraag per abuis de statuten uit 1993 had meegezonden. De meest actuele statuten (uit 2011) heeft Midvliet nadien nagezonden.

Het Commissariaat ziet in de geschetste omstandigheden geen reden om op te oordelen dat het wettelijk advies binnen de gemeente Leidschendam-Voorburg onzorgvuldig tot stand zou zijn gekomen.

Pbo van Midvliet

(8)

46. LVTV is van mening dat het pbo van Midvliet al een decennium lang niet representatief is voor de gemeente Leidschendam-Voorburg.

47. De gemeenteraad is bij uitstek het orgaan dat de representativiteit van het pbo kan beoordelen en heeft het pbo van Midvliet representatief bevonden. Hetzelfde geldt voor het oordeel in de voorgaande aanwijzingsprocedures waarbij Midvliet betrokken was.

Mede gelet op het advies van de gemeenteraad, het feit dat het Commissariaat een terughoudende toets is toebedeeld en het feit dat LVTV geen onderbouwing aandraagt voor deze stelling, is het Commissariaat van oordeel dat het pbo van Midvliet voldoet aan de wettelijke vereiste van artikel 2.61, tweede lid, sub c, van de Mediawet 2008.

Gedragingen Midvliet

48. Onderbouwd met voorbeelden stelt LVTV dat Midvliet zich bedient van een intimiderende en manipulerende werkwijze en daarnaast dat Midvliet bewust een foutieve beeldvorming heeft gecreëerd aangaande LVTV.

49. Voor wat betreft de voorbeelden die LVTV noemt aangaande de vermeende intimidatie en manipulatie door Midvliet, leidt het Commissariaat uit de zienswijze af dat de gemeente Leidschendam-Voorburg daarvan – minimaal op hetzelfde niveau als vermeld in de zienswijze – op de hoogte was ten tijde van het uitbrengen van het advies. Indien de gemeenteraad de vermeende gedragingen van Midvliet zo had ingeschat dat Midvliet niet in staat wordt geacht om de functie van lokale publieke media-instelling naar behoren uit te voeren ofwel dat LVTV op die grond de voorkeur verdient, dan had de gemeenteraad daartoe kunnen besluiten. De gemeenteraad heeft daar echter niet voor gekozen.

50. Voor wat betreft de stelling dat Midvliet bewust een foutieve beeldvorming aangaande LVTV zou hebben gecreëerd, geldt dat geacht moet worden dat de gemeenteraad in staat is om objectief en op en verantwoorde wijze een advies uit te brengen, op basis van de relevante feiten. Niet is gebleken dat advies is uitgebracht op basis van (pertinent) onjuiste informatie.

Uitblijven voorkeursadvies gemeenteraad Leidschendam-Voorburg

51. LVTV geeft aan zich niet te kunnen verenigen met het feit dat de gemeenteraad geen voorkeur kenbaar heeft gemaakt, terwijl het college van burgemeester en wethouders de gemeenteraad nadrukkelijk heeft geadviseerd om LVTV als voorkeurspartij aan te

merken. Voorts maakt LVTV kenbaar zich niet te kunnen verenigen met het beleid van het Commissariaat om de huidige lokale publieke media-instelling opnieuw aan te wijzen, indien - zoals in de onderhavige aanwijzingsprocedure het geval is - de gemeenteraad ervoor kiest geen voorkeur kenbaar te maken voor één van de aanvragers en er geen indicatie is waaruit blijkt dat de huidige lokale publieke media-instelling niet naar behoren functioneert.

52. Het Commissariaat constateert dat de gemeenteraad van Leidschendam-Voorburg er nadrukkelijk voor gekozen heeft geen voorkeursadvies uit te brengen aan het

Commissariaat. In het aangenomen amendement, dat ten grondslag ligt aan het raadsbesluit, geeft de gemeenteraad daartoe de volgende onderbouwing:

“Op basis van de wettelijke criteria uit de Mediawet komen beide partijen in aanmerking voor de aanwijzing. Midvliet en LVTV zijn evenwel zulke verschillende organisaties dat een vergelijking tussen hen objectief niet mogelijk is. Waar LVTV innovatie brengt en een

(9)

groot bereik op social media (heeft), heeft Midvliet een sterke worteling in de lokale gemeenschap en een grote groep aan vrijwilligers. (…) De raad is van mening dat in de basis beide organisaties in staat zijn om te voorzien in de functie van een lokale

mediaomroep.”

53. Hoewel het college van burgemeester en wethouders in zijn raadsvoorstel een

nadrukkelijke en gemotiveerde voorkeur heeft uitgesproken in het voordeel van LVTV, is de gemeenteraad niet gehouden het raadsvoorstel op te volgen. Na afweging van alle belangen heeft de gemeenteraad er bewust voor gekozen af te wijken van het voorstel van burgemeester en wethouders en geen voorkeursadvies uit te brengen. Gelet op de democratische legitimatie van de gemeenteraad is het raadsbesluit, in tegenstelling tot het raadsvoorstel, leidend in de besluitvorming van het Commissariaat.

54. Geacht moet worden dat de gemeenteraad in staat is geweest een verantwoordelijke afweging te maken. Gelet op de legitimatie, die de gemeenteraad kan ontlenen aan zijn wettelijk geregelde adviestaak, ligt het naar het oordeel van het Commissariaat in de rede dat terughouding past waar het gaat om in de plaats stellen van zijn inhoudelijke oordeel voor dat van de gemeenteraad. Wanneer de gemeenteraad geen voorkeursadvies uitbrengt en er geen indicatie is dat de huidige lokale publieke media-instelling niet naar behoren functioneert, kiest het Commissariaat conform beleid in principe voor aanwijzing van de huidige lokale publieke media-instelling. Het feit dat het college van burgemeester en wethouders een andere mening is toebedeeld dan de gemeenteraad, maakt niet dat er van dit beleid afgeweken dient te worden.

Concluderende overwegingen

55. Het Commissariaat stelt vast dat Midvliet, SLMW en LVTV, mede blijkens de wettelijke adviezen van de gemeenteraden van Leidschendam-Voorburg en Wassenaar, voldoen aan de vereisten van artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008.

56. Het Commissariaat ziet geen redenen om af te wijken van het voorkeursadvies van de gemeenteraad van Wassenaar. Ook ziet het Commissariaat geen redenen om af te wijken van het beleid om de huidige lokale publieke media-instelling aan te wijzen, indien een gemeenteraad ervoor kiest geen voorkeursadvies uit te brengen en er geen indicatie is dat de huidige lokale publieke media-instelling niet naar behoren functioneert. Na afweging van alle betrokken belangen is het Commissariaat van oordeel dat SLMW aangewezen moet worden als lokale publieke media-instelling voor de gemeente

Wassenaar en dat Midvliet aangewezen moet worden als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Leidschendam-Voorburg.

57. Het Commissariaat wijst erop dat het media-aanbod van SLMW in het bijzonder betrekking dient te hebben op en bestemd dient te zijn voor (de inwoners van) de gemeente Wassenaar.

58. Het Commissariaat wijst erop dat het media-aanbod van Midvliet in het bijzonder betrekking dient te hebben op en bestemd dient te zijn voor (de inwoners van) de gemeente Leidschendam-Voorburg.

59. Gelet op het feit dat de vorige aanwijzing van Midvliet van rechtswege is komen te vervallen per 9 januari 2021, gaat de onderhavige aanwijzing van Midvliet in per 9 januari 2021.

60. Gelet op het feit dat SLMW nog niet over een aanwijzing als lokale publieke media- instelling beschikt, gaat de onderhavige aanwijzing van SLMW in per datum besluitvorming.

(10)

F. Openbaarmaking

61. Het Commissariaat zal de volledige tekst van het besluit, met uitzondering van de daarin vermelde persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsgegevens, openbaar maken door publicatie op zijn website. De publicatie vindt plaats veertien dagen nadat het besluit op de in artikel 3:41 van de Awb voorgeschreven wijze is bekendgemaakt1. Het

Commissariaat ziet daartoe geen belemmering op grond van artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur.

G. Besluit

62. Op grond van het voorgaande besluit het Commissariaat als volgt:

I. het Commissariaat besluit Stichting Lokale Media Wassenaar aan te wijzen als lokale publieke media-instelling voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente Wassenaar;

II. het Commissariaat bepaalt dat het besluit onder punt I. geldig is van 30 maart 2021 tot 30 maart 2026;

III. het Commissariaat besluit Stichting Voorburgse en Leidschendamse Lokale Omroep Midvliet aan te wijzen als lokale publieke media-instelling voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente Leidschendam-Voorburg;

IV. het Commissariaat bepaalt dat het besluit onder punt III. geldig is van 9 januari 2021 tot 9 januari 2026;

V. het Commissariaat besluit de aanwijzingsaanvraag van Stichting Voorburgse en Leidschendamse Lokale Omroep Midvliet gedeeltelijk af te wijzen, te weten voor het deel ter verkrijging van een aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Wassenaar;

VI. het Commissariaat besluit de aanwijzingsaanvraag van Stichting Omroep Leidschendam-Voorburg af te wijzen.

Hilversum, 30 maart 2021

COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,

drs. Renate Eringa-Wensing mr. Peter Eijsvoogel Voorzitter Commissaris

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt bezwaar maken bij het Commissariaat voor de Media, postbus 1426, 1200 BK te Hilversum.

1 dat wil zeggen door toezending aan de belanghebbende.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanvraag van Stichting Lokale Omroep Oudewater met e-mailbericht van 15 juni

Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvragen van Stichting Omroep Landgraaf en Stichting Plus met

Bij e-mailbericht van 23 augustus 2019 heeft RN7 een aanvraag ingediend tot aanwijzing als lokale publieke media-instelling voor de gemeenten Nijmegen, Wijchen, Beuningen,

Met betrekking tot de aanvraag van Stichting Lokale Omroep De Berkelstroom heeft de gemeenteraad van Zutphen tijdens zijn vergadering van 13 juli 2020 besloten het Commissariaat,

Bij brief van 23 juli 2018 (ontvangen door het Commissariaat op 24 juli 2018) heeft Stichting Publieke Omroep Amsterdam (hierna: POA) een aanvraag tot aanwijzing als lokale publieke

Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvraag van Stichting Lokale Omroep Krimpenerwaard met brief van

Op grond van het bepaalde in artikel 2.61, derde lid, van de Mediawet 2008 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvraag van Stichting Lokale Omroep Son en Breugel met brief van

Met betrekking tot de aanvragen van Stichting Lokale Omroep Tilburg Totaal en Stichting Publieke Media Instelling Hart van Brabant heeft de gemeenteraad van Tilburg in zijn