• No results found

'jh DOCUMENTATIECENTRUM

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "'jh DOCUMENTATIECENTRUM"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

V A N

DE VOORZIT1

'jh

DOCUMENTATIECENTRUM NEDERLANDSE POLITIEKE

PARTIJEN

H ET M EG A -W IEG EL INTERVIEW

(2)

Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie algemeen secretariaat Prins Hendrikkade 104 1011 AJ Amsterdam 020-6242000 020-6264357(fax)

Voorzitter: Cor Schagen

Scheepsmakerskade 98, 3011 VX Rotterdam tel. 010 - 4330749

Algem een secretaris: Rogier van der Sande

Hooigracht 39,2312 KN Leiden, tel. 071 - 128335

Penningmeester: Dirk-Jan Wierenga Schiedamsevest 32k, 3011 BA Rotterdam tel. 010 - 4032702

Vice-Voorzitter Politiek: Eduard van der Biezen Parkstraat 45, 3581 PE Utrecht, tel. 030 - 334343

Vice-Voorzitter Organisatie: Frank van Dalen

Gen. Coenderslaan 31, 5623 LT Eindhoven tel. 040 - 465436

Internationaal Secretaris: Ron Batten

Gravestein7, 1103 BH Amsterdam, tel. 020 - 6952479

Secretaris Vorming & Scholing: N icole Koetsier

Rembrandtlaan 128,7242 DE Lochum, tel. 05730 - 56690

Secretaris organisatie: Luc Spin Boezemstraat 13a, 3034 EE Rotterdam tel, 010-2130143

Politiek secretaris: Jan Kees Martijn Bataviastraat 21e, 1095 EK Amsterdam, tel. 020 - 6681278 ('s avonds)

Politiek secretaris: Eddy H abben Jansen Prof. Ritzema Boslaan 55 I, 3571 CM Utrecht, tel. 030 - 733139

Politiek secretaris: Hans-Peter Lassche 2e Daalsedijk 101 bis, 3551 Ed Utrecht tel. 030 - 420402

Secr. p.r. en voorlichting: M arco Frijlink Koolstraat 42a, 9717 KE Groningen tel. 050 - 732793

HOOFDREDACTEUR DRIEMASTER

Kei Koenen, H. Cleyndertwcg 55 II 1025 D G Amsterdam, 020-6342229 ADJUNCT-HOOFDREDACTEUR Koen Petersen, Uiterwaardenstraat 79 huis, 1097 BS Amsterdam, 020-6448702 REDACTIE:

Folkert Bolkestein (eindredacteur), Dries van Bergeijk (fotoredactie), Marten van de Kraats (columnist), Martijn Sjoorda, Marco Waterlander, Eduard van der Bie­ zen (auditor) en Kei Koenen (hoofdredac­ teur).

I S S N 0167-0786

r e d a c sc u ss ie

E N HET E IN D E IS D E DOOD...

De Gezette Hoofdredacteur heeft een voldaan gevoel. De allerlaatste editie van Het Blad, die nog onder zijn verantwoordelijkheid valt, is klaar om ge­ drukt te worden. Hij staat op en loopt naar de spiegel. Een gezicht met twee blauwe ogen kijkt hem kritisch aan. De Gezette Hoofdredacteur haalt diep adem, werpt nog een laatste blik in de spiegel en wordt één met de figuur die hem aankijkt. Op dat moment roept een huisgenoot: “Koenen, telelo-hoon!” De figuur voor de spiegel reageert onmiddellijk. ‘Wie is het?’, vraagl hij... Met het afronden van de werkzaamheden rond het laatste nummer van mijn hand, is ook De Gezette Hoofdredacteur heengegaan. Eén jaar hebben hij en ik mogen optreden als hoofdredacteur van de Driemaster. Nu ik aftreedt om met al mijn energie me te concentreren op mijn studie, met als doel om na twee jaar andere zaken eindelijk mijn P. binnen te halen, heb ik er vrede mee dat de verantwoordelijkheid voor de Driemaster overgaat op iemand anders. Dat kan ook moeilijk anders: het blad verschijnt weer, de toewijding van de redactie is uitzonderlijk en er is een capabele opvolger mèt enthousiaste plan­ nen gevonden. Rest ons nog de apotheose: editie nummer acht. Als onderwerp van het interview over interessante mensen uit de ‘grote mensen'-politiek, richten we de spotlight op Hans Wiegel, Commissaris der Koningin in Fries­ land, hebben een aantal leden hun gedachten op papier gezet en treft u weer de gebruikelijke hoofdbestuurs- en verenigingsinformatie aan.

O, sancta sim plicitas, het leven is een eekhoorn !

Kei Koenen,

(3)

VAN DE VOORZITTER

door Cor Schagen, landelijk voorzitter

Het aankomende november-congres belooft een boeiend spektakel te worden. Vooral op politiek gebied mag in het weekend van 16 en 17 november in Lelystad het nodige vuurwerk verwacht worden. En dat is een goede zaak. Het is de laatste tijd te vaak voorgekomen dat congressen weliswaar zeer druk bezocht en gezellig waren, maar dat het échte politieke vuurwerk achterwege bleef. Dat lijkt nu anders te worden. Het tijds- schema voor het komende congres is aangepast. Na de opening van het con­ gres zullen eerst de huishoudelijke zaken besproken worden in werkroep A. Tege­ lijkertijd zal een korte cursus gegeven worden over de gang van zaken op een JOVD-congres, zodat ook de leden die voor het eerst een congres bezoeken goed beslagen ten ijs kunnen komen. Pas daarna beginnen de politieke werk­ groepen. Op deze manier krijgen alle afgevaardigden de kans om zich bezig te

houden met de politieke discussies. Bij­ voorbeeld in de ‘filosofische’ werk­ groep, die echt niet alleen bedoeld is voor mensen die wijsbegeerte of klassie­ ke talen gestudeerd hebben, waar gesproken zal worden over het onder­ werp ‘kerk en staat’.

Verder ligt de resolutie ‘minderhedenbe­ leid’ voor, die in de vereniging al het nodige stof heeft doen opwaaien. Als je de ingediende amendementen bekijkt lij­ ken er op dit terrein de nodige politieke meningsverschillen te liggen, die op het congres beslecht zullen moeten worden. Kortom, het wordt een congres dat voor­ al beheerst wordt door datgene waar het in deze vereniging om draait: de politiek. Op zaterdagavond 16 november zullen we afscheid nemen van de twee langst­ zittende hoofdbestuursleden. Reeds lan­ ger was bekend dat Ron Batten zijn functie als Internationaal Secretaris per

november wilde neerleggen. Met de hulp van het door hem ingestelde Internatio­ naal Secretariaat is hij er in geslaagd het beleid op dit terrein een aantal belangrij­ ke impulsen te geven, onder andere door veel meer JOVD’ers te betrekken bij de contacten met het buitenland.

Ook Eduard van der Biezen heeft te ken­ nen gegeven per november zijn functie als Vice-Voorzitter Politiek te willen neerleggen. Achter het kleurrijke en spraakmakende image dat Eduard zowel in het hoofdbestuur als in de vereniging had, achter het beeld van de zeer op zijn functie gestelde ‘bureaucraat’, was Edu­ ard een gedreven Vice-Voorzitter Poli­ tiek. Een harde werker die, gedreven door zijn liberale idealen, groot belang hechtte aan de politieke discussie in de vereniging. Een uitstekend eerste vice- voorzitter ook, op bestuurlijk gebied een belangrijke steun en toeverlaat, niet alleen voor de voorzitter maar ook voor vele andere hoofdbestuursleden.

Er staat ons 16 en 17 november weer een druk, gezellig en boeiend weekend te wachten. Ik hoop van harte dat opnieuw vele JOVD’ers de tocht naar Lelystad zullen ondernemen. 3M ' P4ul:Wfcrt.S.ve«rt..

r

H o e v e r

m oet het

komen

voordat

v

eindelijk

lid w ordt?

A\ 1 M S I V

IN n-RNA'nONAI.

U kunt nü lid worden. Stuur de bon naar Amnesty International, Antwoordnummer 10840, 1000 RA Amsterdam. Postzegel hoeft niet, mag wel.

Mijn naam:________________________________________________________ m/v Adres:______________________________________________________________ Postcode:. Plaats:.

(4)

E en m ara th o n -in te rv ie w m et e en m eg a V V D ’er

4JE M OET IN HET LEVEN DOEN

WAT DE HAND JE IN G EEFT’

door Kei Koenen, hoofdredacteur

Hans Wiegel, de bekenste en waarschijn­ lijk de meest beminde V V D ’er, zit alweer ruim negen jaar op zijn stek in het Friese. De grote, immerkerende hamvraag blijft: Gaat hij ooit nog terug naar Den Haag? Zelf lijkt hij de nevelen rond deze vraag alleen maar aan te scherpen, vanwege zijn uitgesproken onduidelijkheid hierover. Of is het, zoals laatst in Elseviers Magazine werd gesug­ gereerd, DE manier voor Wiegel om continu in de belangstelling te blijven staan? Hoe het ook zij, Driemaster toog naar Groningen en had een gesprek met de Friese Commissaris der Koningin (CdK). Het gesprek vond plaats na een rede van Wiegel ter ere van het achste lustrum van het JOVD-district Noord, en toegegeven, wat er ook op het politieke vlak van Wiegel gevonden wordt: hij weet tijdens zijn speech de zaal te boei­ en.

‘Wat ik uit mijn JOVD-periode heb overgehouden is in een paar woorden dit: Het liberalisme is net als het socia­ lisme gegrond op beginselen. Voor ons zijn de beginselen uitgangspunten en géén dogma’s. Het liberalisme is een overtuiging die geen einddoel, géén heil­ staat voor ogen heeft, maar de liberale uitgangspunten geven ons het richtsnoer om de samenleving steeds liberaler te maken. Een voortdurend proces, dus. Daarom is het liberalisme een dynami­ sche, politieke overtuiging. Op mijn eer­ ste congres in ‘61 sprak ook professor Oud, de toenmalige ere-voorzitter van de JOVD. Daar bracht hij de stelling naar voren van het liberale uurwerk. Binnen dat uurwerk is de VV D de regulateur, vroeger had je dergelijke horloges. En de JOVD is de veer. Professor Oud zei daarbij, dat als de regulateur kapot is, dan loopt het liberale horloge onregel­ matig, maar als de veer - en dus de JOVD- er niet is, dan staat het horloge stil. En de ere-voorzitter na Oud, toen deze was overleden werd Korthals, de vroegere vice-premier in het kabinet De

Quay, uw ere-voorzitter die altijd als hoofdstelling had, dat de JOVD het geweten van het liberalisme was. Dat sprak ons altijd geweldig aan. Aan de hand van drie facetten uit de politiek, zou ik het voorafgaande willen illustre­ ren. In de eerste plaats: Het bestuur en de Democratie,iets over de onderwijspoli­ tiek en tenslotte iets over de sociale zekerheid.’

Liberalisme en het bestuur

‘Ik weet niet hoe u ertegen aankijkt, maar mijn perceptie is dat de afstand tus­ sen het openbaar bestuur en de burger een grote is. En dat die afstand in verge­ lijking van zeg maar tien jaar geleden ook groter is geworden. Een stukje ver­ vreemding van de politiek, met een geringe politieke belangstelling vandaag de dag. Hoe dat komt? Misschien door de overdreven regelzucht in wetgeving en bestuur. Misschien door het feit dat de overheid een heleboel dingen doet, die de overheid ook heel goed aan de samenleving had kunnen overlaten. Mis­ schien ook omdat de overheid ook heel centralistisch is. En als dat vertaalt wordt naar het Haagse niveau, de regering en het parlement, dan zie je dat zeker de Tweede Kamer tegenwoordig heel detaillistisch bezig is. En dat het dualis­ me, een groot item uit de liberale staats­ rechtelijke filosofie dat uitgaat van een eigen verantwoordelijkheid van aan de ene kant het parlement en aan de andere kant dat van de regering dat dat dualisme sterk is ondergraven. En dat tegelijker­ tijd tegenwoordig de regering regeerac- corden niet meer zijn dan keurslijven, dat leidt politiek gezien tot de dood in de pot. We hebben net de algemene beschouwingen achter de rug in de Kamer, vroeger werden deze van minuut tot minuut uitgezonden op de televisie, nu zag je er alleen maar stukkies van en alle kranten, van links tot rechts, schrij­ ven dat er zelden zulke saaie algemene politieke beschouwingen zijn geweest

als dit jaar. En als je kijkt hoe de twee regeringspartijen met elkaar zi jn omge­ gaan, dat deed me denken aan die dikke Japanse worstelaars, die het zo druk met elkaar hebben dat ze nauwelijks in de gaten hebben dat ze samen in het drijf­ zand aan het raken zijn en dat realiseren ze zich en maken dus geen enkele bewe­ ging meer, want als ze bewegen zakken ze alleen maar dieper weg. Hoewel het zo is dat drijfzand de eigenschap heeft om ook al doe je niets, je toch wel weg­ zakt. Er waren twee elementen vond ik persoonlijk, maar ik heb natuurlijk een merkwaardig oog tegenwoordig, die een rol spelen in het debat. Het beloog van de heer Bolkestein, waarin hij het grote vraagstuk van de minderhedenproblema­ tiek in ons land aankaartte. Buitenge­ woon positief vond ik dat de andere par­ tijen Bolkestein prezen, omdat hij het

(5)

Brink-JE— JL

J L

man aan boord van het Statenjacht een prettig gesprek over, waarom kunnen we niet terug naar de constructie van minder Kamerleden, Kamerleden die vooral ook elders in de samenleving hun functies hebben. Die vanuit de praktijk van hun leven weten wat er op de politiek afkomt. En dan hoeven ze niet allemaal te zijn zoals professor Oud was: Ere­ voorzitter JOVD, hij was fractievoorzit­ ter van de V V D , partijvoorzitter V V D , voorzitter van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten, hoogleraar èn hij was burgemeester van Rotterdam. Zo zijn we natuurlijk niet allemaal gebak­ ken. Maar ik zou er toch voor willen pleiten dat niet alleen het type kamerlid veranderd, maar dat er voor de JOVD ook een taak is w eggelegd om de poli­ tiek weer in het brandpunt in de samen­ leving te zetten. Want kernpunt van het liberalisme is en hoort altijd te zijn: Zorg om het functioneren van onze parlemen­ taire democratie!’

Liberalisme en onderwijs

‘ Het liberalisme heeft zich op het onder­ wijsgebied altijd buitengewoon onder­ scheiden, omdat we altijd hebben gezegd dat we de mensen uit de samenleving een gelijke kans op ontplooiing geven. Ik heb het z e lf een keer zó gezegd: het onderwijs is het breekijzer bij uitstek in verstarde, maatschappelijke omstandig­

heden. Ik heb dat zo gezegd omdat ik van mening ben dat niet alleen een ieder uit zichzelf moet kunnen halen, wat in hem zit en ook niet omdat ik alleen maar gefocusd ben op uit wat voor gezin iemand komt, wil hij een optimale kans krijgen. Maar wij willen, vanuit onze liberale overtuiging dat iedereen uit de samenleving zover komen kan, dan is het essentieel dat wij een onderwijsbe­ leid hebben dat daarop is gericht. Dat betekent dus een onderwijsbeleid wat breed van aanbod is en een beleid gericht op kwaliteit. Met handhaving bij­ voorbeeld van het gymnasium. M et een beroepsonderwijs met datgene dat aan­ sluit op wat de samenleving vraagt. Dus geen vervlakking en zeker géén midden­ school, noch datgene wat onder een andere naam hierop lijkt.’

Liberalisme en de sociale zekerheid

‘ Op het gebied van de sociale zekerheid heb ik een verleden. In het begin van de zeventiger jaren, toen ik pas fractie­ voorzitter was, heb ik het misbruik en het oneigenlijk gebruik van de sociale voorzieningen aan de orde gesteld. W ij werden toen daarom verketterd, ik heb er toen bijgezegd: A ls we dat oneigenlijk gebruik van de sociale voorzieningen niet aanpakken, dan wordt het stelsel te duur. Dan neemt de bereidheid van de bevolking om een fiks deel van het inko­

men aan de sociale voorzieningen te betalen, af. W illen we ons stelsel in stand houden, dan moeten we ervoor zorgen dat de uitkeringen terecht komen, bij die mensen die het echt nodig heb­ ben. Ik zou nu die lijn willen doortrek­ ken en actualiseren met een tweetal opmerkingen. In de eerste plaats over de AOW . Deze is in het parlement breed tot stand gekomen, de V V D heeft indertijd van harte meegewerkt aan de totstandko­ ming. Ik geef u op een briefje: in de komende tijd gaat er aan de A O W w or­ den geknabbeld, althans dat men dat gaat proberen. Ik vind dat wij ons daar ten stelligste moeten tegen verzetten. De A O W is geen uitkering, maar een volks­ verzekering. Ik ben van mening dat we ten opzichte van de mensen die nu ouder zijn en van diegene die nog geen 65 jaar zijn ons keihard moeten opstellen voor de handhaving van deze oudedagsvoor­ ziening, die een enorme aanwinst is voor onze samenleving. Tweede opmerking betreft de W AO. Tweehonderdvijftig duizend mensen demonstreerden er in Den Haag, maar is er tijdens de A lgem e­ ne Beschouwingen over gesproken? Nauwelijks, en zeker niet principieel. De partijen hebben het niet aangedurfd, rust in de coalitie was belangrijken Wat moet z o ’ n indruk maken op de buitenwacht? Onbegrijpelijk. Natuurlijk moet er op de

“op onderwijsgebied géén vervlakking en zeker

géén middenschool”

(6)

genoeg tegen optreden. Dat eist onze opstelling vanuit de echt zwakkeren in onze samenleving.’

Paars

Eén van de (dood)geknuffelde dieren van het huidige hoofdbestuur is het paars regeeraccoord. Een initiatief van de poli­ tieke kinderclubs: JD, JS en de JOVD. Zij hebben een accoord opgesteld, voor een door hen geziene ideale regering: één zonder het CDA. Vroeger was alles anders, van de democraten uit 1966 had nooit iemand gehoord, de socialisten waren goed ‘fout’ en de liberalen waren in het echt verbonden met zowel de KVP en het CHU. Wat zou de oud-voorzitter uit de goede tijden van rond 1963, vin­ den van een coalitie tussen de PvdA, D66 en de VVD. Wiegel: ’ln een recente

Elseviers magazine las ik een opiniepei­

ling met daarin de vraag welke rege­ ringscoalitie men het liefste zag. Daaruit bleek dat slechts enkele procenten van de VVD-achterban voor een coalitie met D66 en/of de PvdA zou kiezen. Ik denk dat de politieke leiding daar dus reke­ ning mee moet houden.’

U voelt er dus weinig voor?

‘Ik heb gezegd, wat ik gezegd heb.’

Is het volgens u geen verrijking van het politieke krachtenveld, om iemand anders zijn woorden te gebruiken?

‘Ik vind dat je moet kijken naar de inhoud van beleid. Mijn mening over het sluiten van coalities is, dat je met die andere partij een coalitie moet sluiten waarmee je het meest van je eigen pro­ gram moet kunnen realiseren. Dat hoort het eikpunt te zijn. Ik ben natuurlijk een man van het verleden, dus ik kan alleen maar spreken over vroeger. Toen was het zo dat het program van het CDA, dichter bij dat van de VVD lag, dan dat van de PvdA. Kernpunt is dus, en de partijleider kan nooit iets anders doen dan op die samenwerking aankoersen, waarin het meest van de eigen beginselen kan wor­ den gerealiseerd.’

DeCdK

Met veel energie vervult Wiegel zijn functie. Hij lijkt tevreden en op zijn plaats, maar altijd weer blijft Den Haag in de nabijheid. ‘De CdK is een merk­ waardige figuur. Hij is, kijkend naar de wetgeving, zowel orgaan van de provin­ cie ook een orgaan van het rijk, burge­ meestersbenoemingen, etc. Het is een

hybride type. Verder hangt het af in wel­ ke provincie je zit. De CdK in Zuid-Hol­ land is een ander type, dan de CdK in Friesland of de Gouverneur in Limburg. Dat zijn namelijk herkenbare provincies, de eerste man is daar ook een herkenbare figuur. Anders dan in het westen, waar de burgemeesters van de grote steden de dienst uitmaken. Naast deze twee pun­ ten, wil ik het in een aantal punten samenvatten. Ik heb wettelijke taken, dat is 2/5 van mijn werk, een aantal taken, die liggen bij ‘zorg dat je er bent’, bij gemeenten, bedrijven, verenigingen, etc. Dat is 1/5. Een zeer belangrijk partje, qua tijd ook 1/5, is het zijn van ambassa- deurvan je provincie. Niet alleen in Den

“ we moeten ons keihard maken voor behoud van de AOW”

Haag, maar ook bedrijfs-economisch in andere delen van het land en in het bui­ tenland. En het vijfde vijfje zijn de nevenfuncties, die mij allerlei ingangen in het nationale netwerk geven. Ik heb een buitengewone veelzijdige baan, die mij ook in staat stelt buiten allerlei kaders te bewegen. Ik ben dus één vrije vogel.’

Lonkt er nog een functie voor Hans Wie­ gel ?

‘Ik ben in zevenenzestig in de politiek gestapt. Ik heb van alles en nog wat meegemaakt: kamerlid, fractievoorzitter, oppositieleider, minister, vice-premier, kortom, ik heb het hele traject doorlo­ pen. Ik heb als VVD’er alles bereikt wat je kan bereiken. Eén van de interessante facetten van het zijn van minister van Binnenlandse Zaken, is dat je de CdK’s leert kennen. En dat vond ik zulke fan­ tastische vrijgevochten vogels, dat ik dacht: mocht ik ooit een kans krijgen, dan word ik dat ook. En nu ben ik het en ik hoef eigenlijk niets anders meer.’

Dus de wens van één mijner lezers, die hoopte dat het volgende kabinet de naam Brinkman/Wiegel I zou dragen is ijdele hoop ?

‘Ik weet het niet, ik weet het echt niet. Kijk, Brinkman is een fantastische man, persoonlijk ken ik hem erg goed. Ik denk dat deze coalitie voorlopig wel door zou gaan, de verhoudingen tussen CDA en VVD zijn op dit moment ook niet opti­ maal. Sommige mensen gaan terug naar vroeger. De huidige minister van Econo­ mische zaken was 25 jaar geleden óók minister, maar tussen toen en nu is er een

groot verschil. Ik weet echt niet wat ik ga doen, ik weet ook echt niet wat ver­ standig is. Als ik zonodig zou moeten, dan zou ik me anders opstellen. Eigen­ lijk heb ik geleerd in het leven, dat je maar moet doen wat de hand vindt.’

Denkt u wel dat de W D u terug zou wil­ len hebben?

‘Dat is mijn zaak verder niet, dat moet de VVD maar beslissen.’

Ik las in Vrij Nederland een interview met Anne-Lize van der Stoel, die van mening was dat het ‘kanon Wiegel’ zijn kracht had verloren sinds Zwolle; en mocht u terug komen was dat een slech­ te zaak...

‘Ik neem aan dat ze deze mededeling ook aan het hoofdbestuur van de VVD heeft gedaan, er zal ongetwijfeld met belangstelling naar worden geluisterd.’ Zijn jonge jaren

Wanneer een JOVD-lid reclame maakt voor zijn club, is het noemen van promi­ nente oud-leden bon ton. Dat Wiegel daarbij de meest genoemde is, ligt voor de hand. De carrière die hij in onze orga­ nisatie heeft doorlopen, is voor iedereen met politieke aspiraties een heilige. Wanneer Wiegel over zijn JOVD-verle­ den praat, is dit een kleurrijk verhaal doordrenkt met annekdotes... ‘Mijn eer­ ste kennismaking met de JOVD dateert uit 1961, inmiddels al weer dertig jaar geleden. Ik was toen nog geen lid, maar met een vriendje die voorzitter was van afdeling Het Gooi, meeging naar een bij­ eenkomst. Daar sprak professor Diepen­ horst, de latere minister van Onderwijs, en in ‘61 bekend van de televisie. Op die

” Ik denk dat de VVD-achterban niets voelt voor een purperen

coalitie”

(7)

carrièrisme als nu. Als penningmeester heb ik in november ‘61 op de algemene vergadering over het financiële beleid van het toenmalige hoofdbestuur mogen spreken. De landelijk penningmeester was toen dhr. Weijden, de huidige burge­ meester van Haren. Wij vielen hem fel aan, want wij waren van mening dat het HB teveel centen uit onze kas wilden halen, terwijl wij van mening waren dat wij het beter zelf konden besteden. Ik moest toen mijn allereerste speech hou­ den, die had ik uitgeschreven en was door een goede vriendin van mij uitge­ typt. Ze had heel breed getypt en had ook hier en daar in de kantlijn “applaus” gezet, wat handig was omdat wanneer ik die zin had uitgesproken, ik even moest wachten en merkwaardiger wijs er

“ het kabinet doet me denken aan sumo-worstelaars..”

kwam applaus. Ik heb het toen niet gewonnen, maar toen is er een vriend­ schap ontstaan tussen Weijden en ikzelf, die tot op de dag van vandaag onge­ broken is geweest. Dat is ook één van de positieve punten van de JOVD: dat je er vriendschappen voor het leven in opdoet. Ik heb verder in de vereniging een snelle carrière gemaakt: in 1962 lid van het hoofdbestuur èn de Driemaster- redactie. In ‘63 werd ik de Vice-Voorzit­ ter Organisatie en de systhematiek die we begin jaren zestig hebben ingevoerd: voorzitter, een vice-voorzitter belast met Politiek en één belast met Organisatie, bestaat nu nog steeds. Toen was het uit­ gangspunt dat het HB minder invloed zou krijgen en dat de districten machti- ger moesten worden, maar wel onder controle van de VVO.’

U heeft dus een goede JOVD-tijd ge­ had?

‘Ja, maar het belangrijkste in de JOVD wil ik nog even benadrukken: je leert er vergaderen, organiseren, je proeft van de politiek, leert spreken in het openbaar, je kunt heerlijk ongebonden je eigen prin­ cipes voorop zetten, je hoeft geen com­ promissen te sluiten en je kunt samen allerlei doeleinden nastreven. En kritisch zijn. Ergens in de jaren zestig was er een hoofdbestuur, dat op bijzonder felle wij­ ze een verklaring van de toenmalige VVD-Tweede Kamerfractievoorzitter Geertsema bekritiseerde. Hij had teza­ men met de fractievoorzitters van de KVP, ARP en CHU, vragen gesteld aan

de minister van Cultuur over het televi­ sieprogramma Zo is het toevallig nou

ook nog eens een keer ! De teneur van

de vragen was dat de regering iets derge­ lijks niet mocht tolereren, dat ze had moeten ingrijpen. Wij hebben toen als JOVD hoofdbestuur gezegd dat dat niet kon, dat ingrijpen in strijd was met de liberale uitgangspunten. Want zoals het nu is, was het toen ook: Houd boven alles de principes hoog! Dat zie je nog steeds gesymboliseerd in uw blad. De Driemaster, het schip van de vrijheid met de masten van verantwoordelijkheid, verdraagzaamheid en de sociale recht­ vaardigheid. Ik had het zo even over onze kritische houding ten opzichte van de VVD Tweede Kamerfractie met betrekking tot dat televisieprogramma. Ik was destijds landelijk voorzitter van de JOVD, en die worden geacht een vriendelijk prevalement -althans dat hoopt men- te houden op het VVD-con- gres. Dat praatje moest ik houden vlak na die verklaring, en toevalligerwijze liep dat paralel met een door ons gedane subsidie-aan vraag.

Er hadden ons geruchten bereikt, dat die kritische houding ertoe kon leiden dat wij die subsidie niet zouden krijgen. Het ging om een bedrag van 3000 gulden. Ik zat erover te dubben, hoe ik dat moest aanpakken, toen mij het bericht bereikte dat de socialistische studentenvereniging Politeia, iets onaardigs had gezegd over de PvdA. En dat de PvdA had besloten, als sanctie, om de subsidie aan Politeia stop te zetten. Ik nam dat mee in mijn verhaal en zei tegen de zaal waar hon­ derden VVD’ers zaten: Voorzitter, zoiets zou in liberale kring nooit kunnen voor­ komen!

De zaal applaudiseerde, die wisten ook niet precies wat er op de achtergrond speelde, ik liep het trapje af, met knik­ kende knieën, en Van Riel, de toenmali­ ge fractievoorzitter in de Eerste Kamer, zat op de eerste rij achter een grote wolk sigarenrook.

Hij fluisterde met toe: Mijnheer Wiegel, dit is hoogst brutaal! Maar uw cent’n hebt u binn’n! Kortom, ik wens de JOVD nog veel brutaliteit toe.’

(8)

D

R

I

E

M

A

S

T

E

R

KERK EN STAAT IN NEDERLAND

door Hans Peter Lassche en Marieke de Wit

De scheiding tussen kerk en staat is in Nederland al vrij vroeg begonnen. Al in de eerste grondwet van 1814 werd bepaald, dat alle bestaande godsdiensten gelijke bescherming genoten. In 1853 werd bepaald dat kerken vrijheid van organisatie hadden en in 1870 werd het ministerie van erediensten opgeheven. De staat kon zodoende formeel steeds minder ingrijpen in kerkelijke aangele­ genheden (in de praktijk kwam dat toch al weinig voor). Vrijheid van godsdienst betekent echter, ook tegenwoordig nog, niet gelijkheid van godsdienst, zoals blijkt uit de ‘Zondagswet’ die de christe­ lijke godsdienst op zeer discriminerende wijze bevoordeeld t.o.v. andere gods­ diensten. De christelijke erediensten op zondag genieten door deze wet een bescherming die andere godsdiensten niet hebben.

Velen nemen in Nederland aan dat het geloof van het vorstenhuis in de wet wordt genoemd; dit is echter niet het geval. Alleen in de grondwet van 1814 werd dit geloof genoemd, maar in 1815 was dit artikel al verdwenen. De stilzwij­ gende band die velen veronderstelden tussen het koningshuis en hun Hervor­ mend geloof werd op ruwe wijze verbro­ ken in 1964 toen prinses Irene katholiek werd om met Karei Hugo te trouwen. Een typisch Nederlands verschijnsel is de verzuiling die voor wat betreft de christenen raakt aan de betrekkingen tus­ sen kerk en staat. De verzuiling kent diverse oorzaken, maar het resultaat was dat Nederland zich opdeelde in zuilen gebaseerd op religie of ideologie die zich nauwelijks met elkaar bemoeiden. De zuilen hadden hun eigen politieke partijen, vakbonden, kranten, verenigin­

gen, banken en omroepen. Een katholiek las de Volkskrant (Ja, zeker), stemde KVP en was lid van de KRO. Een socia­ list las het Parool, stemde PvdA en was lid van de VARA.

Nog een teer punt in de Nederlandse ver­ houdingen is het onderwijs. Sinds 1917 zijn openbaar en bijzonder onderwijs gelijkberechtigd, maar lang bleef de opvatting bestaan dat niet de staat maar de levensbeschouwelijke zuil voor de opvoeding moest zorgen. In deze tijd van dalende aantallen leerlingen en bezuinigen is de schoolstrijd opnieuw losgebrand. Het is onbegrijpelijk dat het onderwijsstelsel niet grondig herzien

De katholieken lazen de Volks­ krant, stemden KVP, en waren lid

van de KRO

wordt maar tot nu toe weten de confes­ sionele partijen elke discussie te torpe­ deren. Ook hier zou een purperen coali­ tie veel goeds kunnen doen.Enkele over­ blijfselen uit het Rijk Gods.

Het moge duidelijk zijn, dat de formele scheiding tussen kerk en staat in Neder­ land grotendeels voltooid is, maar het is wonderbaarlijk om te zien, hoeveel wet­ geving, regels en gewoontes met een christelijke achtergrond ons nog resten. Een overduidelijk voorbeeld op het gebied van de wetgeving is de reeds genoemde ‘Zondagswet” en een ander is art. 147 uit het Wetboek van Strafrecht, dat handelt over godslastering.

Art. 147 uit het Wetboek van Strafrecht stelt godslastering strafbaar, terwijl levensbeschouwingen of politieke over­ tuigingen, die bescherming nergens genieten. Dit is geen pleidooi voor het

verlenen van dezelfde bescherming aan levensovertuigingen of politieke opvat­ tingen, maar een pleidooi voor het afschaffen van het verbod op godslaste­ ring, omdat de vrijheid van meningsui­ ting met haar beperkingen ter voorko­ ming van uitwassen ook genoeg bescherming biedt aan religieuze gevoe­ lens. Christenen zouden zelf mans (m/v) genoeg moeten zijn om zich te verdedi­ gen. Andere voorbeelden van gewoon­ tes, die zeer van zelf sprekend zijn, maar wel een christelijke achtergrond hebben, zijn bijna al onze feestdagen. Christelij­ ke feestdagen, die wij met vrije dagen luister bijzetten zijn bijvoorbeeld Kerst­ mis, Pasen, Pinksteren, Hemelvaartsdag enz. en ook niet-christenen kunnen niet om deze feestdagen heen. Op dit gebied is wel het een en ander verbeterd, maar het blijft voor niet-christelijke gelovigen vaak heel moeilijk om voor hun eigen feestdagen vrij te krijgen.

Zeer onopvallend, maar tegelijk zeer prominent aanwezig is het randschrift op onze munten. Het ‘God zij met ons’ heeft iedereen dagelijks in handen. Dit onrecht dient snel recht gezet te worden en de voorbereiders van de filosofische werkgroep stellen dan ook voor de zij­ kanten van ons muntgeld bij opbod als reclameruimte te verhuren. De grote multinationals zijn vast bereid om ons muntgeld te sponseren en deze sponse­ ring past ook veel beter bij het karakter van geld dan het ‘God zij met ons', hoe­ wel het kerken natuurlijk vrijstaat mee te bieden. Een laatste voorbeeld van een twijfelachtige bevoordeling van dc ker­ ken is de SILA (Stichting Interkerkclijke Ledenadministratie). De SILA is opge­ zet, omdat de aantekening ‘kerkelijk gezindte’ uit de bestanden van de Burge­ lijke Stand verdwijnt, wat op zich, uit onder andere het oogpunt van de priva­ cybescherming, een goede zaak is. De SILA is bedoeld om een eigen kerkclijke ledenadministratie op te zetten, maar de Nederlandse overheid heeft besloten om de SILA meer dan 15 miljoen gulden steun te geven en haar te helpen met gegevens. Het is natuurlijk onaanvaard­ baar, dat de overheid (zeker op een der­ gelijke schaal) persoonsgegevens aan een particuliere organisatie ter beschik­ king stelt en dat nog financiert ook

KANTOORVISIE

VOOR MORGEN!

(9)

D

-'R-'-'n:!/;

E

M

A

S

T

B ' r . B

9

BIJ HET PVDA-CONGRES

door de redacteuren Folkert Bolkestein en Marten van de Kraats

Op de bewolkte zaterdagmorgen van 28 september bezochten twee uwer redacteuren “De Vereeniging”, een groot maar treurig gebouw in de buurt van de Nijmeegse binnenstad. De aan­ blik van dit gebouw doet denken aan de slotscène van Richard Wagners muziekdrama Götterdammerung. Uw redacteuren waren dan ook niet verbaasd dat deze lokatie was uitgeko­ zen voor het “Congres der Congres­ sen” van de Partij van de Arbeid. Dit was door de Leider bijeengeroepen om het oproer in zijn partij te smoren. Na een toespraak van de Leider had­ den de afdelingsafgevaardigden de mogelijkheid om de partijleiding te vertellen dat ze tegen de kabinetsplan­ nen waren. Het machtswoord van de

‘ Rooie’ vrouw Grewel verhinderde gelukkig

iedere invloed

Leider en het gehaaide voorzitterschap van Rooie ‘Vrouw’ Grewel verhinder­ den gelukkig elke invloed van de ver­ gadering.

Toen uw redacteuren bij De Vereeni­ ging aankwamen bleek dit fraaie schouwspel echter voor ongenode gas­ ten niet toegankelijk.

De PvdA-ordedienst (!) hield de wacht.

Met behulp van de welsprekendheid die uw redacteuren eigen is en wappe­ rend met perskaarten wisten zij echter ongehavend de persbalie te bereiken. Daar werd hun opnieuw de toegang geweigerd.

Na enig gedraal in de wandelgangen vluchtten uw redacteuren de perska­ mer in, alwaar zij des Leiders toe­ spraak op beeldscherm konden volgen. Als goed socialist hield de Leider een veel te lange redevoering.

Dat de gedwee luisterende congres­ gangers in de zaal er allemaal weinig van begrepen was onbelangrijk. Ze hadden toch geen keus.

Op een toespraak van enige uren volg­ de een applaus van 35 seconden. De Rooie Vrouw nam nu weer het woord.

Snel sprekend alsof het een hamerstuk betrof legde ze de vergadering uit, dat er enige moties waren binnengekomen waaraan volgens het partijbestuur technisch het een en ander schortte, en of de vergadering zo goed wilde zijn om deze niet te behandelen. Toen de hamer was gevallen werd duidelijk dat het ging om moties waar iedereen nu juist voor was, namelijk om de Leider wel te steunen maar zijn plannen niet....

Nu zouden er zeventig sprekers aan het woord komen. De zaal stroomde leeg.

Uw redacteuren mengden zich hierop onder het PvdA-gepeupel, dat de wan­ delgangen vulde. Nooit tevoren zagen zij zoveel gebreken. Zijn dit de WAO’ers?

De gemiddelde leeftijd van het PvdA- kader moet ergens in de vijftig lopen. Het bestaat voornamelijk uit (voorma­ lig) ambtenaren en oud-Nieuw-Links- ers.

Een van uw redacteuren drong nu op slinkse wijze langs nog meer drang- hekken-met-ordedienst de vergader­ zaal binnen en hoorde het gejammer van de afgevaardigden aan. Deze waren in machteloze woede ontstoken over het feit dat ze nu gedwongen waren om voor de regeringsplannen te stemmen. De Rooie Vrouw kapte hen zonder pardon na twee minuten af met een hamerslag en een grappige opmer­ king.

Onderwijl onderwierp uw andere redacteur afzonderlijke PvdA’ers aan een ondervraging.

Hij kwam daarbij tot de ontdekking dat het sociaal-democratisch kader verdeeld denkt over de zogenaamde purperen coalitie, een coalitie van

VVD, PvdA en D66. PvdA’er Johan Stekelenburg had nog nooit eerder van deze optie gehoord.

Ook trof de redacteur een ontstemde HB-voorlichtster van de Jonge Socia­ listen aan, die het gebouw had volge­ hangen met teksten als “beter een klei­ ne partij met idealen, dan een kleine partij zonder idealen”.

Gaarne hadden uw beide redacteuren meer rondgekeken.

Zij waren echter de enigen op het con­ gres die geen PvdA-speltje droegen, hetgeen het wantrouwen van de orde­ dienst moest wekken. In een kwartier

stonden zij op straat. 3M

PRIKBORD

PRINS HENDRIKKADE

Citaatje Van der Biezen: “Geluk­ kig maar dat on/.e vereniging uit volgzame schaapjes bestaat, an­ ders had ik nooit zoveel kunnen doordrukken."

HB-vergadering, Cor (landelijk voorzitter): “Ik wil geen relaties in mijn bestuur”

Van der Biezen:”Daarom treedt ik ook af. Het was of Rogier eruit, of ik eruit.”

In een brief van de VVD aan hel hoofdbestuur:” Onlangs heelt me­ vrouw Acyelts Avcrink-Winsemi- us een gesprek gehad met de heer Van Balen!*), uw Viee-Voorzitter Organisatie...”

Van der Biezen: “Hij heeft bij de \ YD ook al een iiidmk achterge­ laten."

Hans Peter Lassche o \er hddie lluhhen Jansen: “Ik dans naar zijn pijpen.”

(10)

10

PARTIJ K IE Z E N ...

door Rob de Rooij, afdeling Baronie van Breda

Drie maanden geleden was het zover: het kabinet presenteerde zijn plannen met betrekking tot de WAO en de Ziektewet. Tegenstand verwachtte het kabinet wel , maar dat de plannnen zo’n aardschok voor de Nederlandse politieke verhoudeingen zou beteke­ nen, stond niet in het scenario beschre­ ven. De PvdA-aanhang halveerde, en voor wat eens de grootste partij van Nederland was rest, alleen nog de ondergang.

Ik denk dat dit als gevolg heeft, dat de politieke partijen voortaan op een andere manier de verkiezingen ingaan dan gebruikelijk is. Zij stellen impopu­ laire maatregelen niet meer uit tot na de verkiezingen en zijn voorzichtiger met het doen van leuke beloften. Wel­ ke redenen hebben partijen daartoe? Ten eerste merkt de kiezer het meteen,dat een partij haar beloftes niet nakomt. De gevolgen voor de desbe­ treffende partij laten zich raden: bij de volgende verkiezingen straft de kiezer haar genadeloos af, want hij ervaart het gedrag van de partij als kiezersbe­ drog. (Per saldo raakt zij dan meer aanhang kwijt dan als zij die leuke beloften niet deed.)

Het grootste voorbeeld hiervan is natuurlijk de PvdA. In de oppositie ligt zij al schuimbekkend in de kamerban- ken wanneer de uitkeringen maar een half procent omlaag gaan. De kiezer stemt, als hij een uitkering heeft, veel­ al PvdA. Als de PvdA in 1991 echter in de regering zit, neemt zij samen met het CDA zulke ingrijpende besluiten, dat zelfs bij de VVD de mond van ver­ bazing openvalt. De prijs die de PvdA ervoor moet betalen is veel hoger dan zij zelf dacht: haar voormalige kiezers, die zich flink bedrogen voelen, keren zich massaal tegen de partij. Voor de partij is er nu geen toekomst meer. Ten tweede weet de kiezer heel goed of bij bepaalde beloften, en daarmee de partij die de beloften doet, serieus moet nemen. Als de desbetreffende partij in het verleden al meer beloften

heeft gedaan, die zij later niet is nage­ komen, dan weet de kiezer wel hoe laat het is en stemt hij deze keer op een partij die zich realistisch voordoet. De PvdA is daar in de toekomst het slacht­ offer van: haar beloftes worden niet meer gehoord.

Een derde reden is, dat partijen later een zwakke besluitvaardigheid wordt verweten, als zij wegens verkiezingen impopulaire maatregelen uitstellen. Het kabinet Van Agt/Wiegel durfde indertijd bijvoorbeeld geen harde maatregelen te nemen om de economie weer op gang te brengen, wegens de angst voor het weglopen van kiezers. CDA en VVD werden jaren daarna nog gewezen op die zwakke besluit­ vaardigheid. Op korte termijn leverde het uitstel kiezers op, op lange termijn echter niet.. Als zij wel tot die harde maatregelen waren overgegaan, had­ den zij nog jaren daarna lof ontvangen. Een vierde reden is de invloed van andere partijen.

Ten eerste: wanneer een bepaalde par­ tij leuke beloften doet, wijzen haar concurrenten haar erop (wegens erva­ ringen uit het verleden) dat die belof­ ten onrealistisch zijn. Het enthousias­ me van de kiezer voor die ene partij neemt dan meteen af.

Ten tweede: een regeringspartij is afhankelijk van haar coalitiepartner. Als in een CDA/PvdA-kabinet de PvdA impopulaire maatregelen wil uitstellen, moet het CDA zich daar wel in kunnen vinden. Afgelopen maanden was dat duidelijk niet het geval: CDA- fractievoorzitter Brinkman wilde geen verder uitstel met betrekking tot de oplossing van de WAO-problemen, en aldus geschiedde. Hierop aansluitend is ook de enorme invloed van de media van belang. De meeste media keuren uitstel van impopulaire maatregelen af en werpen een kritische blik op de leu­ ke beloften. Het beoogde doel van de partij, geen kiezers verliezen, slaat dan om in het tegendeel.

Ten vijfde nemen de partijen het woord “impopulair” voortaan met een

korreltje zout. Het gaat er niet om of bepaalde maatreglen door bv. 60% van de Nederlandse bevolking worden afgewezen. Het gaat erom hoe de maatregelen bij de kiezers van de des­ betreffende partij vallen.

Ten zesde is met het doen van leuke beloftes het risico groot, dat dc partij na de verkiezingen niet in de regering komt. Tijdens de kabinetsformatie moet zij immers hogere eisen gaan stellen, waardoor andere partijen meer water bij de wijn moeten doen, die voelen er dan niet veel meer voor met de desbetreffende partij te gaan rege­ ren.

Het schoolvoorbeeld hiervan is (alweer) de PvdA. In 1977 won zij door het doen van leuke beloften de verkiezingen. Bij de kabinetsformatie stelde zij echter zo hoge eisen, dat het CDA niet met haar wilde regeren en zich tot de VVD wendde. De PvdA won de verkiezingen, maar verloor de formatie.

De laatste reden is de steeds belangrij- ker wordende rol van de lijsttrekker. Deze persoon is vaak veel belangrijker voor de winst of verlies van een partij dan het verkiezingsprogramma. Als de lijsttrekker groot vertrouwen geniet onder de bevolking, hoeven er geen leuke beloften gedaan te worden om stemmen te trekken. Wanneer hij dui­ delijk maakt, dat de maatregelen hard maar noodzakelijk zijn, verliest dc par­ tij nauwelijks kiezers.

De huidige premier Lubbers weet maar al te goed dat hij vertrouwen­ wekkend overkomt op de kiezers. Het CDA hoeft zich met deze persoon dan ook geen zorgen te maken dat hel kie­ zers verliest, wanneer het harde maat­ regelen treft (zie bijvoorbeeld de WAO-maatregelen, die wel de PvdA, maar niet het CDA treffen).

Om bovengenoemde redenen denk ik dat de verkiezingscampagnes in de toekomst een heel andere toon gaan krijgen.

Het aandachtsveld verschuift zich van de vraag wie het meest realistisch overkomt. De politieke partijen heb­ ben dit dondersgoed door. Zij stellen in de toekomst impopulaire maatregelen uit en zijn voorzichtiger met leuke

(11)

DE A F T R E D E N D H O O F D R E D A C T E U R K O E N E N

door Marten van d er Kraats, redacteur

Uw gezette hoofdredacteur zal tijdens het novembercongres aftreden. Zijn opvolger is Koen Petersen, voormalig voorlichter van het hoofdbestuur. Hier volgt een afscheidsgesprek met de vertrekkende.

G o ed K e i, j e w ilt dus g r a a g g e ïn te rv ie w d worden. Waarom w il j e dat? J e bent toch helem aal niet interessant vo o r d e m ensen. J e bent toch een ontzettend oninteressant figu u r eig en lijk ?

“ Misschien. Dit interview is voor mij de mogelijkheid om eens werkelijk mijn eigen mening te formuleren. Ik heb als hoofdre­ dacteur mijn mening namelijk een jaar lang moeten inhouden.”

D e vraag w a s: j e bent een oninteressant figuur. D us waarom zou ik j e in tervie­

w en ?”

“ Ik zou zeggen waarom zit jij hier? Ik kan

Koenen:

Ik zelf behoor tot de linkse bloesjes.

natuurlijk net als Kelder(*) destijds gedaan heeft, m ijzelf interviewen. Ik vind het ech­ ter leuker om een arm schaap uit de redac­ tie de kans te geven om van de meester te leren hoe je een interview moet afnemen. Ik stel je een tegenvraag: Waarom z itje een oninteressant figuur te interviewen?”

In de hoop dat ik hem zou kunnen afzeiken.

“ Heb je daar dan zoveel behoefte aan. Zit­ ten de frustraties dan zo diep.”/ a zeker, ik vond j e een w aa rdelo z e hoofdredacteur.

“ Hoezo?”

Vertel m aar eens even w at j e w el g o e d hebt g ed aan ?

“ ...Ja, eigenlijk weinig hé?... Je kunt beter aan de mensen in de vereniging vragen wat ik goed heb gedaan. Ze vonden het toch wel grappig geloof ik... Ja toch?... Ze steunden me in ieder geval toen die vage afdeling die motie van wantrouwen indien­ de? Zoals Van der Biezen zei: je moet je realiseren dat Koenen grotendeels in zijn eentje dit blad destijds uit het dal heeft gehaald. Eh...”

* Koenen (r), met de voortijdig teruggetreden eindredacteur D en Hartog.

A ls j e a f getreden bent ga an d e m ensen z eg­ gen w at ze w erk elijk o v er j e denken. D at zal n e g a tie f w orden. J e kent d e JO V D ’ ers. H et zijn schijtluizen, ze kijken op n aar de macht. Z o la n g iem and nog iets voorstelt zeggen ze a llem aal am en, h a lle lu ja h ; beef, buig, lik. M a a r als j e aftreedt...

“ Absoluut. Die hele verwrongen structuur, die mannetjesmakerij... M aar ik ben er niet bang voor.”

Wat vin d j e van het h u idige hoofdbestuur?

“ Ze zijn leuk bezig. D ’r wordt wel werk verzet. Niet al te veel. Je kan trekken aan een dood paard heeft Rutte ooit gezegd, maar het paard blijft dood. M aar toch is het een bestuur dat we nodig hebben.”

J e hebt j e onlangs van een a fd elin g in G e l­ d e rla n d laten oversch rijven naar d e b u i­ tengew oon beruchte a fd elin g K e n n e m er­ land. W aarom?

“ De mensen die er zitten zijn leuk, en de manier van vergaderen is grappig. Ik ben een paar keer naar de bestuursvergaderin­ gen geweest. Dat was ook erg grappig. En nu ik aftreed laat ik me overschrijven. Ik vond dat ik het tegenover Gelderland niet kon maken om daar eerder te vertrekken. Het gaat slecht met Gelderland, ik vond dat ik ze als hoofdredacteur misschien nog een beetje kon steunen. M aar nu schrijf ik me dan toch over naar deze leuke afdeling.”

H eb j e nog bestuurlijke am bities in deze clu b ?

“ Landelijk Voorzitter lijkt me gigantisch leuk.”

W anneer ga an w e Sch agen afzetten?

“ Dat is een gok. Zo snel mogelijk. Ik ben nu lid van de afdeling Kennemerland. De beste uitvalsbasis voor dit soort aangele­ genheden. Laten we een keer een plan de campagne opstellen.”

M issch ien zijn er andere c a p a b e le k an di­ daten ?

“ Hoogenboezem. Die steun ik.”

Z ijn er nog andere posten vo o r j e w e g g e ­ leg d ?

“ Nou, ik weet niet wat het is. M aar het schijnt dat wanneer je vrij actief bent geweest in de Driemasterredactie, dat dan ook de post van voorlichter voor je open ligt. Twee mensen hebben me er nu voor gevraagd. Hoe ze er bij komen weet ik niet. Het lijkt me de meest oninteressante post, die je kan verzinnen. Iedereen denkt dat het een leuke post is. Maar dat is het niet, en ik weet zeker dat Marco Frijlink (de huidige voorlichter, M vdK) op dit moment ook vindt dat het geen leuke post is. Hij doet nu alsof ie het leuk vindt. Cognitieve disso­

nantie... Ik denk dat er behalve het Lande­ lijk Voorzittersschap geen andere post voor mij is weggelegd.”

We zullen e r aan w erken.

“ Nou dank. Hulde”

K e i, g e e f eens een teru gblik op een ja a r hoofdredacteurschap.

“ Het blad wordt weer gelezen. Het ver­ schijnt weer. Dat is belangrijk. Voor de mensen die weinig binding hebben met een afdeling o f district is het D E binding met de vereniging. Die kunnen er in lezen waar de JO V D voor staat. Dat is de verdienste van de hele redactie. In de toekomst onder Koen Petersen zal hij wel blijven verschij­ nen, daar heb ik alle vertrouwen in.”

L e d en kunnen in de D riem aster lezen w at e r aan p olitie k e m eningsvorm ing in d e v e r ­ e n ig in g plaatsvindt. N u m erk ik dat de laatste D riem asters steeds en steeds recht­ s e r w orden . D ie artikelen van P a trick O om en o v er d e herkolon isatie van de D e r ­ d e W ereld, dat artik el van Sjo o rd a o ver d ru gsverslaafden . Is dat nu d e m ening van de ve ren ig in g ? K r ijg je _ g ee n last met het hoofdbestuur m et d ie rechtse artik elen ? D ie zijn tenslotte a ltijd zo b a n g vo o r het im ago van deze club.

“Een jaar Koenen is leuk geweest. Ik denk dat het blad wel vooruit is

gegaan.”

“ Dat is het leuke van de onafhankelijkheid van de hoofdredacteur. Het hoofdbestuur durft hierover geen uitspraak te doen. Zowiezo niet rechtstreeks naar mij alleen via de HB-auditor van de Driemaster, Edu­ ard van der Biezen. Ik ben echter recht­ streeks gekozen, dus ik ben de baas, en ik alleen ben verantwoording verschuldigd aan de Ledenvergadering.”

M a a r zijn d ie rechtse artikelen een a fs p ie ­ g e lin g van d e m eningen in d e ve ren ig in g ?

“ Nee. M aar misschien ook wel; laat ik het in het midden laten... Het is niet nodig dat er in dit blad een afspiegeling komt van de meningen van de vereniging. Je bent een verenigingsblad, en iedereen mag er in schrijven. En dat gebeurt ook.”

M a a r als dat zo is, hoe komt het d an d at er a lle m a a l van d ie rechtse stukken w orden gesch reven ?

“ Wat leert ons dat nu? Dat we een rechtse club zijn.”

(12)

E

M

A

S

T

E

R

D

R

HET A4/5/7/10-OVERLEG

door Marco Rodenburg, voorzitter afdeling Rijnmond

Sinds ruim een jaar kent onze vereniging het A4-overleg. In eerste instantie infor­ meel opgestart als A5 hadden de vijf grootste afdelingen (Eindhoven, Gronin­ gen, Rijnmond, Twente en Utrecht) een overlegstructuur bedacht om ervaringen uit te wisselen.

Omdat Twente zich bij nader inzien als­ nog terugtrok uit het overleg werd het samenwerkingsverband in November 1990 opgericht als A4-overleg.

Als doelstelling van het A4-overleg werd in de oprtichtingsverklaring ver- meld:”Het doel van het A4-overleg is middels het uitwisselen van praktijker­ varing en discussies te komen tot een verbetering van de organisatiestructuur en de invulling daarvan, en de intensive­ ring van de contacten tussen de deelne­ mende afdelingen” Of te wel: hoe kun­ nen afdelingsbesturen en bestuurders van vergelijkbare afdelingen wat grootte en organisatie betreft, iets van elkaar leren.

Om bovenstaand doel te verwezenlijken komen de diverse afdelingsbestuurders minimaal een keer per jaar bij elkaar in

een functiedeelraad om over hun respec­ tievelijke functies te praten. Zo hebben de secretarissen p&l recentelijk hun ervaringen m.b.t. het Augustusoffensief en het promotieteam ervaringen uitge­ wisseld en ideeën aangedragen. Voorts leren VVP’s van elkaar hoe de afdelin­ gen inhoud kunnen geven aan het poli­ tieke gebeuren en kunnen hoofdredac­ teuren van elkaar ideeën opdoen m.b.t. tot de totstandkoming van een afdelings­ blad. De afdelingsvoorzitters komen meerdere malen per jaar bij elkaar om de functiedeelraden te evalueren en de goe­ de contacten te onderhouden.

Wat echter absoluut niet gebeurt is het vormen van een machtsblok in bijvoor­ beeld de congreswerkgroepen of op de algemene vergaderingen tijdens de con­ gressen. Daar wordt absoluut niet naar gestreefd. Het is geen goede zaak als in een democratische vereniging als de onze, standpunten worden uitgekookt door een paar grote afdelingen.

Er is ook niets geheims aan onze bijeen­ komsten. Iedereen kan op verzoek de notulen van onze bijeenkomsten inzien.

Nogmaals, het van elkaar leren en het onderhouden van goede contacten zijn onze doelstellingen.

Inmiddels is het A4-overleg uitgebreid met de afdelingen Amsterdam, heiden en toch ook Twente. Bovendien staan wij open voor toetreding van afdelingen van vergelijkbare grootte en organisatie. Dit artikel is geschreven omdat het A4- overleg bij een aantal leden nog steeds onbekend is, of omdat er allerlei voor­ oordelen over bestaan. Ik hoop dat deze vooroordelen na het lezen van dit artikel zijn verdwenen, maar zijn er nog vragen of opmerkingen, dan kan men altijd terecht bij de voorzitters van een van de

bovengenoemde afdelingen. 3M

Redactioneel commentaar:

Poeh! Een belangrijke man schrijft een stukje. Wat leert ons dit nu? Dat het A4- overleg zichzelf erg machtig vindt, maar geen gebruik zal maken van deze macht. Gelukkig maar, want anders werd het in deze vereniging net zo een grote crisis­ puinhoop als bij de meeste van genoem­ de afdelingen het geval is. U hoeft overi­ gens niet bang te zijn van deze meneer Rodenburg. Zijn hoofdbestuursvriendjes houden hem wel aan het lijntje.

BELGIE, HET JOEGOSLAVIË VAN MORGEN?

door Dees van Barelli (Naam bekend bij de redactie)

Toen na de tiendaagse veldtocht in juli 1830 de rookwolken optrokken bleek de kaart van Europa weer eens gewijzigd. Uit de nevels kwam een schattig, maar vreselijk onevenwichtig landje: België. De grootste bevolkingsgroepen, de Wa­ len en Vlamingen mogen elkaar niet, dat is altijd zo geweest en dat zal wel altijd zo blijven.

Met liefde slaan ze elkaar de hersenpan in omdat de één Nederlands en de ander Frans spreekt. Mijns inziens is deze taal­ strijd maar een slap excuus voor het feit dat ze altijd lopen te knokken, er zijn meer dan genoeg landen waar verschil­ lende taalgroepen in vrede naast elkaar bestaan.

Nee, de waarheid is namelijk dat ze elkaar gewoon echt niet mogen. Ze zijn door de Hollanders destijds in eikaars armen gedreven en hebben een overle- vingshuwelijk gesloten. Dit tamelijk

ongelukkige huwelijk wordt gekenmerkt door vele ruzies, de laatste echtelijke ruzies, de laatste echtelijke ruzie lag ten grondslag aan de val van Martens-26. België-deskundigen (dr. Klavan c.s., red.) trekken uit deze ruzies de conclusie dat het land het jaar 2000 niet als een­ heid mee zal maken. Een voorteken

hier-Met liefde slaan de Vlamingen en de Walen

eikaars hoofd in

van was de federalisering van België in 1989. Een echtscheiding lijkt onvermij­ delijk te zijn geworden.

Maar zouden de twee nieuw ontstane staatjes onafhankelijk van elkaar kunnen overleven? Wat betreft Wallonië is deze vraag met een volmondig NEE te beant­ woorden. Dat land bestaat uit een stelle­

tje, van het rijke Vlaanderen afhankelij­ ke boeren. Vlaanderen daarentegen zou mits de sociaal-economische situatie aldaar wat verbetert best zelfstandig kunnen bestaan. Zij wil dat echter niet. Vlaamse politici zoeken al lange tijd naar verregaande samenwerking met Nederland in het Europa van de toe­ komst.

Het lijkt mij verstandig om deze samen­ werking zo snel mogelijk op papier te regelen, voorat er werkelijk Joegoslavië- achtige situaties in België ontstaan. Uit deze samenwerking zou op langere ter­ mijn een samenwerkingsverband tussen Frankrijk en Wallonië kon ontslaan, waaruit dan weer een groots polygaam huwelijk tussen de twee taalgroepen zou kunnen ontstaan.

(13)

13

VORMING EN SCHOLING, EEN NIEUW TIJDPERK

BREEKT AAN !!!

door het secretariaat V&S

Het secretariaat Vorming en Scholing, dat pas sindskort bestaat, trekt alle registers open om dit noodleidende deel van de vereniging er weer boven op te brengen. Het enthousiasme waarmee ze dit doen is welhaast spreekwoor­ delijk. Gelukkig maar, want er valt nog heel wat doen. Er is echter alle hoop dat het in de toekomst beter zal gaan. Sterker nog, we zien dat de neerwaardse trend die we op het gebied van de Vorming en Scholing mochten constateren, momenteel duidelijk kerende is. Vroeger maakte Vorming en Scholing een belangrijk bestanddeel van het activiteiten­ pakket van de vereniging uit. In die tijd kwam je in deze vereniging niet aan de bak wanneer je niet voldoende geschoold was op het gebied van besturen, liberalisme, verga­ der- en discussietechnieken. Helaas is dit niet meer het geval, hetgeen zeker niet in het voordeel van de vereniging uitpakt. De dis­ cussies lopen niet meer zoals het ooit geweest is, en steeds meer besturen ontbreekt het aan een adequate bestuurlijke scholing, met alsgevolg dat de betreffende afdeling daar ernstige schade van kan ondervinden. Je vraagt je af, hoe is dat zo ver gekomen?

Een tijdelijke inzinking

De afgelopen jaren heeft deze negatieve ont­ wikkeling zich ingezet. De belangstelling

voor het volgen van cursussen nam af, en de opkomst per cursus halveerde. De leden begonnen zich af te vragen: Wat heb je nu aan een cursus? Geheel ten onrechte begon bij de leden de instelling te ontstaan dat ze het zelf voor elkaar konden krijgen. Debet hieraan zal ongetwijveld geweest zijn dat de kwaliteit van sommige cursusleiders te wen­ sen begon over te laten. Het ontbrak wellicht aan voldoende kwaliteitsbewaking van de zijde van het hoofdbestuur. Verder heeft het geringere aanzien dat Vorming en Scholing alsgevolg hiervan kreeg, ertoe bijgederagen dat het aanzien van de bestuursposten in deze vereniging die verantwoordelijk zijn voor het vorming en scholingsbeleid op afdelings- en districtsniveau in aanzien daalden, wat ertoe heeft geleid dat steeds minder mensen zich ertoe geroepen voelden om er wat van te maken. Het nieuw opgerichte Secretariaat Vorming en Scholing heeft het op zich geno­ men om deze kwade ontwikkelingen te keren. Vooraleerst zal zij de komende tijd komende tijd aandacht gaan besteden aan begeleiding van afdelingen en districten op het gebied van Vorming en Scholing. Ook zal men onderzoeken of het mogelijk is om op regionaal niveau samen met de V V D cursus­ sen te organiseren. Daarnaast zal samenge­ werkt worden met de politieke en

organisa-tiehoek ter ontwikkeling van het opstarten van diverse Vormings en Scholings-projec- ten. En niet te vergeten zal er een analyse en bijstelling plaatsvinden van de kwaliteit en kwantiteit van cursuspaketten en cursuslei­ ders. Om een nieuwe impuls te geven aan V & S binnen onze organisatie zal het secreta­ riaat eerst een inventarisatie houden in alle afdelingen en districten om te onderzoeken wat de klachten, wensen, veranderingen en meningen zijn die de leden in de afdelingen er op nahouden. Hiertoe zullen alle afdelin­ gen in de komende tijd een enquete ontvan­ gen met daarop een aantal vragen. Het secre­ tariaat vraagt uw medewerking om deze vra­ gen te beantwoorden.Op basis van de uit­ komsten uit dit onderzoek en de ideëen die nu reeds bij het V&S-secretariaat binnenstro­ men uit verschillende delen van onze vereni­ ging zal het V&S-secretariaat er aan gaan werken dat een nieuwe impuls aan Vorming en scholing binnen de JO VD gegeven kan worden. Vorming en Scholing moet weer belangrijk worden. Het v&s-secretariaat bestaat uit de volgende leden:

Nicole Koetsier tel. 05730-56690 Marieke de Wit tel. 040-460449

Marcel Popma tel. 080-222125 Roland van Benthem tel. 03404-57120

Jean-Paul Frishert tel. 010-4028493

DE VLIEGENDE BRIGADE: EEN WONDERMIDDEL?

door Luc Spin, Secretaris O rganisatie

Het Augustus Offensief (de grote ledenwerf­ campagne in Augustus) is voorbij. Een aantal afdelingen hebben daarbij goed gescoord. Een aantal ook niet. Een paar van deze afde­ lingen hebben contact met me gezocht met het verzoek om een Vliegende Brigadier (V B ’er) te kunnen krijgen. Deze verzoeken heb ik helaas met een “ nee” moeten beant­ woorden. Om niet nog meer afdelingen te moeten teleurstellen, zal ik in dit artikel uit de doeken doen wat een V B ’er is, wat een V B ’er kan doen, voor welke afdeling een V B ’er kan dienen etc. etc.

Vliegende Brigade

De vliegende brigade is een aantal jaren gele­ den opgericht. Het is een commissie van het Hoofdbestuur. In deze commissie hebben een aantal leden zitting die op organisatiegebied behoorlijk onderlegd zijn. Op dit moment telt de V B een achttal leden. Zij kan een afdeling ondersteuning bieden door met het afdelings­ bestuur om de tafel te gaan zitten en na te gaan hoe de afdeling weer goed kan gaan draaien. H et is echter een grote misvatting

om te denken dat ied er probleem door een V B ’ er opgelost kan worden.

Dit is namelijk niet zo.

Een V B ’er kan bijvoorbeeld zeer weinig uit­ richten als er geen afdelingsbestuur actief is. Een V B ’er is namelijk niet iemand die langs komt, aan de slag gaat en vervolgens een complete afdeling uit de grond trekt. Hij is ook niet iemand die de afdelingsbegeleiding van het district ovemeemt. Hij is een van de instrumenten die ik heb om afdelingen namens het Hoofdbestuur te ondersteunen. Een V B ’er is iemand die een zittend afde­ lingsbestuur helpt met een aantal zaken. Dit kan bijvoorbeeld inhouden: Een bestuurders- cursus geven, ideëen aandragen voor activi­ teiten, een nieuw bestuur een aantal mogelij­ ke opties geven om leden te werven, een aan­ pak te formuleren om leden actief te krijgen en te houden.

Kortom: Een V B ’er is pas van nut als er een afdelingsbestuur zit dat actief is, dat wel wil maar niet precies weet hoe of wat te doen. Een V B ’er zal zich namelijk eerst in de spe­ cifieke situatie van de afdeling moeten

inwerken, voordat hij goede adviezen kan geven. Want dat doet hij voornamelijk, adviezen geven.

Nieuwe opzet

Met ingang van dit jaar is er gekozen voor een nieuwe opzet. V B ’ers gaan dan op pro­ jectmatige basis gedurende een paar maan­ den (evt. langer) een afdeling intensief bege­ leiden. Voorts wordt het voor afdelingen mogelijk om iedereen bij mij voor te dragen als kandidaat-VB’er. Een gesprek met de betreffende persoon en het district volgt dan waarna de V B ’er, als hij door alle partijen is geaccepteerd, aan de slag kan gaan. Je merkt, dat het initiatief zeer duidelijk bij de afdeling komt te liggen. Ook districten kunnen aan­ vragen doen. In ieder geval geldt echter dat de V B ’er door alle betrokkenen geaccepteerd moet worden. Als die er niet is, is de wil om mee te werken er ook niet en dan is het niet zinvol om aan het project überhaupt te begin­ nen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor een flexibele installatie kan de monitor arm met de meegeleverde montagemiddelen aan de zijkant van uw bureau of tafel worden vastgeklemd (met behulp van de

Leerlingen die gepest worden doen vaak andere dingen of hebben iets wat anders is dan de meeste van hun leeftijdgenoten: ze bespelen een ander instrument, doen een andere sport,

Heb je een beeld van de afspraken die jullie willen maken over de waarde van het huis, partneralimentatie en de verdeling van bezittingen en schulden.. Dan berekenen wij of

De gemeente Hollands Kroon moet zich inspannen om hier zo goed mogelijk gebruik van te maken om woningbouw ook op dit punt te stimuleren.. Infrastructuur

Als de schermen naast elkaar worden geplaatst, ondersteunt de dubbele monitor arm twee schermen van 12"..

hulpverleners meer kennis, vaardigheden, begeleiding en ondersteuning nodig van de organisatie om blended hulpverlening doelbewust in te kunnen zetten tijdens de begeleiding

Als deze zin (te) vaak geroepen wordt, kort nadat de echtscheiding heeft plaatsgevonden, is het mogelijk dat betrokkene zichzelf probeert te overtuigen, dat hij of zij zich niet

Deze gedragscode geldt voor alle leden, niet spelende leden, trainers, coaches, scheidsrechters, ouders, supporters, vrijwilligers en alle anderen die op één of andere wijze