• No results found

Hij bekijkt met name de groei van de overheidsuitgaven

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hij bekijkt met name de groei van de overheidsuitgaven"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

fl e1

ocra te

NUMMER 893 VRIJDAG 18 NOVEMBER 1966

IMAGO

en

WERKELIJKHEID

1n de financiële politiek

IN Het Parool schreef prof. dr. J. ~en

vorige week een korte beschouwmg over 11et "imago" van de opeenvolgen-- de ministers van financiën in verge- lijking tot de feitelijke ontwikkeling.

Dit "imago" beschrijft hij goed; in over- eenstemming trouwens met de doelstel- lingen, die deze ministers zelf hebben gekozen. Hij bekijkt met name de groei van de overheidsuitgaven. Zijlstra en ik hebben ernaar gestreefd de uitgaven niet meer te doen stijgen dan het na- tionale inkomen; Vondeling streefde juist een sterl{er groei van de gemeen- schapsvoorzieningen na.

Pen stelde echter dat de werkelijk- heid precies tegengesteld zou zijn ge- weest. Hij baseert zich daarbij op de berekeningen van prof. dr. Th. A. Ste- vers in Economisch-Statistische Berich- ten van 26 oktober j.l. Daaruit zou blij- ken dat de overheidsuitgaven procen- tueel zijn gedaald onder Hofstra, ge- stegen onder Zijlstra - van 28 tot 30 procent - en nog iets verder, tot bijna 31 procent, _ onder mijn bewind. Onder Vondeling daaréntegen zou het aandeel van de overheidsuitgaven juist weer zijn gaan dalen.

·Het loont de moeite deze opvallende stelling wat nader te bekijken. Daartoe is de grafiek, waar Stevers zijn gegevens in samenvatte, elders op deze pagina nog eens weergegeven. Daarbij moeten dan de volgende opmerkingen worden gemaakt:

l Allereerst blijkt dat het aandeel

• van de overheidsuitgaven in het na- tionale inkomen van 1950 tot 1958 onder enkele opeenvolgende socialistische mi- nisters van financiën (Lieftinck, v.d.

Kieft en Hofstra) - met enkele fluc- tuaties - is gestegen van 28 tot bijna 31 procent.

2 In 1959 treedt inderdaad een forse

• daling in. Stevers beschrijft deze, mijns inziens terecht, als de doorwer·

king van de te laat gekomen bestedings·

beperking van 1957. Wij kunnen deze da- ling dus als een tijdelijke conjuncturele inzinldng beschouwen. Onder het bewind van minister Zijlstra werd deze weer overwonnen. Het niveau bleef daarna in de jaren 1961 tot 1963 ongev-eer constant, op een iets lager peil dan in 1958.

3 Voor de periode waarin ik minister

• van financiën was, van. 1963 tot 1965, toont de grafiek van prof. Stevers een lichte stijging. Daarbij moet echter wor- den aangetekend dat minister Vondeling na de kabinetswisseling in mei 1965 nog in dat jaar een extra verhoging van de uitgaven van ruim 200 miljoen gulden doorvoerde. Dit is 0.3 procent van het nationale inkomen. Bij voortzettin-g van het beleid dat mij voor ogen stond zou

de stijging dus ·sle.chts zeer gering zijn geweest.

Een belangrijke factor bij de beoorde- ling van dit verloop is de in 1964 door·

gevoerde aanpassing van het loonniveau.

Daar de overheid als een zeer arbeids- intensief apparaat te beschouwen is, zal een belangrijke loonstijging de ne1gmg hebben het overheidsaandeel in het na·

tionale inkomen te vergroten. Dit ei- fect is nog versoterkt door de denivel- lering van de ambtenarensalarissen, waarvan de laatste fasen in 1964 en 1965 moesten worden doorgevoerd.

4 Ten slotte het verloop na 1965. Hier . • kan alleen iets gezegd worden óver het jaar 1966. Voor 1967 beschikl•en wij nog slechts over de begroting en wij weten helaas uit ervaring dat de reali- satie - vooral in een periode van prijs- stijging - daarvan belangrijk kan at·

wijl• en.

Voor 1966 zijn de netto uitgaven van het rijk a 11 e e n, in vergelijking tot de uitgaven in 1965 zonder het "schepje er boven op" van minister Vondeling, volgens de cijfers van de miljoenennota procentueel wel degeliJ1' gestegen. Dit is geheel in overeenstemming met de be- doelingen van minister Vondeling. Voor orize gespannen economie was dit echter moeilijk te verwerken.

Dat de t o t a l e overheidsuitgaven in de grafiek van Stevers iets zijn gedaald moet het gevolg zijn van het volslagen vastlopen van de gemeentelijke finan- ciering. De extreme schaarste op de kapitaalmarkt, die onder het bewind van minister Vondeling is ontstaan, heeft de gemeenten in een noodsituatie gebracht, waardoor in vele investeringsprogram- ma's drastisch het mes moest worden gezet. Hier is het doel van het kabinet- Cals dus inderdaad allerminst bereikt.

De poging om in een nog overspannen economie een versnelde groei van de gemeenschapsvoorzieningen te forceren heeft averechts uitgepakt.

DE conclusie kan dus zijn dat ondanks . de logheid en traagheid van de ma·

chinerie der overheidsuitgaven en de ve- le storende factoren die hier kunnen werken, de beweging in grote trekken wel degelijk is gegaan in ae richting d-ie opeenvolgende kabinetten zich ten doel hebben gesteld. Die richting was verschillend. De gevolgen van dit ver·

schillend gerichte beleid hebben wij dui·

delijk ervaren. Ook voor de toekomst ligt bier een belangrijke keuze voor ons volk. Op langere termijn kan die kenze in steeds sterkere mate doorwerken. Het is van belang dat dit ons duidelijk voor ogen blijft staan.

WITTEVEEN

31 pet.

+ 13

., '

+12 ' a ., overheidsuitgaven (vlgs. nat boekhouding c.q.

raming hiervan)

'

t-11

' b •s belastingen (baten, definitie Ministerie van 'Finan·

- ciën)

'

+ 10

' o ... niet-belastinginkomsten (vtgs. nat. boekhouding t.q. raming hiervan1 voorzover niet in strijd ·met b) d ... saldo b o -· a

9 '

+ '

+ 8 ' '

+ 1

' '

+6 +5

+4 c

+3 +2 +1

-1 ' \ I I

\

\ \ , ,'

'----..,

Deze grafiek stelt de overhe~asftnancien voor ats peTeenrage van het natwnale tnk.omen (netto marktprijzen). De gmjiek is ontleend aan Economisch-Stati- stische Ber-ichten van 26 oktober j.l.

Kabinet-Zijlstro

§§ BIJ het ter perse gaan van ons weekblad bereikte ons het toen nog niet officieel bevestigde bericht dat de informatie van dr. Beel geleid heeft tot de vorming van een kabinet, bestaande uit :<VP- en AR-ministers, onder leiding van prof. Zijlstra.

Zoals bekend is, is de VVD in geen enkele fase bij de formatie van deze nieuwe regering betrokken geweest, in die zin, dat geen beroep op, de liberalen is gedaan om mede regeringsverantwoordelijkheid te dragen, ondanks de herhaaldelijk uit- gesproken bereidheid daartoe. KVP en ARP immers wensten vóór de verkiezingen geen indicatie te geven voor een eventuele samenwerking met de VVD daarna.

Deze houding, die voor de kiezers de politieke onduidelijkheid doet voortduren, wordt door ons zeer betreurd.

Het kabinet-Zijlstra wordt een extra-parlementair kabinet, niet steunend op een Kamermeerderheid. Naar verwacht mag worden zal het beginnen met Kamer- ontbinding en vervroegde verkiezingen uitschrijvèn. In afwachting van deze ver- kiezingen kan het parlement wetsontwerpen verwerpen; verder is het machteloos.

Juist nu er op sociaal en economisch gebied belangrijke beslissingen genomen moeten worden, is het zeer onbevredigen~ dat wij zitten met een kabinet zonder regeerkracht en een parlement dat geen alternatieven biedt.

HOE zal nu de VVD zich tegenover dit kabinet ~pstellen? De l~beralen _zullen er van uit blijven gaan dat in de op tafel liggende begrotmg en m het dekkingsplan verbeteringen moeten worden aangebracht. Een besnoeiing van de stijging van de uitgaven, die naar ons inzicht zeer wel te verwezenlijken is, is voor de VVD essentieel. Het eventueel later dan op 1 januari 1967 doen ingaan van de belastingverlaging-Witteveen acht de VVD beslist overbodig. Een eerdere invoering dan op 1 januari 1968 van de voorgenomen verhoging der omzetbelasting achten wij onder bepaalde omstandigheden - als zij past in het totale pakket van maatregelen - niet a priori onaanvaardbaar.

(2)

1'

Uittreksels lezingen

IN aansluiting. aan· het bovenstaande berichten wij dat er nog enkele exem- plaren over zijn van zeer beknopte uit- treksels van de Pietersberglezingen van prof. Witteveen en mevr. Schouwenaar- Franssen. Ze zijn geschikt als geheugen- steuntje voor wie er wat_ over wil ver- tellen, maar het zijn nog maar enkele exemplaren.

Tweede lustrum Schiedam OP woensdag 26 oktober vierden de

vrouwen in de VVD te Schiedam het tienjarig bestaan van hun groep met een lunch in het sedert kort geopende res- taurant "De Likkebaartshoeve", een ech- te oude boerderij te Maasland. Er wa- ren negentien dames aanwezig, onder wie één gast uit Rotterdam, mevrouw Bierman. Door afwezigheid van de voor- zitster upende mevrouw Moll, secreta- resse, met een kort woord de bijeen- komst.

Zij heette allen van harte welkom, in het bijzonder mevr. Bierman, die ook bij de oprichting aanwezig wa.s geweest.

De oprichtingsvergadering werd inder- tijd bijgewoond door negen dames. Nu heeft de afdeling ruim zeventig vrouwe- lijike leden van wie een kleine kern ge- regeld de bijeenkomsten bezoekt.

Na het eerste kopje koffie, klom men naar de zolder van de boerderij. Daar wachtte de heer Sluis, juwelier uit Vlaar- dingen, het gezelschap op. Hij gaf een korte samenvatting over de opsmuk voor dames zowel als voor heren, vanaf de tijd van Confucius. Hij memoreerde dat, dank zij vondsten in oude koningsgraven in Egypte, veel omtrent oude opsmuk bewaard is gebleven. Zelfs in het stenen tijdperk tooide men zich al met stenen.

Gispen- Culemborg Stalen meubelen

,.. Vrijheid enrvv1-

Democratie~

Weekblad van de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie.

Adres van de administratie (zowel voor abonnementen als voor advertenties): Witte de Withstraat 73 te Rotterdam (postbus 824 te Rotterdam).

Tel. 010-1110 00, abonnemen- ten toestel 219, advertenties toestel 224. Postgiro: 245103 t.n.v. Administratie Vrijheid en Democratie te Rotterdam.

Hoofdredacteur:

Ph. C. la Chapelle jr.

Adres van de redactie:

Nieuwe Herengracht 89 B te Amsterdam-C.

Vervolgens nam het jongste bestuurs- lid, mevr. Dirkzwager, het woord. Zij bedankte mevr. Moll voor haar enorme stuwende kracht en bood een mooie cor- sage aan. Mevr. Pelger sprak namens de afdeling Schiedam en bood, met dank voor het vele werk van de afgelopen jaren, een beeldige bos bloemen aan.

Mevr. Schade van Westrum, de voor- zitster, betuigde in een brief haar spijt vandaag niet aanwezig te kunnen zijn.

Ten slotte bood mevr. Bierman een prachtige doos bonbons aan, waarvan ieder na de voortreffelijke lunch mocht snoepen. Verder sprak mevr. Bierman de wens uit, dat binnen afzienbare tijd deze vrouwencomités niet mee<r nodig rullen zijn; dat wij in de toekomst ge- lijkwaardig mee zullen kunnen werken met de mannen.

Tegen half drie was de lunch afgelo- pen. Men bekeek nog even de oude be- tegelde keuken, de kamer met de echte bedstee en ging toen weer op huis aan.

Wij konden terugzien op een geslaagde viering van ons tweede lustrum.

J. SJOER8-REIDING MET dè opmerking van mevr. Bier-

man zijn wij het niet helemaal e.ens. Wij geloven tuMnelijk dat de vrou-

wengroepen een blijvende taak hebben, omdat veeZ vrouwen niet direct aan in- tegratie in het partijleven toe zijn, om- dat er gelegenheid moet zijn dat vrou- wen in haar eigen sfeer de zaken kun-

neK bekijken en behatndelen en mt, 'but not least, om de vertegett'WOO'I'diging naar 'buiten, die een steeds belangrijker rol speelt.

J. B. S.

SPREEKBEURTEN

periode 18 november tot en met 16 december 1966

De afdelingen worden erop g·ewezen dat de mogelijkheid bestaat dat in verband met de kabinetscrisis de sprekers hun toezeggingen niet kunnen nakomen.

18 november Delden Ir. J. Baas

18 november Apeldoorn Mevr. mr. E. Veder-Smit

18 november Dalen G. M. Lambers

21 november Haarlemmerm-eer Mr. W. J. Geertsema

21 november Velzen Prof. dr. H. J. Witteveen

21 november Eindhoven Drs. Th. H. Joekes

21 november Jutphaas (streek Utrecht-W.} Dr. K. van Dijk 21 november Woerden (regionale verg.} Mr. F. Portheïne 21 november Leiden (forum gem.r. leden) o.l.v. prof. Polak

i2 november Soest Prof. dr. H. W. J. Wijnholds 22 november

24 november 24 november 24 november 25 november 25 november 25 november 25 november 25 november 26 november 28 november 29 november 29 november 30 november 30 november 30 november 1 december 2 december 3 december 7 december 9 december

Leiden (dispuut doctrina debat met prof. dr. H. J. Hofstra) Staten-Centrale Ede Steenwijk

Delft

Den Helder (JOVD, debat pol.

partijen)

Gorredijk (St. C. Heerenveen) Statencentrale Zaandam Winterswijk

Zuidlaren (VVD + JOVD)

Alkmaar (JOVD)

Vlissingen (Middelburg en Goes) Ommen

Heerlen (Mijnstreek) Amsterdam ( kadergroep) Alkmaar (Rijkskweekfichool- teach-in)

Meppel (Lib. Kring)

Breukelen (debat VVD enD '66) Assen (JOVD)

Aken (Jeunesse liberale Europ.) Delft (koffietafel lib. Studenten- Gouda

15 december Amersfoort

15 december Den Haag (Jongeren academie

Mr. F. Portheïne Ir. J. Baas M. Visser

Prof. dr. H. J. Witteveen Drs. Th. H. Joekes

Mevr. G. V. v. Someren-Downer Mr. F. Portheïne

S. J. v. d. Bergh Ir. D. S. Tuynman Mr. W. J. Geertsema Drs. Th. H. Joekes R. Zegering Hadders Mr. W. J. Geertsema Mr. F. Korthals Altes H. J. L. Vonhoff

Mevr. mr. E. Veder-Smit H. J. L. Vonhoff

R. Zegering Hadders Mr. dr. C. Berkhouwer Mr. F. Portheïne Mr. W. J. Geertsema Prof. dr. H. W. J. Wijnholds

forum) Mr. F. Korthals Altes

16 december Statencentrale Hilversum Mr. W. J. Geertsema

N.B. In deze opgave zijn niet verwerkt die spreekbeurten,. welke door onze kamer- lede,n en andere sprekers buiten het verband van onze partij gehouden worden.

Nieuws uit de Liberale I niernationale

De organisatie-commissie van de Li- berale Internationale, die tot taak heeft voorstellen te doen voor de reorgani- satie en verdere uitbouw van de Libe- rale Internationale, kwam op 6 novem- ber in Den Haag in vergadering bijeen, onder voorzitterschap van de heer J. H.

MacCallum Scott (Engeland).

Verder waren aanwezig de leden der commissie: dr. F. Fabers (Duitsland), D. W. Dettmeijer (Nederland), I. Hägg (Zweden), L. Piredda (Italië). Mede was aanwezig de heer V. E. Dawson, se- cretaris-generaal van de Liberale In- ternationale, terwijl de vergadering voor een gedeelte werd bijgewoond door mr.

E. H. Toxopeus, president van de Li- berale Internationale.

Uitvoerig werd van gedachten gewis- seld over een zo doelmatig mogelijke op- zet van de Liberale Internationale en . over de wijzigingen die in de statuten en reglementen nodig zijn. Besloten werd een interim-rapport samen te stel- len en dit ter discussie aan te bieden aan de Executieve van de Liberale Inter- nationale, welke op 13, 14 en 15 januari 1967 in Parijs zal vergaderen.

Voor particulieren enkele interessante

KLEINERE BELEGGINGEN

N.V. MAKELAARSKANTOOR

"GEMAKO"

Nassauplein 16 - Den Haag Telefoon (070) 60 19 09

(6 lijnen)

(3)

Van premie

naar

belasting

MINISTER Bogaers en staatssecre- taris Hoefnagels hebben - demis- sionair - een wetsontwerp ingediend tot het instellen van extra-heffingen ten laste van bewoners van woningwetwo- ningen met inkomens boven f 12.750 per jaar. Een dergelijk wetsontwerp was reeds in de Troonrede aangelwndigd.

Blijkbaar hebben deze bewindslieden dit ontwerp niet als een beleidskwestie ge- zien, maar als een lopende zaak, die afwikkeling behoeft.

Op het eerste gezicht zou men dit kunnen begrijpen. Het is billijk dat wo- ningwetwoningen, gebouwd met over- heidsgeld en zwaar gesubsidieerd wat grond, bouw en huur aangaat, be- stemd worden voor hen, die wat huis- vesting betreft enige steun nodig heb- ben en niet voor hen, die de geldende huren in de andere woningsectoren kun- nen betalen. Het ontwerp heeft de wel- vaartsgrens als bepalend aangenomen.

BEDENKINGEN

Er zitten aan het ontwerp zoals het thans is ingediend evenwel tal van kan- ten, die ernstige bedenkingen moeten ontmoeten.

Daar is allereerst de vorm: een hef- fing met een progressief tarief. Dus ge- woonweg een belasting. (Vandaar dat de staatssecretaris van finànciën het ont- werp mede heeft ondertekend). En wel een zeer willekeurige belasting. Zij wordt immers niet algemeen geheven, maar van een bepaalde categorie huurders.

Men kan een parallel trekken met de personele belasting: deze wordt geheven naar de huurwaarde. In het onderhavige geval wordt huurwaarde vergeleken met inkomen als belastinggrondslag: hoe 1 a- g e r de huur in verhouding tot het i n- k omen, hoehoger de belasting. Men zou dus kunnen spreken van een perso- nele belasting op negatieve grondslag.

PERSOONLIJKE SFEER

Wij komen hier al direct op een punt, dat voor een liberaal denkend mens moeilijk te verteren is : Het diep in- grijpen in de persoonlijke sfeer. Ieder is vrij in de besteding van zijn inko- men, voorzover de fiscus hem dit Iaat.

De fiscus kan wel bepaalde bestedingen i n h e t a I g e m e e n belasten ( alco- hol, roken enz.) maar het staat ieder vrij deze belasting al of niet te beta- len. Ieder is ook vrij in de keuze van dat deel van zijn inkomen, dat hij voor zijn woongenot wil bestemmen. De

een heeft niervoor meer over dan de ander. Gemiddeld besteedde vóór de oorlog de Nederlander ongeveer één ze- vende van zijn inkomen voor woning.

Voor de beter gesitueerden was dit per- centage uiteraard lager dan voor de laagste inkomenscategorieën, maar er be- stond - vooral in socialistische kring - het op zichzelf loffelijk streven de woonbeschaving op te voeren door bouw van woningwetwoningen, die voor een gemiddelde arbeider een huur van tot 20 procent van zijn inkomen deden. Uiter- aard werden deze woningwetwoningen betrokken door gequalificeerde arbeiders met een inkomen boven het gemiddelde.

HUURBESCHERMING

Toen kwam de oorlog en de huur- bescherming. Wij kennen de moeilijk- heden bij het optrekken van de huren, dat vooral van socialistische zijde op scherp verzet stuitte. En nog steeds stuit. Het gevolg iS dat, hetzij ·door ge- zinsverdunning, hetzij door stijging van het inkomen der bewoners, velen niet als voor .de oorlog ongeveer 15 procent

CO PIJN

GROENEI(AN

REEDS MEER DAN TWEE EEUWEN EEN

BEGRIP VOOR

boomkwekerij- produkten

EN

tuinarchitectuur

TELEFOON 03401-1207

fRIESCH-GRONINGSCHE HYPOTHEEKBANK N.v.

EN AANGESLOTEN BANKEN

Amsterdam . Arnhem · Eindhoven • ·s-Gravenhage Groningen - Hengelo (0.) • Rotterdam

PANDBRIEVEN

EEN VEILIGE EN RUSTIGE BELEGGING

van hun inkomen verwoonden, maar minder dan de h.e l f t van dit percentage. Maar dat is nu eenmaal het onvermijdelijk gevolg van de huurbe- scherming- en -bevriezingspoliek. Even- als het '1.chterblijven van de nominale huur bij de economische tot resultaat heeft dat de huren de normale, sterk gestegen, onderhoudskosten niet toelaten.

Iri plaats van b e v o r d e r i n g v a n d e w o o n b e s c h a v i n g, van het be- houd van de woonwaarde van onze wo- ningvoorraad, heeft deze politiek tot ge- volg een gestadige teruggang in woon- beschaving van de bewoners.

EXTRA PROGRESSIE

Indien men nu een algemene regeling zou maken waarbij verband werd gelegd tussen huur en inkomen - iets wat wij overigens ten sterkste zouden afkeuren - dan zou men kunnen spreken van een correctie op de huurbescherming. Diri- gistisch gedacht is dit zelfs logisch: wan- neer de regeling op een bepaald punt niet voldoet, maakt men een regeling- ad hoc. Dit is immers het olievlek- aspect van alle dirigisme met alle nare gevolgen daarvan.

In dit geval hebben minister Bogaers en staatssecretaris Hoefnagels er ech- ter een bepaalde categorie uitgepikt. Fi- nanciën redeneert · kennelijk: ik moet tientallen miljoenen beschikbaar stellen voor woningwetbouw en -huursubsidie, als een soort van doelheffing tracht ik een deel hiervan terug te vorderen van de beter gesitueerde huurders van die woningen. Men mag hier spreken van een discriminatie op het punt van belastingen. Iets wat de grondwet ver- biedt. Bovendien is het een extra-ver- sterking van de progresste der Inkom- stenbelasting.

WILLEKEUR

Indien men nie>uwe bewoners voor wo- ningwetwoningen weigert op grond van het feit, dat hun inkomen voldoende is om zich een andere woning te verschaf- fen, kan ieder daar mee akkoord gaan.

Om huurders, die reeds lang in zulke woningen huizen, en huurbescherming genieten, thans te bespringen met 'n pro- gressieve heffing is grov-e willekeur, die diep in de persoonlijke sfeer ingrijpt.

Willekeur is er aan alle kanten: er is geen verband met· de hoogte van de huur, die ook voor woningwetwoningen verschillend is. Men heft slechts van een bepaald soort met overheidssubsidie gebouwde woningen, zodat bepaalde ca- tegDrieën gesubs~d[eerde huurders er buiten vallen. Kortom het wetsontwerp is een gelegenheidswetgeving van de slechtst denkbare soort.

ONTOELAATBAAR

Maar, zal men opmerlcen, het is toch onbillijk of zelfs ontoelaatbaar dat met overheidssteun gebouwde woningen, be- stemd voor E:en categorie huurders, die uit sociaal oogpunt op deze steun aan- spraak kunnen maken worden bewoond door lieden, die in geen enkel opzicht deze steun (meer) behoeven. Dit is nu eenmaal de "Fluch der bösen Tat", ge- volg van de huurbeschermings- en huur- politiek, die allang elk verband met de economische realiteit heeft verloren. En van het streven naar socialisatie van het huizenbezit. Van de halsstarrige wei- gering om - ter bevordering van eigen woningbezit - zulke huizen te verlwpen aan de huurders, waardoor juist die ca- tegorie van in betere doen gekomen be- woners zich de eigendom van hun huis zouden kunnen verwerven. De irreële huurpolitiek weerhoudt hen thans daar- van. Ergo: "Tu I' as voulu, George Dan-

din''.

De overheid moet zelf de consequen- ties van haar averechtse politiek dragen, of deze politiek radicaal veranderen. Die gevolgen in financieel opzicht afwente- len op een manier zoals dit ontwerp het tracht te doen is minstens even ontoe- laatbaar als de subsidiëring van huur- ders, die deze subsidie niet behoeven.

OPENBARE DIENSTEN

Maar is dit niet steeds het geval met een subsidiëring van openbare diensten?

Zelfs minister Vondeling heeft blijkens een passage op blz. 18 van de miljoe- nennota gevoeld dat naarmate de over- he1d meer collectieve goederen of- diensten beschikbaar stelt, voor de staatsfinanciën de noodzaak dringt hiervoor een reële prijs te berekenen.

Doet men dit niet dan worden de sub- sidies, . die thans al steeds groter deel van de rijksuitgaven vormen, een steeds zwaarder en onbepawlder last. Of wil men dan ook voor het met zware te- korten werkende openbaar vervoer ge- differentieeerde tarieven invoeren, die . berekend zijn naar de draagkracht van de gebruikers? In de gedachtengang van de heren Bogaers en Hoefnagels zou dit consequent zijn.

Misschien is dit een consequentie tot het_ absurde, maar in ieder geval illus- treert het de absurditeit van de hui- dige woningbouw- en huurpolitiek. Wie weet hoever die consequenties nog ge- trokken zullen worden wanneer men de lijn der irrealiteit wil blijven volgen?

J. VAN GALEN

gesticht in januari 1965, omvat de volgende onder- nemingen:

N.V.

EERSTE NEDERLANDSIE AUTO- RIJWIEI.FABRI§:K N.V.:

Solex bromfietsen - elektrische huishoudelijke toestellen - elektrisch handgereedschap - ventilatoren

INDOLA N.V.:

kosmetica - interieut-verzorging N.V. INDUSTRIËLE ONDER- NEMING W. H. BRASKAMP:

ventilatoren - kappersappa- ratuur - elektrische huishoude- lijke toestellen

CHEMISCHE FABRIEK INDOLA COSMETICS N.V.:

chemische produl<ten VOKAP N.V.:

interieurverzorging

N.V. ELEKTROTECHNISCHE MECHANISCHE INDUSTRIE (EMI}: elektromotoren - ventila- toren - professionele motoren N.V. PHARMACEUT. CHEMISCHE FABRIEK v/h E. M. BRASKAMP:

farmaceutische artikelen INTERHEEM N.V.:

exportmaatschappij N.V. GEBR. VAN NIFTRIK:

kunststoffen Fabrieken in:

Den Haag, Rijswijk, Voorburg, Utrecht, Putte (N.Br.).

I

(4)

i

, I

I, I I

'I''

'I

11 I

I i

op· twee à drie inwoners. Er is geen en- kele g·eldige reden om te. veronderst'el- len dat zo'n situatie in Europa niet zal komen. Mijn prognose van een jaar geleden luidt dan ook : acht miljoen auto's in 1990, een dichtheid van één auto op elke één à twee inwoners.

· Metn vergisse zich niet in deze cijfers.

De werkelijkheid lacht om theoretici en planologen. Deze groei staat volkomen vast en wie daar niet zijn planning op richt, kent zijn vak niet en leidt ons naar een chaos. Het heeft geen zin om wat het wegenplan betreft te mikken op een toestand van TOnd de jaren zeven- tig. Waarom zeggen verkeers-"autori- teiten" dat zij de ontwikkeling "op de voot voilgen"? Waarom Iaat men het wegverkeer enorme sommen betalen, die n i e t besteed worden aan de ontwiklHi- ling van onze wegen en steden? De groei en het verzadigingspunt staan ab·

soluut vast en alleen met dàt voor ogen moet gepland en gebouwd worden.

In elke behoorlijke maatschappij dient men zich te houden aan het motto : re- geren is vooruitzien. Welnu, dit "vooruit- zien" heeft bij de ontwikkeling van onze verkeerssituatie volkomen en hopeloos ontbroken. Er is een vloed van citaten aan te voeren van ministers, verkeers- deskun<ligen en andere "planners", die slechts wijzen op een angstige en afwe·

rende houding. Jarenlang immers sprak men in termen· als "de angstige groei van het verkeer", "de verkeersmoloch",

"het ongebreideld groeien van het wa- genpark" etc. Het spreekt vanzelf dat deze negatieve en conservatieve hou- ding, die zich manifesteerde in het be·

leid van divérse regeringen, ons voor een peilloze chaos heeft geplaatst, om- dat men totaal heeft nagelaten datgene te doen wat noodzakelijk was om de wegen te (Jmnnen) bouwen die het ver- keer niet alleen vandaag, maar vooral morgen en overmorgen nodig heeft.

Overal treffen wij de ontstellende ge- volgen van deze struisvogelpolitiek aan.

In wegenplannen waar men hoofdwegen met 2 x 2 in plaats van de minimaal noodzakelijke 2 x 3 stroken uitvoert. In uitbreidingspLannen . van stedén, waar men be>Iachelijk sm8Jlle straten bouwt .<IDnder rekening te houden met de min- stens twee auto's per gezin die er stral•s een plaats moeten hebben. Talrijke op- zetten en plannen zijn al verouderd voordat men een potlood op papier heeft gezet, eenvoudig omdat men verouderd dènkt. Het is absurd om te spreken over het beteugelen van de groei van het wagenpark. Niet alleen absurd: ook kortzichtig, noodlottig en dom. Kortzich- tig omdat wij precies weten waarheen wij gaan en · ·hoe · groot ons wágen- park zal zijn. Noodlottig omdat onze economie zonder een goed lopend privé- vervoer volko;men in het honderd loopt.

Dom o_mdat er al ontelbare malen op de nodige maatregelen gewezen is, wn- der dat .. de betrokl•en autoriteiten van hun struisvogelpolitiek waren· af te bren-

gen. · · · ·

Twe!J vaak gehoorde opmerkingen van tegen het verkeer en zijn groei gekante lieden zijn: "er is geen ruimte .voor"

en "'het kost te veel". Maar er is ruimte genoeg. Met de acht miljoen auto's van 1990 zullen wij in ons land slechts een d~rde deel van de dichtheid per vierkante kilometer hebben, die de staat Essex County bij New York in 1956 had. En wat de kosten betreft is er de belang- wekkende wedervraag: "als wij het na- laten, hoeveel méér kost het dan onze economie?"

Het hievbij afgedlrukte staatje *) leert ons de verhouding tussen wat er uit het wegverkeer geperst werd en wordt en de Ulitgaven voor onze wegen en verkeersvoorzieningen. ID. 1947 betaalden wij y,8 cent belasting per liter benzine.

Nu IS het 30 cent en het wordt 34 cent.

De we·eldelbela.sting op auto's (een dood-

A. Inkomsten (in miljoenen guldens) 1963 1964 1965

· Motorrijtuigenbelasting . . . .. . .. . .. . . .. . . 213 250 280

B.

Benzineaccijns . . . .. . . .. . .. 510 680 800 Bijzondere invoerrechten (oliën) . .. . . • .. . .. . 8 9 10 Weeldebelasting . . . .. . . . .. . . ... .. .. . . .. . .. 213 276 305

Uitgaven ...

Overschot in s' rijks kas ···

(of: teveel betaald door het wegverkeer)

NIEUW

GROOT

944 1215 1395 346 395 469 598 820 926

1966 330 900 12 360 1602

550 1052

1967

2050 665 1385

verdedigen en aanpakken.

Nederland heeft voldoende materieel, voldoende knappe wegenbouwers en technici om het te stellen doel te lmn- nen· verwezenlijken. Waar het op aan kómt, wat nu nodig is. is visie, durf en aanpak. De nieuwe regering moet de . oude struisvogelpolitiek verlaten. Voor .het te laat is. Daarin ;~al onze partij

voorop n1oeten gaan.

(Van redactiewege bekort)

. J, B. TH. HUGENHOLTZ. Bentveld

DOE-HET -ZELF

WINTERBOEK

Het nieuwe Grote-Doe-Het-Zelf-Winterboek met 41 hoofdstukken die honderden adviezen bevatten voor de doe-het-zelver.

Het nieuwe Doe-Het-Zelf-Winterboek beschrijft héél gedetailleerd - en aan de hand van duide- lijke illustraties - hoe U Uw gereedschap moet verzorgen en wat U met de vele nieuwe materialen die op het ogenblik aan de markt zijn, kunt doen. Het boek is in de eerste plaats geschreven voor de man en de vrouw die zich soms wat onwennig afvragen: "Kan ik dat nu echt wel zelf?"

Het antwoord is: "N!ituurlijk kunt U het zelf; U kunt namelijk veel meer dan U - nu nog - zelf weet!"·

Daarom mag het grote .Doe-Het-Zelf-Winterboek in geen enkel gezin ontbreken. Tussen haakjes: ook de gèroutineerde d6e-het-zelver zal veel nieuws in dit grote en praktische Winterboek ·vinden.

,---, Een greep uit de inhoud:

I De werkplaats thuis (keuze van gereed- I

I schap). Handige hulpmiddelen zoals: con- I

1 neetors voor houtverbindingen, karweiset, 1

1 nylon keilpluggen, rolbandmaten, elektri- I

I sche gazonmaaier, enz. Wat zijn "complete"

machines? (een artikel over elektrisch ge- 1

1 reedschap). Uitgebreide informatie over

I .,Houtbewerkingsmachines". Plakplastic ver- I I werken. Spaanplaten. Hang-, sluit- en I 1 ander ijzerwerk. Vloeimiddelen bij solderen. 1 1 Kruipolie en roest. Zelfbouwkeukens. Poly- I

l_este~:· _ _ - - - _ _ _ _ _ _ _ j

KOOP DAT BOEK

bij Uw boek- of tijdschriftenhandelaar, Uw Doe- Het-ZelfwinkeL U kunt het ook bestellen door storting van

2.50

op girorekening nr. 4530 van Doe-Het-Zelf, Rotterdam. Vermeld U dan s.v.p. op het bij- strookje DHZ-Winterboek.

WAT U ZELF DOET IS HET EERSTE VERDIEND

(5)

A frika's toenemende b langstelling voor de EEG

ONTWIKKELINGSHULP MET EEN

POSITIEVE INSLAG

HET is ongetwijfeld een merkwaardi- ge samenloop. van omstandigheden dat, terwijl de Europese Economische Gemeenschàp in zich zelf op vele pm,.- ten hop-eloos is· verdeeld, de belangstei- iing van buitenàf voor de EEG steeds toeneemt. Dit is' niet alleen het geval wat . Engeland en de zgn. EVA-landen betreft, ook buiten Európa gaat men zich meer -en meer intèresseren voor de economische ontwikkeling van het oude Europa, die m:en . binnen EEG- trerband .. vorm en. ·gestalte tracht te geven.

Zo neemt met name in Afrika de be- langstelling voor een associatie met de Europese Gemeenschap zienderogen toe.

Het duidelijkste bewijs hiervan is het associatieverdrag dat de Gem~enschap dit jaar met Nigeria heeft gesloten.

In den beginne beperkten de associa- tie-overeenkomsten van de Europesi!

Economische p-emeenschap met over- zeese landen zich hoofdzakelijk tot de Franstalige staten, die van oudsher eèn speciale binding hadden met . de EEG- landen zeiL

Nigeria behoort evenwel, evenals Ke- nia, Tanzania en Oeganda tot het Brit- se Gemenebest. Hierdoor kwamen de onderhandelende partijen wel voor bij- zondere moeilijkheden te staan. Im- mers, de nauwere betrekkingen tussen Nigeria en de Gemeenschap moesten niet alleen verenigbaar zijn met de eco-

nomische positie van Nigeria in de EEG, maar eveneens met de economische ban- den tussen de Gemeenschap en de zeventien Afrikaanse staten en MadagaR- car, die reeds met de EEG waren ge- associeeld. Dat deze problemen konden worden opgelost is wel een duidelijk bewijs hoeveel waarde alle betrokkenen aan een dergelij-ke associatie toekennen.

Een soortgelijke ontwikkeling was reeds eerder in 1963 gebleken toen een asso- ciatie-overeenkomst tussen de EEG en achttien soevereine Afrikaanse staten werd gesloten.

Daarmee werd in zekere zin voortge- bouwd op een eerste associatie-akkoord, dat in 1958 tot stand was gekomen en eind 1962 afliep. Bij de totstandkoming van dit eerste akkoord verkeerden de betrokken Afrikaanse landen nog in een status van koloniale afhankelijkheid.

Hun "moederlanden" waren echter wel lid van de EEG. Tijdens de periode van het eerste akkoord verwierven al deze landen inmiddels hun onafhanl,e- lijkheid, waarbij echter werd gestipu- leerd, dat zij als volstrekt onafhanke- lijke landen nauwe betrekkingen met de Europese Gemeenschap wensten te . onderhouden.

De associatie van de Gemeenschap met landen overzee vloeit rechtstreeks voort uit het EEG-verdrag. Vernieu- wing en uitbreiding van de associaties waren als het ware een vanzelfspreW:~n­

de · zaak. Het akkoord werd gesloten met Senegal, Mauretanië, Mali, Opper- Volta, Ivoorkust, Togo, Dahomey, Ni- ger, Tsjaad, Kameroen, Centraal-Afrika, (Leopoldstad), Roeanda, .Boeroendi. So- malia en Madagascar. .

De samenwerking· wordt gekenmerkt door twee doelstellingen te weten: ener- zijds het organiseren van een grote eco- nomische ruimte waarbinnen de grootst mogelijke vrijheid heerst (voorzover dat althans in overeenstemming te brengen is met het .verschil in ontwikkeling tussen Europa en Afrika) en anderzijds het bevorderen van de ontwikkeling van de Afrikaanse Janden en Madagas- car met alle middelen, in de eerste plaats door het stichten en gemeen- schappelijk financieren van een Euro- pees Ontwikkelingsfonds.

Op het gebied van de handel voor- ziet de associatie in het creëren van een vrijhandelszone. die is aangepast aan de noden van de industrieel on- voldoende ontwik!{elcle staten. Produlden uit de geassocieerde la:;den hebben vrije

toegang tot de markt van de Gemeen- oohap. Dit betekent, dat douanerechten en kwantitatieve .beperkingen worden afgeschaft. Daartegenover openen de ge- associeet·de staten hun markten voor de produkten van de Zes der EEG. De ge- associeerde staten kunnen evènwel maat- regelen_ neme_n ter bescherming van bun eoonomie, in het bijzoilder wat hun jonge industrie betreft ..

HULPVERLENING

Wijs geworden door de ervaringen met het Europese Ontwikkelingsfonds in· de eerste vijfjarige periode, hebben de ver- dragsluitende partijen bepaald, dat de hulpverlening op meer efficiënte wijze zou woo:den aangepakt. Het aantal vor- men van hulp is uitgebreid. Naast ver- betering van de infrastructuur is aan technische bijstand een belangrijke plaats ingeruimd en bovendien is het bedrag, dat de EEG-landen in het Ont- wikkelingsfonds storten aanzienlijk ver- hoogd.

Tussen 1963 en 1968 storten de Zes in totaal 730 miljoen dollar in het Ont- wikkelingsfonds. Het aandeel van Ne- derland bedraagt 60 miljoen dollar. Het gaat hier uitsluitend om hulp van de overheid. Bij het bedrag van 730 miljoen dollar lwmt nog 70 miljoen- dollar, die de Europese Investeringsbank in de vorm van gewone leningen aan de ge- associeerde staten ter beschikking stelt.

Van de in totaal 800 miljoen dollar is 70 miljoen bestemd voor landen en ge- bieden overzee, waa1·mee de staten van de Gemee_nschap nauwe betrelddngen onderhoudën. Hieronder vallen bijvoor- beeld Suriname, de Nederlandse Antil- len, Frans Polynesië, enz. Het eerste Europese Ontwikkelingsfonds beschikte in de jaren 1958 tot 1963 over een

totaalbedrag van 581 miljoen dollar. Dat was dus aanzienlijk minder.

Op het ogenblik heeft reeds een be- drag van 325 miljoen dollar uit het tweede Europese Ontwikkelingsfonds een bestemming gekregen. Het is ver- deeld over 157 projecten.

Een van deze projecten, waartoè in juli van dit jaar werd besloten, is het toekennen van 1630 studiebeurzen in sectoren, die voor de geassocieerde landen van bijzonder belang zijn. Een ander project van recente datum biedt twintig ambtenaren uit geassocieerde staten de gelegenheid gedurende gemid- deld vijf maanden stage te lopen bij de diensten van de EEG-commissie in Brussel.

BEVORDERING

Het zwaartepunt van de activiteiten van het Europese Ontwikkelingsfonds

Scheepswerf & Machinefabriek

v.h. H .. J. l(OOPMAN N. V.

DORDRECHT - TEL. 01850- 35041 en 35042

SCHEEPSBOUW · MACHINEFABRIEK . KETELMAKERIJ

NIEUWBOUW EN REPARATIE-INRICHIING INBOUW EN REVISIE VAN MOTOREN

Abraham van Stolk & Zoonen Koninkliike Houthandel N.V.

ROTTERDAM • POSTBUS 1100 TELEFOON 010- 35400

•S-HERTOGENBOSCH • Engelseweg 5 TELEFOON 04100 • 32055

HELLEVOETSLUIS • lndustrieterrrein Molshoek TELEFOON 01883 • 2677.

... O,.l.•v•,.ANCI~,.5

>IAW ~ N 0 ~ M . . . . , . . .

€€n OUÖ€ na~m VOOQ (j0€b€ WIJO

·<P F. 0 N N E S & Z 0 0 N

WIJNHANDEl- ANNO 1876-GRONINGEN

ligt echter op de verbetering .van de economische en sociale infrastructuur van de geassocieerde landen, namelijk: - het bouwen van wegen, het oprichten van energiebedrijven, scholen, zieken- huizen enz.

De algemene regel is, dat de steun logisch wordt ingepast in de ontwikke- lingsplannen van de betrokken landen zelf. De plannen worden door de ge- associeerde staten zelf opgesteld en zij vragen financieringshulp en desgewenst ook technische bijstand aan de Gemeen- schap.

Meer dan een kwart van de beschik- bare gelden wordt gereserveerd- voor het brengen van een grotere verscheidenheid in het dikwijls kleine en eenzijdige produktiepatroon van de geassocieerde landen. Het doel daa1·van is enerzijds de verbetering van hun concurrentiepositie op de wereldmarkt en anderzijds de bevordering van een bete!' ever.wicht in hun economische structuur.

De betekenis van het Europese Ont- wikkelingsfonds blijkt het duidelijkst uit een globale opsomming van enkele re- sultaten.

Infrastructuur:

2900 kn1. asfaltwegen, 3700 km andere wegen en 362 brug·gen, havenwerken in 16 steden, 441 km spoorlijn, 33 stalen

bruggen.

Modernisering platteland:

bevloeiingswerken, bouw van boerenwo- ningen en bedrijfsruimten, 2955 wafer- putten en bronnen, 129 boringen, 104 stuwdammen.

Onderwijs:

2720 lagere-schoolklassen, 73 scholen voor aanvullend onderwijs, waarvan 34 met internaten, 17 middelbare scholen voor 7900 leerlingen, van wie 2900 in- tern, 6 kweekscholen voor 1530 leerlin-- gen, van wie 1320 intern, 2240 wonin- gen voor leerkrachten.

Volksgezondheid:

25 ziekenhuizen, 43 barakken, 47 Ju•aam- inrichtingen en centra voor babyverzor~

ging, 32 operatiekamers, 157 iil.obiele verpleeginrichtingen, 10 poliklinieken, 6 verpleegstersscholen, 4 medische . instic tuten en onderzoekcentra, een ·groot aantal apotheken, 27 auto's voor rönt- genonderzoek en 203 dienstwoningen.

Uit deze opsomming spreekt bepaald wel een positief geluid, waaruit duide- lijk blij!{t, dat de ontwikkelingshulp, vaak niet ten onrechte ge!ITitiseerd wat haar vormgeving en efficiency betreft, niet altijd een bodemloze put behoeft te zijn, waarin de gestorte gelden ver- dwijnen.

Al deze feiten kunnen een hart onder de riem bete-kenen van de velen, die niet aflaten de EEG-gedachte te propa- geren ; een gedachte die ten slotte eens zal worden verwezenlijkt, alle hindernis- sen van dit ogenblik ten spijt.

G. S.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

     Is mede ondertekend door zijn echtgenote en zoon. Kerssies heet Erik van zijn voornaam en niet Johan..  4) Piet Smits is van de HBD en niet van de

Hij is boven ons en zegent ons steeds weer, en zegent ons steeds weer.. Zo zegent Hij ons nu en morgen en tot

Stel dat kopers meer (of minder) voor paarden over hebben naarmate ze rijker zijn (ook wel: inkomenseffecten). Dan kunnen de vraag- en aanbodcurve niet worden getekend zonder dat

onderwijsgebied. Zij was en is in dit opzicht schoolpartij, omdat zij was en is politieke partij in de ware betekenis van het woord, omdat haar uitgangspunten waren en zijn gelegen

(Ja, dit sou goed gewees het. Mar di Engelse is meeste handelaars. As hulle mar kan geld maak, dan traak dit hulle verder niks. Kijk, hoe het hulle later gemaak! Dis ni alleen dat

Deze ogenschijnlijke paradox wordt opgelost door het feit dat de herhalingsstelling niet voor ieder fysisch systeem geldt, maar alleen voor gesloten systemen die aan bepaalde

Dat betekent dat veel mensen in Nederland een ‘liberaal hart’ hebben, maar zich niet officieel aan de VVD verbinden.. De commissie ‘Toekomst van de VVD-structuur’ kijkt hoe