Analyse: van R naar R
nhoorcollege
Convergentie van reeksen
Gerrit Oomens
G.Oomens@uva.nl
Korteweg-de Vries Instituut voor Wiskunde Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica
Universiteit van Amsterdam
Analyse op de lijn: limieten van rijen
Gezien: een rij (sn) van re¨ele getallenconvergeertnaar s als
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat |sn− s| < als n > N.
In R convergeert een rij desda de rijCauchyis:
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat |sn− sm| < als n, m > N.
Een monotone rij heeft altijd een limiet (mogelijk ±∞). Een willekeurige rij hoeft niet te convergeren, maar voor elke rij bestaan
lim sup
n→∞
sn := lim
N→∞sup
n>N
sn en lim inf
n→∞ sn := lim
N→∞ inf
n>Nsn. We schrijven ook wel
n→∞lim sn := lim sup
n→∞
sn, lim
n→∞
sn := lim inf
n→∞ sn.
Reeksen
We bekijken nu de reeks
∞
X
n=1
an = a1+ a2+ a3+ · · · . Bijvoorbeeld
∞
X
n=1
1 2n = 1
2 +1 4+1
8 + · · · = 1?
Wat betekent dit? Defini¨eer een rij (sn) volgens sn = a1+ · · · + an =
n
X
k=1
ak,
de rij van parti¨ele sommen. Als limn→∞sn = S , schrijven we
∞
X
n=1
an = S , oftewel
∞
X
n=1
an = lim
n→∞sn = lim
n→∞
n
X
k=1
ak.
Voorbeeld: meetkundige reeks
Bekijk
∞
X
n=0
1
2n met sn =
n
X
k=0
1 2k. Herinner dat
n
X
k=0
rk = 1 − rn+1 1 − r . Met r = 1/2 vinden we
sn = 1 − 12n+1
1 −12 = 2 1 − 1 2
n+1!
zodat lim
n→∞sn = 2.
We zien dusP∞ n=0 1
2n = 2. Meer algemeen is
∞
X
n=0
rn = 1
1 − r als |r | < 1.
Reeksen en convergentie
Gegeven een reeks P∞
n=0an zijn er twee logische vragen:
1 Convergeert de reeks?
2 Zo ja, wat is de waarde van de reeks?
We zullen ons in eerste instantie bezighouden met de eerste vraag, die ook meestal makkelijker is. Zo zullen we zien dat
∞
X
n=1
1 n2 < ∞,
maar is het lastiger te bewijzen dat P∞ n=1 1
n2 = π62.
Merk op: voor convergentie maakt het beginstuk niet uit, en dus ook niet waar je begint: P∞
n=1an convergeert desda P∞
n=man dat doet. Men schrijft P an als de precieze ondergrens niet relevant is.
Cauchy criterium
Bekijk een reeksP an met parti¨ele sommen (sn). We hebben Xan convergeert ⇔ sn convergeert ⇔ sn is Cauchy.
Dit laatste geeft
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat |sn− sm| < als n, m > N, oftewel
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat
n
X
k=0
ak −
m
X
k=0
ak
< als n > m > N
en dus
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat
n
X
k=m+1
ak
< als n ≥ m > N.
Deze voorwaarde voor convergentie heet hetCauchy criterium.
Convergentie volgens Cauchy
Cauchy criterium (Stelling 14.4)
Een reeksP an convergeert desda hij voldoet aan het Cauchy criterium:
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat
n
X
k=m
ak
< als n ≥ m > N.
Als we hier m = n nemen zien we dat
∀ > 0 ∃N ∈ N zodat |an| < als n > N, dus an→ 0. Oftewel:
alseen reeks convergeert,dangeldt an → 0.
Dit geldt niet andersom: we zullen zien datP1
n niet convergeert.
Vergelijken
De makkelijkste manier om te zien of een reeks convergeert is om deze te vergelijken met een waarvan het gedrag bekend is:
Vergelijkingscriterium (14.6)
ZijP an,P bn reeksen, waarbij an ≥ 0 voor alle n.
1 AlsP an convergeert en |bn| ≤ an voor alle (voldoende grote) n, dan convergeert P bn ook.
Bewijs van 1: Aan te tonen is dat
n
X
k=m
bk
≤
n
X
k=m
|bk| ≤
n
X
k=m
ak
klein is. Dit volgt direct uit het feit datP ak convergeert.
Voorbeeld: P 1
n2+n convergeert. Er geldt immers n21+n ≤ n12 en de reeksP 1
n2 convergeert.
Vergelijken
Vergelijkingscriterium (14.6, comparison test) Zij P an,P bn reeksen, waarbij an ≥ 0 voor alle n.
1 AlsP an convergeert en |bn| ≤ an voor alle (voldoende grote) n, dan convergeertP bn ook.
2 AlsP an = ∞ en bn≥ an voor alle (grote) n, danP bn = ∞.
Bewijs van 2: we schrijven
sn =
n
X
k=1
ak, tn =
n
X
k=1
bk.
Dan geldt per aanname tn ≥ sn, dus Xbn = lim
n→∞tn ≥ lim
n→∞sn =X
an = ∞.
Voorbeeld: P 1
n−1 = ∞ want n−11 ≥ 2n1 enP 1
2n = 12P1
n = ∞.
Criteria voor convergentie
Wortelcriterium (14.9, root test)
ZijP an een reeks en definieer α = lim sup |an|1/n.
1 Als α < 1, dan convergeert de reeks.
2 Als α > 1, dan divergeert de reeks.
Bewijs: merk op α = limN→∞supn>N|an|1/n.
1 Als α < 1, dan is er > 0 zodat |an|1/n< 1 − voor
voldoende grote n. Dus |an| < (1 − )n. De reeksP(1 − )n convergeert, dus met het vergelijkingscriterium ookP an.
2 Als α > 1, dan is |an|1/n > 1 voor oneindig veel n. Maar dan geldt ook |an| > 1, dus geldt niet an → 0.
Merk op: de test geeft geen informatie als α = 1, bijv. bij reeksen alsP1
n enP 1
n2.
Criteria voor convergentie
Wortelcriterium (14.9, root test)
Zij P an een reeks en definieer α = lim sup |an|1/n.
1 Als α < 1, dan convergeert de reeks.
2 Als α > 1, dan divergeert de reeks.
Stelling 12.2
Zij (an) een rij getallen ongelijk nul. Dan geldt lim inf
an+1 an
≤ lim inf |an|1/n ≤ lim sup |an|1/n≤ lim sup
an+1 an
.
Quoti¨entcriterium (14.8, ratio test) Zij P an een reeks. Er geldt:
1 Als lim sup an+1a
n
< 1, dan convergeertP an.
2 Als lim inf
an+1
an
> 1, dan divergeert P an.