• No results found

University of Groningen Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements Gil Ponce, Enrique

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "University of Groningen Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements Gil Ponce, Enrique"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

University of Groningen

Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart

rate variability and other non-invasive physiological measurements

Gil Ponce, Enrique

IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below.

Document Version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Publication date: 2017

Link to publication in University of Groningen/UMCG research database

Citation for published version (APA):

Gil Ponce, E. (2017). Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements. University of Groningen.

Copyright

Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons).

Take-down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum.

(2)

147

14

S

AMENVATTING

Het circadiane systeem beïnvloedt allerlei aspecten van onze fysiologie en ons gedrag, en daarmee speelt het een belangrijke rol voor ons welbevinden. De centrale biologische klok, gelegen in het centrum van onze hersenen, beïnvloedt diverse fysiologische processen waaronder hartslag, lichaamstemperatuur, energie metabolisme, hormoonproductie en slaap. Als onderdelen van het circadiane systeem onderling niet goed op elkaar zijn afgestemd kan dat leiden tot problemen, zowel op de korte als op de lange termijn. Een bekend voorbeeld is het effect van jetlag in reactie op het reizen over meerdere tijdzones.

De circadiane klok stelt zich af op de licht-donker afwisseling in onze omgeving. Dat proces heet entrainment. Blootstelling aan licht in de vroege ochtend verschuift de stand van de klok naar een vroeger tijdstip, en blootstelling aan licht in de late avond naar een later tijdstip. Door gebruik te maken van licht therapie kan de klok dus naar believen vooruit of achteruit geschoven worden. Dit kan van belang zijn, niet alleen bij de bestrijding van jetlag, maar ook bij sommige aandoeningen zoals vormen van slaapstoornissen. In die gevallen is het van belang om te meten wat de stand van de klok is alvorens een behandeling uit te voeren. De stand van de klok wordt wel circadiane fase genoemd.

De beste manier om circadiane fase te bepalen is aan de hand van metingen van de melatonine productie. Melatonine is een hormoon dat in de loop van de avond wordt aangemaakt door de pijnappelklier. Die aanmaak staat onder directe controle van de biologische klok en het tijdstip in de avond waarop een bepaald niveau van melatonineconcentratie wordt bereikt is daarom een goede maat voor de stand van de klok. De procedure is dat elk half uur of elk uur speeksel of bloed wordt verzameld om daarin in het laboratorium de concentratie van melatonine te bepalen. Daarbij is het van belang dat de persoon waarvan de melatonineproductie wordt gemeten voorafgaand en tijdens de metingen in het schemerdonker blijft omdat blootstelling aan licht de melatonineproductie remt. Het tijdstip waarop de criteriumwaarde van de melatonineconcentratie wordt bereikt heet ‘dim light melatonin onset’, afgekort tot DLMO. De procedure is ongemakkelijk voor de persoon in kwestie, niet goedkoop, en het duurt vaak weken voordat de melatonine bepalingen zijn uitgevoerd. Voor sommige toepassingen is dat veel te lang. Die aspecten zijn de aanleiding geweest om een andere, niet invasieve manier te ontwikkelen om de stand van de klok te bepalen, waarbij geen restricties worden opgelegd aan de persoon waarvan circadiane fase moet worden bepaald, en de resultaten snel beschikbaar kunnen zijn. Dit proefschrift beschrijft het werk en de resultaten van deze alternatieve benadering om de stand van de klok af te lezen.

Er zijn veel variabelen die gemeten kunnen worden om circadiane fase te bepalen. In dit onderzoek hebben we ons geconcentreerd op de variabiliteit van de

(3)

148

hartslagfrequentie (Heart Rate Variability – HRV). Het is bekend dat HRV door de biologische klok wordt beïnvloed. HRV laat een duidelijk 24-uurs patroon zien als dit gedurende het etmaal wordt gemeten. Behalve aan HRV hebben we in ons onderzoek ook aandacht besteed aan registraties van het niveau van lichamelijke activiteit en van de intensiteit van het licht waaraan de proefpersoon was blootgesteld. Activiteitsniveaus bevatten informatie over het slaappatroon van de proefpersoon. En omdat licht nu eenmaal van grote invloed is op het proces van entrainment, was het aannemelijk dat de blootstelling aan licht ook informatie zou kunnen bevatten over circadiane fase. Deze drie signalen hebben we gebruikt als invoergegevens voor een statistisch model dat op basis van die gegevens kan schatten wat de circadiane fase is. De modelstructuur was een zogenaamd autoregressive moving average model met externe inputs van lage orde. In essentie gebruikt het model een lopend gemiddelde over waarden verzameld in het verleden om de volgende metingen te voorspellen, waarbij gebruik wordt gemaakt van licht- en/of activiteitsgegevens, en waarbij lange termijn trends worden vastgesteld. Die lange termijn trends zijn gerelateerd aan de stand van de biologische klok en worden door het model vertaald in de beste schatting van DLMO. Deze aanpak hebben we toegepast op gegevens van een groep van gezonde proefpersonen en ook op een groep patiënten die lijden aan sleep-onset insomnia. Dat is een aandoening waarbij mensen grote moeite hebben om in slaap te vallen, maar daarna een redelijk normale slaap hebben. Gaande dit onderzoek hebben we HRV niet alleen gemeten met electroden die met een geleidingspasta op het lichaam werden geplakt, maar ook met een recent ontworpen sensor die als een polshorloge kan worden gedragen en die met behulp van licht aan de doorbloeding onder het horloge gegevens over het hartritme verzamelt. We hebben vastgesteld dat deze sensor ongeveer even nauwkeurig is bij de bepaling van DLMO als de traditionele manier van hartslagregistratie.

We hebben de HRV gegevens van de sleep-onset insomnia patiënten vergeleken met de gezonde vrijwilligers om te zien of er verschillen zijn die invloed zouden kunnen hebben op de nauwkeurigheid van onze methode om DLMO te bepalen. Daarbij is ons gebleken dat de piek in HRV in de vroege ochtend, zoals die altijd bij gezonde mensen wordt gevonden, bij de patiënten verschoven is naar de avond, voorafgaand aan het begin van de slaap. Dit verschil is heel opvallend en zou informatie kunnen bevatten over de oorzaak van sleep-onset insomnia. In het proefschrift gaan we in op mogelijke mechanismen.

Dit proefschrift is gericht op het gebruik van statistisch getrainde modellen, gebaseerd op ambulante metingen van HRV, als een weinig belastende manier om circadiane fase te bepalen. We hebben vastgesteld dat het mogelijk is om dat te doen met gegevens die verzameld zijn over slechts 24 uur, waarbij DLMO vrijwel direct daarna bekend is. Daarbij hebben we gegevens gebruikt van hartslag, motorische activiteit en/of blootstelling aan licht. Onze ervaring leert dat deze modellen goed te gebruiken zijn, zeker voor gezonde personen met een leeftijd

(4)

149

tussen 20 en 65 jaar. De eerste resultaten van een vergelijkbare analyse van gegevens van sleep-onset insomnia patiënten zijn veelbelovend. We hebben laten zien dat optische meting van hartslagfrequentie bij de pols even bruikbaar is voor de schatting van DLMO als de traditionele meting van hartslagfrequentie. Bovendien hebben we een verschil in het tijdsverloop van HRV gevonden tussen sleep-onset insomnia patiënten en gezonde proefpersonen, dat misschien zou kunnen helpen om te begrijpen wat de oorzaak van deze aandoening is, hetgeen dan kan leiden tot betere diagnose en behandeling.

(5)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Heart rate variability analyses of 24-hour electrocardiograms from sleep onset insomnia patients show an altered SDNN profile, with its maximum occurring shortly before

This study, however, serves as an initial investigation to pilot the assessment of circadian phase estimation models based on RR intervals, activity levels, and

Models have been presented based on heart rate and heart rate variability features which provide accurate circadian phase estimates in both healthy and sleep onset

Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements.. Gil

The solid line labeled “Mean Diff” shows the mean difference between the predicted DLMO and the measured DLMO (bias), the dashed lines labeled “Mean Diff ± SD” show the

Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements.. University

Ambulatory assessment of human circadian phase and related sleep disorders from heart rate variability and other non-invasive physiological measurements.. Gil

Estas limitaciones han sido la motivación para el trabajo en esta tesis de desarrollar un método para estimar con exactitud la fase circadiana que sea no-invasivo, se puede