• No results found

TOCHTBOEKJE PASEN. van: palmzondag

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "TOCHTBOEKJE PASEN. van: palmzondag"

Copied!
24
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Destination Pasen Destination Pasen

challenge challenge

TOCHTBOEKJE

PASEN

palmzond ag

van:

(2)

Woord van de b I sschop

“Ik herinner je aan de blijde boodschap die ons op de morgen van de verrijzenis is gegeven: dat er in alle duistere en droevige situaties, een uitweg is.” Dat schrijft paus Franciscus in zijn brief aan de jongeren en aan de hele Kerk (Christus vivit, 104).

Het is meteen de kern van ons geloof: zelfs in de donkerste nacht wordt het licht van God niet gedoofd. Gods liefde is sterker dan de dood en ze voert ook ons doorheen de meest droeve en donkere situatie waarin we kunnen verzeild raken.

Dat vieren we op Pasen en dat is de gelukkige bestemming voor ons allen.

Destination Pasen wil ons de ogen openen voor deze bestemming. Ik ben erg blij, beste deelnemer, dat je ook meedoet met dit mooie project. Het voert ons dichter bij de bronnen van het geloof. Ik wens je veel inspiratie toe en nu reeds: een zalig Pasen.

+ Lode Aerts Bisschop van Brugge

(3)

palmzondag

Toen ze dicht bij Jeruzalem waren, bij Betfage en Betanie, tegen de Olijfberg aan, stuurde Hij twee van zijn leerlingen eropuit met de opdracht: ‘Ga naar het dorp daar vlak voor je. Meteen als je er binnenkomt, zul je een veulen vinden dat vastgebonden staat en waarop nog geen mens gezeten heeft.

Maak het los en neem het mee. Als iemand tegen jullie zegt:

“Wat doen jullie daar?” zeg dan: “De Heer heeft het nodig; Hij stuurt het meteen weer terug.” Ze gingen weg en vonden een veulen, vastgebonden bij een deur, buiten aan de straat, en ze maakten het los. Sommige omstanders zeiden tegen hen:

‘Wat doen jullie daar, waarom maken jullie dat veulen los?’ Ze antwoordden hun zoals Jezus gezegd had. En ze lieten hen hun gang gaan. Ze namen het veulen mee naar Jezus, wierpen er hun kleren overheen, en Hij ging erop zitten. Velen spreidden hun kleren uit op de weg, anderen deden hetzelfde met twijgen die ze op het veld gesneden hadden. Zowel de mensen die voorop gingen als die volgden, schreeuwden: ‘Hosanna, Gezegend is Hij die komt in de naam van de Heer. Gezegend het koninkrijk dat komen gaat, van onze vader David. Hosanna in de hoogste hemel!’ Hij trok Jeruzalem binnen en ging naar de tempel. Toen Hij alles in ogenschouw genomen had, ging Hij, omdat het al laat was, samen met de twaalf naar Betanie.

Mc. 11,1-11

(4)

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

vul de tekstballonnen aan.

(5)

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Schrijf hier één woord dat jij vandaag achter het kruisbeeld zou willen steken.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Met wie voel je je het meest verwant?

(6)

Eigen notities

Woorden als aanzet om na de ontmoeting nog wat persoonlijk te bidden:

God, Vader van alle mensen, zegen ons allen, wie en waar we ook zijn.

Laat het kruis en de palmtakken ons oproepen om Jezus’ levensweg te gaan:

een weg van vrede en verzoening, een weg van eenvoud en dienstbaarheid,

een weg van liefde en gerechtigheid.

We bidden U dat wij met elkaar

de goede momenten zoveel mogelijk vasthouden en elkaar in moeilijke tijden nooit laten vallen.

Amen.

(7)

W I tte donderdag

Het was kort voor het pesachfeest. Jezus wist dat zijn tijd gekomen was en dat hij uit de wereld terug zou keren naar de Vader. Hij had de mensen die hem in de wereld toebehoorden lief, en zijn liefde voor hen zou tot het uiterste gaan. Jezus en zijn leerlingen hielden een maaltijd. De duivel had intussen Judas, de zoon van Simon Iskariot, ertoe aangezet Jezus te verraden. Jezus, die wist dat de Vader hem alle macht had gegeven, dat hij van God was gekomen en weer naar God terug zou gaan, stond tijdens de maaltijd op. Hij legde zijn bovenkleed af, sloeg een linnen doek om en goot water in een waskom. Hij begon de voeten van zijn leerlingen te wassen en droogde ze af met de doek die hij omgeslagen had. Toen hij bij Simon Petrus kwam, zei deze: ‘Ú wilt toch niet mijn voeten wassen, Heer?’ Jezus antwoordde: ‘Wat ik doe, begrijp je nu nog niet, maar later zul je het wel begrijpen.’ ‘O nee,’

zei Petrus, ‘míjn voeten zult u niet wassen, nooit!’ Maar toen Jezus zei: ‘Als ik ze niet mag wassen, kun je niet bij mij horen,’

antwoordde hij: ‘Heer, dan niet alleen mijn voeten, maar ook mijn handen en mijn hoofd!’ Hierop zei Jezus: ‘Wie gebaad heeft hoeft alleen nog zijn voeten te wassen, hij is al helemaal rein. Jullie zijn dus rein – maar niet allemaal.’ Hij wist namelijk wie hem zou verraden, daarom zei hij dat ze niet allemaal rein waren. Toen hij hun voeten gewassen had, deed hij zijn bovenkleed aan en ging weer naar zijn plaats. ‘Begrijpen jullie wat ik gedaan heb?’ vroeg hij. ‘Jullie zeggen altijd “meester” en

“Heer” tegen mij, en terecht, want dat ben ik ook. Als ik, jullie Heer en jullie meester, je voeten gewassen heb, moet je ook elkaars voeten wassen. Ik heb een voorbeeld gegeven; wat ik voor jullie heb gedaan, moeten jullie ook doen. Waarachtig, ik verzeker jullie: een slaaf is niet meer dan zijn meester, en een afgezant niet meer dan wie hem zendt. Je zult gelukkig zijn als

(8)

je dit niet alleen begrijpt, maar er ook naar handelt. Ik doel niet op jullie allemaal: ik weet wie ik heb uitgekozen. Wat in de Schrift staat zal in vervulling gaan: “Hij die at van mijn brood heeft zich tegen mij gekeerd.” Ik zeg het jullie nu al, voor het gaat gebeuren; wanneer het dan gebeurt, zullen jullie geloven dat ik het ben. Ik verzeker jullie: wie iemand ontvangt die door mij gezonden is ontvangt mij, en wie mij ontvangt, ontvangt hem die mij gezonden heeft.’

Joh. 13,1-20 Paus franciscus wast de voeten van gevangenen.

©Vatican News

“Als ik ze niet mag wassen, kun je niet bij mij horen.”

(Joh. 13,8)

(9)

Hier kan je ook zelf een emoticon

tekenen.

Kies één zin

ᴏ Je moet van twee kanten komen om elkaar te ontmoeten.

ᴏ Je moet eigenlijk toevallig onderweg zijn, zonder doel voor ogen.

ᴏ …en je moet laten gebeuren waarvoor je bang bent.

ᴏ Je moet jezelf in die ander durven zien, zonder in die ander te verdwijnen.

ᴏ Het kan jou bedreigen, het kan jou behoeden.

Wat zegt die zin jou?

“Begrijpen jull ie wat ik gedaan heb?”

(Joh. 13,12)

Kies jouw emoticon

(10)

Eigen notities

Woorden als aanzet om na de ontmoeting nog wat persoonlijk te bidden:

uw Zoon Jezus God,

zette de bestaande verhoudingen op hun kop:

wie de voornaamste is moet er niet op staan om gediend te worden, maar moet zelf dienstbaar zijn

aan de anderen.

Leer ons, naar Zijn voorbeeld, dienend in het leven te staan en elkaar in liefde nabij te zijn.

Amen.

(11)

goede vr I jdag

Pilatus zei tegen de Joden: ‘Hier is jullie koning.’ Maar zij schreeuwden: ‘Weg met hem! Weg met hem! Hij moet aan het kruis!’ Pilatus vroeg: ‘Moet ik jullie koning aan het kruis hangen?’ De priesters antwoordden: ‘De keizer is onze enige koning!’ Toen gaf Pilatus Jezus aan hen mee, om hem aan het kruis te hangen. Toen namen de soldaten Jezus mee. Hij droeg zelf het kruis. Zo kwam hij op de plaats die in het Hebreeuws Golgota genoemd werd. Dat betekent: schedelplaats. Op die plaats hingen de soldaten Jezus aan het kruis. Ze hingen ook twee andere mannen aan een kruis. Het kruis van Jezus stond in het midden, tussen de twee andere kruisen in. Pilatus had een bordje op het kruis laten maken. Daarop stond: ‘Jezus uit Nazaret, de koning van de Joden’.

Bij het kruis van Jezus stonden vier vrouwen. Het waren zijn moeder Maria en haar zus, en verder Maria, de vrouw van Klopas, en Maria uit Magdala. Jezus zag zijn moeder. En naast haar zag hij de leerling van wie hij veel hield. Toen zei Jezus tegen zijn moeder: ‘Hij is nu uw zoon.’ En tegen zijn leerling zei hij: ‘Zij is nu jouw moeder.’ Vanaf dat moment zorgde die leerling voor Maria. Jezus wist dat zijn werk nu helemaal klaar was. Er was nog één ding dat moest gebeuren. Want dat stond al in de heilige boeken. Daarom zei Jezus: ‘Ik heb dorst.’ Er stond daar een vat met zure wijn. Iemand vulde een spons met wijn. Hij maakte de spons vast aan een lange tak, en stak die omhoog naar Jezus’ mond. Jezus dronk van de wijn, en zei:

‘Mijn werk is klaar.’ Toen boog hij zijn hoofd en stierf.

Joh. 19,14b-19.25-30

(12)

Destination Pasen 12 Destination Pasen

challenge challenge Wat doen

jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

1

2 3

4

5

6

7

8

10 11

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

9

(13)

Welke statie spreekt jou het meeste aan? Zet een kruisje.

En waarom?

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

Wat doen jullie daar?

Ik heb kleren verspreid en twijgen van het

veld gesneden.

12

13

14

(14)

Eigen notities

Woorden als aanzet om na de ontmoeting nog wat persoonlijk te bidden:

Op deze dag overleed

in Zijn 33ste levensjaar: Jezus van Nazareth.

De zoon van Jozef en Maria.

Vereremerkt met de titels:

‘Emmanuel’, ‘Zoon van God’

en tal van andere.

Zo willen we

aan Hem blijven denken:

zacht was Hij

Zijn liefde mateloos.

Zijn vrienden:

de zwakken, uitgebuiten, vertrapten en dromers.

Ieder was voor Hem gelijk:

geen oude en geen derde

geen gele en geen blanke,…

Niets van dat alles.

Geen armen en geen rijken.

Iedereen gelijk: delen tot en met.

Zo deed Hij, zo leefde Hij:

‘geven om anderen gelukkig te maken.

Sterven om anderen leven te schenken.’

God,wij danken U

voor deze onvergetelijke mens.

(15)

st I lle zaterdag

Toen de sabbat voorbij was, kochten Maria uit Magdala en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome olie met een lekkere geur. Daarmee wilden ze het lichaam van Jezus gaan verzorgen. Op zondag gingen ze naar het graf. Het was heel vroeg in de ochtend, de zon kwam net op. Onderweg zeiden ze tegen elkaar: ‘Wie zal voor ons de steen wegrollen die voor de ingang van het graf ligt?’ Het was namelijk een erg grote steen. Maar toen ze bij het graf kwamen, zagen ze dat de steen al weggerold was. De vrouwen gingen het graf binnen. Daar zagen ze een jonge man zitten. Hij zat aan de rechterkant en hij droeg witte kleren. De vrouwen schrokken vreselijk. 6 Maar de jonge man zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazaret. Hij is gestorven aan het kruis. Maar hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft hij gelegen.’ De jonge man zei verder: ‘Jullie moeten naar Petrus en de andere leerlingen gaan. En jullie moeten tegen hen zeggen dat Jezus naar Galilea gaat. En dat ze hem daar zullen zien. Precies zoals Jezus ook al gezegd heeft.’

Mc. 16, 1-8

(16)

duid aan

Welk woord trekt je aandacht?

ᴏ olie/lekkere geur ᴏ steen

ᴏ witte kleren

Voor welk personage(s) kies je?

ᴏ Maria Magdalena en Maria van Jakobus en Salome ᴏ jonge man

ᴏ Petrus en de andere leerlingen Welke uitspraak valt jou op?

ᴏ ‘Jullie hoeven niet bang te zijn.’

ᴏ ‘Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazareth.’

ᴏ ‘Jezus is gestorven aan het kruis. Hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft Hij gelegen.’

Met welke actie/reactie uit het verhaal voel jij je verbonden?

ᴏ Het lichaam gaan verzorgen.

ᴏ Vreselijk schrikken.

ᴏ Jullie moeten hen zeggen.

(17)

Waar had jij de ervaring dat de steen al was weggerold?

Waarvoor kom jij in beweging en blijf jij in beweging?

Hoe denk jij dat dit verhaal verder gaat?

(18)

Eigen notities

Woorden als aanzet om na de ontmoeting nog wat persoonlijk te bidden:

Jezus’ dode lichaam wordt neergelegd in Maria’s schoot.

Is dit dan het einde?

Is Jezus daarvoor weldoende rondgegaan om uiteindelijk te verdwijnen in de dood?

Maria laat Jezus niet in de steek.

Ook niet in dit uur.

Haar hart wordt doorboord.

Maria, wees ook ons nabij, als het leven even tegenzit.

Wees als een moeder vol begrip, troost en tederheid.

Weesgegroet, Maria, vol van genade, de Heer is met U.

Gezegend zijt Gij boven alle vrouwen en gezegend is de vrucht van uw lichaam, Jezus.

Heilige Maria, moeder Gods, bid voor ons, arme zondaars, nu en in het uur van onze dood.

(19)

PASEN

Op de eerste dag van de week kwam Maria Magdalena vroeg in de morgen - het was nog donker - bij het graf en zag dat de steen van het graf was weggerold. Zij liep snel naar Simon Petrus en naar de andere, de door Jezus beminde leerling en zei tot hen: ‘Ze hebben de Heer uit het graf genomen en wij weten niet waar ze Hem hebben neergelegd.’ Daarop gingen Petrus en de andere leerling op weg naar het graf. Ze liepen samen vlug voort, maar die andere leerling snelde Petrus vooruit en kwam het eerst bij het graf aan. Vooroverbukkend zag hij de zwachtels liggen maar hij ging niet naar binnen.

Simon Petrus die hem volgde kwam ook bij het graf en trad wel binnen. Hij zag dat de zwachtels er lagen, maar dat de zweetdoek die zijn hoofd had bedekt niet bij de zwachtels lag, maar ergens afzonderlijk opgerold op een andere plaats.

Toen ging ook de andere leerling die het eerst bij het graf was aangekomen naar binnen; hij zag en geloofde want zij hadden nog niet begrepen hetgeen er geschreven stond, dat Hij namelijk uit de doden moest opstaan.

Joh. 20,1-9

(20)

© www.erfgoedinzicht.be

“Op de eerste dag” van Joost Gevaert te bezichtigen in de O.-L.-Vr. Onbevlekt Ontvangen Assebroek Brugge

‘Vroeg op de eerste dag van de week, toen het nog donker was,

kwam Maria uit Magdala bij het graf…’

(Joh. 20,1)

(21)

Teken jij verder?

(22)

Eigen notities

Woorden als aanzet om na de ontmoeting nog wat persoonlijk te bidden:

Een nieuwe dag

zonovergoten en alles is anders.

Opgestaan uit – voor mensen – het uitzichtloze.

Lof en dank verdient Gij, Heer!

Gij geeft toekomst

aan de weerloze, de gebrokene, de moedeloze, vreugde doorheen alle lijden.

Lof en dank verdient Gij, Heer!

Sterk ons geloof voed onze hoop voltooi onze liefde

over alle grenzen van ruimte en tijd in eeuwigheid!

(Wies Merckx)

(23)

Eigen notities

(24)

Destination Pasen Destination Pasen

slotmoment slotmoment

maandag 5 april 2021 om 11u.

via zoom

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als wij dus lezen: door dezen hebt gij vergeving van zonden, door dezen hebt gij kwijtschelding van alles, waarvan gij door de Wet van Nlozes niet kondt

Vandaag kijken we daar toch anders naar: het individuele krijgt al meer de nadruk – ‘Je loopt hier toch maar één keer rond.’ Wel blijft het een van onze diepste angsten

Peter liet zijn haar groeien, rookte, dronk, had een vriendin en wilde niet meer naar school.. Eerst zeiden mijn ouders dat hij zich niet zo

Een jong stel dat je al lang kent, dat op zomerse avonden soms binnenvalt om effe uit te blazen (uiteraard voor corona) en dat een volgende keer niet meer met

de werkzaamheidsgraad van laaggeschoolde vrouwen en mannen ligt in Vlaanderen nóg lager dan het reeds lage Europese gemiddelde; de Vlaamse midden- en hooggeschoolden daarentegen

“De verborgen dingen 4 zijn voor de HEERE, onze God; maar de geopenbaarde zijn voor ons en voor onze kinderen, tot in eeuwigheid, om al de woorden van deze wet te

In de Bijbel vinden we niet alleen de maatstaven voor een echte moraal, in plaats dat we het zouden moeten stellen met sociologische gemiddelden, maar we krijgen ook inzicht om

daar in de nacht vol duister, knielend op een steen, was Hij aan het bidden met zijn gevecht alleen.. Vredig groeien rozen, bloesem wonderschoon, maar bij de stenen trappen