• No results found

The Hittite Inherited Lexicon Kloekhorst, A.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "The Hittite Inherited Lexicon Kloekhorst, A."

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

The Hittite Inherited Lexicon

Kloekhorst, A.

Citation

Kloekhorst, A. (2007, May 31). The Hittite Inherited Lexicon. Retrieved from

https://hdl.handle.net/1887/11996

Version: Not Applicable (or Unknown)

License: Licence agreement concerning inclusion of doctoral thesis in the

Institutional Repository of the University of Leiden

Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/11996

Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).

(2)

1245

SAMENVATTING

Het Hittitisch was de taal van het Hittitische rijk dat van 1650 tot 1180 v.Chr.

grote delen van Turkije in zijn macht had. De taal werd in spijkerschrift geschreven op kleitabletten waarvan bij opgravingen ca. 30.000 grotere en kleinere fragmenten gevonden zijn. Het hoort tot de zogenaamde Anatolische taalgroep, waarvan o.a. ook de veel minder goed bekende talen Palaisch, Luwisch en Lycisch deel uit maken. De Anatolische groep is één van de twaalf takken van de grote Indo-Europese taalfamilie.

Sinds de ontcijfering van het Hittitisch in 1915 hebben vele geleerden zich bezig gehouden met de vraag hoe het Hittitisch en de andere Anatolische talen zich precies tot de overige Indo-Europese talen verhouden. Vanwege zijn hoge ouderdom (de oudste Hittitische teksten zijn eeuwen ouder dan de oudste teksten in andere Indo-Europese talen zoals het Sanskrit en Grieks) alsmede zijn afwijkende uiterlijk zijn vele geleerden het er over eens dat het Hittitisch belangrijke informatie bevat voor het reconstrueren van het Proto-Indo-Europees.

Desalniettemin zijn veel aspecten van de historische fonologie van het Hittitisch omstreden, wat mede veroorzaakt wordt door het feit dat Indoeuropeanisten niet altijd het gehele materiaal in acht nemen of niet even consequent met het materiaal omgaan.

Deze dissertatie biedt daarom een beschrijving van de geschiedenis van het Hittitisch op basis van een systematische etymologische behandeling van de gehele Hittitische erfwoordenschat met inachtneming van een zo precies mogelijke analyse van fonetische en morfologische veranderingen.

Het boek bestaat uit twee delen, namelijk 3DUW2QH7RZDUGVD+LWWLWH+LVWRULFDO

*UDPPDU en 3DUW 7ZR $Q (W\PRORJLFDO 'LFWLRQDU\ RI WKH +LWWLWH ,QKHULWHG

/H[LFRQ. Deze twee delen zijn zeer verweven in de zin dat de één niet zonder de ander had kunnen bestaan. Er zijn dan ook veel kruisverwijzingen tussen deze delen opgenomen.

3DUW 7ZR bevat etymologische behandelingen van de woorden van Indo- Europese herkomst, maar ook van woorden die er Indo-Europees uitzien maar waarvan geen cognaten bekend zijn alsmede van woorden waarvoor in de literatuur een Indo-Europese etymologie is voorgesteld die niet correct kan zijn.

Daarnaast worden alle nominale en verbale uitgangen etymologisch behandeld alsmede verscheidene nominale en verbale suffixen. Per lemma worden alle geattesteerde spellings- en morfologische varianten in chronologische volgorde geciteerd zodat de oudste situatie zo goed mogelijk beschreven kan worden. Aan de hand van verwanten uit de andere Anatolische en de overige Indo-Europese talen wordt de etymologie besproken met inachtneming van semantische, fonetische en morfologische argumenten.

De etymologische behandeling van de woorden in 3DUW7ZR vormen de basis voor de inhoud van 3DUW2QH, welke is onderverdeeld in twee hoofdstukken.

(3)

1246

&KDSWHU  +LVWRULFDO 3KRQRORJ\ richt zich met name op de volgende twee onderwerpen:

 +HW YDVWVWHOOHQ YDQ KHW +LWWLWLVFK IRQHHPV\VWHHP Omdat het spijkerschrift waarmee het Hittitisch geschreven werd eigenlijk ongeschikt was voor de fonetische opbouw van de taal, was het lang niet altijd duidelijk hoe de geschreven vormen fonetisch of fonologisch geïnterpreteerd moeten worden. Aan de hand van een uitgebreide beschrijving van orthografische bijzonderheden en het vergelijken van verschillende spellingsmogelijkheden van specifieke woorden wordt het Hittitische foneemsysteem vastgesteld.

 +HW EHVFKULMYHQ YDQ GH +LWWLWLVFKH NODQNZHWWHQ Aan de hand van vele voorbeelden uit het materiaal van 3DUW7ZR wordt van elk Proto-Indo-Europees foneem gedetailleerd beschreven hoe het zich fonologisch ontwikkeld heeft in de periode tussen het Proto-Indo-Europese en het Hittitische taalstadium.

&KDSWHU  $VSHFWV RI +LVWRULFDO 0RUSKRORJ\ beschrijft de morfologische ontwikkelingen die zich tijdens de voorgeschiedenis van het Hittitisch hebben voorgedaan in de nominal, pronominale en verbale klassen. Vooral de behandeling van de classificatie van het Hittitische werkwoord neemt hier een belangrijke plaats in omdat enkele nieuwe interpretaties van synchrone feiten een geheel nieuw licht werpen op de diachrone ontwikkeling van het Hittitisch werkwoordsysteem.

Eén van de belangrijkste conclusies van deze dissertatie is dat de Anatolische taalgroep als eerste van het Proto-Indo-Europees afgesplitst is en dat alle andere Indo-Europese takken een periode van gezamenlijke innovaties hebben ondergaan. Daarmee neemt het Anatolisch en vooral het Hittitisch een zeer belangrijke plaats in binnen de vergelijkende Indo-Europese taalwetenschap aangezien het potentieel taalkundige informatie bewaard heeft die in alle andere Indo-Europese talen verdwenen is. Hopelijk zal deze dissertatie een nuttig handvat blijken te zijn bij het in deze context beoordelen van het Hittitische taalmateriaal.

(4)

1247

CURRICULUM VITAE

Alwin Kloekhorst werd geboren op 4 maart 1978 te Smilde. Na in 1996 zijn gymnasiumdiploma aan de CSG Vincent van Gogh in Assen behaald te hebben, begon hij aan de Universiteit Leiden met de studie Talen en Culturen van India.

Na het voltooien van de propedeuse hiervan in 1997 (bekroond met de &DODQG

$DQPRHGLJLQJVSULMV) stapte hij over naar de bovenbouwstudie Vergelijkende Indo-Europese Taalwetenschap welke hij in 2001 (FXP ODXGH) afsloot. Tevens doorliep hij tijdens zijn studie onderdelen van het onderwijsprogramma Anatolische Talen en Culturen aan de Universiteit van Amsterdam. Na zijn afstuderen werd Alwin Kloekhorst toegelaten tot het eenjarig Advanced Masters’

Program van de Onderzoeksschool CNWS te Leiden, welke hij ZLWKGLVWLQFWLRQ voltooide. In 2002 werd hem bij hetzelfde instituut een aio-aanstelling van vier jaar toegekend (vanaf september 2005 overgenomen door het Leiden University Centre of Linguistics) ten behoeve van het onderzoek waarvan deze dissertatie het resultaat is.

Tijdens zijn studie en promotie maakte Alwin Kloekhorst meerdere buitenlandse studiereizen, onder andere naar de Freie Universität Berlin en het Oriental Institute van de University of Chicago. Sinds het begin van zijn aio- aanstelling verschenen van zijn hand ruim tien wetenschappelijke artikelen.

Tevens publiceerde hij in 2006 in het kader van het internationale %R÷D]N|\

7H[WHLQ8PVFKULIW project samen met dhr. D. Groddek het boek +HWKLWLVFKH7H[WH

LQ7UDQVNULSWLRQ.%R ('UHVGQHU%HLWUlJH]XU+HWKLWRORJLH 19).

Op dit moment doceert Alwin Kloekhorst Hittitisch en Historische Grammatica van het Grieks bij de opleiding Vergelijkende Indo-Europese Taalwetenschap aan de Universiteit Leiden en organiseert hij daarnaast de /HLGHQ6XPPHU6FKRROVDW

WKH)DFXOW\RI$UWV.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vanaf september van dat jaar werkte hij als aio aan het Leids Universitair Instituut voor Culturele Disciplines (Pallas) aan zijn dissertatieonderzoek en doceerde hij Engelse en

Als er in totaal 8 verschillende vlippo’s zijn, dan zou het natuurlijk leuk zijn als je die alle 8 hebt na het kopen van precies 8 zakken knabbelchips.. De kans dat zoiets gebeurt,

Iranian Italic Italo-Celtic Khotanese line ORFR FLWDWR left column Latin Latvian left edge Lithuanian locative Luwian Lycian Lydian masculine Middle Cornish Middle Dutch Middle

8 So, no matter how archaic some features of Hittite or the other Anatolian languages are and no matter how many of them have been preserved, the only evidence for

Even in writing Akkadian, of which we know that it had phonemic voicing, a distinction in voice is not expressed in spelling, which suggests that the Hittite scribes just were not

KDPVDL probably goes back to *Kq PVR,it is in my view more likely that this word originally was a root noun *Kq pPVV, *Kq HPVP, *Kq PV yV, which was later on thematicized: in

1993 (W\PRORJLVFKHV :|UWHUEXFK GHU JHUPDQLVFKHQ 3ULPlUDGMHNWLYH, Berlin – New York.. 1963 Some suggested Hittite Etymologies, 5HYXH KLWWLWH HW DVLDQLTXH 21, fasc. 1967

HTXXV algemeen als *K  pƒXR wordt gereconstrueerd, moet vanwege Hittitisch ANŠE.KUR.RA X, Spijkerschrift-Luwisch ANŠE.KUR.RA X, Hiëroglyphisch Luwisch iVX en Lycisch