• No results found

De markt voor economen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De markt voor economen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tilburg University

De markt voor economen

van Damme, E.E.C.

Published in:

Economisch Statistische Berichten

Publication date:

1995

Document Version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Link to publication in Tilburg University Research Portal

Citation for published version (APA):

van Damme, E. E. C. (1995). De markt voor economen. Economisch Statistische Berichten, 80(4014), 551-551.

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

(2)

De markt voor economen

Een man alleen kan misschien 20 spelden per dag maken. Als het werk verdeeld wordt over 10 perso-nen en ieder zich specialiseert, kunperso-nen ze samen 48.000 spelden per dag maken. Met dit voorbeeld illustreerde Adam Smith een van de belangrijkste economische principes: arbeidsdeling leidt tot groei. In de meer dan 200 jaar die verstreken zijn sinds de publikatie van The wealth of nations is arbeid niet alleen vergaand in stukjes gehakt, het is ook sterk van karakter veranderd. Veel arbeiders van nu zijn, in de woorden van Peter Drucker, kenniswerkers. Zij produceren geen fysieke goederen, maar 'intangibles' of 'software', zoals kennis, ideeen en inzichten.

Economen behoren tot deze categoric van kennis-werkers. Hoewel het vermoedelijk mogelijk is een soort lakmoesproef te ontwerpen waarmee beleids-economen van academische economisten onderschei-den kunnen woronderschei-den, is de arbeidsdeling op dit ge-bied toch nog niet ver doorgevoerd. Dit geldt vooral in Europa en dus ook in Nederland. Van economen wordt verwacht dat ze niet alleen de technieken en theorieen beheersen, maar ook dat ze op de hoogte zijn van de relevante feiten en institutionele details. Economen met aanzien hebben een stevige poot zo-wel in de wereld van het beleid als in de wereld van de wetenschap. Ze zijn actief in het politieke circuit, publiceren zowel in internationale vaktijdschriften als in ESB, zijn commissaris bij verschillende bedrijven en nemen actief deel aan het maatschappelijke debat via polemieken in de landelijke dagbladen.

Adam Smith geeft twee verklaringen voor deze geringe mate van specialisatie. De eerste is dat specia-lisatie een zekere mate van vrijhandel vereist. Op dit moment schijnt, zelfs binnen de Nederlandse markt. van zulke vrijhandel geen sprake te zijn. Drie markt-partijen kunnen worden onderscheiden: beleidsadvi-seurs, (zuivere) wetenschappers en een groep van in-termediairs met een been in de wetenschap en een in het beleid. Deze laatste groep is erin geslaagd de handelsstromen te monopoliseren. Van directe ruil tussen beleidsadviseurs en wetenschappers is geen sprake. Er is eerder sprake van oorlog. In de discus-sie over de grote infrastructurele projecten bij voor-beeld, beschuldigt het ene kamp het andere van on-gefundeerde analyses waarop de 'tegenpartij' rea-geert door de eerste een gebrek aan feitenkennis te verwijten. In plaats van een ruil van ideeen en feiten die beide partijen ten goede komt, is er slechts uitwis-seling van negatieve kritiek die beide zijden schaadt en waarvan de derde partij profiteert. Is er misschien geen sprake van een "double coincidence of wants"? Is er geen geschikt ruilmiddel? Of is er geen markt waarop de partijen elkaar kunnen ontmoeten?

Een tweede element in de verklaring is Adam Smith's stelling dat "The division of labor is limited by the extent of the market." In een kleine markt loont specialisatie niet en de Europese markt is tradi-tioneel gesegmenteerd in kleine nationale

deelmark-ten. Echter de Europese eenwor-ding en de elektronische snelweg hebben de grenzen van de relevan-te markt ver verschoven. Nationale problemen zijn nu in belangrijke mate Europese problemen, en via internet kunnen stukjes van de op-lossing die in verschillende landen gevonden zijn, efficient aan elkaar gekoppeld worden. Bijgevolg mag verdergaande specialisatie verwacht worden. De kloof tussen beleid en wetenschap zal groter worden. De lokale wetenschap zal irrelevanter worden voor het beleid. De vraag is nu of deze toenemende lokale irre-levantie gecompenseerd zal worden

door het positieve effect van de grotere markt. Zal de globale wetenschap relevanter worden?

In een interessant artikel komen de Zwitserse economen Frey en Eichenberger tot een negatieve conclusie. "The future of economics as a relevant social science seems rather gloomy" . Zij vergelijken Amerikaanse en Europese (universitaire) economen en vinden twee belangrijke verschillen. Amerikanen zijn meer gericht op het publiceren in wetenschappe-lijke tijdschriften terwijl Westeuropese economen an-dere aspecten van hun beroep, zoals het participeren in het nationale politieke debat belangrijker vinden. Ten tweede zouden Amerikanen zich meer richten op abstracte, theoretische en wetenschapsinterne problemen, terwijl Europeanen meer belang hechten aan praktische, relevante vragen en bijgevolg minder aan modetrends onderhevig zijn. De Zwitsers verkla-ren deze verschillen uit het feit dat de Amerikaanse markt groot en competitief is, terwijl de Europese gesegmenteerd en klein is, en monopoloide trekken heeft. Frey en Eichenberger doen de boude bewering dat, hoewel Amerikanen volgens wetenschappelijke criteria produktiever zijn, "in Europe economic know-ledge is transformed more effectively into policy".

Men kan twijfels plaatsen bij deze bewering. In een recent interview zegt ex-premier Lubbers: "Ik heb altijd het gevoel gehad dat dit land te veel econo-men heeft, zeker in de politick. Ik ken geen ander land waar zoveel minuten, uren gepraat wordt over economische modellen". Als Frey en Eichenberger gelijk zouden hebben, dan zou Nederland succes-voller en welvarender moeten zijn.

Ik ben ervan overtuigd dat Adam Smith niet pessi-mistisch zou zijn, en de toenemende integratie met in-stemming zou begroeten. Er is geen reden voor pessi-misme. De afgelopen 200 jaar hebben overtuigend laten zien dat een lamme en een blinde samen meer kunnen bereiken dan een slechtziende kreupele. 1. B. Frey en R. Eichenberger, American and European econo-mists. Journal of Economic Perspectives, 1993, biz. 185-183.

E.E.C. van Damme

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Edition 2011-3 We received solutions from Pieter de Groen (Brussel), Alex Heinis (Hoofddorp), Tejaswi Navilarekallu (Amsterdam), Hendrik Reuvers (Maastricht) and Albert

For each problem, the most elegant correct solution will be rewarded with a book token worth 20 euro.. At times there will be a Star Problem, to which the proposer does not know

For each problem, the most elegant correct solution will be rewarded with a book token worth 20 euro.. At times there will be a Star Problem, to which the proposer does not know

[r]

[r]

2008 RCT, 18 maanden 90 (180 ogen) Accommoderende vs refractieve multifocale vs monofocale IOL cataract VA nabij, leesvaardigheid, CS, glare, brilafhankelijkheid VA nabij

de pachtnormenbeschikking terugwerken- de kracht toe te kennen. Maar er is niet voorzien in de mogelijkheid van tussen- tijdse, dus directe herziening van de

De kwaliteit van de bebouwde omgeving blijkt voor de respondent erg belangrijk te zijn, aangezien de fysieke elementen in het algemeen door de respondent in Le Medi veel lager