• No results found

B Memo uitspraak Raad van State Slobeendweg 5

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "B Memo uitspraak Raad van State Slobeendweg 5"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

MEMO

ZAAKNUMMER : 2018043648

AAN : Commissie Ruimte

VAN : College van B&W, portefeuillehouder wethouder Th.M. Martens NAMENS DEZE : Team Advies & Ondersteuning, F.P.G. Ricken-Cleven

DATUM : 3 juli 2018

ONDERWERP : Uitspraak Afdeling bestuursrechtspraak Raad van State Slobeendweg 5

Achtergrond

Op 4 juni 2012 zijn een tweetal aanvragen ingediend voor de locatie Slobeendweg 5 in Heusden:

1. Een aanvraag omgevingsvergunning 1ste fase voor het onderdeel milieu  dit gaat over het oprichten en in werking hebben van een agrarisch bedrijf met melkrundvee.

 Het college heeft deze vergunning op 28 juni 2016 (verzonden op 29 juni 2016) verleend.

2. Een aanvraag omgevingsvergunning 2de fase voor de onderdelen bouw en RO (afwijken van de bestemming)  dit gaat over het bouwen van 4 rundveestallen met bijbehorende voorzieningen – namelijk 6 silo’s en een mestkelder – ten behoeve van de gewenste melkrundveehouderij.

 Het college heeft deze vergunning op 28 juni 2016 (verzonden op 29 juni 2016) geweigerd.

Op grond van artikel 2.5 lid 8 van de Wabo worden de verleende vergunningen 1ste fase en 2de fase na inwerkingtreding samen aangemerkt als een omgevingsvergunning.

Anders gezegd: het gevraagde plan kan pas worden uitgevoerd als er zowel voor de 1ste fase als voor de 2de fase vergunning is verleend (en deze in werking zijn getreden en onherroepelijk zijn).

Omdat de vergunning 2de fase voor de locatie Slobeendweg is geweigerd, kon de gevraagde activiteit dus niet worden uitgevoerd. Daar is immers geen (volledige) omgevingsvergunning voor.

Daarnaast is er een NB-wet vergunning nodig

De provincie (GS) heeft op 6 februari 2018 een vergunning verleend in het kader van de Natuurbeschermingswet. Tegen deze vergunning zijn 2 beroepen ingediend. De

hoorzitting voor deze beroepen is nog niet ingepland.

Voor deze procedure is de provincie het bevoegd gezag.

De Raad van State heeft het weigeringsbesluit van de 2de fase in stand gelaten Aanvrager heeft beroep bij de rechtbank en daarna hoger beroep bij de Afdeling

bestuursrechtspraak van de Raad van State ingediend tegen ons besluit om de gevraagde vergunning 2de fase te weigeren.

(2)

2/3 Tussen het moment van indiening van de aanvragen 1ste en 2de fase en de besluitvorming op deze aanvragen is zowel het bouwplan als de relevante regelgeving gewijzigd. Het gaat om de volgende regelgeving:

- op 31 augustus 2013 is het paraplubestemmingsplan “Asten Archeologie 2012” in werking getreden;

- op 21 september 2013 is het voorbereidingsbesluit van de provincie in werking getreden, op grond waarvan aanvragen ten behoeve van veehouderijen die zijn gericht op uitbreiding van bebouwing voor het houden van dieren, moesten worden aangehouden. Vervolgens is op 18 maart 2014 de Verordening ruimte 2014 in werking getreden.

De rechtsvraag is kort gezegd, of de aanvraag 2de fase terecht is getoetst aan deze nieuwe regelgeving.

De hoofdregel is dat aanvragen voor een (omgevings)vergunning ex nunc getoetst

worden. Dus: de wetgeving en het beleid zoals dat geldt ten tijde van het nemen van een besluit op de aanvraag.

Bij wijze van uitzondering mag een aanvraag om omgevingsvergunning ex tunc worden getoetst, dus aan de wetgeving en het beleid zoals dat geldt ten tijde van het indienen van de aanvraag, als:

1. het bouwplan in overeenstemming is met het ten tijde van de aanvraag geldende bestemmingsplan

en

2. er ten tijde van het indienen van de aanvraag geen voorbereidingsbesluit of een ontwerp voor een nieuw bestemmingsplan ter inzage was gelegd.

In het geval van de Slobeendweg hebben de rechtbank en de Raad van State vastgesteld dat het bouwplan op het moment dat het provinciale voorbereidingsbesluit in werking trad in strijd was met het op dat moment geldende bestemmingsplan. Dit betekent dat we de aanvraag 2de fase terecht ex nunc hebben getoetst.

Zowel de rechtbank als de Raad van State komen tot de conclusie dat het (hoger) beroep ongegrond is. Dit betekent dat wij de gevraagde vergunning 2de fase terecht en op goede gronden hebben geweigerd.

Door de uitspraak van de Raad van State is ons besluit om de gevraagde omgevingsvergunning 2de fase te weigeren onherroepelijk geworden.

Mogelijke vervolgstappen na de uitspraak van de Raad van State Op grond van artikel 2.5 lid 5 onder b van de Wabo (Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) kan er binnen 2 jaar na het onherroepelijk worden van het

weigeringsbesluit van de vergunning 2de fase een nieuwe aanvraag worden ingediend voor de gewenste bebouwing (stallen, silo’s en mestkelder).

Als er geen nieuwe aanvraag 2de fase wordt ingediend binnen de 2-jaren termijn, kunnen wij als bevoegd gezag de omgevingsvergunning 1e fase (onderdeel milieu) intrekken.

Concreet: binnen 2 jaar na de uitspraak van de Afdeling kan er opnieuw een aanvraag 2e fase worden ingediend voor de activiteiten die in eerste instantie door ons zijn

geweigerd.

(3)

3/3 Het is nu nog niet aan te geven of een nieuwe aanvraag 2de fase vergund zal kunnen of moeten worden

Dit hangt af van de aanvraag; pas als we een nieuwe aanvraag hebben ontvangen kunnen we deze toetsen aan:

- de bebouwingsvoorschriften uit het bestemmingsplan;

- de archeologische eisen  er geldt een bouwverbod vanwege de archeologische waarden, hiervan kan worden afgeweken als er een rapport wordt overgelegd waaruit blijkt dat deze waarden niet worden geschaad;

- de rechtstreeks werkende bepalingen uit de Verordening ruimte Noord-Brabant  artikel 34 en 35.

Hiervoor moet ook worden bekeken of de bebouwing die nu al aanwezig is op het perceel legaal is. De verordening staat (onder voorwaarden) namelijk alleen een toename van bestaande bebouwing toe voor mestbewerking en/of veehouderijen, als die bestaande bebouwing op 13 juni 2017 (mestbewerking) c.q. op 17 maart 2017 (veehouderijen) legaal aanwezig was of werd gebouwd, of mag worden gebouwd op grond van een voor die datum verleende vergunning.

En: als de bestaande bebouwing wordt gesloopt en er sprake is van nieuwbouw, is er m.i. ook geen sprake van een toename van de bestaande bebouwing en wordt niet voldaan aan de Verordening ruimte.

Voor u ligt ter inzage:

De geanonimiseerde versie van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, zoals deze op de website van de Raad van State terug te vinden is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Overlast, beheersbaarheid Wortelopdruk Toekomstverwachting Matig; 10-15 jaar Verschijningsvorm, beeldkwaliteit Bijzonder. BOOMTECHNISCHE

In hetgeen [appellant sub 1] en [appellant sub 2] hebben aangevoerd, ziet de Afdeling geen aanleiding voor het oordeel dat de raad het plan, dat het realiseren van 13 woningen

Deze werkzaamheden worden uitgevoerd door een team dat interne opdrachten geeft aan het project ‘Data to go’. Richtlijn opstellen voor aanleveren gegevens

De gesprekken worden zo opgebouwd dat aan het begin duidelijk is waar wel over gesproken wordt (gereguleerd straat parkeren en garageparkeren) en waar niet over gesproken gaat

En voor fase 2 zijn het bestemmingsplan en ‘Ruimtelijk kader en beeldkwaliteitplan Plan De Keyser fase 2’ op 9 juli 2019 door de gemeenteraad van Beemster vastgesteld.. Fase 2

genoemde situatie niet overeenkomt met de thans aan de orde zijnde situatie. De Afdeling ziet verder geen aanleiding voor het oordeel dat de raad zich niet in redelijkheid op

Klant ref.: Herinrichting centrum Plaats: Hoeilaart, Marcel Félicestraat. GE M EE NT EP LE IN HA ND EL

Voor zover Luijten betoogt dat door het plan niet wordt voldaan aan artikel 3, lid 3.6.12, onder c, van de planregels van het moederplan - op grond waarvan zijn bedrijfsvoering