• No results found

Inhoudelijk Jaarverslag 2016

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inhoudelijk Jaarverslag 2016"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inhoudelijk

Jaarverslag 2016

Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel

Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel Postbus 3274

5203 DG ’s-Hertogenbosch Tel. 06 45487735

E-mail: info@netwerkpalliatievezorg.info Website: www.netwerkpalliatievezorg.info

www.netwerkpalliatievezorg.nl/ossudenveghel

(2)

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave ... 2

1. Inleiding ... 3

2. Communicatie ... 3

2.1 Contactpersonen overleg Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden- Veghel 3 2.4 Website professionals ... 4

2.5 Regionale Palliatieve App samenwerkingsafspraken ... 4

2.6 Publieksvoorlichting ... 5

2.7 Overleg zorgverzekeraars... 5

2.8 Consortium Palliatieve Zorg Zuid-Oost (PalZO) ... 5

3. Activiteiten ... 6

Ad 1. Basisscholing palliatieve terminale zorg in de vorm van B-learning en themabijeenkomsten ... 7

Ad 2. Voortzetting en afronding ZonMW Verbeterprogramma ‘Signalering palliatieve zorg bij mensen met dementie’ ... 7

Ad 3. Organiseren openbare casuïstiekbesprekingen ... 8

Ad 4. Ondersteunen van de organisatie van het regionale symposium 9 Ad 5. Ondersteunen start Regionaal Palliatief Advies Team op 3 januari 2016 ………12

Ad 6. Actualiseren beleid kwaliteit palliatieve zorg gedurende avond- nacht- weekenduren ...13

4. Tot slot ... 15

(3)

1. Inleiding

Vanaf 2003 is in de regio Oss-Uden-Veghel een Netwerk Palliatieve Zorg actief. Het Netwerk werd in 2016 bemenst door een programmadirecteur/netwerkcoördinator, een beleidsmedewerker en een secretaresse. De activiteiten binnen het Netwerk en de coördinatieactiviteiten worden enerzijds betaald door VWS uit een landelijke subsidie- regeling (de regeling Palliatieve Terminale Zorg/Netwerken palliatieve zorg) en anderzijds worden de activiteiten voortkomend uit het werkplan 2016 betaald uit subsidiegelden van ZonMw.

Voor de uitvoering van de activiteiten werkt het Netwerk nauw samen met de zorginstellingen in de regio, met de huisartsen en met de organisaties van vrijwilligers en mantelzorg.

De activiteiten in 2016 zijn voor een deel een voortzetting van de activiteiten die in voorgaande jaren in de regio Oss-Uden-Veghel op het gebied van Palliatieve Zorg (PZ) in gang zijn gezet, daarnaast zijn er nieuwe onderwerpen opgepakt in 2016.

2. Communicatie

2.1 Contactpersonen overleg Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel

Binnen het contactpersonenoverleg wordt informatie uitgewisseld over Palliatieve Zorg en wordt gesproken over afstemming en optimalisatie van deze zorg. Daarnaast worden er vanuit dit overleg activiteiten/projecten op het terrein van Palliatieve Zorg geïnitieerd.

In 2016 is drie keer groot overleg gevoerd met de contactpersonen van alle bij het Netwerk Palliatieve Zorg aangesloten organisaties. In 2016 zijn Hospice Dommelrode en Allerzorg aansloten bij het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel. Dit betekent dat inmiddels 14 organisaties zijn aangesloten bij dit Netwerk.

De volgende organisaties participeren in 2016 in dit regionale contactpersonenoverleg:

1. Vrijwillge Palliatieve Terminale Zorg Uden-Veghel;

2. VPTZ Oss-Maasland (TTM Maasland + Hospice De Oase) 3. BrabantZorg;

4. Ziekenhuis Bernhoven;

5. Stichting Laverhof;

6. Thuiszorg Pantein;

7. Het Retraitehuis te Uden;

8. GGZ Oost Brabant;

9. Interzorg;

10. Dichterbij;

11. BreederZorg Thuiszorg;

12. Privazorg;

13. Hospice Dommelrode 14. Allerzorg.

Met Zorggroep Synchroon, een samenwerkingsverband van 120 huisartsen in de regio, is de afspraak gemaakt dat huisartsen indien gewenst, actief betrokken worden bij de diverse projectgroepen. Ook in 2016 hebben huisartsen namens Synchroon weer actief meegewerkt aan de lopende projecten in de regio.

(4)

2.2 Individueel overleg contactpersonen

In 2016 zijn veelvuldig individuele gesprekken gevoerd met medewerkers van de bij het Netwerk aangesloten organisaties. Onderwerp van gesprek tijdens deze contacten zijn onder meer de ontwikkelingen op het gebied van palliatieve zorg binnen de eigen organisatie, deskundigheidsbevordering, opstellen, implementeren en borgen van het eigen beleidsplan palliatieve zorg, capaciteit terminale bedden. Aan een aantal organisaties is direct ondersteuning geboden bij het opstellen / actualiseren van het beleidsplan palliatieve zorg en het implementatietraject. Daarnaast is ondersteuning geboden bij de borging van beleid.

De gesprekken met betrekking tot het Verbeterprogramma Palliatieve Zorg bij mensen met dementie zijn met Breederzorg, BrabantZorg, Pantein en Interzorg in 2016 voortge- zet. Het Retraitehuis in Uden is gefuseerd met Laverhof en sluiten zich aan bij de afspra- ken die met Laverhof zijn gemaakt. Pantein en BrabantZorg hebben zelf trainers opge- leid om het B-learning programma (onderdeel van het Verbeterprogramma) uit te voe- ren. Met alle genoemde organisaties zijn afspraken gemaakt hoe de resultaten van het verbeterprogramma binnen de eigen instelling geborgd gaan worden.

2.3 Nieuwsbrief

Volgens planning is de nieuwsbrief in 2016 vier keer verschenen. In deze nieuwsbrief wordt ingegaan op de voortgang van de verschillende regionale projecten op het terrein van palliatieve zorg. Daarnaast wordt kopij voor de nieuwsbrief aangeleverd vanuit de deelnemende organisaties aan het Netwerk en worden van belang zijnde landelijke nieuwtjes in de nieuwsbrief opgenomen. Op deze manier kan informatie snel worden doorgespeeld aan alle deelnemende organisaties.

Vanuit het Netwerk wordt de nieuwsbrief aangeleverd aan de contactpersonen van de deelnemende organisaties. De contactpersonen zorgen voor verspreiding van de nieuws- brief binnen de eigen organisatie. Daarnaast wordt de nieuwsbrief verspreid onder andere geïnteresseerden, zoals de zorgverzekeraars, coördinatoren van de andere Netwerken in het consortium PalZO. De digitale nieuwsbrief werd ook in 2016 op de website www.netwerkpalliatievezorg.info geplaatst zodat belangstellenden de informatie altijd terug konden lezen.

2.4 Website professionals

De informatie op de website www.netwerkpalliatievezorg.info is met name bedoeld voor professionals. De gemaakte regionale samenwerkingsafspraken over palliatieve pijn- bestrijding, palliatieve sedatie, terminaal hartfalen en palliatieve zorg bij COPD patiënten evenals de scholingsmogelijkheden vanuit het Netwerk zijn bijvoorbeeld onderdelen op deze site. Ook de nieuwsbrieven, actuele richtlijnen en voortgangsrapportages van de verschillende projecten worden op deze site geplaatst. De website is in 2016 regelmatig geactualiseerd. Informatie is via de website gemakkelijk door professionals terug te vinden.

2.5 Regionale Palliatieve App samenwerkingsafspraken

Het werken met de regionale samenwerkingsafspraken is in de regio inmiddels een belangrijke afspraak geworden binnen de aan het Netwerk deelnemende organisaties en professionals. Om de gemaakte afspraken gemakkelijk beschikbaar te hebben en snel te kunnen raadplegen is in 2015 hiervoor een app ontwikkeld. Deze app ‘Palliatieve zorg’ is gratis te downloaden in zowel de Androïd als de Apple store. Veel professionals in de regio hebben de app inmiddels gedownload en maken gebruik van de informatie.

(5)

2.6 Publieksvoorlichting

Om de informatie voor patiënten toegankelijk te maken, maakt het Netwerk ook gebruik van de website van Agora, te weten www.netwerkpalliatievezorg.nl/ossudenveghel

Er is voor professionals een directe link van deze website naar de website www.netwerkpalliatievezorg.info.

Vivaan, een welzijnsorganisatie in de regio, organiseert in de regio jaarlijks de cursus

‘Rondom overlijden’. Eén van de onderdelen van deze cursus is voorlichting over palliatieve zorgverlening en ethische begrippen. In 2016 hebben drie cursussen plaats gevonden waar ook het Netwerk weer een cursusonderdeel heeft verzorgd.

Daarnaast heeft de KBO in Vorstenbosch nog een informatieavond over palliatieve zorg georganiseerd. Het Netwerk heeft deze avond inhoudelijk verzorgd.

2.7 Overleg zorgverzekeraars

Met de zorgverzekeraars VGZ en CZ zijn ook in 2016 gesprekken gevoerd om uit te wisselen wat er leeft in het werkveld en wat bij de zorgverzekeraars op het gebied van palliatieve zorg. In 2016 is met elkaar gesproken over onder meer de verplichting van Zorgverzekeraars aan organisaties voor deelname aan het Netwerk Palliatieve Zorg.

Daarnaast is met elkaar gesproken over onder meer de 7 x 24 uurs zorg, het inkoop- beleid van de zorgverzekeraars en het Regionale Transmurale Palliatieve Consultatie Team.

2.8 Consortium Palliatieve Zorg Zuid-Oost (PalZO)

In het kader van het programma Palliantie vanuit ZonMw is het consortium PalZO ingericht. Het programma Palliantie, Meer dan Zorg sluit aan bij de NPPZ matrix. De NPPZ matrix bevat 3 kolommen: onderzoek, onderwijs en implementatie. Binnen deze kolommen wordt integraal gewerkt aan 4 thema’s, te weten Bewustwording en cultuur, Organisatie: continuïteit van zorg, Zorginhoudelijke innovaties en Patiëntparticipatie.

Hiermee ontstaat een inhoudelijke matrix die de werelden van onderzoek, onderwijs en implementatie verbindt. Dit met als resultaat verbinding en verbetering van de zorg in het veld.

In 2016 is het niet gelukt een inhoudelijk project met elkaar te starten binnen PalZO.

Medio 2016 is daarom met elkaar gesproken over voortgang, inhoud en proces van het consortium palliatieve zorg. Alle partijen zien de meerwaarde in verdere opbouw en inrichting van het consortium. Niet zozeer de procesgang of organisatievorm moet centraal staan, maar inhoud en kennisdeling, waarbij partijen elkaar kunnen vinden en gefaciliteerd en geadviseerd kunnen worden op thema’s, ontwikkelingen en innovatie aangedragen door de veldpartijen.

Eind 2016 heeft PalZO een nieuwe invulling gekregen. De kern van PalZO bestaat uit de coördinatiegroep en drie werkgroepen. De coördinatiegroep bestaat uit netwerkcoördina- toren en vertegenwoordigers vanuit regionale Zorgbelangorganisaties, ROC’s, Hoge Scholen en Expertisecentrum Palliatieve Zorg van het Radboudumc en IKNL.

Bij dit overleg wordt planning en voortgang van de verschillende werkgroepen bespro- ken.

De drie werkgroepen zijn:

- Kennisdeling - Onderzoek - Samen sterker

(6)

De werkgroepen leveren ieder vanuit een eigen invalshoek een bijdrage aan de inhoud van de bovenregionale samenwerking en het activiteitenprogramma van het Consortium.

3. Activiteiten

Door Fibula zijn in de handreiking minimale eisen Netwerken Palliatieve Zorg, vier kerntaken gedefinieerd en nader uitgewerkt die elk Netwerk Palliatieve Zorg heeft. Dit zijn coördineren, informeren, signaleren en faciliteren.

Zoals al eerder is vermeld in dit jaarverslag, zijn er in voorgaande jaren in de regio veel activiteiten in gang gezet. De kerntaken zoals gedefinieerd voor de Netwerken zijn door ons in voorgaande jaren opgepakt en ingeregeld. Natuurlijk is er ieder jaar kans voor verbetering en optimalisatie.

In 2016 zijn door de medewerkers van het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel de volgende taken uitgevoerd:

- Het blijven werken aan de kwaliteitsverbetering van de palliatieve zorg.

- De programmadirecteur / coördinator en de beleidsmedewerker onderhouden in principe met alle organisaties, die zich op professionele dan wel op vrijwillige basis met deze zorg bezig houden, contact; functies hiervan zijn onder meer: coördineren, signaleren, initiëren, faciliteren, oplossen en uitvoeren.

- Het kritisch blijven volgen van landelijke, regionale en lokale ontwikkelingen op het terrein van palliatieve zorg, en hier op inspelen. Te denken valt aan Consortium PalZO, WMO, CIZ, HOV, IKNL, KNMG, Agora, Stichting Fibula, e.a.

Functies hiervan zijn onder meer: signaleren, faciliteren, coördineren, informeren, ini- tiëren, oplossen en uitvoeren.

- Het signaleren van zaken met betrekking tot palliatieve zorg op beleidsniveau bij diverse instanties.

- Coördinatie- en communicatiepunt zijn voor de palliatieve zorg in de regio Oss-Uden-Veghel.

- Het verzorgen van publieksvoorlichting over palliatieve zorg in algemene zin en meer specifiek de mogelijkheden voor palliatieve zorg in de regio Oss-Uden-Veghel.

Er zijn ook in 2016 een aantal grote activiteiten vanuit het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel geïnitieerd/ondersteund, te weten:

1. Verzorgen van de basisscholing palliatieve terminale zorg en themabijeenkomsten;

2. Voortzetting en afronding ZonMW project signalering palliatieve zorg bij mensen met dementie.

3. Organiseren van openbare casuïstiekbesprekingen;

4. Ondersteunen van de organisatie van het regionale symposium palliatieve zorg;

5. Ondersteunen start Regionaal Palliatief Advies Team op 3 januari 2016;

6. Actualiseren beleid kwaliteit palliatieve zorg gedurende avond- nacht- weekenduren.

7. Volgen huidige en benodigde capaciteit terminale bedden.

Hierna volgt per activiteit een korte weergave van de activiteiten in 2016.

(7)

Ad 1. Basisscholing palliatieve terminale zorg in de vorm van B-learning en themabijeenkomsten

Deskundigheidsbevordering op het terrein van palliatieve zorg blijft een belangrijke activiteit voor het Netwerk. Medewerkers die vanuit het Netwerk Palliatieve Zorg scholingen verzorgen, zijn allen geregistreerd in het register Centraal Register Kort Beroepsonderwijs. Scholingen die verzorgd worden vanuit het Netwerk Palliatieve Zorg zijn ook in 2016 tegen kostprijs verzorgd en vrijgesteld van BTW.

Vanaf 1 januari 2016 zijn 5 Netwerken Palliatieve Zorg een nieuwe samenwerking aangegaan voor de doorontwikkeling en het gebruik van de B-learning, Netwerk Oss-Uden-Veghel is één van deze 5 partijen en trekt de kar voor de borging en door- ontwikkeling van de B-learning. De B-learning is vanaf genoemde datum geborgd bij Stichting Kwaliteit & Integratie.

Om de ontwikkelde scholingen actueel te houden is de redactie van de B-learning in 2016 2 keer bij elkaar gekomen. Evaluaties en actuele ontwikkelingen worden besproken en verwerkt in de Elektronische Leeromgeving. Deze redactie wordt gevormd door de be- leidsmedewerker van dit Netwerk en een trainer verbonden aan dit Netwerk. Vanuit het Netwerk ZO Brabant en Midden Brabant lezen twee trainers mee en geven feedback van- uit eigen ervaringen.

Een belangrijk onderdeel van de ontwikkelde B-learning is het leren werken met de signaleringsbox palliatieve zorg voor verzorgenden (ontwikkeld door het IKNL).

Verzorgenden hebben een belangrijke rol in de signalering in de palliatieve zorg. Vroeg- tijdige signalering is van essentieel belang en de signaleringsbox zal verzorgenden hierbij ondersteunen.

Met het verbeterprogramma palliatieve zorg bij mensen met dementie is een aanvulling op de signaleringsset uitgegeven door het IKNL met specifieke informatie over deze doelgroep en met signaleringsinstrumenten die specifiek voor deze doelgroep van toe- passing zijn. Deze informatie en instrumenten zijn ook opgenomen in de B-learning palli- atieve zorg bij mensen met dementie. Zie voor verdere informatie over dit verbeterpro- gramma Ad. 2.

In 2016 hebben 10 groepen met in totaal 126 deelnemers via de B-learning de scholing gevolgd.

Ad 2. Voortzetting en afronding ZonMW Verbeterprogramma

‘Signalering palliatieve zorg bij mensen met dementie’

De Netwerken Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel en regio ’s-Hertogenbosch- Bommelerwaard hebben samen met de dementieketens voor het project ‘Signalering palliatieve zorg bij mensen met dementie’ in 2015 bij ZonMw subsidie aangevraagd. Deze subsidie is toegekend en heeft een looptijd van mei 2015 tot eind 2016.

Om zorgprofessionals concrete handvatten te bieden wordt de denk- en werkmethode

‘Signaleren door verzorgenden’ geïmplementeerd voor de specifieke doelgroep

‘palliatieve patiënten met dementie. Daarnaast is er aandacht voor het versterken van de multidisciplinaire samenwerking, zowel organisatorisch als inhoudelijk, tussen werkers in de psychogeriatrie en werkers in de palliatieve zorg zodat elkaars expertise beter wordt benut.

12 organisaties uit beide regio’s en de Ketenzorg Dementie doen aan het Verbeter- programma mee. Het Verbeterprogramma bestaat uit een aantal onderdelen, te weten:

(8)

- Basisscholing palliatieve zorg bij mensen met dementie;

- Implementatie van de signaleringsbox bij de deelnemende organisaties;

- Versterken samenwerking met de Ketenzorg dementie;

- Trainen van trainers binnen de eigen organisatie;

- Feedback op aanvulling signaleringsbox palliatieve zorg bij dementie;

- Een effectevaluatie uitgevoerd door het Nivel.

In de basisscholing hebben deelnemers specifieke kennis opgedaan en leren werken met de Signaleringsset palliatieve zorg voor verzorgenden. Deze set is inmiddels aangevuld met specifieke informatie en signaleringsinstrumenten voor mensen met dementie. Voor deze aanvulling hebben deelnemers aan dit Verbeterprogramma feedback gegeven op de inhoud van het concept. Binnen de organisaties is de signaleringsset, op maat van de organisatie, geïmplementeerd. Daarnaast is de samenwerking tussen zorgverleners in de palliatieve zorg en de Ketenzorg Dementie versterkt doordat zij elkaar hebben leren ken- nen bij de scholingsdagen.

Enkele organisaties hebben ervoor gekozen eigen trainers op te leiden welke ook nog een rol kunnen vervullen bij het onderhouden en borgen van de opgedane kennis.

Met de signaleringsset hebben verzorgenden een instrument in handen dat hen helpt bij het vroegtijdig signaleren en concreet maken van zorgproblemen. Het versterkt de mul- tidisciplinaire samenwerking en verbetert de communicatie met o.a. artsen.

Om het effect van het Verbeterprogramma op de ervaren kwaliteit van leven en van zorg te kunnen meten heeft het Nivel een effectevaluatie uitgevoerd. Voor aanvang van het project en 6 maanden na afronding van het project is deze effectevaluatie uitgevoerd.

Ad 3. Organiseren openbare casuïstiekbesprekingen

In de regio Oss-Uden-Veghel zijn door het Netwerk Palliatieve Zorg in 2016 twee open- bare casuïstiekbesprekingen georganiseerd. De openbare casuïstiekbesprekingen worden georganiseerd voor verschillende doelgroepen, zoals specialisten ouderengeneeskunde, huisartsen, verpleegkundigen, verzorgenden, medisch specialisten, geestelijk verzorgers en andere belangstellenden werkzaam binnen de palliatieve zorg.

Het thema voor de openbare casuïstiekbespreking in april 2016 was creatieve en verbeeldende expressie in de palliatieve zorg. Wanneer genezen niet meer mogelijk is, gaat de patiënt vaak op zoek naar nieuwe betekenissen in zijn leven binnen een ziekte- proces dat continu voortschrijdt en in intensiteit toeneemt. In de praktijk en uit onderzoek blijkt dat creatieve verwerking op de verschillende domeinen (lichamelijk, psychisch, sociaal en spiritueel) ondersteuning kan bieden. Waar woorden vaak tekort schieten, kan bijvoorbeeld beeldende therapie een belangrijke rol spelen. Creatieve en (ver)beeldende verwerking spreekt het onderbewuste aan waardoor men contact kan maken met datgene wat er diep van binnen leeft.

Tijdens deze avond hebben we de deelnemers aan de hand van casuïstiek kennis laten maken met het positieve effect van creatieve verwerking bij mensen met een ongenees- lijke aandoening en bij zichzelf. Naast de toelichting op het toepassen en het effect van creatieve verwerking heeft Bram in zijn autobiografische voorstelling ‘Draadje Los’ laten zien wat creatieve verwerking voor hem betekent.

De avond werd ingevuld met medewerking van Marleen van den Berg, Stichting Chaja Oss e.o., Maarten de Gouw, Programma Manager Stichting Kanker in Beeld, P.A. Produc- ties, voorstelling Draadje Los door Bram Thomassen en het Netwerk Palliatieve Zorg. Aan

(9)

deze casuïstiekbespreking hebben 110 personen deelgenomen. De bijeenkomst is door ruim 73,8 % van de aanwezigen als goed tot zeer goed beoordeeld 79,8 % heeft de avond een 7 of hoger gegeven.

Als thema voor de tweede openbare casuïstiekbespreking in november 2016 is gekozen voor Palliatieve zorg bij mensen met dementie, onbegrepen gedrag. Uit de evaluaties van de openbare casuïstiekbesprekingen blijkt dat er veel belangstelling is voor het thema palliatieve zorg voor mensen met dementie. Daarnaast heeft het afgelopen jaar het Verbeterprogramma palliatieve zorg voor mensen met dementie plaatsgevonden waaraan een aantal organisaties uit de regio hebben deelgenomen. Genoeg aanleiding om voor de tweede keer dit thema te behandelen tijdens de casuïstiekbespreking.

Tijdens de vorige casuïstiekbespreking met dit thema is met name ingegaan op het zorgtraject waar de patiënt en naasten mee te maken krijgen. Nu is ingegaan op het omgaan met onbegrepen gedrag en de aanvulling op de signaleringsbox palliatieve zorg voor verzorgenden, ontwikkeld door het IKNL. De aanvulling bestaat uit specifieke signalerings-instrumenten en handreikingen gericht op mensen met dementie.

Onbegrepen gedrag is één van de symptomen die aan deze signaleringsbox is toege- voegd.

Tijdens deze avond zijn de deelnemers aan de hand van een casus inzichten en handrei- kingen meegegeven in omgaan met onbegrepen gedrag bij mensen met dementie.

Daarnaast heeft het IKNL de aanvulling op de signaleringsbox voor deze specifieke doel- groep gepresenteerd.. De avond werdingevuld met medewerking van Eveline van Drielen MSc., adviseur palliatieve zorg IKNL, Henriëtte Houben, Video Interactie Begeleider Bra- bantZorg en het Netwerk Palliatieve Zorg.

Aan deze casuïstiekbespreking hebben 103 personen deelgenomen. De bijeenkomst is door 62% beoordeeld waarvan de helft de avond goed tot zeer goed heeft beoordeeld.

75% heeft de avond een 7 of hoger gegeven.

Ad 4. Ondersteunen van de organisatie van het regionale symposium

Het Palliatief Advies Team Oss-Uden-Veghel (PAT) en het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel hebben gezamenlijk het regionale symposium over palliatieve zorg georganiseerd op donderdag 20 oktober 2016 met als thema:

Samenwerking in de regio ‘professionals voor professionals’.

(10)

Het symposium was bedoeld voor huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde, arts- assistenten, medisch specialisten, praktijkondersteuners, huisartsen, verpleegkundigen Bernhoven en verpleegkundigen en verzorgenden in de regio en overige professionals direct betrokken bij de palliatieve zorg.

Als plenaire sprekers waren Stans Verhagen, internist - oncoloog Radboudumc palliatieve zorg en oncologie en Sander de Hosson, longarts Wilhelmina Ziekenhuis te gast. Met veel compassie hebben zij hun verhaal verteld.

Vervolgens hadden de 250 aanwezigen (!!) de keuze uit 7 workshops met een diversiteit aan onderwerpen. Bijzonder om te vermelden is dat de workshops nagenoeg allemaal zijn verzorgd door koppels van professionals uit 1e en 2e lijn of door een koppel van een arts en een verpleegkundige. De samenwerking in de regio en in het team is vanzelf sprekend terug te zien in het programma van dit symposium.

Uit de evaluatie kan worden opgemaakt dat het symposium goed is ontvangen en wordt t met een 7,8 beoordeeld. De vraag in welke mate het symposium aan de persoonlijke verwachtingen heeft voldaan is met een 7,6 beoordeeld. Deelnemers geven een 7,1 voor de mate waarin de opgedane kennis in de praktijk toepasbaar is. Hiermee kunnen we terugkijken op een geslaagd symposium.

(11)

(12)

Ad 5. Ondersteunen start Regionaal Palliatief Advies Team op 3 januari 2016

Vanaf 3 januari 2016 is het Palliatief Advies Team Oss-Uden-Veghel actief in de regio.

Het team bestaat uit professionals uit de regio. Bij de zorg voor patiënten in de palliatie- ve fase kunnen professionals voor complexe problemen komen te staan. Om goed op deze problemen te reageren of een pro-actief zorgplan op te stellen denken de regionale experts in het PAT graag mee met professionals werkzaam in de regio.

In het kwaliteitshandboek zijn alle door het team gemaakte afspraken vastgelegd.

De geformuleerde missie en visie luidt:

‘Palliatieve zorg is primair generalistische zorg die verleend wordt door vakbekwame zorgverleners, ondersteund door specifiek opgeleide specialistische zorgverleners en con- sulenten in de palliatieve zorg. De zorg is toegesneden op de wensen en zorgvraag van de patiënt en diens naasten en wordt bij voorkeur in de omgeving die de patiënt wenst gegeven. Aandacht, aanwezigheid en anticiperen is de kern van de palliatieve zorg en staat centraal bij het werken binnen deze zorg. Binnen de consultatievoorziening staat de patiënt centraal. Het Palliatief Advies Team Oss-Uden-Veghel richt zich op ondersteuning van de professionals in deze regio.

Het advies kan telefonisch en via een e-consult worden gegeven, daarnaast is zowel binnen als buiten Bernhoven bed-side consultatie mogelijk.

In het adviesteam is expertise aanwezig vanuit alle verschillende sectoren. Voor advies aan specifieke doelgroepen kan het team gebruik maken van experts. De samenwerking tussen de regionale consultatievoorziening en professionals is vanzelfsprekend, er wordt optimaal gebruik gemaakt van de aanwezige regionale expertise op het gebied van palliatieve zorg. Het team is in staat een brug te slaan tussen de verschillende sectoren.

Het adviesteam is goed bereikbaar, er zijn korte lijnen, er wordt snel een bruikbaar en evidence based advies gegeven. Door de samenwerking in de regio Oss-Uden-Veghel, en meer specifiek in het adviesteam, wordt de kennis over palliatieve zorg breed met elkaar gedeeld en is de regionale sociale kaart voor deze specifieke zorg inzichtelijk voor de pro- fessionals in de regio Oss-Uden-Veghel.

In 2016 wordt het aantal consulten ingeschat op 235, deze consultvragen komen van zowel binnen Bernhoven als vanuit de regio.

(13)

Het team wordt bemenst door specialisten, huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en daarnaast door gespecialiseerde verpleegkundigen palliatieve zorg uit zowel Bernhoven als uit de VVT sector.

Er is voor het team een samenwerkingsovereenkomst en een bewerkerovereenkomst uitgewerkt.

Vier Organisaties nemen de bemensing van dit team voor hun rekening in afwachting van transmurale financiering van de consultatievoorziening palliatieve zorg in Nederland.

Er is voor het team een klankbordgroep ingericht bestaande uit professionals, zowel medici als verpleegkundigen, werkzaam in de regio die gebruik maken van het team. Dit team wordt voorgezeten door de programmadirecteur/coördinator van het Netwerk Palliatieve Zorg in de regio. De klankbordgroep heeft als doel gevraagd en ongevraagd advies te geven aan het team.

Ad 6. Actualiseren beleid kwaliteit palliatieve zorg gedurende avond- nacht- weekenduren

In 2009 is het beleidsplan palliatieve zorg gedurende de avond- nacht- en weekenduren (ANW-uren) geformuleerd voor de regio ’s-Hertogenbosch–Bommelerwaard en Os-Uden–

Veghel. Dit beleidsplan is in 2016 geactualiseerd.

Binnen het ZonMw programma ‘Palliantie. Meer dan zorg’ voert IQ healthcare in samenwerking met het NHG en een tweejarige studie uit naar de kwaliteit van de pallia- tieve spoedzorg door huisartsen in de avond-, nacht- en weekenduren (ANW).

Aanleiding voor dit onderzoek zijn signalen dat de palliatieve zorg in ANW-uren nog niet optimaal verloopt, dit ondanks meerdere pogingen tot verbetering. Er is geen duidelijk beeld van de huidige situatie en waar er verbeteringen gewenst zijn vanuit het perspec- tief van huisartsen.

Omdat we voor het actualiseren van het beleidsplan graag draagvlak wilden creëren en input krijgen van de huisartsen uit de regio hebben we ons aangemeld bij voorgaande studie. In mei-juni 2016 zijn digitale vragenlijsten uitgezet bij alle praktijkhoudende huisartsen die verbonden zijn aan de huisartsen post in de hiervoor genoemde regio. De resultaten uit deze studie zijn mede input geweest voor het actualiseren van de afspraken omtrent het beleid palliatieve zorg gedurende de ANW-uren.

Uitgangspunt in de regio’s Oss-Uden-Veghel en ’s-Hertogenbosch – Bommelerwaard is dat de continuïteit en persoonlijke zorg in de palliatieve fase 7 x 24 uur goed geregeld is!

In het geactualiseerde beleidsplan zijn afspraken gemaakt over:

 Overdracht van huisarts naar HAP via een te faxen overdrachtsformulier en via communicatieblad thuis

 Triage in palliatief terminale fase

 Visites gedurende ANW-uren bij palliatief (terminale) patiënten

 Dienstapotheken

 Specifieke medische handelingen in de palliatieve terminale fase en het aanbod van de HAP-arts

 Beschikbaarheid en vindbaarheid van de informatie op de HAP en in de visiteauto beschikbaar via directe link naar de website www.netwerkpalliatievezorg.info

 Deskundigheidsbevordering palliatieve zorg huisartsen en waarnemers HAP

Begin 2017 wordt de laatste hand gelegd aan dit beleidsplan waarna vervolgens de implementatie zal worden opgepakt.

(14)

Ad. 7 Volgen huidige en benodigde capaciteit terminale bedden regio Oss-Uden-Veghel

Het beleid van de overheid is erop gericht om de zorg dichter bij de burgers te organiseren. Het centrale motto is daarbij te komen tot zinnige en zuinige zorg, van goede kwaliteit. Dat betekent dat keuzes gemaakt moeten worden over wat goede zorg is, welke behandelingen nodig zijn en waar deze het beste plaats kunnen vinden. Burgers dienen zo lang mogelijk voor zichzelf en elkaar te zorgen. Professionele zorg, hulp en behandeling wordt pas ingezet als dit niet meer anders kan. Dit geldt ook voor zorg in de laatste levensfase. Voorgaande betekent dat mensen langer thuis wonen. Hierdoor kan het meer dan voorheen nodig zijn om in de terminale fase naar een hospicevoorziening te verhuizen.

Om de capaciteit van de benodigde zorg in een regio te kunnen bepalen is geen strikt voorgeschreven maat of model beschikbaar. In het verleden werd hiervoor het zogenaamde scenario-instrument gehanteerd, opgesteld door de landelijke Projectgroep Integratie Hospicezorg (PIH). Met deze norm werd een capaciteit van 4 – 6 bedden per 100.000 inwoners gehanteerd.

Door het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel is opnieuw een inventarisatie uitgevoerd bij de aan het Netwerk deelnemende organisaties naar de capaciteit van het aantal PTZ bedden. Door het ontbreken van een goede planningsnorm dan wel heldere uitgangspunten voor de gewenste capaciteit in een gebied, is het moeilijk conclusies trekken naar aanleiding van deze inventarisatie.

De totale capaciteit in de regio Oss-Uden-Veghel, met een omvang van ruim 265.000 inwoners, is 18 bedden. Voor de regio geldt dat hiermee aan de norm die ooit is vastge- steld door PIH , 4 -6 bedden per 100.000 inwoners, wordt voldaan. Maar of het huidige aantal bedden genoeg is, is niet goed te beantwoorden. Of er genoeg aanbod is, is in feite afhankelijk van de vraag welk aanbod er precies gewenst wordt. Hierover is nooit een maatschappelijk debat gevoerd. Wat is bijvoorbeeld een acceptabele reistijd naar de dichtstbijzijnde hospicevoorziening voor patiënten en voor naasten? En moeten alle soorten voorzieningen, high care hospices, bijna-thuishuizen en palliatieve units, binnen diezelfde afstand bereikbaar zijn? Wat mag zo’n voorziening kosten? Dit zijn allemaal onbeantwoorde vragen.

De huidige inventarisatie geeft dan ook alleen inzicht in de diversiteit van het aanbod, de spreiding van de bedden in de beide regio’s en de bezettingsgraad. Helder is dat landelijk ook gestoeid wordt met de bezettingsgraad van hospices. Deze zou te laag liggen waardoor hospices ook aan het nadenken zijn over andere soorten dienstverlening dan alleen reguliere opname in terminale situaties. Denk hierbij aan de mogelijkheid van het bieden van respijtzorg en de inzet van expertise van het hospice in de wijk. Een ander vraagstuk dat speelt bij de hospices is hoe er voor gezorgd kan worden dat de goede patiënt op het goede bed komt. In een high care hospice kan immers hogere complexe zorg geleverd worden dan in een bijna-thuis-huis. Het is echter niet altijd mogelijk de juiste patiënt op het juiste bed te plaatsen. De bezettingsgraad van de beschikbare bedden is immers op alle locaties hoog. Daarnaast wordt het signaal afgegeven dat als er op een locatie een wachtlijst is, dit vaak op meerdere locaties het geval is.

Vanuit diverse sectoren is tijdens de inventarisatie naar voren gekomen dat het omzetten van een reeds bestaande ZZP indicatie naar een ZZP 10 in de laatste levensfase nauwelijks mogelijk is. Dit maakt het moeilijk in de laatste levensfase de juiste zorg in te zetten en gefinancierd te krijgen.

(15)

Wat echter ook nog steeds belangrijk is, is dat er ook regionale aandacht blijft voor ondersteunings- en zorgmogelijkheden thuis. Uit onderzoek blijkt dat mensen bij voorkeur thuis willen sterven. Door de aandacht te focussen op uitbreiding van hospice- bedden lopen we het risico dat de ondersteuningsmogelijkheden thuis moeilijker worden en aan de wens van patiënten om thuis te kunnen sterven geen gehoor gegeven kan worden. Voldoende aandacht voor en capaciteit bij de VPTZ organisaties, waarbij tevens aandacht blijft voor het verantwoord inzetten van de vrijwilligers blijft van groot belang.

Daarnaast zijn voldoende mogelijkheden voor de levering van (gespecialiseerde) thuis- zorg, ondersteuning van professionals door de aanwezigheid en goede bereikbaarheid van een Palliatief Advies Team belangrijke voorwaarden om thuis sterven kwalitatief ver- antwoord mogelijk te maken.

4. Tot slot

Na 12 jaar als programmadirecteur/netwerkcoördinator van de Netwerken Palliatieve Zorg in de regio Oss-Uden-Veghel en ’s-Hertogenbosch–Bommelerwaard actief te zijn geweest, heeft de programmadirecteur/coördinator besloten per 1 januari 2017 deze functie neer te leggen. De functie wordt overgedragen aan Monique van den Broek, zij is als beleidsmedewerker al jaren verbonden aan deze netwerken. Daarnaast zijn 2 nieuwe medewerkers aangetrokken die activiteiten als beleidsmedewerker en deskundigheids- bevordering gaan oppakken. De vele activiteiten zullen dan ook naadloos door kunnen lopen.

De Netwerken Palliatieve Zorg waren, bij de start begin jaren 2000, nieuw en dienden volledig ingericht te worden. Het was, ook landelijk, zoeken naar een manier om met elkaar de palliatieve zorg in een netwerk regio in te regelen en te verbeteren. Het Netwerk Palliatieve Zorg regio Oss-Uden-Veghel is inmiddels ondergebracht bij Stichting Kwaliteit & Integratie, een stichting die is gelieerd aan de huisartsenposten Zuidoost Brabant.

Netwerken Palliatieve Zorg hebben vier kerntaken, te weten coördineren, informeren, signaleren en faciliteren. Inmiddels zijn we in het Netwerk met veel verschillende thema’s aan de slag, allen gerelateerd aan deze kerntaken.

Zo zijn er regionale samenwerkingsafspraken geformuleerd over pijn, sedatie, COPD en hartfalen. Het beleid palliatieve zorg gedurende de ANW uren is geformuleerd en in 2016 geactualiseerd. Op het gebied van deskundigheidsbevordering is de b-learning voor verzorgenden ontwikkeld, worden er voor een brede doelgroep 2x per jaar casuïstiekbe- sprekingen georganiseerd en zijn er met regelmaat regionale symposia palliatieve zorg.

Alle aan het Netwerk deelnemende organisaties hebben een eigen beleidsplan palliatieve zorg uitgewerkt.

Voor professionals is een website en een app palliatieve zorg ingericht waarop veel in- formatie is terug te vinden. Ook publieksvoorlichting blijft een belangrijk aandachtspunt vanuit het Netwerk. Naast bijeenkomsten is voor het brede publiek ook de publieks- website voor de beide netwerken ingericht.

Eén van de grote ontwikkelingen, waar we landelijk echt vooruit lopen en trots op kunnen zijn, is de inrichting van het transmurale consultatie team palliatieve zorg in de regio. Experts op het gebied van palliatieve zorg denken op regionaal niveau transmuraal met professionals mee!

(16)

Voorgaande ontwikkelingen zijn alleen tot stand gekomen door de enorme motivatie in de regio om met elkaar de palliatieve zorg naar een hoger niveau te willen tillen. Door velen is geïnvesteerd om de projecten tot een succes te maken. De bemensing van projectgroepen, zowel medici als verpleegkundigen/verzorgenden, heeft in al die jaren nooit tot problemen geleid. Groot compliment aan alle betrokkenen in de regio hiervoor!

December 2016

 Mw. H. ter Braak

Programmadirecteur / coördinator Netwerk Palliatieve Zorg

 Mw. M. van den Broek

Beleidsmedewerker Netwerk Palliatieve Zorg

 Mw. S. van ’t Westeinde

Secretaresse Netwerk Palliatieve Zorg

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het Netwerk Palliatieve Zorg Westelijke Mijnstreek is een samenwerkingsverband van organisaties die palliatieve zorg bieden: Hospice Daniken, Hospice Mariaveld, de huisartsen in

Alle zorgverleners, die palliatieve zorg verlenen, zijn door het Netwerk Palliatieve Zorg voor u gebundeld in deze Regionale Informatiegids?. Contactgegevens Netwerken

De zelfevaluatie is bedoeld voor zorgorganisaties die samenwerken binnen een Netwerk Palliatieve Zorg en die hun zorg willen verbeteren door kritisch te kijken naar de kwaliteit

Palliatieve sedatie is niet bedoeld het leven te verkorten of te verlengen, maar zorgt ervoor dat u geen last meer heeft van uw klachten?.

Tijdens het spreekuur is er aandacht voor zowel de fysieke-, sociale, psychische alsook spirituele vragen en/of problematiek.. Voorop staat de wens van u als patiënt en

We stimuleren eenieder om de inhoud van dit document te gebruiken, weliswaar met correcte bronvermelding: ‘Project tijdig opstarten van palliatieve zorg in het woonzorgcentrum (voor

Verpleegkundigen die zorgen voor palliatieve patiënten en hun naastbestaanden en die al een basisopleiding palliatieve zorg gevolgd hebben (bv. Multidisciplinaire Kernopleiding).

Om de behandelende arts en de verpleegkundigen te helpen en te adviseren in hun taak van begeleiden van een patiënt voor wie genezen niet meer mogelijk is, is er vaak