LOGBOEK
Initiator Voetbal Getuigschrift C
Toebehorend aan: Kenneth Stulens
Centrum: KVK Zepperen
Seizoen: 2014-2015
2
HOOFDSTUK 1 : ALGEMENE VOORSTELLING
1.1. De kandidaat
Naam: Stulens Voornaam: Kenneth
Geboortedatum : 18.09.1990 Adres:
Straat : Leopoldwal Nr : 82 Bus :
Postnr : 3700 STAD : Tongeren
( GSM) : 0493 11 01 01
E-mail: kenneth.stulens@telenet.be
1.2. De mentor stage U6 (minstens getuigschrift C)
Naam: Stulens Voornaam: Ronny
Geboortedatum : 08.05.1965 Adres:
Straat : Leopoldwal Nr : 82 Bus :
Postnr : 3700 STAD : Tongeren
( GSM) : 0486 75 92 29
E-mail: ronny.stulens@telenet.be DIPLOMA: UEFA B
1.2. De mentor stage U7 – U8 – U9 (minstens getuigschrift B)
Naam: Stulens Voornaam: Ronny
Geboortedatum : 08.05.1965 Adres:
Straat : Leopoldwal Nr :82 Bus :
Postnr : 3700 STAD : Tongeren
( GSM) : 0486 75 92 29
E-mail: ronny.stulens@telenet.be
DIPLOMA: UEFA B
3
HOOFDSTUK 2 : WEKELIJKSE REFLECTIE DEEL 1 – LES
Lesavond 1: Taakomschrijving initiator + algemene didactiek Datum: 09.02.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Hoe gaat er deze cursus gewerkt worden.
De duidelijkheid die er reeds rond de komende opdrachten werd gebracht (multimove, dribbelfestival, geen praktijkexamens met U6,…)
Voor de rest werd er nog niet echt veel gezien, was meer kennismaking.
De 5 bouwstenen van de didactiek
Lesavond 2: Algemene didactiek Datum: 16.02.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Op welke manier er met U6 kan/moet worden gewerkt. De
verscheidenheid aan oefeningen die in de training wordt gestoken en de duur van deze oefeningen.
Alle oefeningen op niveau van het kind. De intonatie, taal en houding van de trainer. De intensiteit, energie en de toewijding die een
trainer(s) van de U6 telkens opnieuw aan de dag moet leggen om de spelers iets bij te leren.
Lesavond 3: Opleidingsvisie: fun & formation Datum: 23.02.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Ik een demotraining gezien heb waarin een aantal zaken voorkwamen die
met opzet verkeerd gedaan werden.
4
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Nieuwe oefeningen gezien die ik ook in mijn trainingen kan steken
Nieuwe inzichten verworven heb qua aanpak en insteek van een
training.
5
Lesavond 4: Opleidingsvisie: zoneprincipes, wedstrijd- en tussenvormen
Datum: 02.03.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Verschil tussen wedstijdvorm, afgeleide wedstrijdvorm en tussenvorm
Andere meningen van collega-trainers waaruit ik een aantal zaken mee kan nemen.
Lesavond 5: Opleidingsvisie: initiatie leerplan Datum: 09.03.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
De oefeningen die door Jos en Kris aan bord werden getoond omtrent coördinatie en het spelletje vier op een rij
Het leerplan voor 5 vs 5 deed me stilstaan dat er bij mezelf nog werk aan de winkel is qua variatie én herhaling!
Lesavond 6: Basismotorische vaardigheden Datum: 16.03.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Andere trainers aan het werk kunnen zien en hierdoor een aantal punten/oefeningen mee kunnen nemen naar mijn eigen
trainingen/trainersontwikkeling
Sommige discussies omtrent de feedback die er gegeven werd waren
interessant omdat je hier wel een aantal leermomenten uit kan halen.
6
Lesavond 7: Basismotorische vaardigheden + specifiek didactische oef.2v2
Datum: 23.03.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Oefeningen en trainingsmethoden gezien die ik in mijn trainingen ook kan steken/toepassen.
Uit de discussies/feedback na trainingen van collega’s een aantal positieve zaken (visie, oefeningen e.a.) ontdekt die ik kan meepakken alsook een aantal valkuilen van mezelf ontdekt.
Lesavond 8: Specifiek didactische oefeningen U6 – 2v2 Datum: 30.03.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
- Nabespreking training cursisten: nog maar eens de nadruk op de 6 voorwaarden voor een wedstrijdvorm
- De verschillende basismotorische vaardigheden: de fasen voorgesteld aan de hand van filmpjes aantal oefeningen om in trainingen te steken.
Lesavond 9: Specifiek didactische oefeningen U7 – 5v5 Training opbouwen in functie van het leerplan
Datum: 13.04.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Evaluatie van mijn eigen demotraining wat goed/minder goed.
7
Uit de discussies/feedback na trainingen van collega’s een aantal positieve zaken (visie, oefeningen e.a.) ontdekt die ik kan meepakken alsook een aantal valkuilen van mezelf ontdekt.
Basismotorische vaardigheden welke oefeningen gebruiken om
deze bij spelers te verhogen/ontwikkelen.
8
Lesavond 10: Specifiek didactische oefeningen U8 – 5v5 Training opbouwen in functie van het leerplan
Datum: 20.04.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
Valkuilen gezien = waar als trainer opletten
Korte herhaling visie 2 vs 2
Lesavond 11: Specifiek didactische oefeningen U9 – 5v5 Training opbouwen in functie van het leerplan
Datum: 27.04.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
- Herhaling belangrijkheden logboek - Info omtrent dribbelfestival.
Lesavond 12: Veilig sporten preventief Datum: 04.05.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
- KLUSC = Kracht Lenigheid Uithoudingsvermogen Snelheid Coördinatie - Wat is blessurepreventie:
o Primair
o Secundair
o Tertiair
9
Lesavond 13: Veilig sporten curatief Datum: 11.05.2015
Waarom ik deze lesavond geslaagd / niet geslaagd vond:
- Geslaagd / niet geslaagd (omcirkel wat voor u van toepassing is) omdat:
Dit zijn voor mezelf de twee belangrijkste zaken die ik vanavond bijleerde:
- Wat doen bij levensbedreigende situaties EHBO - Wat doen bij verlies bewustzijn
Voor mij was dit een goede opfrissing!
Eindreflectie: Totale cursusomvang Datum: 12.05.2015
Hierin lagen mijn belangrijkste leermomenten van deze initiatorcursus:
- De trainingen/trainingsmomenten van de andere cursisten:
o Welke methoden pak ik als trainer mee naar mijn trainingen o Op welke valkuilen moet ik letten
Wedstrijdvormen <> afgeleide wedstrijdvorm
Hoe aandacht van kinderen behouden
Duur tv en wv
- De discussies/interactie docenten en trainers/cursisten tips en trics - Demotrainingen
- De voorwaarden voor een wedstrijdvorm
- Module basismotorische vaardigheden: tips/trics (filmpjes) voor trainingen
- Dribbelfestival = fun die de allerkleinsten hebben + organisatie van een tornooi grootste respect voor de mensen die het doen!
Docenten waren dik in orde. Alleen jammer dat we met een grote groep
waren minder interactie.
10
HOOFDSTUK 2 : WEKELIJKSE REFLECTIE Deel 2 – Kansen creëren om te scoren
Reflecties hoofdstuk 1: Voetballen en hoe het graag te doen
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Wat er in Eendracht Maasmechelen aan de Maas gebeurde een jaar geleden, heb ik met mijn club reeds 2x meegemaakt. Als speler begon ik bij Millen VV dat na twee jaar de fusie aanging met Hedera Herderen. De club Hedera Millen was geboren. Als jonge speler
(tussen de 6 en 11 jaar) sta je bij die fusie niet echt stil. Je wil in de eerste plaats gewoon voetballen. In 2008/2009 kwam er de samenwerking tussen Hedera-Millen en KSK
Tongeren. Ik kwam toen net bij de U21 terecht. Dan heb je wel een bepaald idee gevormd i.v.m. zo’n samenwerking/fusie. Je denkt als speler aan concurrentie/nieuwe
trainers/trainingen/doorgroeimogelijkheden.
Als jeugdspeler zelf hadden wij vroeger de mogelijkheden niet die er nu zijn (kunstgras, trainingsmethoden, geschoolde trainers…). Vroeger was een opwarming lopen, vervolgens een beetje techniek (als de trainer het al kon), een paar lang ballen en kopduels, spurten en wedstrijd. Nu zijn de trainingen meer gestructureerd. Ikzelf zou nu als jeugdspeler enorm genieten.
Ook nu als trainer bekijk ik een fusie anders. Enerzijds is het voor een trainer positief: zo’n samenwerking. Je hebt meer potentieel om mee te werken (is wel niet gegarandeerd).
Anderzijds heb je als trainer ook wat angst voor: de (negatieve) reacties van de ouders (jij bent als trainer toch het eerste aanspreekpunt voor de ouders). Je hoopt dan dat bepaalde
‘talenten’ niet zullen vertrekken omwille van de samenwerking.
Positief is dan weer dat elke speler zich op zijn niveau kan ontwikkelen met spelers van hetzelfde niveau. Zo kan de speler toch het meeste fun beleven tijdens de trainingen en tijdens zijn ontwikkeling als voetballer. Sport is en blijft een recht voor iedereen.
De omstandigheden waar je als trainer pakweg 10jaar geleden in moest werken en nu, zijn een wereld van verschil. Nu heb je nieuwere materialen om mee te werken, nieuwe velden (kunstgras)… Echter is niet elke club eigenaar van zo’n infrastructuur! Als ik dan voor mezelf spreek zou men hier dringend werk van mogen maken. Elke club, ongeacht hoeveel er in de gemeente zijn, zou een kunstveld van de stad (gedeeltelijk/volledig) gesubsidieerd moeten krijgen! Waarom? De hele wereld spreekt van de techniek van Eden Hazard, De Bruyne, Mertens en co. Willen we dat onze jeugdspelers ook maar 10% van de techniek van dergelijke sterren kunnen overnemen zullen we moeten overschakelen naar zulke velden, om op te trainen.
Als clubs fuseren heb je binnen/buiten de clubs altijd voor –en tegenstanders. Indien je fusioneert met een grootmacht als Tongeren (indertijd!!) krijg je gemengde gevoelens. Je weet als club dat de beteren naar hen zullen gaan en de allerminsten naar jou zullen komen. Anderzijds kan je wel profiteren van de gediplomeerde trainers, infrastructuur… De fusie is in het geval van de gemeente Maasmechelen een goede zaak. De eerste ploeg kan een hoge reeks ambiëren en iedereen spreekt maar van één club! Met als gevolg dat er geen “grote” lokale clubs zijn die de beteren komen weghalen. De club werkt ook op verschillende niveaus waardoor er voor elke speler wat wils is in die zin dat iedereen zich op eigen niveau kan ontwikkelen.
Qua infrastructuur blijf ik erbij: het is enorm belangrijk om als club een goede uitstraling te hebben naar de buitenwereld. Daarom vind ik het de plicht van gemeente(n) en club(s) om een kunstgrasveld aan te bieden tijdens de jeugdopleidingen. Het mooiste voorbeeld is de samenwerking tussen de stad Bilzen en de clubs uit de regio Bilzen: nieuwe
accommodaties voor Munsterbilzen, KMR Biesen, Bilzen-Waltwilder, Schoonbeek-Beverst…
Elke ploeg krijgt dan ook nog eens een kunstgrasveld ter beschikking.
Reflecties hoofdstuk 2: Voetballen en de ontwikkeling van talent
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Vanuit het standpunt van de speler bekeken is deze samenwerking tussen de verschillende
11
clubs een goede ontwikkeling. Indien je als speler voldoende talent hebt, mag je van een zeer sterke opleiding genieten. Anderzijds indien niet voldoende talent moet je beschikken en wordt je doorverwezen naar een lagere club (waar misschien de
trainingsomstandigheden minder zijn). Zelf heb ik het als speler van kortbij gemaakt dankzij de samenwerking KSK Tongeren – Hedera Millen. De betere spelers werden bij ons weggeplukt en de spelers met mindere vaardigheden kwamen terecht in Millen. Echter veel spelers die uit een hogere opleiding kwamen (Tongeren) weigerden om naar ons te komen wegens minderwaardig of “ken ik niemand”. En dat laatste is altijd het jammere aan zo’n nadeel. Wanneer je uit een bepaalde groep wordt gehaald of licht dwingend wordt
verwijderd wegens ‘niet goed genoeg’. Bij jonge spelers komt dit enorm hard aan.
Als trainer bekeken is zo’n samenwerking enerzijds goed indien je trainer bent in de hogere opleiding (Zulte-Waregem/Osla Brakel) maar anderzijds ook niet echt leuk aangezien je beteren vertrekken. Maar je moet als trainer ook realistisch blijven: je moet blij zijn voor de spelers die de stap hogerop kunnen zetten! Zij verdienen die kans! Ook bij ons in de club is het voor vele trainers een droom om ooit als T1 te kunnen fungeren binnen de club zelf. Echter is niet iedereen geschikt om voor zo’n groep te staan en wilt het bestuur ook niet altijd een trainer die uit de eigen club voortkomt.
Als club is de ontwikkeling goed: je betere en mindere spelers kunnen uiteindelijk doorgroeien naar ofwel 1
stenationale, 3
denationale of 1
ste– 4
deprovinciale. Je biedt dus doorgroeimogelijkheden voor élke speler en dat maakt zo’n club aantrekkelijk. Een T1 hebben die vanuit de jeugdopleiding is doorgegroeid is ook een zegen voor de club. De trainer kent immers de visie van de club alsook de clubcultuur en de werking ervan. Hij kent het merendeel van de spelers. Dat zorgt als club ook voor binding met spelers en supporters. Je laat zien dat spelers de kans krijgen tot doorgroeien naar de A-kern.
Op gebied van clubfaciliteiten wil ik mijn stelling uit het eerste hoofdstuk hier toch nog eens benadrukken. Zowel voor spelers, trainers en clubs is een kunstgrasveld essentieel geworden! Voor de spelers op gebied van ontwikkeling, voor trainers op gebied van werking en voor clubs is de uitstraling en het aantrekken van nieuwe spelers.
Reflecties hoofdstuk 3: Voetballen en wedstrijden op maat spelen
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Als speler:Ik zou graag willen melden dat het klassement me tot mijn 14-15 jaar weinig deed. Maar als jeugdspeler was ik wel al een sterk winnaarstype. Ik ken mijn kwaliteiten en mankementen als voetballer: ik heb een goede techniek, een goed inzicht en een grote drive om te winnen. Als speler zelf haatte ik verliezen, nu nog steeds. Dus ik zou het erg vinden dat spelers van 15 tot 21 jaar niet voor een titel kunnen spelen. Akkoord, het blijft jeugdvoetbal. Maar je moet er ook rekening mee houden dat jeugdspelers vanaf hun 16de kunnen uitkomen voor een eerste elftal en daar gaat het wel om de knikkers. Dus ik pleit voor het huidig systeem met klassementen vanaf de U15. In de
onderbouw en middenbouw is het klassement minder van belang, hier gaat het nog echt om de vorming van de voetballer. Je moet willen winnen, maar ook kunnen verliezen.
Voetballen 2 vs 2 = veel doelpunten + veel baltoetsingen + enorm plezier! Schitterend initiatief al denk ik dat het dribbelfestival dat SKLD voorstelt snel zal gaan vervelen wanneer je constant tegen dezelfde spelers/clubs moet spelen (ik spreek voor mezelf) anderzijds is het ook wel leuk want er zijn de korte verplaatsingen en je speelt constant tegen je vrienden.
Als jeugdopleider deert het resultaat me weinig. Zolang ik goed voetbal zie (lees: hetgeen we tijdens de trainingen doorheen het seizoen proberen aan te leren), ben ik een tevreden trainer. Vaak is het zo dat ik aan de spelers moet vragen hoeveel doelpunten we gemaakt hebben. Als trainer kan ik mijn verlies gemakkelijker aanvaarden.
Een dribbelfestival is een schitterend initiatief! Als begeleider is het gemakkelijk: korte verplaatsingen, dezelfde mensen (wat anderzijds ook gaat vervelen).
Ook vind ik net zoals FC Meise dat elke speler op (bijna) elke positie tijdens zijn opleiding moet hebben gespeeld. Natuurlijk heb je als trainer snel door waar de sterke punten van de spelers liggen, maar het doel van opleiden is toch nog altijd de sterke punten sterker maken, maar vooral de
mindere punten beter maken. Een voorbeeld: een rechtsvoetige speler heeft toch ook een linkervoet om mee te werken en niet enkel om op te steunen.
Als club denk ik dat het voorstel van SKLD als muziek in de oren klinkt. Dezelfde mensen waarmee je
12
goede contacten kan onderhouden en op termijn hier een aantal belangrijke samenwerkingen kan halen.
Voor de clubs is het belangrijk dat de meest technische trainers zich vooral bevinden in de onderbouw of middenbouw. Enkel zo kan je het zogenaamde championitis tegengaan. Vanaf u15 mag het resultaat meer gaan bepalen. Waarom anders de nieuwe hervormingen? Er worden provinciale labels en interprovinciale labels uitgedeeld aan clubs die met meer kwalitatieve spelers werken. Dus vind ik ook dat de VFV ofwel de labels moet afschaffen en dus ook zonder resultaat moet gaan werken ofwel werk je met resultaten en labels.
13
Reflecties hoofdstuk 4: Voldoende voetballen tijdens de wedstrijd Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Wat ik uit dit hoofdstuk vooral als speler meeneem is dat beide clubs erop staan dat spelers voldoende speelgelegenheid krijgen. Dit doen ze door of te wel een beurtrol ofwel door je door te sturen naar andere clubs uit de samenwerkingspool. Ik zelf als speler zou het absoluut niet fijn vinden om ineens naar een andere club te moeten om mijn wedstrijd te kunnen spelen (ik praat voor de leeftijd van bovenbouw). Je komt in een ploeg terecht waar je niemand kent, de trainer niet kent en andersom. Voor kinderen van de onderbouw maakt dit niet zoveel uit denk ik. Zij denken maar aan één ding en dat is voetballen. Ze zijn dan ook nog te jong om dit te beseffen.
Als speler vind ik de trainingen van vroeger een wereld van verschil met deze van nu. Nu wordt er meer op techniek, looptechniek én tactiek getraind. Hadden wij deze trainingen tijdens onze jeugdopleiding gekregen, waren we allemaal veel betere voetballers geweest.
Als trainer vind ik het een prima idee om zo te kunnen werken, in het opzicht dat spelers die te veel zijn, bijvoorbeeld 22 spelers voor 2 ploegjes U9, doorgeschoven worden naar een andere club uit de samenwerking. Maar dan stel ik me wel de vraag: welke spelers? Houd je de beteren? Is die
verwijzing naar de andere club definitief of tijdelijk? Dat zijn de dingen waar ik me vragen bij stel.
Vooral omdat we dit in onze club zelf hebben meegemaakt. En het gevoel dat we er aan overhielden was niet positief.
Zelf vind ik de visie van Hemiksem bij die van onze club aansluiten. Het is belangrijk alle spelers voldoende speeltijd te geven op de verschillende posities. Maar het is ook belangrijk om alle spelers duidelijk te maken op training hoe je als een 9 of als 3/7/11/1 moet lopen. Ik vind wel dat er weinig gesproken wordt over een meevoetballende keeper!
Als club denk ik dat je er positieve en negatieve zaken uit kunt halen. Als je de sterke club bent, behoud je de sterkere spelers, krijg je een hoger aanzien. Anderzijds krijg je ook een bepaalde reputatie en ga je met ontevreden spelers/ouders zitten indien deze doorgeschoven worden.
Ook in onze club worden de trainers goed opgevolgd. Alle thuismatchen worden gevolgd door de TVJO en de coördinatoren.
Reflecties hoofdstuk 5: Voetballen en trainen op een leuke en leerrijke manier
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Voor spelers is het belangrijk dat er voldoende fun steekt in een training. Want wie fun heeft tijdens de training, komt graag trainen. Of je nu bij de seniors speelt of bij de u6. Fun is één van de
belangrijkste onderdelen van een training. Maar je moet op een bepaalde leeftijd wel het gevoel hebben als speler dat je ook iets bijleert. Als het team goed aan elkaar hangt komt iedereen ook graag trainen.
Als speler ben/was ikzelf ook nooit de voetballer die graag liep, maar graag de combinatie opzoekt.
Iedereen spreekt van Barcelona als model, wel belangrijk is dat men vanaf de allerkleinsten er mee bezig is van de bal van voet tot voet te laten lopen.
Voor een trainer is het soms een moeilijke oefening om fun aan bepaalde oefeningen te koppelen. Bij ons gebeurt dit wel. Maar zelf heb ik het soms ook moeilijk met fun te steken in bepaalde
oefeningen. Vandaar dat ik de cursus volg. Ik heb er aantal zaken uit kunnen halen waardoor ik de spelers op een plezante manier toch een aantal zaken kan bijleren.
Voor mij als trainer is het ook belangrijk dat ik een goede verstandhouding heb met de collega’s, zo leer je van elkaar ook gemakkelijker iets bij.
Ik probeer als trainer vooral techniek en pas-en trapvormen + wedstrijden in mijn trainingen te steken. Wanneer ik dan toch het loopwerk in mijn training steek is deze vooral gericht op explosiviteit. Meer estafettes dus.
Voor clubs is het belangrijk dat de spelersgroepen goed aan elkaar hangen, maar ook dat de technische staf goed aan elkaar hangt. Des te beter de onderlinge verstandhouding, des te beter de sfeer op de club.
Als club is het ook belangrijk dat je een bepaalde visie qua spelstijl naar uitstraalt. Bij ons moet iedereen vertrekken vanuit de driehoeken en hameren de coördinatoren er op dat het gebruik van de lange bal zo weinig mogelijk mag worden gebruikt. Van voet tot voet is en blijft het motto van FC Herderen-Millen.
14
Reflecties hoofdstuk 6: Voetballen in een krachtige leeromgeving Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Het is ontzettend belangrijk dat je als club een bepaald opleidingsplan/visie naar buiten brengt. RC Hades doet dit. Maar dé sleutel in dit opleidingsplan is dat men daar ook met de “betere” spelers werkt. Dan is het ook makkelijker werken.
Als speler met veel kwaliteiten is het natuurlijk leuk voetballen in zo’n club. Allemaal gediplomeerde trainers (maar dat maakt hen nog geen goede trainers), prachtige velden (ik ken de
accommodaties). Niks leuker dan in zo’n omstandigheden spelen. Maar wat gebeurt er wat gebeurt er wanneer je niet meer aan de vernoemde kwaliteiten voldoet? Moet je dan elders gaan voetballen en je kameraden in de steek laten?
Als trainer is het leuk werken met de betere spelers. Stuk voor stuk reeds goede voetballers, heerlijke terreinen en minimum 2x per week kunnen trainen. Belangrijk is wel dat iedereen aan hetzelfde zeel trekt qua visie. Bijvoorbeeld vanuit de onderbouw naar bovenbouw toe altijd in ruiten/driehoeken werken om zo naar het 1-4-3-3-systeem toe te groeien.
Qua onderbouw is het ook leuk om te zien dat de club zich bezig houdt met controle over het lichaam voor de allerkleinsten. Ook bij ons werken we met een voetbalspeeltuin voor de u5. Wie geen
controle heeft over zijn eigen lichaam kan moeilijk controle over een object zoals een bal uitoefenen.
Wiel Coërver is zowat een god op het vlak van techniek. Ik vind dat alle trainers minimum hierzelf een opleiding in moesten krijgen. Als je naar de huidige voetballers kijkt, dan zie je dat Coërver niet meer weg te denken is uit het voetbal.
15
Reflecties hoofdstuk 7: Voetballen met steun van de ouders
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Zonder de ouders kan je als club niets beginnen. Je hebt hen ten allen tijde nodig: clubactiviteiten, uitgaande tornooien, broodjes na wedstrijden, noem maar op. Maar nog belangrijker: zij zijn de reclame van de club. Het zijn zij die nieuwe spelertjes kunnen aanbrengen.
In het geval van KVVEM is het hier ook belangrijk geweest: nieuwe jeugdwerking, de scholen aangesproken en vervolgens zijn het de ouders die mee in het verhaal stappen.
Veel van die ouders zijn ook vrijwilligers: afgevaardigden, bemanning toog/hamburgers tijdens de tornooien noem maar op.
Ik vind het knap dat de club de vrijwilligers ook telkens op het einde van het seizoen in de bloemetjes zet.
Als trainer merk je dat binnen deze club vooral plezier vooropstaat. De kwaliteit van de infrastructuur is niet zo schitterend, maar de sfeer binnen de club maakt dat allemaal goed.
Hier zal je met minder kwaliteit qua spelers kunnen werken, want de grotere jeugdwerkingen komen de spelers hier weghalen. Maar dat deert niet, het is vooral de fun wat primeert.
Reflecties hoofdstuk 8: Voetballen in een veilige en gezonde omgeving
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Als club is het belangrijk dat je voldoende bestuursmensen, trainers en vrijwilligers hebt die de veiligheid kunnen inschatten tijdens de trainingen en wedstrijden. Daarmee bedoel ik dat men de hartmassagetechnieken kent en dat men deze ook kan toepassen. Ik vind het een verplichting dat op élke sportclub, hetzij voetbal hetzij andere sporten, een defibrillator aanwezig moet zijn. Zelf hebben wij bij ons op de club een aantal sessies georganiseerd met een spoedarts.
Elke trainer moet een vorm van EHBO-cursus hebben gevolgd. Stel dat er iets tijdens de
wedstrijd/training gebeurd, moet hij/zij kunnen optreden in geval van (levens)nood! In onze club is er een defibrillator aanwezig en ook een aantal trainers zijn EHBO-gediplomeerd.
Als speler is het belangrijk dat je je veilig voelt in alle omstandigheden binnen de club. Dit kan alleen maar door verzorgde terreinen, een goede omkadering én bovenal bekwame mensen.
Ook in het verhaal van Merksem is dit één van de pijlers. Zij hebben het tragische geval van Bobsam Elejiko meegemaakt en een maand later nog eens met een jeugdspeler. Zij zijn alert en klaar indien er nog eens iets moest gebeuren.
Reflecties hoofdstuk 9: Voetballen, winnen en verliezen
Kritische analyse(Spelersontwikkeling – Clubontwikkeling - Trainersontwikkeling:
Mijn visie - Wat neem ik mee ? Wat ontbreekt ?
Als club vind ik dat je inderdaad moet streven naar doorstroming van eigen jeugdspelers naar het A- elftal. In Harelbeke vind ik het knap dat ze de 14/8-regel aanhouden. 14 “vreemde spelers” en 8 eigen jeugdspelers in de selectie.
Onze club FC Herderen-Millen streeft naar een nog groter doel: nl. tussen de 80% en 60% van het A- elftal moet uit eigen jeugd bestaan.
Ook vind ik het knap, maar toch ietwat overdreven dat een provinciale club zich zo richt tot het individuele van een speler. Mij lijkt dit enigszins meer iets voor een eliteclub. Echter vind ik het wel knap en zelfs uniek dat ze dergelijke begeleiding aanbieden.
Als speler vind ik het wel mooi dat men dergelijke begeleiding aanbied. Maar ik kan me ook voorstellen dat je het ook ambetant zou vinden omdat je continue opgevolgd wordt en dit in het amateurvoetbal.
Ook als je mindere kwaliteiten hebt als speler en je niet kan doorstromen naar de A-kern, ga je je misschien als 5de wiel aan de wagen voelen. Dat is misschien wel dé valkuil.
Als trainer kan je op dit project enkel maar fier zijn. Maar je moet wel opletten dat je ook je mindere spelers blijft soigneren zoals je dat met je beteren ook doet!
16
Synthese reflecties
SPELERSONTWIKKELING
1. Niveau - trainingsmethoden
2. Segmentatie = elke speler op eigen niveau
3. Willen winnen = belangrijk, vanaf u15 klassement
4. Techniek wordt steeds belangrijker – iedereen min. een helft speeltijd 5. Fun is belangrijk op élke leeftijd!
6. Opleiding blijft het belangrijkste ondanks kwaliteiten
7. Ouders zijn een van de belangrijkste pionnen voor een speler 8. Veiligheid & gezondheid primeren!
9. Begeleiding is belangrijk maar mag niet overdreven zijn.
TRAINERSONTWIKKELING
1. Nieuwe trainingsmethoden = beter niveau - fusie = meer potentieel aan spelers
2. Elke speler steunen.
3. Resultaat is minder belangrijk, goed voetbal & ontwikkeling des te meer
4. Selecties maken in onderbouw = positief of negatief?
5. Altijd fun is moeilijk, soms ook ‘droge’ oefeningen geven.
6. Ontwikkeling basismotorische vaardigheden 7. Goede sfeer onderling (club – trainer – spelers) 8. EHBO-diploma voor élke trainer verplicht!
9. Alle spelers zijn belangrijk!
CLUBONTWIKKELING
1. Eendracht maakt macht
2. Infrastructuur = ontzettend belangrijk. Elke club één kunstgrasveld!
3. Betere trainers in de onderbouw
4. Sociale club of selectie betere spelers?
5. Staan voor bepaalde spelstijl + positieve sfeer uitstralen 6. Panathlon-verklaring + opleidingsplan is voor iedereen
7. Steun ouders = positief = reclame = hoeksteen van de clubs
8. Vrijwilligers zijn de steunpilaren van de club + defribilator aanwezig op elke club!
9. Doorstroming = binding nieuwe spelers!
17
HOOFDSTUK 3 : STAGE U6
3.1. Indeling van de stage
De stage U6 bestaat uit één individuele opdracht:
1.het uitwerken en begeleiden training U6 in een 2v2 omgeving.
2.één groepsopdracht (uitgevoerd door drie of vier cursisten):
het organiseren van een dribbelfestival bij een stageclub naar keuze.
Het dribbelfestival dient te worden gefilmd. Het beeldmateriaal (=
sfeerreportage) wordt samen met het stageboek ingediend op een gegevensdrager of doorgestuurd via het internet.
De cursist wordt tijdens de volledige stageperiode begeleid door een gediplomeerde coach, minstens intitiator - getuigschrift C voor U6 stage die als mentor fungeert.
Elke trainingssessie wordt vooraf doorgesproken met de mentor. De mentor is bij voorkeur bij elke training aanwezig.
3.2. Organisatie stage Training 1
Datum Gesprek mentor: 27/02/2015
Datum: 25/02/2015
Club: FC Herderen-Millen
Categorie: U6 Dribbelfestival
Kandidaat 1: Kenneth Stulens Kandidaat 2: Tim Terwingen Kandidaat 3: David Addis Kandidaat 4: Jorgen Groven Kandidaat 5: Steffen Dupas Kandidaat 6: Franck Poismans
Datum voorbereidende vergadering: 09.04.2015
Datum: 02/05/2015
Club: FC Herderen - Millen
18
3.3. Training 1 gegeven door de kandidaat (U6)
Naam: Stulens Kenneth Aantal: 10
Categorie/niveau: U6 Materiaal: Rode en blauwe hesjes, rode kegels, blauwe/gele/groene en witte nopjes, 1 groot doel, ballen
STARTSPEL De Jagers en de konijnen
Beschrijving:
Omschrijving
veld maken tussen strafschofgebied en middellijn in de hoeken zones van 2m op 2m
Alle spelers hebben een bal
2 jagers (rode tenues)
spelers dribbelen tussen zones (bossen) zonder getikt te worden
Getikt = opdracht uitvoeren (bv 5x over bal springen
Materiaal
Rode kegels, rode hesjes Coaching
Controle over bal behouden
Proberen niet naar bal te kijken
Oog-voet coördinatie
Fun wie kan het meest van 'bos' veranderen zonder getikt te worden?
Opmerking
afstand afhankelijk van niveau groep en aantal spelers
Afstanden
zones 2m/2m
tussen zones: 4m-5m Duur
ca. 5 x 1’30’’ + telkens 1’ rust (= opdracht bal op grond botsen en met 2 handen vangen)
WEDSTRIJDVORM 1 1 vs 1
Beschrijving:
Omschrijving:
Wedstrijdjes één tegen één
Rood tegen blauw - scoren door doeltje te dribbelen
Na doelpunt-> speler die heeft laten scoren indribbelen + doelpuntenmaker terug naar eigen doel
Scoren = 1 punt Coaching
Proberen tegenstander te dribbelen en scoren
Probeer door het poortje te dribbelen Materiaal
Grote (rode) kegels
Hesjes (rood) = Barcelona vs Cheslea Fun
Wie kan het meeste scoren? Wie heeft het meeste punten?
Afstanden
± 5m x ± 8m = helft wedstrijdveld u6 Duur
3 x 2’ + 1’rust (= opdracht bal op grond laten botsen en met één proberen te vangen)
19
TUSSENVORM – SPELVORM 1 De piraten en de zee(bommen) Beschrijving:
Omschrijving
Spelers zijn piraten - gebied tussen rode kegels is de zee Gele kegels zijn bommen.
Bom raken is buiten de zee balletje botsen en vangen & dus -1 punt.
Spelers starten met 10 punten Opdrachten:
Bommen ontwijken met bal aan de voet door er tussendoor te dribbelen
Trachten met balletje rond de bom te draaien zonder de bom te raken:
o Linkervoet o Rechtervoet o Beide voetjes Coaching
Balletje onder controle houden (kort aan voet)
Trachten met balletje rond nopje te draaien
Eerst met rechtervoetje en dan met linkervoetje Fun Wie heeft het meeste punten over?
Afstand
±10m x ±16m Materiaal
Rode kegels
Gele nopjes Duur
4 x 2’ + telkens 1’ rust
20
WEDSTRIJDVORM 2 Eén vs één
Beschrijving:
Omschrijving
Eén tegen één - rood tegen blauw
Scoren door bal door poortje te trappen
Na doelpunt -> iedereen terug naar zijn doeltje
Tegenstander mag indribbelen
Scoren is één punt Coaching
Proberen tegenstander te dribbelen en scoren
Probeer door poortje te trappen Materiaal
Rode kegels, rode hesjes, blauwe, groene en witte nopjes Fun
Wie verzamelt het meest aantal punten?
Afstand:
4m x 2m Duur
3x2’ + telkens 1’ rust TUSSENVORM – SPELVORM 2 Estafette
Beschrijving:
Estafette, 2 gele, groene en blauwe nopjes.
2 rode kegels
5 rode hesjes, 5 blauwe Omschrijving
Rood tegen blauw
Iedereen achtereenvolgens om dezelfde kleur te tikken
Om het nopje lopen (volgorde blauw – groen – geel)
Aflossen met een “high-five”
Andere spelers moeten de actieve speler helpen door coaching en moedigen aan
Coaching:
Luisteren/Concentratie
Snel reageren Fun
Welke ploeg is het eerste klaar?
Duur 3 reeksjes
WEDSTRIJDVORM 3 2 vs 2 + 1 vs 1 Beschrijving:
Omschrijving
Wedstrijdjes 2 vs 2 met doorschuiven
Na elk wedstrijdje blijft er één rode en één blauwe speler staan en schuiven de anderen ploegje naar het volgende stadionnetje.
Elk veldje krijgt zijn eigen stadionnaam (genoemd naar bekende club) bv. Chelsea, Bayern München, Barcelona, Real Madrid.
Wedstrijdregels zijn dezelfde als de regels die tijdens weekendwedstijden gelden.
Duur
5 x 2’ + telkens 1’ rust (= doorschuiven) Fun
Welk ploegje verzamelt het meest aantal doelpunten?
Coaching
Durven dribbelen
Durven trappen op doel Chelsea Real
Madrid Barcelona
Bayen München
21
Materiaal
Rode hesjes
Rode kegels
Blauwe nopjes
22
EINDSPEL Penaltycup
Beschrijving:
Omschrijving:
Elk ploegje vaardigt één keeper af Iedereen trapt één penalty.
We doen 5 reeksjes (iedereen heeft in doel gestaan).
Wie scoort ploegje één punt!
Fun
Welk ploegje heeft het meeste aantal punten?
Coaching
Proberen te scoren
(Proberen in hoekjes te trappen)
23
Zelfevaluatie DIDACTIEK training 1
In te vullen door de kandidaat
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling – Enthousiasme (kledij, voorkomen, motivatie, engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie
X
2. Verbale uitstraling - Enthousiasme(geen dialect, voldoende
luid, voldoende intonatie). X
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang Tussen de verschillende vormen X
4. Bij golven en carroussel : vlot doorschuiven van de spelers
zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen" X Trainingsbegeleiding- Trainingsbeleving
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele
demo) met X
6. Creëer met veel enthousiasme een echte trainingsbeleving
met beeldspraak volgens de leef-wereld van de kinderen X 7. Geen Coaching – Creatie van leeromgeving waarin kinderen
zelf ontdekken. X
8. Rekening te houden met de grote diversiteit in
bewegingservaringen van deze kinderen. Geef indien nodig extra uitdagingen aan de kinderen die reeds verder staan in hun ontwikkeling
X
Inhoud ("initiator"-niveau)
9. Keuze van de oefeningen ter verbetering van de
bewegingsvaardigheden (basis motorische vaardigheden) X 10. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van
doelen en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema) X 11. Spelvormen - Tussenvorm : Spelvorm met hoog fun-gehalte X
12. Veilige leeromgeving X
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1. Iets minder proberen te coachen tijdens de wedstrijdvormen, meer begeleiden 2. Nog nét iets meer inleven in leefwereld van de kinderen
3. Iets minder dialect, proberen hele groep voor me te krijgen i.p.v. rond mij.
24
Evaluatie DIDACTIEK training 1
In te vullen door de mentor
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling – Enthousiasme (kledij, voorkomen, motivatie, engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie
2. Verbale uitstraling - Enthousiasme(geen dialect, voldoende luid, voldoende intonatie).
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang Tussen de verschillende vormen
4. Bij golven en carrousel : vlot doorschuiven van de spelers zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen"
Trainingsbegeleiding- Trainingsbeleving
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele demo) met
6. Creëer met veel enthousiasme een echte trainingsbeleving met beeldspraak volgens de leefwereld van de kinderen 7. Geen Coaching – Creatie van leeromgeving waarin kinderen zelf ontdekken.
8. Rekening te houden met de grote diversiteit in
bewegingservaringen van deze kinderen. Geef indien nodig extra uitdagingen aan de kinderen die reeds verder staan in hun ontwikkeling
Inhoud ("initiator"-niveau)
9. Keuze van de oefeningen ter verbetering van de
bewegingsvaardigheden (basis motorische vaardigheden) 10. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van
doelen en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema) 11. Spelvormen - Tussenvorm : Spelvorm met hoog fun-gehalte 12. Veilige leeromgeving
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1.
2.
3.
25
3.4. Sfeerverslag van het dribbelfestival Waar en Wanneer georganiseerd?
Welke teams uitgenodigd?
Hoeveel kinderen aanwezig?
Hoeveel terreinen?
Wat verliep zeer goed?
Wat liep minder goed ?
Het dribbelfestival werd georganiseerd op zaterdag 02.05.2015 op de terreinen van FC Herderen-Millen. De volgende teams werden uitgenodigd om zich te komen amuseren
- De volgende teams werden uitgenodigd om zich te komen amuseren:
- FC Herderen-Millen X - FC Herderen-Millen Y - FC Herderen-Millen Z - Vlijtingen VV
- As VV
- HIH Hoepertingen - Patro Maasmechelen - Vliermaal FC
- E. Maasmechelen aan de Maas
In totaal waren er ongeveer een 60-tal spelertjes aanwezig.
Er werden 3 wedstrijdterreintjes ter beschikking en 4 oefenmodules klaargezet + 1 back-up.
Positieve punten aan het dribbelfestival waren:
- Het plezier van de kinderen
- Organisatorisch goed op elkaar ingespeeld
- 5 begeleiders van de oefenmodules + 1 coördinator wedstrijdjes - Snelle reacties op onverwachte kleine probleempjes
- Goede voorbereiding door samenzitten van organiserende club en
cursisten.
26
ATTEST STAGE
1. Gerechtigde correspondent
Ik ondergetekende Andy Maquoi,
gerechtigde correspondent van de club FC Herderen- Millen stamboeknummer 09494 verklaar hiermee dat Kenneth Stulens
geboren te Tongeren op 18/09/1990,
woonachtig te Tongeren(gemeente),3700(postnummer), straat Leopoldwal , 82(nummer), 1 volledige training als jeugdopleider geleid heeft
in onze club -U6, U7, en U9 (categorie)
die speelt in -U6 REEKS M1, U7 REEKS X1, PROV U9 REEKS 7A (serie).
Datum en handtekening van GC:
2. Verantwoordelijke mentor
Ik ondergetekende Ronny Stulens, geboren te Tongeren op 08.05.1965,
woonachtig te Tongeren (gemeente), 3700(postnummer), straat Leopoldwal, 82(nummer), houder van het volgende diploma : UEFA B,
verklaar hiermee dat Kenneth Stulens, geboren te Tongeren op 18.09.1990,
woonachtig te Tongeren (gemeente), 3700(postnummer), straat Leopoldwal, 82(nummer), 1 volledige training als jeugdopleider geleid heeft
in onze club -U6, U7, en U9 (categorie)
die speelt in -U6 REEKS M1, U7 REEKS X1, PROV U9 REEKS 7A (serie).
Datum en handtekening van de verantwoordelijke mentor:
27
ATTEST DRIBBELFESTIVAL
1. Gerechtigde correspondent
Ik ondergetekende Andy Maquoi,
gerechtigde correspondent van de club FC Herderen-Millen stamboeknummer 09494,
verklaar hiermee dat:
Kenneth Stulens, Tim Terwingen, David Addis, Jorgen Groven, Frank Poismans Steffen Dupas
Een dribbelfestival voor U6 hebben georganiseerd in onze club op 02.05.2015 die speelt in - U6 REEKS M1 (serie).
Datum en handtekening van GC:
28
HOOFDSTUK 4 : STAGE U7-U8-U9
4.1. Indeling van de stage De stage U7 – U8 – U9 bestaat uit:
1. 3 Trainingen in een 5v5 omgeving die door de kandidaat zelf wordt gegeven bij een stageclub naar keuze.
De stage wordt individueel uitgevoerd
De eerste training dient gegeven te worden bij U7.
De twee volgende trainingen bij U8 of U9.
2. één groepsopdracht (uitgevoerd door drie of vier cursisten):
Het organiseren van een indoor-multimovesessie (met minstens 12 deelnemende kinderen).
De (in- of outdoor) multimovesessie dient te worden gefilmd.
Het beeldmateriaal (= sfeerreportage) wordt samen met het stageboek ingediend op een gegevensdrager of doorgestuurd via het internet.
De cursist wordt tijdens de volledige stageperiode begeleid door een gediplomeerde coach (minstens getuigschrift B) die als mentor fungeert.
Elke trainingssessie wordt vooraf doorgesproken met de mentor. De mentor
is bij voorkeur bij elke training aanwezig.
29
4.2. Organisatie stage Training 1 (U7)
Onderwerp: Leiden en dribbelen
Datum Gesprek mentor: 18.03.2015
Datum: 18.03.2015
Club: FC Herderen-Millen
Categorie: U7 Gewestelijk Training 2 (U8 of U9)
Onderwerp: Leiden en dribbelen
Datum Gesprek mentor: 20.03.2015
Datum: 20.03.2015
Club: FC Herderen-Millen
Categorie: U9 Provinciaal Training 3 (U8 of U9)
Onderwerp: Korte passing + doelpoging
Datum Gesprek mentor: 27.03.2015
Datum: 27.03.2015
Club: FC Herderen-Millen
Categorie: U9 Provinciaal
Indoor-multimovesessie
Kandidaat 1: Kenneth Stulens Kandidaat 2: Tim Terwingen Kandidaat 3: David Addis Kandidaat 4: Jorgen Groven Kandidaat 5: Steffen Dupas Kandidaat 6: Franck Poismans
Datum voorbereidende vergadering: 01.04.2015
Datum: 09.04.2015
Adres: Sint-Jansstraat 8c, 3770 Herderen
30
ATTEST STAGE
1. Gerechtigde correspondent
Ik ondergetekende Andy Maquoi,
gerechtigde correspondent van de club FC Herderen- Millen stamboeknummer 09494 verklaar hiermee dat Kenneth Stulens
geboren te Tongeren op 18/09/1990,
woonachtig te Tongeren(gemeente),3700(postnummer), straat Leopoldwal , 82(nummer), 1 volledige training als jeugdopleider geleid heeft
in onze club -U6, U7, en U9 (categorie)
die speelt in -U6 REEKS M1, U7 REEKS X1, PROV U9 REEKS 7A (serie).
Datum en handtekening van GC:
2. Verantwoordelijke mentor
Ik ondergetekende Ronny Stulens, geboren te Tongeren op 08.05.1965,
woonachtig te Tongeren (gemeente), 3700(postnummer), straat Leopoldwal, 82(nummer), houder van het volgende diploma : UEFA B,
verklaar hiermee dat Kenneth Stulens, geboren te Tongeren op 18.09.1990,
woonachtig te Tongeren (gemeente), 3700(postnummer), straat Leopoldwal, 82(nummer), 1 volledige training als jeugdopleider geleid heeft
in onze club -U6, U7, en U9 (categorie)
die speelt in -U6 REEKS M1, U7 REEKS X1, PROV U9 REEKS 7A (serie).
Datum en handtekening van de verantwoordelijke mentor:
31
4.3. Training 1 gegeven door de kandidaat (U7)
Naam: Kenneth Stulens
Thema: Leiden en dribbelen Aantal: 10
Categorie/niveau:
U7 Gewestelijk
Materiaal: grote kegels;
overgooiers; 4 doeltjes; gekleurde nopjes
Richtlijnen en coachingswoorden:
Controle over bal
Proberen niet te kijken naar het balletje tijdens het drijven = overzicht
Scoren
* Complexiteit oefeningen + afstanden veldjes kunnen variëren naargelang niveau groep en uitvoering van groep OPWARMING Politie en de boeven (Tikkertje)
Organisatie
4 grote rode kegels
2 rode hesjes spelers (zonder bal)
Rest van de spelers (met bal) Beschrijving:
Spelers zonder bal zijn tikkers (politie). Zij moeten trachten spelers met bal (boeven) aan te tikken door hun bal buiten het vierkant te krijgen.
Wanneer een speler is aangetikt bal boven het hoofd houden, andere spelers kunnen hem bevrijden door balletje door de benen te spelen.
Afstand:
±12m x ±8m Tijdsduur:
Totaal 7’
Tussen wissel telkens 30” rust(om truitjes te wisselen) Fun:
Wie verzamelt er het meest aantal punten?
Coaching:
Balletje kort aan de voet houden (2 voetjes gebruiken) Hoofd omhoog tijdens het dribbelen (overzicht)
WEDSTRIJDVORM 1 1 vs 1
Organisatie 5 groen hesjes Blauwe nopjes Beschrijving:
5 veldjes 1 vs 1 groen vs blauw
Na einde wedstrijd schuift groen telkens een veldje naar rechts.
Na doelpunt terugkeren naar eigen doel en tegenstander laten indribbelen.
Afstand:
± 10m x ±5m Tijdsduur:
12’= 5 x 1’30’’ + 1’ rust Coaching:
Probeer tegenstander te dribbelen
Overzicht
Scoren!
Fun Wie verzamelt er het meest aantal punten?
TUSSENVORM 1 Dribbelen – korte slalom Doorschuiven
32
Organisatie
3 rode nopjes
3 gele nopjes
2 blauwe nopjes
Ballen
1 doel Beschrijving:
Speler A dribbelt tussen gele nopjes pass naar B dribbel tussen rode nopjes afwerken Wie scoort mag in doel en krijgt 1 punt Opmerking:
Tussen de oefeningen balletje kort aan de voet houden en doorschuiven naar de volgende oefening.
Tijdsduur:
3 x 3’ + 1’ rust:
3’ rechtervoet
3’ linkervoet
3’ beide voeten
1’ rust = vragen stellen (wat geleerd? Hoeveel punten?...)
Fun:
Wie kan het meeste scoren?
Coaching:
balletje kort aan de voet houden
overzicht
snelheid van uitvoering
33
WEDSTRIJDVORM 2 K+2 vs 2
Organisatie 4 doeltjes 4 grote kegels 4 groene hesjes
Beschrijving: overtal/ondertal Afstand:
±8m x ±4m Tijdsduur:
2 x 3’ + 1’ rust Fun:
Wie kan het meeste punten verzamelen?
Coaching:
Overtal:
Durf balletje afpakken
Durven dribbelen
Overzicht Ondertal:
Durf het balletje afpakken
Probeer te dribbelen + overzicht
(Snel werken)
TUSSENVORM 2 Dribbelen – brede slalom Organisatie
3 rode nopjes
3 gele nopjes
2 blauwe nopjes
Ballen
1 doel
Beschrijving: variante TV1
Speler A dribbelt tussen gele nopjes pass naar B dribbel tussen rode nopjes afwerken Wie scoort mag in doel en krijgt 1 punt Opmerking:
Tussen de oefeningen balletje kort aan de voet houden en doorschuiven naar de volgende oefening.
Tijdsduur:
3 x 3’ + 1’ rust:
3’ rechtervoet
3’ linkervoet
3’ beide voeten
1’ rust = vragen stellen (wat geleerd? Hoeveel punten?...)
Fun:
Wie kan het meeste scoren?
Coaching:
balletje kort aan de voet houden
overzicht
snelheid van uitvoering
WEDSTRIJDVORM 3 5 vs 5
34
Organisatie
2 doeltjes
5 hesjes
4 rode kegels
nopjes Beschrijving:
Wedstrijd 5 vs 5 Ruitvorm
Keeper = meevoetballen.
Doelpunt = 1 punt Afmetingen:
Duiveltjesveld: ±35m x ±25m Tijdsduur:
2 x 5’ + 1’ rust
Fun Welk ploegje scoort het meest?
Coaching:
Dribbelen + overzicht
Niet op een hoopje
Keeper doet mee!
COOLING DOWN Kegeltje trap
Organisatie
2 grote kegels
6 hesjes
Beschrijving:
Spelers trachten van bepaalde afstand (afhankelijk van niveau groep) kegels omver te trappen.
2 grote kegels in de hoeken van de doelen + 3 kleintjes in het midden.
Grote kegels zijn 2 punten waard.
Kleine kegels zijn 1 punt waard.
Fun:
Welke ploeg scoort het hoogst aantal punten?
Tijdsduur:
5’
Coaching:
Met trappen
Goed mikken hoeken
35
Zelfevaluatie DIDACTIEK training 1
In te vullen door de kandidaat
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling (kledij, voorkomen, motivatie,
engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie X
2. Verbale uitstraling (geen dialect, voldoende luid, voldoende
intonatie) X
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang van opwarming naar WV1 naar TV1 naar
WV2 naar cooling-down X
4. Bij golven en carroussel : vlot doorschuiven van de spelers
zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen" X Trainingsbegeleiding (coaching)
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele
demo) X
6. Animerende coaching (positief, aangepast taalgebruik, fun,
beleving, puntentelling) X
7. Coaching in functie van het thema maar steeds na de actie X Inhoud ("initiator"-niveau)
8. Opwarming (keuze van de oefeningen ter verbetering van de
basismotorische vaardigheden) X
9. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van doelen
en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema) X 10. Wedstrijdvormen : juiste veldbezetting (ruit) en aantal
spelers X
11. Tussenvorm : kwaliteit tussenvorm (hoog fun-gehalte) X
12. Cooling-down (keuze huiswerk) X
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1. Opletten met dialectische woordkeuze.
2. Fun-gehalte is redelijk op niveau, maar mag bij momenten nog iets hoger.
3. Opletten met grootte speelveld (soms net iets te groot) wel na het te zien,
kunnen corrigeren.
36
Evaluatie DIDACTIEK training 1
In te vullen door de mentor
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling (kledij, voorkomen, motivatie,
engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie 2. Verbale uitstraling (geen dialect, voldoende luid, voldoende
intonatie)
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang van opwarming naar WV1 naar TV1 naar WV2 naar cooling-down
4. Bij golven en carroussel : vlot doorschuiven van de spelers zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen"
Trainingsbegeleiding (coaching)
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele demo)
6. Animerende coaching (positief, aangepast taalgebruik, fun, beleving, puntentelling)
7. Coaching in functie van het thema maar steeds na de actie Inhoud ("initiator"-niveau)
8. Opwarming (keuze van de oefeningen ter verbetering van de basismotorische vaardigheden)
9. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van doelen en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema)
10. Wedstrijdvormen : juiste veldbezetting (ruit) en aantal spelers
11. Tussenvorm : kwaliteit tussenvorm (hoog fun-gehalte) 12. Cooling-down (keuze huiswerk)
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1.
2.
3.
37
4.4. Training 2 gegeven door de kandidaat (U8-U9)
Naam: Kenneth Stulens
Thema: Leiden en dribbelen Aantal: 8
Categorie/niveau:
U9 Provinciaal
Materiaal: Rode kegels, verschillende kleuren nopjes, rode + blauwe hesjes, 3 doeltjes
Richtlijnen en coachingswoorden:
1. Raak-raak = drijven met bal = elke stap zetten is bal proberen te raken 2. Durven = durven dribbelen
3. Schaar Links en Rechts = o Juiste voet drijven o Uitvallen
o Snelheid o “Overdrijven”
4. Doen = scoren
5. Overzicht = kijken wat er voor je gebeurt, welke medespelers vrij staan Jongeleren = Tussen de oefeningen: balletje hooghouden!
* Complexiteit oefeningen + afstanden veldjes kunnen variëren naargelang niveau groep en uitvoering van groep
OPWARMING 1-2-3-Piano
Organisatie
2 rode kegels
6 groene nopjes
1 rood hesje
7 ballen Beschrijving:
Speler in het rood:
Staat met rug richting andere spelers
Roept “één-twee-drie” piano
Vervolgens draait hij zich om en moeten anderen stokstijf blijven stilstaan
Wanneer rode speler zich terug met de rug naar anderen draait, moeten de anderen trachten voorbij rode kegels te raken.
Wie gezien wordt te bewegen moet terug naar beginlijn.
Wie als eerste over rode lijn geraakt = winnaar = nieuwe controleur = rode speler
Tijdsduur:
15’ = 7’ (zonder bal) + 1’ (rust) + 7’ met bal Afstand:
±15m Fun:
Wie wordt de nieuwe controleur?
Trainer doet eventueel mee!
Coaching:
1 + 5
WEDSTRIJDVORM 1 K+1 vs 1+K
Organisatie
rode hesjes
2 nopjes
2 doeltjes
4 ballen Beschrijving:
Blauw vertrekt met bal aan voet en probeert te scoren.
Rood vertrekt onderaan zonder bal en tracht bal te veroveren en zelf te scoren.
2 MEEVOETBALLENDE keepers!!
Na 7’ wordt er gewisseld: blauw vertrekt met bal.
Wie scoort wordt keeper + 1 punt.
Fun:
Welke ploeg kan het meeste punten verzamelen?
Tijdsduur:
15’ = 7’ (rood = V) + 1’ rust + 7’ (rood = A) Coaching:
1 tem 5
TUSSENVORM 1 Afwerken
38
Organisatie
4 rode kegels
8 rode nopjes
2 groene nopjes
8 ballen
2 doeltjes
4 rode hesjes Beschrijving:
Er wordt in 2 groepen gewerkt Drijven = ‘raakraak’ tot rode kegel (= tegenstander) schaarbeweging – tot verder tot volgende rode kegel opnieuw
schaarbeweging andere voet afwerken. Scoren = doel in + 1 punt.
Speler haalt bal en in terugkomen draaien
binnenkantvoet rond gele kegel, daarna slalom tussen nopjes. Opnieuw draaien rond gele kegel.
Aansluiten andere groep. Scoren = 1 punt Fun:
Wie behaalt het meeste punten?
Tijdsduur:
2 x 5’ + 1’ rust Coaching:
1 tem 5
39
WEDSTRIJDVORM 2 K+2 vs 2+K
Organisatie
rode hesjes
2 doeltjes
1 bal
Afbakening door nopjes Beschrijving
K+2 vs 2+K
2 MEEVOETBALLENDE keepers!!
Na 7’ wordt er gewisseld: rood vertrekt met bal.
Wie scoort wordt keeper + 1 punt.
Fun:
Welke ploeg kan het meeste punten verzamelen?
Tijdsduur:
15’ = 7’ (rood = V) + 1’ rust + 7’ (rood = A) Coaching:
1 tem 5
TUSSENVORM 2 Afwerken
Organisatie
2 doeltjes
4 rode hesjes
8 rode nopjes
2 rode + 4 gele kegels
2 groene nopjes
8 ballen Beschrijving:
Variante TV1
Competitievorm: Rood vs Blauw
Drijven = raakraak, naar rode kegel (spelers kruisen elkaar) Passeerbeweging en afwerken. Scoren = 1 punt + doel in
In het terugkomen: speler haalt bal – rondje om gele kegel, slalom rond nopjes – opnieuw rondje rond gele kegel – en aansluiten bij eigen groep Tijdsduur:
4 x 3’ + telkens 1’ rust
Na 2 x 3’ wisselen van kant (2 x 3’ L + 2 x 3’ R) Fun:
Welke speler heeft het meest aantal punten?
Coaching:
1 tem 5
WEDSTRIJDVORM 3 K+1 vs 1+K
40
Organisatie
4 doeltjes
2 rode + groen + blauwe hesjes o Groen = Wolfsburg = Ploeg A o Blauw = Chelsea = Ploeg = B o Rood = Bayern München = Ploeg C o Ploeg zonder hesjes = Barcelona = Ploeg
2 ballen D Beschrijving:
Champions League 2 vs 2 Meevoetballende doelman!!
Doorschuiven:
W1: A vs B = A1 + B1 zijn doelman
C vs D = C1 + D1 zijn doelman W2: A vs C = A2 + C2 zijn doelman
B vs D = B2 + D2 zijn doelman W3: A vs D = A1 + D1 zijn doelman
B vs C = B1 + C1 zijn doelman W4:
Winnaars vs winnaars
Verliezers vs verliezers
nummers 2 zijn doelman Afstand:
±10m x ±5m Tijdsduur:
15’ = 6 x 2’ + 3 x 1’ rust Fun:
Welk team kan het tornooi winnen?
Coaching:
1 tem 5
COOLING DOWN Hoekje trap
Organisatie
4 rode kegels
2 doeltjes
4 rode hesjes Beschrijving:
Spelers moeten proberen kegels (die in de hoeken van het doel zijn geplaatst) om te trappen.
Rood vs blauw.
Kegeltje om = 1 punt Fun:
De ploeg die het eerst 5 punten haalt wint.
Tijdsduur:
5’
Coaching:
1 + 4 + 5
41
Zelfevaluatie DIDACTIEK training 2
In te vullen door de kandidaat
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling (kledij, voorkomen, motivatie,
engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie x
2. Verbale uitstraling (geen dialect, voldoende luid, voldoende
intonatie) x
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang van opwarming naar WV1 naar TV1 naar
WV2 naar cooling-down x
4. Bij golven en carroussel : vlot doorschuiven van de spelers
zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen" x Trainingsbegeleiding (coaching)
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele
demo) x
6. Animerende coaching (positief, aangepast taalgebruik, fun,
beleving, puntentelling) x
7. Coaching in functie van het thema maar steeds na de actie x Inhoud ("initiator"-niveau)
8. Opwarming (keuze van de oefeningen ter verbetering van de
basismotorische vaardigheden) x
9. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van doelen
en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema) x 10. Wedstrijdvormen : juiste veldbezetting (ruit) en aantal
spelers x
11. Tussenvorm : kwaliteit tussenvorm (hoog fun-gehalte) x
12. Cooling-down (keuze huiswerk) x
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1. Overgang tussen oefeningen kan iets vlotter
2. Speeloppervlakte proberen aan te passen aan grootte van de groep
3. Probeer niveau oefeningen nog iets hoger te brengen sterke groep.
42
Evaluatie DIDACTIEK training 2
In te vullen door de mentor
S Z V G ZG
Persoonlijkheid trainer
1. Fysieke uitstraling (kledij, voorkomen, motivatie,
engagement, aanvaarden opmerkingen) voorbeeldfunctie 2. Verbale uitstraling (geen dialect, voldoende luid, voldoende
intonatie)
Organisatie (vlotheid) :
3. Vlotte overgang van opwarming naar WV1 naar TV1 naar WV2 naar cooling-down
4. Bij golven en carroussel : vlot doorschuiven van de spelers zoveel mogelijk "speeltijd", en zoveel mogelijk "bewegen"
Trainingsbegeleiding (coaching)
5. Uitleg van de oefeningen (duidelijk, kwaliteit eventuele demo)
6. Animerende coaching (positief, aangepast taalgebruik, fun, beleving, puntentelling)
7. Coaching in functie van het thema maar steeds na de actie Inhoud ("initiator"-niveau)
8. Opwarming (keuze van de oefeningen ter verbetering van de basismotorische vaardigheden)
9. Wedstrijdvormen : juiste spelregels + afmetingen van doelen en speeloppervlakte (i.f.v. leeftijd en gekozen thema)
10. Wedstrijdvormen : juiste veldbezetting (ruit) en aantal spelers
11. Tussenvorm : kwaliteit tussenvorm (hoog fun-gehalte) 12. Cooling-down (keuze huiswerk)
S = slecht Z = zwak V = voldoende G = goed ZG = zeer goed
3 didactische werkpunten (zie richtlijnen syllabus specifieke didactiek p. 29-32) 1.
2.
3.
43
4.5. Training 3 gegeven door de kandidaat (U9)
Naam: Kenneth Stulens
Thema: korte passing + doelpoging Aantal: 10
Categorie/niveau:
U9 Provinciaal
Materiaal: nopjes, hesjes, 10 ballen
Richtlijnen en coachingswoorden:
1. Schaar = o Snelheid
o Drijven juiste voet o “overdrijven”
o uitvallen
2. Raak-raak = bal kort aan voet houden
3. Durf = durven dribbelen/passeerbeweging gebruiken 4. Kijken = kijken of medespeler in gunstigere positie staat 5. Doen = scoren = afwerken + 2de plaal!!
Jongeleren = Tussen de oefeningen: balletje hooghouden!
* Complexiteit oefeningen + afstanden veldjes kunnen variëren naargelang niveau groep en uitvoering van groep
OPWARMING Schipper mag ik overvaren
Organisatie 4 kegels 10 ballen 1 hesje Beschrijving:
9 spelers zijn de bootjes, rode speler is de schipper. De 9 bootjes moeten proberen van haven tot haven te geraken zonder dat de schipper hen kan aan tikken (met bal).
Fase 1: zonder bal overlopen Fase 2: met bal aan de voet Fun:
Schipper telt aantal tegengehouden bootjes wie kan er het meest aantal bootjes tegenhouden?
Tijdsduur:
10 x 1’ + rust = wisselen van schipper
Afstand = helft van wedstrijdveld u9 = ±12m x ± 17m Coaching:
1 tem 3
WEDSTRIJDVORM 1 2 vs 2+K
Organisatie 8 rode kegels 2 doeltjes 4 ballen Beschrijving:
2 speler vs 1 + K
Rode speler kan/mag enkel verdedigen in rode zone Speler die indribbelt keuze: pass, 1/2 of dribbel (laten
nadenken).
Speler die bal verliest verdediger Scoren = keeper worden!
Scoren = 1 punt
Doorschuiven naar volgend veldje.
Ander ploegje kan scoren op 2de doeltje Tijdsduur:
2 x 5’ + 1’ rust Coaching:
1 tem 5
