Vraag nr. 185
van 22 september 2000
van de heer CARL DECALUWE Sociale woningbouw – Extra middelen
In antwoord op een interpellatie van collega Ve e r l e Heeren stelt de minister dat er in de begroting 2000 een extra miljard is opgenomen om voor drie-duizend woningen "te gebruiken". Hiertoe zullen de huisvestingsmaatschappijen, zegt de minister, zich zeer actief moeten opstellen. ( H a n d e l i n g e n Commissievergadering nr. 182 van 8 juni 2000, b l z . 5 e.v. – red.)
1. Hoe en volgens welke financieringstechniek kunnen er met 1 miljard drieduizend woningen bijkomen in Vlaanderen ?
2. Welke criteria worden gebruikt voor het stellen van prioriteiten inzake bouwplaatsen ?
3. Welke projecten en door welke maatschappijen werden in het kader van deze extra middelen ingediend en reeds goedgekeurd ?
Hoeveel middelen werden reeds vastgelegd, e n dit opgesplitst per provincie ?
Antwoord
1. In het antwoord op een interpellatie van me-vrouw Veerle Heeren werd inderdaad gewag ge-maakt van een extra miljard dat in de begroting van 2000 werd ingeschreven om "te gebruiken" voor de realisatie van drieduizend sociale wo-ningen.
Met de extra middelen die in de begroting voor 2000 werden opgenomen voor de bouw en reno-vatie van sociale huurwoningen kon inderdaad het investeringsvolume van de Vlaamse Huis-vestingsmaatschappij (VHM) zodanig worden verhoogd dat in 2000, inclusief alle andere sub-sidies en financieringsbronnen, zowat driedui-zend sociale huurwoningen zullen kunnen wor-den gerealiseerd. Het extra miljard is dus een een bijkomende impuls, bovenop de reeds be-staande inspanningen in de sector, die ervoor moet zorgen dat het vooropgestelde doel kan worden gerealiseerd.
De interpretatie als zouden uitsluitend met dat 1 miljard frank drieduizend woningen kunnen worden gerealiseerd, is voor rekening van de Vlaamse volksvertegenwoordiger.
2. De socialehuisvestingsprojecten moeten uiter-aard beantwoorden aan de criteria van het hui-dige Vlaamse woonbeleid, met de bekende klemtonen op inbreiding, kleinschaligheid en menging van woontypes.
Een prioriteitsstelling is in de huidige omstan-digheden niet echt nodig, omdat het projectaan-bod in evenwicht is met de beschikbare midde-l e n . Met andere woorden : amidde-lmidde-le projecten die de socialehuisvestingsmaatschappijen willen ont-w i k k e l e n , kunnen momenteel ook financieel worden ondersteund.
Wat de gewone V H M - i n v e s t e r i n g s p r o g r a m m a ' s b e t r e f t , hanteert de VHM nog wel provinciale verdeelsleutels die een afgeleide zijn van de w o o n b e h o e f t e s t u d i e s. Een zekere territoriale spreiding is bijgevolg verzekerd.
3. Als b i j l a g e bezorg ik de Vlaamse volksvertegen-woordiger een overzicht van de projecten die in de loop van de eerste acht maanden van dit jaar reeds werden goedgekeurd, samen met een ra-ming van de projecten die in de loop van het jaareinde nog worden verwacht.
Uit dat overzicht blijkt onder meer dat :
– tot en met 31 augustus reeds de bouw werd goedgekeurd van 1.069 nieuwe sociale huur-w o n i n g e n , huur-waarvan 210 via het gehuur-wone in-vesteringsprogramma van de V H M , 817 via diverse gesubsidieerde programma's en 42 woningen met eigen middelen van de socia-lehuisvestingsmaatschappijen ;
– op basis van de ramingen van de nog uit te voeren projecten op de goedgekeurde pro-g r a m m a ' s, het vooroppro-gestelde streefdoel zonder meer kan worden behaald.
Zowel op het gewone investeringsprogram-m a , als op het projectsubsidieprograinvesteringsprogram-minvesteringsprogram-ma zijn nagenoeg alle projecten aanbestedings-klaar.
betere prijzen zouden kunnen worden ge-haald.
Binnen het projectsubsidieprogramma zullen alle beschikbare middelen kunnen worden vastgelegd op basis van de definitieve ont-w e r p e n , maar zullen mede om dezelfde reden ook nog heel wat aanbestedingen wor-den uitgesteld tot in het vroege voorjaar van 2001 ;
– er een behoorlijke provinciale spreiding is van de inspanningen.
Bij de interpretatie van de resultaten moet de Vlaamse volksvertegenwoordiger reke-ning houden met het afzonderlijke budget voor de steden Antwerpen en Gent.