• No results found

Zondagslezing

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Zondagslezing"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

kerk & leven

lezingen & Commentaar

14

30 maart 2016

Lezingen door de week | Maandag 4 april (Aankondiging van de Heer • Maria Boodschap) Jesaja 7, 10-14 – Brief aan de He- breeën 10, 4-10 – Lucas 1, 26-38 • Dinsdag 5 april: Handelingen der Apostelen 4, 32-37 en Johannes 3, 7-15 • Woensdag 6 april:

Handelingen der Apostelen 5, 17-26 en Johannes 3, 16-21 • Don- derdag 7 april: Handelingen der Apostelen 5, 27-33 en Johannes

3, 31-36 • Vrijdag 8 april: Handelingen der Apostelen 5, 34-42 en Johannes 6, 1-15 • Zaterdag 9 april: Handelingen der Apostelen 6, 1-7 en Johannes 6, 16-21 • Zondag 10 april (Derde paaszondag) Handelingen der Apostelen 5, 27b-32.40b-41 – Apokalyps 5, 11-14 – Johannes 21, 1-19.

eucharistie op radio | 3 april, 10 uur, VRT Radio 1: vanuit de parochie Onze-Lieve-Vrouw in Kortrijk.

eucharistie op tv | 3 april, 10.30 uur, KRO via NPO 2 (Ne- derland 2): vanuit de parochie heilige Nicolaas in Baarn, in de provincie Utrecht.

commentaar bij de zondagslezingen c-jaar

— Luc Devisscher —

De hemel ontluikt

Evangelie • Elk jaar wordt met Beloken Pasen het evangelie van Johannes gelezen over de leerlingen die zich daags na de paassabbat verschanst hebben in hun verblijfplaats uit angst voor de joodse leiders. Ondanks gesloten luiken en deuren komt Jezus in hun midden. Hij rust hen toe met de heilige Geest en stuurt hen de wereld in met de volmacht zonden te ver- geven. Tomas Didymus was er niet bij. Achteraf heeft hij het moeilijk het verhaal van de an- deren te geloven. Acht dagen later staat Jezus weerom in hun midden. Het ongeloof van To- mas wordt bijgespijkerd. Hij belijdt zijn geloof: „Mijn Heer en mijn God.”

In de paastijd van het C-jaar wordt ook gelezen uit de Handelingen van de Apostelen en het boek van de Openbaring. Een uitgelezen kans om die twee geschriften beter te leren kennen.

Lezing uit Handelingen • Het tweede boek van Lucas heeft in de zondagsliturgie het sta- tuut ‘eerste lezing’. Er wordt uit voorgelezen voorafgaand aan het evangelie. Dat komt om- dat het boek niet over Jezus gaat, maar over het wedervaren van de vroege Kerk. Hoewel die

‘onderschikking’ liturgisch gerechtvaardigd is, heeft Lucas het anders bedoeld. Beide boe- ken werden geschreven om na elkaar te lezen.

We kunnen daarbij veronderstellen dat Lucas tamelijk kort na het schrijven van zijn evangelie begonnen is aan het boek Handelingen. Beide werken haken op elkaar in. Zo krij- gen we het hemelvaartverhaal tweemaal. In het evangelie vormt het de afsluiting van Je- zus’ aardse leven en in Handelingen is het de aankondiging van het begin van de tijd van de Kerk. En zoals in het eerste boek de verkonding van Jezus start na het doopsel met de Geest, begint de tijd van de Kerk met de komst van de heilige Geest op Pinksteren.

Over die Geest gaat het trouwens voortdurend. Hij is de verbindingsschakel tussen Je- zus en de Kerk. Lucas geeft aan dat het leven van Jezus (in het evangelie) en de verspreiding van zijn goede boodschap tot het uiteinde van de aarde (in de handelingen) één geheel vor- men en vruchten zijn van dezelfde Geest. In de lezing van deze tweede zondag na Pasen is in de vroege Kerk Pinksteren al voorbij. De Geest is volop aan het werk. Het resultaat van die geestesbewogenheid is dat altijd maar meer mensen onder het joodse volk gingen geloven in de Heer. Lucas zinspeelt herhaaldelijk op hun eensgezindheid. Waarom beklemtoont hij die harmonie zo sterk? Was ze een probleem geworden in zijn eigen kring? Hoe dan ook, een volkomen eensgezindheid was er ook niet in Jeruzalem. Een groep buitenstaanders – „de overigen” – durft zich niet bij hen aan te sluiten. Wie zouden dat kunnen zijn?

In Jeruzalem woonden er op dat moment ook Joden van ‘elders’. Die vreemde Joden wa- ren aanwezig bij het pinkstergebeuren met de Geest (zie Handelingen 2, 5). Velen onder hen werden door de Geest bewogen en wilden bij die nieuwe beweging horen. Omdat ze een andere taal spraken (Grieks), voelden ze zich echter geremd door Arameessprekende Joden uit Jeruzalem. De vroege Kerk werd door die traditionele Joden niet beschouwd als een af- scheuring. Inderdaad, allen die het geloof in Christus hadden aangenomen, waren joods.

Naast de ‘nieuwe huisbijeenkomsten’ voor de maaltijd gingen dezen ‘traditiegetrouw’ elke dag naar de tempel (zie Handelingen 2, 46-47). De Griekse Joden daarentegen hadden in Je- ruzalem een eigen synagoge en kwamen daar bijeen. Ze voelden zich niet welkom in de Zui- lengang van Salomo. Daardoor plaatsten zij zichzelf buiten de ontluikende gemeenschap.

De geroemde eensgezindheid van de vroege Kerk is dus naar ‘verhouding’ geweest. De bui- tengesloten groep werpt een schaduw op het genezend voorbijgaan van Petrus. Een subtie- le vingerwijzing van Lucas aan het adres van elke geloofsgemeenschap die zich als ‘levend’

omschrijft*.

Lezing uit Apokalyps • Een binnenkijk in de hemel doet je op een andere manier naar de aarde kijken. Dat overkomt ene Johannes op het eiland Patmos. Door de Geest wordt hij vervoerd. De hemelluiken gaan voor hem open en Johannes krijgt dingen te zien die aan geen andere sterveling worden getoond. Hij is als door de dood getroffen door wat hij daar te zien krijgt: zeven kandelaars en in hun midden staat de Mensenzoon. Hij draagt Johan- nes op alles op te schrijven wat hij ziet. Het gaat over wat is en wat na die dingen zal gebeu- ren. Wordt vervolgd.

* Op www.gelovenbeweegt.be vindt u een overzichtskaart van geloofsgemeenschappen in Vlaanderen die van zichzelf zeggen dat ze ‘levend’ zijn.

• De commentaren op de Schriftlezingen zijn op Twitter te volgen via @DevisscherLuc

• Reacties welkom via luc.devisscher@ccv.be

EERSTE LEZING

handelingen der apostelen 5, 12-16

Door de handen van de apostelen geschiedden er vele wonder- tekenen onder het volk. Allen waren eensgezind en kwamen tezamen in de Zuilengang van Salomo. Van de overigen durf- de niemand zich bij hen te voegen, hoezeer het volk hen ook prees. Steeds meer geloofden er in de Heer; mannen zowel als vrouwen sloten zich in grote groepen bij hen aan. Men bracht zelfs de zieken op straat; ze werden neergelegd, de een op een bed, de ander op een draagbaar, in de hoop dat als Petrus voor- bijging, tenminste zijn schaduw op een van hen zou vallen.

Zelfs uit de steden rondom Jeruzalem stroomden de mensen toe. Zij brachten zieken mee en mensen die van onreine gees- ten te lijden hadden, en allen werden genezen.

TWEEDE LEZING

apokalyps 1, 9-11a.12-13.17-19

Ik, Johannes, uw broeder en uw deelgenoot in de verdrukking en in het koninkrijk en de verwachting van Jezus, ik bevond mij op het eiland Patmos omwille van het woord Gods en het getuigenis over Jezus. Ik raakte in geestvervoering op de dag van de Heer en hoorde achter mij een stem, luid als een trom- pet, die riep: „Schrijf op in een boek wat gij ziet en stuur het aan de zeven kerken.”

Ik keerde mij om, om te zien wie mij had aangesproken. En toen ik mij omkeerde, zag ik zeven gouden luchters, en tus- sen de luchters iemand als een Mensenzoon, gekleed in een gewaad dat tot de voeten reikte, het middel omgord met een gouden gordel.

Toen ik Hem zag, viel ik als dood voor zijn voeten. Maar Hij legde zijn rechterhand op mij en sprak: „Vrees niet. Ik ben het, de Eerste en de Laatste, de Levende. Ik was dood, en zie, Ik leef in de eeuwen der eeuwen. En Ik heb de sleutels van de dood en het dodenrijk. Schrijf dan op wat gij gezien hebt, én wat nu is én wat hierna geschieden zal.”

EVANGELIE

johannes 20, 19-31

Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats van de leerlingen gesloten waren uit vrees voor de joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei: „Vrede zij u.” Na dit gezegd te hebben, toonde Hij hun zijn handen en zijn zijde. De leerlingen waren vervuld van vreugde toen zij de Heer zagen. Nogmaals zei Jezus tot hen: „Vrede zij u. Zoals de Vader Mij gezonden heeft, zo zend Ik u.” Na deze woorden blies Hij over hen en zei: „Ontvangt de heilige Geest. Als gij iemand zonden vergeeft, dan zijn ze ver- geven, en als gij ze niet vergeeft, zijn ze niet vergeven.”

Tomas, een van de twaalf, ook Didymus genaamd, was ech- ter niet bij hen toen Jezus kwam. De andere leerlingen vertel- den hem: „Wij hebben de Heer gezien.” Maar hij antwoordde:

„Zolang ik in zijn handen niet het teken van de nagelen zie, en mijn vinger in de plaats van de nagelen kan steken, en mijn hand in zijn zijde leggen, zal ik zeker niet geloven.”

Acht dagen later waren zijn leerlingen weer in het huis bij- een, en nu was Tomas er bij. Hoewel de deuren gesloten wa- ren, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan en zei:

„Vrede zij u.” Vervolgens zei Hij tot Tomas: „Kom hier met uw vinger en bezie mijn handen. Steek uw hand uit en leg die in mijn zijde en wees niet langer ongelovig maar gelovig.” Toen riep Tomas uit: „Mijn Heer en mijn God!” Toen zei Jezus tot hem: „Omdat ge Mij gezien hebt, gelooft ge? Zalig die niet ge- zien en toch geloofd hebben.”

In het bijzijn van zijn leerlingen heeft Jezus nog vele andere tekenen gedaan welke niet in dit boek zijn opgetekend, maar deze hier zijn opgetekend, opdat gij moogt geloven dat Jezus de Christus is, de Zoon van God, en opdat gij door te geloven leven moogt in zijn Naam.

Schriftlezingen

© Katholieke Bijbelstichting Breda, www.bijbel.net

3 a p r i l 2016 – tw e e d e paas zo n dag • b e lo k e n pas e n

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats van de leerlingen gesloten waren uit vrees voor de jo- den, kwam Jezus binnen, ging in hun midden

Uit het onderhavige onderzoek blijkt dat veel organisaties in de quartaire sector brieven registreren (van 51% in het onderwijs tot 100% of bijna 100% in iedere sector in het

Daarnaast is het percentage HBO-afgestudeerden dat op zoek is naar een andere functie in de sector cultuur en overige dienstverlening hoger dan bij de overheid als geheel, en

• Het aantal wetten neemt sinds 1980 stelselmatig toe, en dat geldt ook voor ministeriële regelingen sinds 2005, het aantal AMvB’s neemt enigszins af sinds 2002. • In de jaren

Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees voor de Joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden staan

Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deu- ren van de verblijfplaats van de leerlingen gesloten wa- ren uit vrees voor de joden, kwam Jezus binnen, ging in hun

Op de avond van de eerste dag van de week, toen de deuren van de verblijfplaats der leerlingen gesloten waren uit vrees voor de Joden, kwam Jezus binnen, ging in hun midden

Op deze dag wordt door de vereniging van Familie- en erfrecht Advocaten Scheidingsmediators (vFAS) aandacht gevraagd voor het belang van deskundige begeleiding