International Conference on Former Yugoslavia-missie (ICFY-missie)
Duur: 10 oktober 1994 - 30 maart 1996 Aantal militairen: 11
Onderscheidingen: geen Dodelijke slachtoffers: geen
Achtergronden
In de zomer van 1994 probeerde de Joegoslavische president Milosevic met een politiek ge- baar tot een versoepeling van het internationale embargo tegen zijn land te komen (zie pag.
282). Hij sloot de grens tussen de Federale Republiek Joegoslavië (FRJ) en de onhandelbare
‘Bosnisch-Servische Republiek’. De contactgroep voor het voormalig-Joegoslavië eiste echter dat internationale waarnemers de grens mochten controleren. De FRJ ging op 17 september 1994 akkoord met een niet-geüniformeerde waarnemersmissie: de International Conference on Former Yugoslavia-missie (ICFY). De waarnemers kregen allen een diplomatieke status.
De Veiligheidsraad mandateerde op 23 september 1994 de waarnemersmissie langs de Ser- visch-Bosnische grens.
Het Nederlandse aandeel in de ICFY-missie
De Nederlandse regering besloot eind september 1994 om negen personen – drie militairen (van april tot juni 1995 werden overigens geen militairen uitgezonden), drie douaniers en drie functionarissen van Buitenlandse Zaken – ter beschikking van de waarnemersmissie te stellen.
Het Ministerie van Financiën coördineerde het Nederlandse aandeel in de operatie. De drie militairen van de marine, land- en luchtmacht vertrokken op 10 oktober. De Nederlanders controleerden de grens aan de Servisch-Montenegrijnse zijde. De gehele grens was in vijf sectoren verdeeld. In elke sector lag een aantal grensovergangen waar controle plaatsvond door middel van statische waarnemersposten. In het gebied tussen de grensovergangen ope- reerden mobiele waarnemersteams. Het opschorten van de sancties tegen de Bosnische Servi- ers op 27 februari 1996 betekende het einde van de ICFY-missie. De laatste Nederlandse mili- tair keerde op 30 maart 1996 terug.