Taal actief 3 | Handleiding | groep 7/8 | Mijn Malmberg
© Malmberg, ’s-Hertogenbosch blz. 1 van 1
Spelen met spelling
Handleiding bij de spelletjes
In deze handleiding leest u hoe u de
spellingspelletjes kunt gebruiken in de les. De spelletjes zijn per kaart te downloaden en uit te printen.
Tijdsduur
Gemiddeld per spel 5 – 10 minuten
Doel
De kinderen herhalen op speelse wijze enkele spellingcategorieën die zij eerder hebben geleerd.
Materiaal
● Spellinglijst in groep 7.
● Eén of meer spellingspelletjes.
● Pen of potlood.
● Soms is er extra materiaal nodig, dat staat per spel aangegeven.
Voorbereiding
Kies en kopieer het spelletje dat u bij een bepaald thema wilt gebruiken. De spellingwoorden staan in de handleiding per thema bij elkaar. In het werkboek spelling staan per thema veel woorden in de oefeningen uit de spellinglijst. Op de bakkaarten spelling staan de spellingwoorden vermeld: op de huiskaarten staan de woordpakketten van twee categorieën bij elkaar, op de kasteelkaarten staan de themapakketten van alle categorieën uit één thema. Op de printbladen staan dezelfde woordpakketten als op de huiskaarten; deze zijn te downloaden op Mijn Malmberg, handig bij Taal actief. U kunt dus uit verschillende bronnen kiezen.
Instructie
Introduceer de spelletjes door de kinderen erop te wijzen waar ze die kunnen vinden. Het is handig om de uitgeprinte spelletjes te bewaren in de kopieermap spelling. Geef ook aan wanneer ze eraan mogen werken.
Bepaal daarbij hoe u de spelletjes wilt gebruiken aan de hand van de volgende mogelijkheden.
● Klassikaal als vervangende of aanvullende spellingles.
● Als individuele herhalingsopdracht of voor een groepje kinderen die gebaat zijn bij herhaling van een categorie.
● Als uitloopopdracht tijdens de weektaak of als kinderen met een ander werk klaar zijn.
Vertel de kinderen dat sommige kaarten alleen gemaakt moeten worden. Andere maken ze in duo’s .
Geef, indien nodig, aan wanneer zij aan welke kaarten moeten werken.
Leg een woordpakket bij de opdrachtkaarten.
Dit is het bronmateriaal dat de kinderen bij het oefenen kunnen gebruiken.
Afsluiting
Laat de kinderen het materiaal opruimen. Vraag kort welke categorie ze geoefend hebben.
Hebben ze goed geoefend? Vinden ze het een leuk spelletje? Volgende keer nog een keer of een ander spelletje?