• No results found

Moge Europa België splitsen!

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Moge Europa België splitsen!"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Moge Europa België splitsen!

Keer op keer worden wij door Franstaligen en andere unitaristen rond de oren geslagen met het argument: ‘Europa zal nooit toestaan dat België in twee staten uiteenvalt. Het zal niet aanvaarden dat er plots een onafhankelijk Vlaanderen aan de onderhandelingstafel zit.’

Moest dat al zo zijn, dat heeft datzelfde Europa vorige week een document naar buiten gebracht dat paradoxaal genoeg een stevige wig kan drijven in dat unitaire België. De aanbevelingen van de Europese Commissie, die neerkomen op zes grote onvoldoendes voor dit land, schrijven een sociaaleconomische aanpak voor die haaks staat op het concept van de verzorgingsstaat zoals die voornamelijk leeft bij de Franstalige partijen. Niet voor niets klinken de aanbevelingen als muziek in de oren van de N-VA, terwijl de PS het heeft over ‘de obses- sieve wil van de Europese rechterzijde om ons sociaal model te ver- zwakken’. En uiteraard lopen Ecolo en cdH blindelings de Parti Soci- aliste achterna.

Toen Di Rupo op 16 mei door zijn supporters op het Paleis tot for- mateur werd aangesteld, kreeg de goegemeente te horen dat er nu maar eens dringend aandacht moest komen voor de sociaaleconomi- sche dossiers. Dat zou de impasse inzake de staatshervorming helpen doorbreken, en in elk geval voor steunbetuigingen zorgen in de poli- tieke wereld en in de media. Maar zoals het er nu naar uitziet, dreigt dat plannetje als een boemerang in het gezicht van De Gestrikte terug te keren, en zowaar een dubbele blokkering te veroorzaken. Ondanks het gejammer van de voorbije dagen over “Eén jaar na 13 juni” lijkt een oplossing verder af dan ooit. Sire, binnenkort zijn er geen Belgen meer!

In een notendop de voornaamste knelpunten die Europa ons serveert.

Om de begroting te saneren, zijn er veel meer doortastende maatrege- len nodig in plaats van te rekenen op de eenmalige opbrengsten van de economische groei. Die bijkomende inspanning moet bovendien hoofd- zakelijk gebeuren door besparingen en in veel mindere mate door nieuwe inkomsten of belastingen. (De PS had het eerder over een 50/50 verdeling.) Om de vergrijzing aan te pakken, dient de reële maar ook de wettelijke pensioenleeftijd te worden opgetrokken, aldus de Europese Commissie. De loonkosten blijven bij ons sneller stijgen dan in onze buurlanden, en een hervorming van het systeem van loon- vorming en automatische indexering dringt zich op. Verder moeten er meer mensen aan het werk, en dat vraagt om een duidelijke daling van de werkloosheidsuitkeringen in de tijd en toenemende activering van oudere werknemers, ook boven de 52 of 55 jaar.

De lezer zal allicht begrijpen dat de vakbonden de aanbevelingen al hebben afgedaan als een regelrechte oorlogsverklaring, en dat Di Rupo derhalve nooit ofte nimmer tot zulke ingrepen zal durven over- gaan. Is er in Vlaanderen wel een breed draagvlak voor? Zeker bij N-VA,

Open VLD en Vlaams Belang. Bij de sp.a heeft Frank Vandenbroucke voor een deel het licht gezien (verhoging van de wettelijke pensioen- leeftijd), maar hij werd onmiddellijk teruggefloten door Caroline Gen- nez, die als een schoothondje achter de PS blijft aanhollen om toch maar in de regering te geraken. Bij CD&V heerst er de gebruikelijke dubbelzinnigheid: Lopende Leterme noemt het verhogen van de wet- telijke pensioenleeftijd absoluut geen prioriteit, terwijl CD&V-voorzit- ter Wouter Beke dan weer liet verstaan dat formateur Di Rupo en de andere federale onderhandelaars alle elementen uit de Europese aan- bevelingen ernstig moeten nemen, dus ook die over de automatische loonindex en de pensioenleeftijd. ‘Je kan niet enkele Europees zijn als het je goed uitkomt. In eerste instantie moeten we het feitelijk pensi- oen aanpakken, maar iedereen van mijn leeftijd – die nog minstens dertig jaar zal moeten werken - snapt dat er ook structurele maatre- gelen nodig zijn op lange termijn’. (Waarmee hij de peer netjes door- midden sneed.)

Ter gelegenheid van Rerum Novarum verklaarde het ACW geen nieuwe verkiezingen te willen, geen volwaardige regering Leterme III, en de N-VA moest wel degelijk deel uitmaken van het nieuwe bewind.

Dat alles tot verbazing van nogal wat politieke waarnemers, die zich afvroegen welke tsjeverij nu weer op de bevolking werd losgelaten. De schrik voor nieuwe verkiezingen, het behoud van de machtsposities op gemeentelijk vlak en toenemende zenuwachtigheid over de slagkracht van de N-VA zal wel het basismotief zijn, zeker als we de resultaten van de nieuwe peiling van de VRT en De Standaard voor ogen hou- den. Bart de Wever is duidelijk niet onder de indruk van de verklarin- gen van de ACW-top, en blijft erbij dat de Franstaligen nog altijd mik- ken op Leterme III. Weliswaar verklaart die laatste in het Nederlandse dagblad Trouw dat er in zijn regering van lopende zaken metaalmoe- heid optreedt, dat het genoeg is geweest, en dat het niet opgaat dat hij het land bestuurt ‘terwijl anderen achterover liggen’.

Intussen reist hij even goed met een hele persmeute in zijn zog de wereld rond, en laat geen enkele gelegenheid voorbij gaan om zich op het voorplan te werken. En als er een nieuwe regering komt, dan ‘sluit ik een plaats daarin voor mezelf niet uit’, aldus een andere uitspraak in Trouw. Waarop zou dat dan neerkomen? De regering Leterme II en half? De Wever heeft groot gelijk dat hij bijzonder argwanend is, en ernstig rekening houdt met een blokkering en een nieuwe stembus- gang in het najaar. Dat maakt weliswaar geen deel uit van de Euro- pese aanbevelingen, maar met nog wat gestook van de vakbonden erbij neemt de kans snel toe op een hete sociale en electorale herfst.

De eerste verjaardag van de jongste verkiezingen zit erop en daarmee ligt een kwart van de legislatuur achter de rug. We wil- len wel eens monkelend vaststel- len dat het allemaal best zonder regering kan en, toegegeven, de situatie heeft zo z’n voordelen.

Echte fundamentele besparingen zitten er niet in, maar de rege- ring in lopende zaken is tenmin- ste, via de zogenaamde voorlopige twaalfden, gebonden aan het bud- get van vorig jaar. Ons parlement krijgt bij gebrek aan een verstik- kend regeerakkoord een vrijheid die de wetgevende macht in nor- male omstandigheden allang niet meer bezit. Af en toe wordt daar ook gebruik van gemaakt. Maar een samenhangende aanpak komt er op zo’n manier natuurlijk niet.

Snel en goed

Neen, laten we zeggen zoals het is:

we hebben snel een goede regering nodig. Volgens de ene moet je dat lezen als: we hebben snel een (goede) rege- ring nodig. Anderen vinden dan weer dat we (snel) een goede regering moe- ten krijgen. Het is die combinatie van snel en goed, die zo moeilijk ligt. De schuld van knoeiende politici of van een intrinsieke constructiefout? Belgisch- gezinden kiezen voor de eerste verkla- ring; Vlaamsminnenden geloven in de tweede oorzaak.

Over de staatshervorming lijkt geen akkoord te vinden. Dan maar focus- sen op de sociaal-economische thema’s, klonk de goede raad van stuurlui aan de wal. Voor wie het nog niet zou begre- pen hebben, dan komen we geen milli- meter dichter bij een oplossing aange- zien de kloof dan even breed blijft. De Europese commissie was zo vriendelijk die kloof nog eens extra onder de aan- dacht te brengen met haar rapport van aanbevelingen. Geen goed-nieuwsshow, daarover is iedereen het eens. Maar de economische rechterzijde gelooft dat zachte heelmeesters stinkende wonden maken en dat we er niet onderuit kun- nen dat er diep zal gesneden worden.

De linkerzijde reageert defensief en ziet vooral allerhande verworven rechten in het gedrang komen. Nu wil die kloof in grote mate samen vallen met de com- munautaire.

Lees verder blz. 2

Hij snapt het niet...

Wallonië leeft boven z’n stand

Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Deze week :

• Het economisch plan B 2

• Ludo Martens, de kleine roerganger 3

• Briefje aan Béatrice Delvaux 3

• Herinneringen aan Paul van den Bussche 4

• Een kwestie van academische vrijheid 5

• Bouworde: de gezochte gezellen 11

Plankzeil als de bliksem www.pallieterke.info naar

66

ste

jaargang • nummer 24 • woensdag 15 juni 2011 1,90 euro

(2)

De dingen dezer dagen 2

15 juni 2011

Het economisch plan B

Uit de smalle beursstraat

Wie dacht dat een regeringsformatie zonder discussie over de staathervorming snel tot resultaten zou leiden, beseft ondertussen dat hij zijn naïeve wensen voor werke- lijkheid neemt. Ook over sociaaleconomische thema’s gaapt een gigantische kloof tus- sen Noord en Zuid. De aanbevelingen van de Europese Commissie, die op zich niets nieuws zeggen, werden door de PS klaar en duidelijk afgewezen. Aan Vlaamse kant was er applaus van N-VA en Open Vld. De CD&V was naar goede gewoonte niet voor noch tegen, wel integendeel. Hoe kan men ooit nog over pensioenen, werkgelegen- heid, gezondheidszorg en andere overheidsuitgaven een akkoord sluiten? Wat we allang weten, is nog maar eens bevestigd: een federaal regeringsakkoord opstellen lukt niet en zal nooit meer lukken.

Onder meer omdat de PS er nog altijd van overtuigd is dat haar strategie van afwach- ten de beste is. Vergeten we niet dat dit de partij geen windeieren legt. De transfers blijven doorlopen, aan 190 euro per seconde. Als u vijf minuten nodig hebt gehad om dit artikel te lezen, is er al 57.000 euro van Vlaanderen naar Wallonië gevloeid. Di Rupo en co blijven het geld incasseren en hanteren de volgende redenering: we profiteren van het Belgisch systeem zolang het voortduurt. Tot de boel ontploft. Bijvoorbeeld tot de dag dat de pensioenen niet meer uitbetaalbaar worden. Ooit dacht ik dat het een utopie was. Maar het is wel degelijk mogelijk, en dat in Europa. Zonder de steun die recent aan Griekenland werd toegezegd, zou deze staat half juli niet meer in staat zijn geweest de rekeningen te betalen. Wie had dat twee jaar geleden durven voorspellen?

Di Rupo weet dat grondige sociaaleconomische hervormingen het einde van zijn partij betekenen. Daarom is het beter te blijven profiteren van de Belgische vetpotten, tot de laatste dag. En dan gaat men over tot plan B: de scheiding.

De Vlaamse politici onderschatten dit, maar aan Franstalige kant is men daar echt wel mee bezig. Waarnemers van de politiek bevestigen dat in alle discretie experts op het vlak van economie, internationaal recht en co worden ingeschakeld om wanneer het zover is de scheiding efficiënt te laten verlopen. Dat wil zeggen: in een situatie die voor de Franstaligen zeer gunstig is.

Het is erg dat er in Vlaanderen nog niet over plan B is nagedacht. Want dit heeft een zeer belangrijke economische impact. Wat zal er gebeuren bij de splitsing van de staats- schuld, toch goed voor bijna 100 procent van het bbp? Hoe moet dat verdeeld worden?

Hier doen verschillende denkpistes de ronde die aan Franstalige kant steeds grondiger bestudeerd worden en aan politici worden voorgelegd. In Vlaanderen is men met dat economisch plan B nog niet verder geraakt dat de studielokalen van de universiteit.

De Franstaligen denken aan een systeem dat Vlaanderen het gros van de schuld op zich doet nemen. Het interessantste economische plan B is dat van het houdbaar- heidsprincipe. Het werd in de jaren 90 door de Franstalige professor Jacques Drèze gelanceerd. Daarbij wordt niet alleen rekening gehouden met de verschillende inkom- sten die de deelstaten genereren maar ook met de uitgavenbehoeften die Vlaanderen, Wallonië en Brussel hebben. In mensentaal zou dat betekenen dat de schuld zou wor- den verdeeld op basis van de transfers waarop Wallonië in de toekomst nog “recht zou hebben”. Eigenlijk zou Vlaanderen na de scheiding dus lange tijd een soort van ali- mentatie moeten betalen. De redenering wordt op die manier doorgetrokken: Vlaan- deren scheurt zich af, is zelf de verantwoordelijke van de scheiding en moet daar dus voor betalen. In de praktijk zou dit betekenen dat Vlaanderen voor meer dan 100 pro- cent van de staatsschuld moet opdraaien. Vandaar dat men aan Franstalige kant hoopt dat de moegetergde Vlamingen op een bepaald moment zullen vertrekken en verant- woordelijk zullen worden gesteld voor de scheiding. Een droomscenario voor Di Rupo:

de transfers blijven doorlopen zolang België bestaat en daarna zal Vlaanderen gestraft worden voor die separatistische daad.

Het is te begrijpen dat dit scenario de voorkeur wegdraagt van de Franstalige politici.

Andere splitsingsscenario’s zoals op basis van bevolking, bbp of bijdrage tot de belas- tingen kosten veel meer geld. Het horrorscenario voor de Franstaligen is een splitsing op basis van het oorsprongbeginsel: wie heeft de schuld doorheen de jaren veroor- zaakt? In dat geval moeten Wallonië en Brussel het gros van de schuld betalen. Dat betekent zeker het faillissement van Wallonië en Brussel. Daarmee zitten we met twee Griekenlanden in het centrum van Europa. Waar wachten de Vlaamse politici op om dit aan de partijkopstukken aan de overkant voor te leggen?

Angélique VAnderstrAeten

Omdat dit krantje gedrukt wordt op maandag, ontbreekt wat dinsdag “los- kwam” uit de extra Antwerpse gemeenteraad over de rellen in Borgerhout, door Vlaams Belang bijeengeroepen. Of dat veel meer zal zijn dan de bevestiging van hoge boetes voor de relschoppers, lijkt twijfelachtig. In de regimegazetten werd nog maar eens de klok geluid waarvan onderhand iedereen het klingelen wel kent.

En stilaan de strot uitkomt. Ook van iedereen.

De hype, de rel en het verband

“Met populistische kreten schieten we niet op”, kreet Lex Moolenaar in Gazet van Antwerpen. Naar wie hij verwees, hoeft geen nadere uitleg. Filip Dewinter dacht aan preventief inzetten van militairen naast en met politie. Dat zou werken als een rode lap op een stier, wist Lex. Dan kregen we mas- sale geweldtaferelen die onschuldige bewo- ners zouden treffen. Voor het gemak ver- getend dat dezelfde onschuldige bewoners slachtoffers zijn van rellen, denkt hij zelf dat een goed georganiseerd en door de stad ondersteund “project” van controlerende vaders op warme voetbalavonden wonde- ren kan doen. Over wonderen gesproken:

blijven dromen, man! Ge doet het, samen met alle multiculturele illusionisten, toch al decennia.

In Borgerhout was het rellenstof amper gaan liggen, of uit het Antwerpse atheneum kwam het bericht dat twaalf allochtone scho- lieren geschorst waren, nadat ze een school- trip naar Parijs voor iedereen vergald had- den. “Met hun gedrag”, aldus de directrice,

“bevestigden ze alle clichés (sic) over hen.”

Dat betreurde ze. Verder wist ze te vertel- len dat het “jongeren uit een zwak sociaal milieu waren die door de omstandigheden diep gekwetst zijn (resic) en in feite bijko- mende psychologische hulp nodig hebben”.

Het zijn slechts twee voorbeelden van fanatieke standvastigheid: harde waarheden verbergen en onverbeterlijke “jongeren” blij- ven vergoelijken.

Fatsoenbesef

Het risico door progressief weldenkende krachten op een racistische stempel getrak- teerd te worden, wil ik niet lopen. Daarom sluit ik het allochtone deel van deze bijdrage af en schakel ik over naar het autochtone, geprojecteerd op dezelfde achtergrond van een warme voetbalavond. Ik herinner me levendig de tijd dan mijn vader op zondag zijn werkplunje inruilde voor zijn zondags kos- tuum en me meenam naar het stadion. Daar zette hij me af achter het muurtje rond het speelveld waarover ik het voetbalgebeuren nog net kon volgen. Daarna vatte hij post op de nokvolle trappen achter mij, samen met

alle andere kostuums, ongeacht die gedra- gen werden door lokale of bezoekende toe- schouwers. Wie zin had in een “frisco” en hoog op de staanplaatsen stond, liet een stuk van vijf frank doorgeven van boven naar beneden tot in de handen van de ijscoman.

De aldus aangeschafte “frisco” maakte de reis in omgekeerde richting.

Geen mens die eraan dacht met de vijf frank of met de “frisco” op de loop gaan.

Het fatsoensbesef van toen is niet meer.

Mocht iemand het nu in zijn kop krijgen vijf euro van boven naar beneden te laten voe- ren om een plastiek bekertje met frisdrank te kopen, durf ik niet verwachten dat zijn geld tot beneden zou geraken. Laat staan de frisdrank tot boven. Samen met het zondags kostuum zijn ook de supporters van toen verdwenen. Onder invloed van het progres- sieve denken hebben ze moeten plaatsrui- men voor horden vol gezopen, plat gedro- geerde en door mediahypes opgehitste halve en hele dwazen met beschilderde smoelen, en in “outfits”, die een normale sterveling niet eens op een carnavalsfeest zou dur- ven dragen.

Opfokken

Het ergst is nog dat de opgeroepen

“sfeer” door het medium televisie telkens weer dankbaar wordt aangegrepen om het

“orgelpunt” achter de jongste zelfgecreëerde hype te plaatsen. Hoe harder “supporters”

roepen, schreeuwen, tieren en tekeergaan, hoe groter de kans dat ze in beeld raken. Of het sop van de hype de kool waard is, komt

niet eens in vraag. Laat me toe te zeggen dat die rond de interland België-Turkije er niet over, maar heel ver over was. Gazetten en televisie gingen tekeer alsof het om de finale van een wereldbeker ging, in plaats van een matchke in de voorronde van een Euro- pees kampioenschap. Het gebrek aan belang belette niet dat de hype aan gestelde ver- wachtingen, of ze het op hoofdredacties en sportredacties allerhande nu graag horen of niet, mee aan de basis lag van wat er nadien in Gent, Antwerpen en Brussel uit de hand liep. Of dacht u dat in Gent alleen Turken met elkaar op de vuist gingen?

Vast staat dat, zonder het ongeremde en belachelijke opfokken van een gewone voet- balwedstrijd, er geen sprake zou geweest zijn van de dwaasheid om op de Kouter een groot scherm te plaatsen voor de “match van het jaar”. Het trieste resultaat: de rellen van het jaar. Met het daaraan verbonden eeu- wige geleuter over “de kleine minderheid die het, weer eens, voor iedereen had vergald”.

Al te graag wordt over het hoofd gezien dat de samenleving niet alleen kapotgaat aan de multiculturele illusie, maar evenzeer aan de in de jaren zestig van vorige eeuw gepredikte

“nieuwe orde” van vrijheid, blijheid en alles moet kunnen. De gevolgen zijn nog nauwe- lijks te bevatten. En ik meen te mogen zeg- gen dat de soms beschamende gedragslij- nen van de regimemedia daar volop mee verantwoordelijk voor zijn. Het zou goed zijn, maar het blijft denkelijk een illusie, dat ze dat beginnen beseffen, voor de volgende hype wordt opgestart. D.Mol

Wallonië leeft boven z’n stand

Vervolg van blz. 1

“Wie zegt dat dit pijnloos kan, die dwaalt”, titelt De Standaard boven een bespreking van een opiniestuk van Frank Vanden- broucke. Die wil de pensioenleeftijd op een zogenaamd ‘intelligente’ manier, lees: aange- past aan elk concreet geval, optrekken naar 67. Vandenbroucke is officieel nog altijd een socialist, maar wel een Vlaamse. Weliswaar haastte Caroline Gennez zich om afstand te nemen van diens idee de pensioenleeftijd te verhogen, maar ze vond het wel nodig daar- aan toe te voegen dat de partij voor 90/95 % akkoord kan gaan met de toch harde bood- schap van Vandenbroucke. Uiteraard staat de sp.a links in het Vlaamse spectrum, maar nog een eind rechts van de PS die in een andere realiteit blijft leven.

Voka-voorzitter Luc de Bruyckere ging in de Cercle de Wallonie voor een volle zaal Waalse werkgevers de scherpe boodschap brengen dat Wallonië op dit moment boven zijn stand leeft en dat alleen maar kan dank- zij de vrijgevigheid van Vlaanderen. Volgens De Bruyckere gaat het met de Waalse over- heidsfinanciën van kwaad naar erger. “Vlaan- deren is solidair, maar op voorwaarde dat die transparant is en het niet om bijstand gaat.” De Bruyckere duwde de vinger diep in de wonde. De Waalse werkgelegenheids- graad zit op 55 % (in Vlaanderen 66 %, naar Europese normen nog te weinig overigens), het Franstalig onderwijs presteert zwak en Waalse werklozen weigeren nog te vaak de taalgrens over te steken om werk te zoeken.

De Voka-voorzitter speelde ook niet mee in het optimisme over het fameuze Waalse

Marshallplan. “Ik hoor er veel goeds over. Ik wou dat ik het kon geloven…”

Verarmen doen we nu

Vreest Wallonië een verarming bij een grote staatshervorming? De Bruyckere waarschuwt: “Wij zijn nu aan het verarmen.

En de situatie zal er niet op verbeteren indien we geen aangepaste oplossing vinden. Immo- bilisme is de snelste weg naar separatisme.”

Een regering vormen zonder een serieuze staatshervorming is voor De Bruyckere geen optie. “De tijd van de halfbakken oplossin- gen is voorbij.”

Nu is een Voka-voorzitter niet automa- tisch dé woordvoerder van heel Vlaande- ren. Maar in Vlaanderen zou hij met zo’n toespraak in ruime kring, tot ver buiten de eigen kapel, grotendeels op instemming kun- nen rekenen. In Wallonië krijgt hij zelfs van werkgevers een hoop zeer kritische vragen voor de voeten gesmeten.

Het klinkt wat overdreven te stellen dat de Waalse rechterzijde begint waar links in Vlaanderen eindigt. Vandenbroucke is geen doorsnee-Vlaamse socialist, en oud-minister van Economie in de Waalse regering Serge Kubla van de MR sprak wel zijn begrip uit voor de woorden van De Bruyckere, maar toch leren we uit de reacties op de Europese aanbevelingen en het verhaal-De Bruyckere dat er in dit land echt wel fundamentelere zaken mis lopen dan alleen de toevalligheid dat we met een generatie politici opgezadeld zitten die de stiel niet beheersen.

Als we de opiniepeilingen mogen geloven, denken de meeste kiezers er ook zo over, want het zijn net de zogenaamde ‘knoeiers’

in noord en zuid die het vertrouwen blij- ven krijgen.

J.K.

(3)

Aan Béatrice Delvaux Beschermde diersoort Dilbeek

Gij Conflictmodel,

Spontaan gejubel deed onze weelde- rige kantoren daveren, toen vorige week de telexen een korte mededeling ratel- den: “Béatrice Delvaux neemt ontslag als hoofdredacteur van Le Soir”. Het reacti- onaire vuur verspreidde zich razendsnel onder de grote schare Pallieterke-zelo- ten. Telefoons begonnen onophoudelijk te rinkelen naarmate onze trouwe medewer- kers hun vreugde wensten te delen met het secretariaat en onze eigen opperste stafchef. Die liep drie keer in handenstand de redactie rond, en besloot het moreel der troepen verder op te vijzelen met een memorabel drinkgelag, dat in niets zou moeten onderdoen voor een werkverga- dering op het kabinet van Michel Daerden.

Herauten werden uitgestuurd om de blijde boodschap te verkondigen, en tegen de avond verzamelden zich de troepen om zich mateloos te goed te doen aan een ruime keuze van spiritualiën, van lage tot hoge gisting, van tafelbier tot Olifant, van Connemara Single Malt tot de beste blended Tullamore Dew. De toonzetting gebeurde echter met Piper Heidsieck, een fles per persoon, door het meren- deel der aanwezigen ad fundum naar bin- nen gewerkt. Breugheliaanse taferelen vol- trokken zich voor ieders ogen.

Vele ogen vulden zich met tranen toen de hoofdredacteur daadwerkelijk blijk gaf van zijn goed hart en zijn slecht karak- ter: hij bood de van haar troon gevallen Delvaux een baantje bij ’t Pallieterke aan, als sanitair assistent, zodat ze eens van heel dichtbij zou kennismaken met “La Flandre profonde” en haar pathetische Vlamingen- haat zou kunnen ruilen voor een dieper inzicht in de ziel en de gedachten van de Vlaamsche volksmens. Na deze woorden vol wijsheid weerklonk luider dan ooit het

‘Io Vivat’ en het ‘Gaudeamus Igitur’, en toen de nacht viel, was de redactie als een lichtplek vol gewoel te midden van een sla- perige woonwijk. Klachten over geluids- overlast werden samen met een aan- tal bevriende politie-inspecteurs snel en grondig doorgespoeld. Des te groter was

’s anderendaags de kater toen doordrong dat gij, Delvaux, over nog langere tenta- kels bleek te beschikken dan door ons, incivieken, was vermoed, en dat gij min- stens voorlopig zoudt aanblijven als hoofd- commentator om mee de politieke lijn van Le Soir te bepalen. Ge mocht u alleen niet meer gaan bemoeien met het personeels- beleid, nadat ge het vertrouwen van de redactie waart kwijtgeraakt door ondoor- dacht ingrijpen in de berichtgeving over de vrijlating van madame Dutroux.

Overigens lijkt dat maar het topje van de ijsberg te zijn inzake conflicten op de redactie van Le Soir over omgang met de werknemers, het opvoeren van de werk- druk en de gevolgen daarvan voor een kwaliteitsvolle verslaggeving. Maar het management van de groep Rossel, eige- naar van Le Soir, kan zich niet permitteren al te veel gezichtsverlies te lijden, en houdt u dus voorlopig mee aan het roer. Zo gaat het er in mediabedrijven vaak aan toe: de hoofdverantwoordelijken worden wegge- promoveerd, en het klootjesvolk betaalt de rekening. Ondanks al het pathetisch geëmmer over de onrechtvaardigheid in de rest van de maatschappij.

Goed, rest ons enkel af te wachten waarheen uw Vlaamshatende schreden u in de toekomst zullen voeren. Ge hebt een perfect curriculum om adviseur te worden van het Paleis/le Palais, om - waarom niet?

- het hoge woord te gaan voeren bij De Standaard, om Regeringscommissaris te worden voor de faciliteitengemeenten, om de Jeanne d’Arc te worden van de verdere verfransing van de Rand. Maar zolang ge denkt de Vlamingen de les te moeten spel- len, zult ge ons op uw weg vinden. Dat laat- ste geldt ook vanuit “monetair” oogpunt:

we bezorgen u weldra de rekening van het drankfestijn dat we ter ere van uw persoon hebben aangericht. Laat er maar eens een omgekeerde transfer gebeuren; een kleine rechtzetting van de scheve relatie tussen noord en zuid.

3

De dingen dezer dagen

15 juni 2011

Brief aan ...

• Loog Crevits?

België is een vreselijk onding en kan niet snel genoeg verdwijnen. Maar als er dan een (onafhankelijk en wellicht min of meer zwaar geamputeerd) Vlaanderen in de plaats komt dat betreffende bestuur en politieke cul- tuur slechts een Belgique in het kwadraat gaat zijn, is alles lood om oud ijzer geweest.

Anders gezegd: als wat we zelf doen niet beter uitvalt, hoeft het voor ons allemaal niet (meer). We schreven het al: wat Vlaanderen met zijn volle bevoegdheid inzake onder- wijs daarvan sinds dertig jaar aan het bak- ken is, stemt ons echt niet hoopvol. Het eindeloos aanslepend en stikduur geklungel rond het Antwerpse Oosterweeldossier is een schoolvoorbeeld van hoe het zeker niet moet! Het allernieuwste feit mag er ook best wezen: de actiegroepen Ademloos en stRaten-generaal beschuldigen minister Crevits (CD&V) zonder meer van bedrog en onbehoorlijk bestuur en dienen een klacht in bij de Vlaamse Ombudsdienst! Geef toe:

het is niet niks…

• Ezelsdracht

De (uiteindelijke?) keuze van de Vlaamse regering voor het zogenaamde BAM-tracé was o.a. gebaseerd op de verkeersmodellen van het Vlaams Verkeerscentrum (VVC), maar nu blijkt dat daar nooit een gron- dige vergelijkende studie van de diverse trajecten is uitgevoerd! Het verweer van Crevits lijkt wel een woordspelletje: “Het klopt dat het Meccano-plan (van de actie- groepen) in zijn geheel niet is bestudeerd, maar dat heb ik ook nooit beweerd. Het VVC heeft wel het tracé van Meccano gewo- gen en te licht bevonden wegens in strijd met belangrijke randvoorwaarden, zoals het weren van vrachtwagens en tol uit de Kennedytunnel.” Het Antwerpse VOKA kan er ondertussen allang niet meer mee lachen:

“Negen maanden na de politieke beslissingen blijft de bevalling uit!”

• Platte rust

Het ontbreken van een federale regering heeft daar - voor wie daar aan mocht twij- felen - absoluut en volstrekt niets mee te maken! De Vlaamse regering voert in alle rust (dat vooral!) haar regeerakkoord uit;

slechts een paar hervormingen rond ener- gie en armoedebestrijding, cultuur en fiscali- teit blijven voorlopig in de schuif omdat daar de Belgische regering ook wat in de pap te brokken heeft.

Ondertussen is de Vlaamse regering af- en verwachtende partij voor een staatshervor- ming die haar nieuwe bevoegdheden (afge- sproken door CD&V, N-VA, sp.a en Open Vld in het verlanglijstje dat “Octopusnota”

heet) moet toekennen. Bovendien is zij niet van plan de komende jaren overschotten te boeken om het federaal niveau uit de grote

financiële nood te helpen: de reeds doorge- voerde besparing en het jaar na jaar bereikte begrotingsevenwicht zijn voor minister-pre- sident Peeters reeds een voldoende bijdrage.

Lees: als Wallonië en Brussel hetzelfde doen, komt alles dik in orde!

• Geen cohesie

Toch is het in die Vlaamse regering niet allemaal koek en ei; de samenstellende deel- tjes lijken op hun eigen eilandje bezig met hun eigen dingetjes. De enige die politiek slapend rijk lijkt te worden van de huidige impasse is Peeters zelf. Met zijn air van bekwame gede- genheid heeft hij nog een mooie rol te spe- len in de toekomst van het zich ontbindende land, als hij tenminste het bergbeklimmen voortaan aan anderen overlaat. Dat soort Anciaux-sotternijen heeft hij niet nodig. Pee- ters steekt dan ook zonder meer gunstig af tegenover de rest, op misschien Geert Bour- geois na.

Vooral de rode “excellenties” blinken uit in dwaasheid. Hun onbenul wordt enkel geëvenaard door hun zelfingenomenheid…

• Ondertussen in het parlement

En wat doet de Vlaamsche Parochieraad?

Hetzelfde als wat het federale parlement doet op Belgisch niveau: zich met de pink op de naad van de broek voegen naar de richt- lijnen van de uitvoerende macht. Bovendien verlamt de liberale oppositie zichzelf dan nog eens extra door het absurde en hoogst ondemocratische spelletje van het “cordon sanitaire”. De stelling van Groen!-fractie- leider Filip Watteeuw (“Er mag overal over de Vlaamse regering gedebatteerd worden, behalve in het Vlaams parlement.”) klinkt dan ook behoorlijk hypocriet - maar zo kennen we de watermeloentjes wel…

Een Vlaams monument is heengegaan: Ludo Martens (°1946), de kleine roer- ganger van het Belgische maoïsme. Sedert hij in 1966-68 in Leuven het studen- tenprotest van flamingantisch naar extreemlinks wist te heroriënteren, was hij weliswaar militant belgicist, maar dat is onder Vlamingen niet ongewoon. Het heeft veel met de Vlaamse volksaard te maken dat zijn partij, Alle Macht Aan de Arbeiders (AMADA), later Partij van de Arbeid, tot vandaag is blijven bestaan, zowat dertig jaar nadat de meeste van haar zusterpartijen in Europa zichzelf opgeheven hebben.

De kleine roerganger

Nou ja, toch de volksaard van toen. Uit de verwende jeugd van vandaag zou je een dergelijke beweging niet kunnen rekruteren.

De door Martens op gang getrokken mao- istische beweging teerde op dezelfde men- taliteit die tot dan missionarissen gevormd had. “De verleden tijd van het werkwoord Amada is katholiek”, schamperden rivalise- rende linkse partijtjes. Niet toevallig was het hoogtepunt van zijn loopbaan zijn jaren in dienst van Laurent-Désiré Kabila, als een soort witte pater die over de goede zeden van de tot corruptie geneigde Kongolese ministers waakte. In de marxistische the- orie gold dat soort engagement, dat niet zijn eigen klassenbelang diende, eigenlijk als

“kleinburgerlijk idealisme”.

De anti-autoritaire tijdsgeest vond in Vlaanderen een eerste brandpunt in de aanvaring met het Franstalige en kerkse establishment dat de UCL-KUL één wilde houden. Maar daartoe kon het oproer onmogelijk beperkt blijven. Net als in de hele westerse wereld luidde het een brede cultu- rele omwenteling in, veel omvattender dan een beetje taalpolitiek. Martens kanaliseerde die naar een in feite reeds voorbijgestreefde ideologie, het marxisme-leninisme. Dat was allerminst noodzakelijk of onvermijdelijk, en voor de meesten die zich daar rond 1970 toe bekenden, was het een snel voorbijgaande fase. Sedert het neerslaan van de Hongaarse opstand in 1956 had het marxisme bij goed- menende linksen veel krediet verloren. De soft power lag helemaal bij het Westen, dat ook in de ruimtevaart en andere spitssec- toren de aanvankelijk pionierende Sovjet- Unie overvleugelde. China sloeg records in de rampen die het zichzelf toebracht met de Grote Sprong Voorwaarts en de Culturele Revolutie. Al wie goed keek, wist dat het niet werkte. Zoals de Beatles in 1968 in hun lied Revolution zongen: “But if you go carrying pictures of Chairman Mao, you ain’t gonna make it with anyone anyhow.”

De revolutie

Waarom trok het “marxisme-leninisme- Mao-Zedong-denken” (zoals het in het Rode Boekje voluit heet) dan toch veel begaafde jongeren aan? Omdat het als theo- rie antwoorden leek te hebben, zeker zoals Martens het vertolkte. Zijn allesverklaar- kunde maakte indruk op de prille toe- hoorder. Het leek erop dat de loop van de geschiedenis vaststond, en vele van zijn aan- hangers wilden eigenlijk vooral aan de juiste kant staan zodra de onvermijdelijke revolu- tie kwam. Stel je voor, in het knusse stabiele Vlaanderen vroegen jongeren aan elkaar:

“Wat ga jij doen na de revolutie?” Of ze wor- stelden met de gewetensvraag: “Mag je je nu al met culturele zelfontplooiing bezighouden of moet dat wachten tot na de revolutie?”

In een menigte mensen die niet preten- deren de antwoorden te hebben, zal wie wél die pretentie heeft, altijd wel wat aan- hang krijgen, zeker bij zoekende jongeren.

De marxisten gaven voor, wetenschappe- lijke kennis van de wetmatigheden van de

geschiedenis te bezitten. Allerlei vormen van

“utopisch socialisme” hadden sedert de 19de eeuw gefaald, alleen het “wetenschappelijk socialisme” van Marx was met succes door Lenin en Mao toegepast om het kapitalisme van de macht te verdrijven. Lenin leerde dat revolutionairen twee uitersten moeten ver- mijden: het gauchisme, de “kinderziekte” die wild tekeergaat zonder voeling met het pro- letariaat en dus zonder kans op regimewis- sel (bv. de RAF, en in eigen land de CCC); en het reformisme, dat het kapitalisme slechts versterkt door ermee samen te werken om de materiële toestand van het proletariaat te verbeteren. De eersten verknoeien de revo- lutie, de tweeden verzaken ze.

De rode leidraad

Hoewel Lenins strategisch werkje “Wat te doen?” dé grote leidraad van Martens’ poli- tiek was, heeft het hem niet naar een Bel- gische Oktoberrevolutie gebracht. Integen- deel, in de praktijk bleek het reformisme veel sterker. Zelfs hét grote succesnummer van de PvdA, de “geneeskunde voor het volk”, is een geschenk van het reformisme. De patiën- ten worden er “gratis” behandeld, wat wil zeggen: aan het tarief dat terugbetaald wordt door de sociale zekerheid; en die is geduldig door generaties reformistische politici opge- bouwd. Als er morgen een revolutie komt, en dat sluit ik niet uit, zal ze niet aan de mar- xistische formules beantwoorden.

In modelstaat China worden de socia- listische verworvenheden van de revolu- tie afgebouwd. Ooit schokte Martens vrij- heidslievende generatiegenoten door het neerslaan van de democratisch-socialis- tische (volgens hem “bourgeois-reactio- naire”) Praagse Lente goed te keuren, maar in 1989 hebben de Tsjechen nog veel gron- diger afgerekend met het marxisme dan in 1968 even dreigde te gebeuren. In eigen land is de arbeidersklasse ondanks alle sociale afbraak minder dan ooit klaar voor de revo- lutie, en Martens’ verwachtingen over de Afrikaanse revolutie zijn ook niet bewaar- heid. Zelfs Martens’ eigen partij zweert Stalin nu af en vervalt in een plat links-popu- lisme. Hij heeft zijn hele werkende leven opgeofferd aan een ideaal dat kletterend failliet gegaan is.

Men kan moeilijk sympathie hebben voor Ludo Martens als pleitbezorger van de gewelddadige weg, als witwasser van Stalin en de Rode Khmers, of als prediker van haat tegen Vlaamsgezinden. Wel kan men bewondering opbrengen voor zijn toe- wijding, zijn zelfdiscipline, zijn standvastig- heid, zijn oprechte betrokkenheid bij de lij- dende en strijdende Kongolezen. En wees hem dankbaar voor het levende bewijs dat het marxisme zelfs in zijn hondstrouwe en noest doorploeterende Vlaamse variant een doodlopende weg is.

Koenraad elst

Echo’s uit de Koepelzaal

(4)

De dingen dezer dagen 4

15 juni 2011

Roddels uit de Wetstraat

De Bracke-tapes

Vorige week maakten we melding van het feit dat Peter Logghe van het Vlaams Belang ‘al stoemelings’ werd aangeduid in de commissie Binnenlandse Zaken tot rappor- teur bij de programmawet, met de goedjon- stige instemming van commissievoorzitter Siegfried Bracke. Tot enkele dagen later het gedrukte verslag verscheen… Wat bleek?

Ineens stond Karin Temmerman van sp.a vermeld als rapporteur. Het VB maakte het grootste misbaar, maar kreeg als uit- leg van Bracke dat het om een misverstand ging en dat de VB’ers hem hadden misver- staan toen hij zei dat hij naast de kandida- tuur van de heer Logghe ook de kandida- tuur van mevrouw Temmerman noteerde, en toen ieders akkoord vroeg. Volgens hem vroeg hij op die wijze een akkoord over Temmerman… Heel deze tsjevenpraat lijkt de Vlaams Belangers in het verkeerde keelgat geschoten te zijn, want naar verluidt zouden zij nu de bandopnames van de bewuste zit- ting opgevraagd hebben om alsnog hun gelijk te halen. De Bracke-tapes als het ware…

Het zat er aan te komen dat de regimepar- tijen hun trukendoos zouden openen om de VB’ers te beletten aan het democratische spel deel te nemen.

Prinselijke sterren

Annick Ponthier en Filip de Man van het VB dienden een wetsvoorstel in om de toe- kenning van militaire graden aan de konink- lijke prinsen af te schaffen omdat ze er eigen- lijk niets voor moeten doen of kennen. Het betaamt niet, vonden ze, want echte piot- ten moeten er flink wat voor doen in de vorm van fysieke proeven en serieuze exa- mens. Zo werd in 2010 kroonprins Kluns bevorderd tot luitenant-generaal, zijn bal- sturig broertje Lorre in 2004 tot kapitein- ter-zee en prinses Stridje tot kolonel bij de medische component. Dat moet maar eens

afgelopen zijn, vonden de indieners. Toen hun voorstel in de commissie Landsverde- diging werd gestemd, kregen zij enkel de steun van de N-VA. Al de rest zag geen gra- ten in de sterren en strepen die de prinse- lijke would-bekrijgslieden zomaar, gratis en voor niks, opgespeld krijgen.

Niet duidelijk

Vorige donderdag werden in de Kamer nog maar eens 700 vreemdelingen tot nieuwe Belgen genaturaliseerd. Om de zoveel maanden vindt zo’n groepsnaturali- sering plaats. In het verleden waren het stee- vast de VB’ers die als enigen tegenstemden.

Vandaag is ook de N-VA kritisch, al hou- den ze het bij een onthouding. Alle dossiers, zei Theo Francken, waar het advies van het parket dateert van vóór 2010 ging men niet goedkeuren, want volgens hen is het risico immers te groot dat ze gedateerd zijn, dat er ondertussen misschien vorderingen, straf- bare feiten zijn geweest, dat er processen zijn opgesteld. Ondanks alle spierballenge- rol als het over het lakse vreemdelingenbe-

leid gaat, blijven de N-VA’ers erg voorzichtig als er tegen de al te grote instroom daadwer- kelijk een houding moet aangenomen wor- den. Of moeten we een en ander voorlopig nog tegen het licht van een mogelijke rege- ringsvorming houden?

Nog niet weg

Wie helemaal herboren lijkt, is Yves Leterme, eerste minister en amateur-gei- tenboer in Ieper. De frustraties van een jaar geleden, de cynische en cassante opmer- kingen, de nukkigheid en de rancunes lijken helemaal weggesmolten, als sneeuw voor de zon. Leterme lacht weer en zegt aan wie het horen wil dat zijn regering in lopende zaken het nog zo slecht niet doet, goed samenhangt en tot beleidsdaden komt die in normale tijden onmogelijk waren. Alles wijst erop dat hij niet meteen uit de Wetstraat zal verdwij- nen, ook als hij geen eerste minister meer zal zijn. Het is een gegeven waar zeer velen in de wandelgangen van het Paleis der Natie rekening mee houden. Sterker: waarvan ze overtuigd zijn.

Wel weg

Wie na een volgende stembusgang niet meer in de praatbarak zal weerkeren, is Oostendenaar Zean-Marie DD. Zijn pijp is duidelijk uit. Niet alleen vertoont hij altijd een bijzonder vermoeide indruk, maar ook zijn grote tussenkomsten vol spetters, ver- dachtmakingen en raak gekozen omschrij- vingen behoren tot het verleden. Niemand luistert nog naar hem. Waar tot vorige legislatuur iedereen alles neerlegde en zich de oren spitste wanneer Zean-Marie het spreekgestoelte beklom, laat men vandaag begaan en kan hij zijn ding doen zonder dat nog iemand opkijkt. De politiek is hard.

Zijn partijtje hangt electoraal in de touwen.

Zean-Marie is duidelijk vergane glorie. R.I.P.

“Dresscode”

Wie meerdere jaren met open ogen door de wandelgangen van de Wetstraat struint, merkt dat in de loop der jaren de stijl van mensen verandert. Waar vroeger niet alleen de mannelijke parlementairen keurig in het pak en met een das rondliepen, waren ook hun medewerkers keurig uitgedost. Menig Kamervoorzitter hield dat zelfs in de gaten en er waren er zelfs die wel eens durfden optreden als het in hun ogen niet fatsoenlijk genoeg was. De Croo was wellicht de laat- ste in die rij. Het is niet meer wat het was.

Een groot deel van de parlementsleden houdt het nog bij de oude ongeschreven dresscode, wellicht uit gewoonte en uit goed fatsoen, al wordt het dragen van een das meer en meer achterwege gelaten. Alleen Gerolf Annemans draagt naast Elio Di Rupo nog wel eens een strikje. Maar de mannelijke medewerkers die nog netjes in het pak lopen, zijn op één hand te tellen. Het zijn meestal de al wat oudere knarren. Het jonge zootje loopt er gewoon in vrijetijdskleding bij, vaak op sportschoe- nen, met het hemd uit de grauwe jeansbroek, het haar ongekamd en een stoppelbaard van enkele dagen. Het lijken wel rappers en ska- ters. We durven hopen dat ze zich ’s mor- gens en ’s avonds wel nog wassen…

“Paul van den Bussche overleden, 90 jaar” was de tekst van het sms’je van Emiel Goelen dat ik op zondag 29 mei in Portugal ontving. Vandaar dit enigszins late in memoriam. Naar verluidt heeft het Journaal exact 48 seconden besteed aan de figuur die verantwoordelijk was voor de openbare omroep zoals we die nog altijd kennen. Een paar persoonlijke herinneringen.

Paul van den Bussche (1921-2011)

Van den Bussche werd correct als CVP’er bestempeld maar weinig mensen weten nog dat hij ooit voorzitter van de CVP-jongeren was. Hij werd CVP-journalist bij het toenma- lige NIR (zoals De Wilde een BSP-journalist was) en specialiseerde zich in Europa. Zijn grote loopbaan begon in 1958 toen de CVP- PSC-regering van Eyskens hem aanstelde als regeringscommissaris bij de omroep. En “de één zijn dood is de ander zijn brood” is let- terlijk van toepassing op hem. Televisiedi- recteur Bert Leysen verongelukte in 1959 en Van den Bussche volgde hem op, al kende hij het verschil niet tussen een camera en een neushoorn. Op oudejaarsavond 1960 stierf Jan Boon, de hoogste man van de omroep.

VDB zat op de eerste rij om hem op te vol- gen. Van den Bussche was een typische poli- ticus-bureaucraat. Hij schreef permanent nota’s, vergaderde zich gek, liep nooit eens spontaan een bureau binnen en gedroeg zich afstandelijk. Een secretaresse haalde altijd zijn lunchpakket in de mess op want hij ver- scheen zelden tussen het personeel en miste dus de kans ongedwongen één en ander op te steken.

De politicus en de bureaucraat

Hij was zeker Vlaamsgezind en als rege- ringscommissaris stond hij mee aan de basis van de splitsing van het unitaire NIR-INR;

de eerste breuk in het naoorlogse land. Dat werden de BRT, de RTB en het Instituut van de Gemeenschappelijke Diensten. Hij wou een zuivere splitsing maar botste op de uni- taire reflex van minister Harmel, zei hij mij vorig jaar. Maar hij bleef op de spijker hame- ren en kreeg ten slotte zijn Vlaamse zin in de jaren 80 toen BRT en RTB volledig uit elkaar gingen. Geld was een tijdlang geen probleem. Het aantal zenders nam toe, de zenduren stegen voortdurend en de rege- ring subsidieerde mild, tot en met een nieuw nu versleten omroepcentrum toen Flagey en Boendale (waar de tv woonde ) veel te klein werden. Ik leerde hem persoonlijk ken-

nen in 1969 toen ik bestuurssecretaris was bij de boekhouding en de BRT-begroting opstelde. De politicus Van den Bussche zei me dat hij een deficit wilde om de regering onder druk te zetten en dicteerde zelfs het juiste bedrag van het begrotingsgat. Typisch voor een bureaucraat: of de cijfers klopten of niet klopten, was niet zo belangrijk. Maar het document dat naar de Raad van Bestuur ging (ongeveer 40 blz.) moest er piekfijn uit- zien; geen punt of komma verkeerd, geen enkele tikfout. Dat liep een paar jaar goed, tot ik als afdelingshoofd alle facturen moest goedkeuren. Van den Bussche hield van lek- ker eten en een flinke neut en zijn restau- rantrekeningen logen er niet om. Hij werd zeer boos toen ik verscheidene rekeningen niet wilde betalen omdat ze uitsluitend in het Frans opgesteld waren (volgens de taal- wet mocht de BRT alleen Nederlandstalige documenten uit Vlaanderen en Brussel aan- vaarden). Hij was woedend dat ik zijn repu- tatie in de betere Brusselse restaurants kel- derde. Een laffe directeur liet mijn schuiven leeghalen tijdens mijn vakantie om de reke- ningen te betalen.

Kaviaarlinks

Ik leerde een andere Van den Bussche kennen tijdens de wekelijkse overlegverga- dering met de vakbond toen ik bestuurslid was van de ACOD-BRT. In een klein gezel- schap kon hij hartelijk en best geestig zijn.

“Geen onafhankelijke geest”, zei hij over een journalist die niet naar Zuid-Afrika durfde om de linkse vrienden niet voor het hoofd te stoten. Zoals iedere bureaucraat had Van den Bussche er geen problemen mee dat de eigen organisatie altijd maar groter werd en meer mensen in dienst nam, al wist hij verduiveld goed dat hard werken niet des Beeërtees was. Wij van de vakbonden steun- den hem natuurlijk van harte en toen ont- stond geleidelijk het enorme waterhoofd dat de omroep nog altijd is; zij het dat in Van den Bussches tijd nog af en toe gepresteerd werd

bij radio en tv. Vandaag loopt er nog meer personeel rond maar een goed deel van het werk is uitbesteed aan de computer (samen- stellen radioprogramma) of aan Woestijnvis en co. Ik leerde ook de temperamentvolle Van den Bussche kennen toen wij bij een vak- bondsactie voor de camera gingen staan en een journaaluitzending beletten. Hij verliet zijn bureau om ons de huid vol te schelden.

Dat deed hij soms ook telefonisch wanneer één of andere producer of journalist zijn boekje te buiten ging. “Dan zit die ermee en is mijn gemoed opgelucht”, zei hij. Maar eer- lijk is eerlijk; hij begreep veel vlugger dan wij dat de generatie zogenaamd politiek daklo- zen (Zinzen, Depoortere…) in werkelijk- heid alleen maar het kaviaarlinkse standpunt wilde doordrukken en maling had aan de ver- plichte objectiviteit. Hij was terecht boos over de permanente hersenspoeling tijdens

“maatschappelijke” programma’s op radio en tv. De huidige VRT heeft niet de moed om in de archieven te duikelen, want zelfs Groen!

zou zich vandaag schamen bij de extreem- linkse prietpraat over de oorzaken van crimi- naliteit, pedofilie, zieligheid van arme migran- ten, enzovoort.

Geslepen

Ik leerde Van den Bussche nog beter ken- nen toen een directeur probeerde mijn bevordering tot dienstchef te verhinderen ten voordele van een gunsteling. De politi- cus Van den Bussche creëerde gewoon een functie van dienstchef bij en zo was ieder- een tevreden. Ik slaagde echter ook in het examen van tv-producer en de bureaucraat Van den Bussche kon niet geloven dat iemand een hogere rang liet vallen om iets te doen dat oneindig interessanter was dan de boek- houding leiden. Twee keer liet hij vragen of ik dat nou wel echt meende. Toen hij ein- delijk overtuigd was, deelde hij de Raad van Bestuur mee dat hij ging besparen en daarom grootmoedig een functie van dienst- chef afschafte nog voor ze bezet was. En volgens hem moest iemand met een uni- versitaire summa-uitslag onmiddellijk als producer een kans krijgen. Hij vergat te mel- den dat op die manier zijn eigen schoondoch- ter (gezakt in een boekhoudexamen) lan- ger aan de slag kon. Voortaan liepen onze wegen uit elkaar tot ik “Geschiedenis van de kleine man” produceerde. Bij de 14 pro- gramma’s was een prachtig handboek en ik liet het laatste hoofdstuk 1950-1980 door de

begenadigde Knack-journalist Johan Struye schrijven. Die plengde de zin dat Vlaamse bewegers niet meer in Brussel durfden beto- gen omdat je hen op een zaterdag niet meer tussen de winkelende dagjesmensen zou opgemerkt hebben. Clem de Ridder en het Davidsfonds vroegen een sanctie aan VDB en die deed… niets, letterlijk, zoals het een geslepen politicus past. Hij zette dus ook geen handtekening onder de dure bestel- brief voor een herdruk van het boek waar inmiddels al duizenden kijkers voor betaald hadden. Ik kon alleen maar toegeven en zelf een nieuw hoofdstuk schrijven; scherper nog dan Struye, maar ook Vlaamser.

Knopen doorhakken

Mijn laatste omroepcontact met Van den Bussche was het beste. Hij was onder de indruk in 1984 van mijn programma “De Bevrijding”; temeer omdat de BBC het ook uitzond. In het programma werden o.a. voor de eerste keer vreselijke beelden van de repressie getoond (o.m. van Breendonk II) en Van den Bussche had nooit problemen gehad om oud-collaborateurs in dienst te nemen; van Marcel Oger (Mark Liebrecht) tot oostfronter René. Hij beloofde dat hij als jurylid van de Bert Leysenprijs met tanden en klauwen zou vechten om mij de prijs te geven en hij hield zijn belofte. Na mijn toespraak tij- dens de prijsuitreiking ontdooide hij volledig en voor de eerste keer gebruikte hij niet lan- ger het formele mijnheer maar zei gewoon Jan. Kort daarna vertrok hij met pensioen.

Zijn opvolger, Cas Goossens, was veel socia- ler en benaderbaar, al verscheen ook hij niet meer in de mess en voetballen met ons was er ook niet meer bij. Maar Van den Bussche durfde, goed of slecht, knopen doorhakken en Goossens was een echte Hamlet. Ik zag tezamen met Emiel Goelen VDB nog een keer onverwachts terug, op een terrasje in Haacht. Hij was ontroerd dat we hem her- kenden en aanspraken. Tot mijn grote ver- rassing vertelde hij me dat ie geregeld mijn stukjes in ’t Pallieterke las. Ik belde hem vorig jaar nog op om een paar bijzonderheden uit de omroepgeschiedenis te vragen. Hij was zeer vriendelijk, maar ik hoorde aan de stem en aan zijn vele aarzelingen dat hij niet langer in goede gezondheid was.

Requiescat, requiescat.

Jan Neckers

(5)

De dingen dezer dagen

15 juni 2011

5

Desmond Tutu en Noam Chomsky mengen zich in de patattenoorlog

Een kwestie van academische vrijheid

De brave borsten die dachten dat het Vlaams Belang in de recente opinie- peilingen van de tabellen zou geveegd worden, zijn eraan voor hun moeite:

de partij stabiliseert en gaat bij elke peiling na juni 2010 zelfs licht vooruit.

Ondanks het verpletterend overwicht van de N-VA blijft er dus een bedui- dende groep van Vlamingen die het VB als een stok achter de deur houdt, tegenover de formatie van Bart de Wever die steeds minder radicaal-flamin- gant oogt, zoals de Leuvense professor Swyngedouw ons zo mooi uittekende.

Ach, peilingen, het blijft een stukje media- circus. Waar ik telkens weer van verschiet, is bijvoorbeeld dat donkerbruin waarmee het Belang steevast in de grafiekjes wordt ingekleurd. In tegenstelling tot de andere partijen, komt de gebruikte “huiskleur” bij mijn weten nergens voor in het logo of in de partijcommunicatie. VB’ers zijn even- min in bruine kroegen te vinden, ze zijn niet meer dan gemiddeld door de zon getaand, en ze lopen ook niet rond in een SA-uni- form. Het moet dus liggen aan dat mest- kever-imago, door weldenkende lieden als Karel de Gucht gelanceerd, of recenter, het “ongedierte” waar de moreel hoog- staande Bart Caron (Groen!) geen hand wil aan geven.

Kevers en groen: dat brengt ons weer bij de patattenslag in Wetteren waar we het vorige week over hadden. Blijkt nu dat één van die aardappelstampers, Barbara van Dyck, als onderzoekster aan de KU Leuven de bons kreeg, omdat de academi- sche overheid dit soort vandalisme tegen wetenschappelijke onderzoeksprojecten niet kan appreciëren.

Dat leverde vervolgens een steunpetitie op, in De Standaard gepubliceerd, waarin het kruim van de academische wereld het voor Van Dyck opnam, naast internatio- nale grootheden als Nobelprijswinnaar Desmond Tutu, de linkse filosoof-activist Noam Chomsky en politicoloog Norman Finkelstein. Alleen Barack Obama ontbreekt nog op het lijstje.

Nu zijn wij voor de méést absolute vorm van vrije meningsuiting, waarbij ook op zere tenen mag getrapt worden. En we houden van mensen die hun nek uitsteken. Maar meestal hangt daar een prijskaartje aan, en dat snappen die weldenkende intellectuelen niet altijd. Universitaire onderzoekers zoals Barbara van Dyck leven in een luchtbel, en wanen zich onschendbaar onder de vlag van de “academische vrijheid”. Dat is natuur- lijk nonsens. De bedekte censuur loert langs alle kanten; werknemers van acade- mische instellingen moeten zoals alle werk- nemers wel eens hun mond houden als ze hun mooie job niet willen verliezen.

Dat mocht in het verleden communica- tiespecialist Frank Thevissen ondervinden,

met klikken en klakken buitengegooid aan de VUB omdat de loge zijn politiek-incor- recte uitspraken beu was. Filosoof Johan Sanctorum organiseerde een steunpetitie maar geen enkele Vlaamse krant wou die opnemen, uit schrik voor…

We kunnen daar een hele lijst Berufsver- bot-gevallen aan toevoegen. Sociaal-flamin- gant Julien Borremans werd “wegens drin- gende redenen” ontslagen als leraar omdat hij één keer gesproken had op een door het VB georganiseerd colloquium. Voor hem geen sympathiebetuigingen van de interna- tionale gemeenschap, maar gewoon een C4.

Denken we maar aan figuren als Wim van Rooy, één van Vlaanderens boeiend- ste intellectuelen, maar jammer voor hem tevens een gedreven islamcriticus: ook voor hem blijven vele deuren en krantenkolom- men gesloten omdat hij iets anders vertelt dan wat de politieke middelmaat wil horen.

Idem dito voor oriëntalist Urbain Vermeu- len, ei zo na aan diezelfde KU Leuven ont- slagen wegens islamkritische uitspraken.

Ook professor emeritus Luc Lamine (niet te verwarren met de Antwerpse politie- commissaris), voormalig docent verbinte- nissenrecht aan diezelfde KU Leuven, die ooit eens op een lokale VB-lijst stond, viel deze behandeling te beurt. De man zat een paar jaar geleden, omwille van een ver- keersovertreding, zelfs een maand in voor- arrest, u leest het goed.

Let wel: het gaat in al deze gevallen om pure beknotting van de vrije meningsuiting, niet om een uit de hand gelopen vandalen- streek. En nergens Desmond Tutu noch Noam Chomsky gehoord of gezien. “Aca- demische vrijheid”? Komaan jongens, wak- ker worden.

Iemand heeft eens de kwinkslag gelan- ceerd dat je met heel die groeiende groep uit de media verbannen Vlaamse intellec- tuelen een mooie redactie zou kunnen samenstellen van een nieuwe krant die geen last heeft van politiek-correcte waandenk- beelden. Waarom doen we het dan ook niet, vraag ik me soms af.

Het is waarschijnlijk dat Barbara van Dyck en haar aanhangers tot een politieke gezindheid behoren die de Belgische poli- tieke censuur mee in stand houdt en het

“cordon mediatique” tegen één bepaalde Vlaamse partij stevig ondersteunt. Plei- ten voor absolute academische vrijheid, en anderzijds zelf de poco-dictatuur in stand houden, ja sorry, ik ben niet mee.

Flikkendag

Tijd om de oogkleppen te lichten en nagels met koppen te slaan. Ook voor vol- slagen blinden wordt het steeds moeilijker om naast de puinhoop te kijken die de mul- ticul-ideologie van de vorige eeuw heeft achtergelaten.

De Turnhoutse Baan in Borgerhout, tien jaar geleden door ene Dyab Abou Jahjah al tot oorlogsgebied uitgeroepen, is van een riante winkelstraat verkommerd tot een desolate “no-gozone”, een te mijden get- towijk. Moest ik van één die winkeliers zijn, ik zou wel weten voor welke partij ik zou stemmen. Elke voetbalwedstrijd is voor de zo gepamperde allochtone jongeren een gelegenheid om er de beuk in te zetten. Na de partij Algerije-Marokko was het weer prijs en werd onder meer een inspectie- wagen van De Lijn stevig aangepakt. Burge- meester Patrick Janssens heeft zich op het slagveld niet laten zien: draaiende camera’s met al die glasscherven en gedeukte auto’s op de achtergrond, neen, dat is niets voor blitse Patrick.

Onder eenzelfde socialistisch bestuur krijgt Gent nu gelijkaardige achterbuur- tallures. Daar gingen vooral Turken uit de bol, n.a.v. de wedstrijd België-Turkije.

Burgemeester Daniël Termont (sp.a) had er niets beter op gevonden dan de wedstrijd in de binnenstad op groot scherm te verto- nen, met een handvol agenten als ordebe- waking, onuitgerust, in galakledij om “nie- mand te bruskeren”. Toen de zaak compleet uit de hand liep, was het al te laat. Balans:

31 gewonden, een hoop beschadigde auto’s, kapotte etalages, en slechts drie arresta- ties, ook om de allochtone bevolking “niet te bruskeren”. Kwestie van de academische vrijheid te bewaren, allicht.

Hetgeen aan Groen!-gemeenteraads- lid Filip Watteeuw de veelzeggende uit- spraak ontlokte: “De stad is te gretig geweest om weer eens een beeld van het feestende Gent te willen tonen, en daardoor is men ver- geten dat er in het opzet van de organisaties ernstige risico’s waren.” Berouw komt na de zonde, inderdaad. Uitgerekend in de stad van de melig-optimistische tv-serie Flikken geeft de korpschef van de politie, Filip Ras- schaert, in een interview toe dat de fluwe- len-handschoenaanpak niet blijkt te helpen.

De gezellige stad van de tv-feuilletons en

de Flikkendag bestaat niet, het is een post- kaart, een decor om een city marketing-ver- haal aan op te hangen. En de Gentse flikken, de echte, kunnen het weten.

Want dit gaat natuurlijk niet over voet- bal, maar over een smeulende subcultuur van niet te integreren inwijkelingen die de straat veroveren, het stadsbeeld degrade- ren en de plaatselijke economie ruïneren.

Daaraan gekoppeld een socialistisch-rose stadsvisie die altijd alle problemen onder tafel heeft geveegd met truken van de poli- tieke foor. Daar zitten Termont en Janssens perfect op dezelfde golflengte, en krijgen ze nu van hetzelfde laken een broek. Kleine cosmetische ingrepen (Janssens met een

“huisarrest” voor amokmakers, Termont met een “schadefonds” voor gedupeer- den) die weer vooral bedoeld zijn als medi- astunts, kunnen niet verhelen dat het tijd is voor een grote schoonmaakbeurt. Hope- lijk vóór de middenklasse de steden hele- maal is ontvlucht.

Ondertussen blijft het ons verbazen, hoe traag de intellectuele tankers in Vlaanderen keren, en hoe moeizaam de klik gemaakt wordt om uit de politieke-correcte “box”

te denken. Schrijver David van Reybrouck kwam zopas met een nieuw idee op de proppen: het oprichten van kritische “bur- gercomités” die de falende politiek moeten te hulp snellen. “Tijd om de democratie te red- den”, toetert Van Reybrouck. Kijk, daar zijn wij 200 % voor, waar kunnen we inschrij- ven? Ook de zinsnede “De Belgische politiek is als een koets op de E-40” klinkt als muziek in de oren, en had zo in ‘t Pallieterke kun- nen staan. Alleen verzuimt ook die goeie brave David het plaatje vol te maken: het woord republiek komt in zijn vlammend vertoog niet voor, laat staan dat hij de Bel- gische constructie zelf in vraag zou stellen en het oprichten van een Vlaamse repu- bliek zou overwegen die écht tabula rasa maakt. En als we de naam Dave Sinardet, lid van de belgicistische Pavia-groep, onder de stichtende leden van de vzw Burgertop zien opduiken, dan weten we het wel.

Toch weer een beetje “make-up”, dus.

Het zoveelste leeg gebaar van een goedbe- doelende culturo. Moesten al die academi- sche aanhangers van méér democratie ein- delijk beseffen dat ze in het verkeerde land leven en dat de Belgische democratie niet te redden is, zou dat al een enorme sprong voorwaarts zijn; minstens tien patatten- velden ver.

Annick VerbAuwen

De kiezer en de wetenschap

Plotse gekte sinds kort weer in de opi- niewereld. Onderzoek van professor Marc Swyngedouw (“De kiezers van de N-VA op 13 juni 2010”) zou aantonen dat de staats- hervorming “veel minder belangrijk” was voor het nieuwe N-VA-electoraat. Separa- tisme staat al helemaal niet in het woor- denboek van de kiezers van die partij en onder de vleugels van De Wever zitten zelfs veel unitaristen. Zonder zich al te veel zorgen te maken over de methodiek van Swyngedouw en co opende De Stan- daard met “Nieuwe N-VA-kiezer is minder Vlaams” (10 juni), andere kranten volgden.

Le Soir leek ook al blij met “Le double visage de la N-VA”. Er is dus nog hoop… Allerlei duiders ontkurkten hun snelle mening: de nieuwe kiezers van N-VA willen vooral “ver- andering”. Indrukwekkend. Wat hadden we van Swyngedouw geleerd? Dat zijn respon- denten drie prioriteiten mochten aanstip- pen op een lijst van vijftien thema’s. Staats- hervorming komt bij de N-VA-kiezer wel eerst over de meet (40 %), en klopt de the- ma’s werk (35 %), justitie en criminaliteit (33

%), migratie, belastingen, sociale zekerheid, e.a… Noch de onderzoekers, noch de com- mentatoren schijnen te willen uitgaan van de onzin van zo’n vraag. “Terwijl elk onderdeel van het federale beleid communautair is gela- den, trachtten politicologen met ingewik- keld studiewerk het zo voor te stellen alsof er een verschil zou bestaan tussen de staats-

hervorming en de economische en sociale agenda van een volgende regering, en dat beide los van elkaar kunnen worden door- gevoerd”, aldus Rik van Cauwelaert, die de kunst verstaat om in Knack zijn collega’s nu en dan een angel in de teen te duwen. Wat te denken over de vraag naar de “gewenste toekomstige staatsstructuur” als de respon- denten moesten kiezen uit vijf opties, waarin de woorden Vlaanderen of Vlaams niet eens voorkomen? “Maar” 16,8 % van de N-VA’ers vindt dat België moet worden gesplitst, ter- wijl 9,6 % vindt dat “de unitaire Belgische staat moet worden hersteld”, zo leren we.

Allez, nog even en de N-VA’ers gaan met de driekleur zwaaien, of wat? Alsof De Wever niet zelf constant herhaalt dat er een ver- schil is tussen de weg der vette vissen en het communautaire eindstation! Swyngedouw ontkende eerder ook al de communautaire inzet van de verkiezingen van 2007 (“Wie stemt op welke partij”, september 7 janu- ari 2008). Het was de tijd dat Leterme in de Belgische pan lag te stoven. Groot nieuws, ook toen: “Slechts 9 procent van de kiesge- rechtigde Vlamingen wil een splitsing van het land.” Swyngedouw meende te weten dat de Vlaamse kiezer vooral “communautaire sta- biliteit” wenste. Applaus voor Swyngedouw, geen vragen. Ook niet over “herwegingen”, nadat bleek dat maar 11,4 % van de respon- denten voor Vlaams Belang had gestemd, en 3,8 % voor LDD, terwijl die partijen in

2007 een kwart van de Vlamingen hadden overtuigd (18,4 en 6,2 %). Marc Reynebeau - om maar die te noemen - volgde gedwee:

de ideeën in Vlaanderen waren gericht op

“een werkzaam federalisme”. In 2009 stel- den andere proffen (Deschouwer, Hooghe, Walgrave) even gezwind dat staatshervor- ming de kiezers niet had “bewogen”. Het was

“de crisis”, weet je wel… Het lampje van de politicologen geeft net iets te weinig licht.

Toch in het Vlaamse stemlokaal, zo bleek in 2004, 2007, 2009 en 2010. In tegenstelling tot hun rapporten en conclusies zijn verkie- zingsuitslagen snel, vergelijkbaar, concreet, relevant én bepalend voor het politieke bes

AnjA Peeters

Steeds meer bedelaars

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met de nieuwe regeling wordt er voor gekozen om niet te verhinderen dat er nog incubatoren in diverse domeinen worden opgericht en dat er op diverse domeinen initiatieven

Ambtenarenzaken gericht aan de heer Geert Bourgeois, Minister-President van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed wordt conform de

Deze technologieën zijn reeds sinds 9 januari 2017 subsidiabel en werden met het ministerieel besluit van 21 december 2016 tot wijziging van het ministerieel besluit van 24

Dit artikel betreft de toelatingen tot arbeid voor onbepaalde duur. Overeenkomstig artikel 22 van het samenwerkingsakkoord van 2 februari 2018 wordt de aanvraag ingediend door

Er worden enkele aanpassingen gedaan in het decreet houdende sociaalrechtelijk toezicht wat betreft de procedure administratieve geldboete: de bepaling inzake herhaling wordt

Wat betreft de werkingsbudgetten kadert de mastercampus in een brede vestigingsoptimalisatie, waarbij verwacht wordt dat de meeruitgaven voor de campus te Roeselare gecompenseerd

De voorgestelde Vlaams – Nederlandse strategie voor een toekomstgerichte chemie, heeft geen financiële weerslag. De goedkeuring op zich van deze strategie impliceert niet

Op 14 juli 2017 keurde de Vlaamse Regering het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010