Ziekenhuis
Oost-Limburg Campus Sint-Jan Campus Sint-Barbara Campus Maas en Kempen Medisch Centrum André Dumont
Clostridium difficile
campus Maas en Kempen
Beste patiënt,
Deze brochure geeft u meer informatie over clostridium difficile en probeert op een aantal veelgestelde vragen antwoord te geven.
Mocht u na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, aarzel dan niet om ze te stellen.
Uw behandelend arts en de verpleegkundigen zijn steeds bereid om op al uw vragen te antwoorden.
INHOUDSTAFEL
1. Wat is clostridium difficile?
2. Symptomen
3. Hoe wordt clostridium overgedra- gen?
4. Hoe wordt clostridium opge- spoord?
5. Isolatiemaatregelen 6. Wat kan u als patiënt doen?
7. Wanneer mag u uit isolatie?
8. Nog vragen?
9. Dienst Infectiepreventie, campus Maas en Kempen
1. Wat is clostridium diffi- cile?
Clostridium difficile is een bacterie die kan voorkomen in de darmen, ook zonder dat u er klachten van heeft. Bij verzwakte natuurlijke weerstand van de darm, vaak door innemen van antibiotica, zal de bacterie snel vermeerderen en gifstoffen aanmaken die de darm- wand aantasten.
2. Symptomen
• Buikkrampen
• Koorts
• Waterige, onfris ruikende diarree
• Soms bloed en slijmen in de stoelgang
3. Hoe wordt clostridi- um overgedragen?
Vanaf het begin van de diarree tot het einde ervan kan de bacterie zeer gemakkelijk overgedragen worden. Dit gebeurt door eenvou-
4. Hoe wordt clostridi- um opgespoord?
Bij diarree zal een laboratorium- test de aanwezigheid van clostridi- um difficile bevestigen.
5. Isolatiemaatregelen
Indien u besmet bent met clostri- dium wordt u meestal op een éénpersoonskamer verzorgd. Op de deur van uw kamer hangt een kaart met de te nemen voorzorgs- maatregelen die iedereen die uw kamer betreedt dient te nemen.
Uw kamer (incl. badkamer) wordt dagelijks grondig gereinigd en ontsmet.
6. Wat kan u als patiënt doen?
• U mag de kamer niet verla- ten tenzij dit noodzakelijk is, bijvoorbeeld voor een onder- zoek. In dit geval worden ook steeds de nodige maatregelen getroffen.
• Vuile kledij bewaart u in een gesloten plastic zak onderin uw kleerkast.
• U past goede handhygiëne toe.
D.w.z. dat u de handen grondig wast en droogt, zeker als de handen zichtbaar vuil zijn, voor de maaltijd, na toiletgebruik en als u toch uw kamer moet verlaten voor onderzoek of behandeling.
• U laat persoonlijke zaken (bv. handdoek, scheergerei, kam,...) niet gebruiken door anderen.
• U laat niet toe dat bezoekers het toilet op de kamer gebrui-
• ken.Herinner uw bezoeker eraan om bij het verlaten van de ka- mer de handen te ontsmetten én ze aansluitend zo snel mo- gelijk te wassen in de publieke toiletten van het ziekenhuis.
7. Wanneer mag u uit iso- latie?
Wanneer u twee dagen geen di- arree meer heeft gehad, zijn geen bijkomende maatregelen meer nodig.
Een goede handhygiëne blijft steeds belangrijk. Verwittig tijdig uw zorgverlener wanneer u op- nieuw last heeft van diarree.
Wij wensen u een spoedig herstel.
8. Nog vragen?
Wanneer u nog vragen heeft, kan u steeds terecht bij de hoofdver- pleegkundige.
9. Dienst Infectiepreven- tie, campus Maas en Kem- pen
• Arts infectiepreventie: dr.Resseler
• Zorgcoördinator: mevr. Kim Moors
NOTITIES
www.youtube.com/user/ZOLziekenhuis Schrijf u in op onze nieuwsbrief via www.zol.be.
www.twitter.com/ZOLziekenhuis www.facebook.com/ZOLzh www.ZOL.be