• No results found

DE HELDENSTRIJD VAN EEN 501 PARACHUTISTEN REGIMENT IN DE ARDENNEN door B. KONING, Luitenant-Kolonel der Infanterie.

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DE HELDENSTRIJD VAN EEN 501 PARACHUTISTEN REGIMENT IN DE ARDENNEN door B. KONING, Luitenant-Kolonel der Infanterie."

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

GREPEN UIT DE WERKELIJKHEID

DE HELDENSTRIJD VAN EEN

501 PARACHUTISTEN REGIMENT IN DE ARDENNEN

door B. KONING, Luitenant-Kolonel der Infanterie.

TEAMWORK

Genieën zijn zeldzaam. Waarlijk heel grote gebeurtenissen even- eens. Maar zelfs grote gebeurtenissen blijken, als men ze achteraf gaat ontleden te bestaan uit tal van kleine voorvallen. En daarbij speelt het toeval soms ook nog zulk een ontzagwekkende rol. En zonder geluk vaart niemand wel. Dit is heel duidelijk gedemonstreerd in de merkwaardige strijd van het 501ste Parachutisten regiment tegen de aanstormende Duitse pantsers tijdens het Ardennen-offensief.

De grootste gok van Bastogne.

Niet voor niets noemde generaal-majoor Middleton — de comman- dant van het VIII Amerikaanse Legerkorps op het Ardennenfront — de inzet van het 501ste Parachutisten Regiment de grootste gok van Bas- togne en het was nog een goede gok ook! Ja, wie niet waagt, die niet wint.

Hij, die in het leven geen enkel risico durft nemen, kan wel thuis blijven. Dat wil ook weer niet zeggen, dat gij — waarde lezer — er nu maar voortdurend op uit moet zijn, om de meest gewaagde risico's te nemen. Dat is even akelig als het n i e t nemen van risico's. Men moet altijd weloverwogen risico's nemen, waarbij men dan heeft te bedenken, dat de „cost gaet voor de baet".

Zo ook bij Bastogne.

In de vroege morgen van 16 December 1944 was het grote — laatste Duitse wanhoopsoffensief — op het Ardennenfront losgebroken.

In de daarop volgende morgen, stonden in het Hoofdkwartier van Chief General Eisenhower in Parijs de Chef van de Staf, de generaal Walter Bedell Smith en de plaatsvervanger Chef van de Staf, de generaal raal Whiteley, over een grote stafkaart gebogen. Zij spraken over de inzet van de reserves die nog beschikbaar waren. Het probleem was moeilijk want er waren merkwaardigerwijs maar heel weinig reserves.

Ja, heel merkwaardig was het, dat Eisenhouwer bijna geen reserves had. Immers e l k e aanvoerder — in het groot en in het klein — m o e t dé beschikking over een reserve hebben. Hij moet niet al zijn troeven direct op tafel leggen. Het zijn de reserves die de doorslag geven. Niet voor niets noemt men strategie en tactiek wel eens „het spel der reser- ves". En nu zal men zich afvragen waarom Eisenhower — die toch zon- der enige twijfel een meesterlijk strateeg was — op dat critieke moment vrijwel geen reserves had.

290

_^

(2)

De club der optimisten.

De reden daarvoor was ongetwijfeld, dat men er in het hoofdkwar- tier van Eisenhower van overtuigd was, dat de zaak bekeken was. Zo zeker was men van de overwinning, dat Eisenhower tegen Churchill en Roosevelt zei, dat zij hun voornemen, om door middel van een nieuw soort „14 punten" — zoals Woodrow Wilson dat in 1918 had gedaan — het Duitse moreel te breken, maar achterwege moesten laten. Want tegen de tijd, dat deze beide staatslieden klaar zouden zijn met hun

„veertien punten" zou hij — Eisenhower — al in Berlijn zijn. In het hoofdkwartier der Geallieerden — het Shaef, Supreme Headquarters Allied Expeditionnar^ Force — nam men met absolute zekerheid aan, dat Duitsland tot geen enkele offensieve actie meer in staat was.

En in dat geval, ja, dan zijn reserves eigenlijk niet meer nodig.

Maar uit het feit, dat het Derde Rijk nog tot een volkomen verras- send Winteroffensief kon overgaan, kan men leren, dat men in een oorlog n o o i t met zekerheid kan aannemen, dat de tegenpartij ver- slagen is, alvorens hij zich heeft overgegeven. Tot dat ogenblik moet men steeds op zijn-„qui-vive" zijn. Onderschatten van de tegenpartij is altijd fout. En dat geschiedde inderdaad bij Shaef einde 1944, zo zelfs, dat critici Shaef de „Club der optimisten" noemden. Zij kregen nog gelijk ook!

Want het Duitse leger w a s nog tot een grote aanval in staat. En toen was Leiden in last, want toen bestond de hele reserve die Eisen- hower ter beschikking had uit twee — zegge en schrijve twee Divisies parachutisten. Twee divisies reserve op een front van ± 700 km! Het waren de 82ste Para Div., die bij de stoot naar Arnhem bij Nijmegen en Grave had gevochten en de 101ste Para Div, die rondom Vechel had gestreden. Deze beide Divisies vormden tezamen het XVIII Luchtlan- dingscorps onder bevel van generaal Ridgway. Deze was op dat ogenblik in Engeland. Zijn commando werd waargenomen door generaal Gavin, de commandant van de 82ste Para Div.

De 101ste Para Div stond onder bevel van generaal Taylor, die in de Verenigde Staten met verlof was. Zijn Chef van de Staf, de Brigadier- Generaal Higgins, was in Engeland, waar hij lezingen hield over het optreden van de parachutisten in de strijd rondom Vechel in Holland, tijdens de stoot naar Arnhem. De commandant der Divisie Artillerie, Brigadier-generaal Mc. Auliffe voerde het commando.

En het was deze artillerist, die het volle gewicht der verantwoorde- lijkheid voor de actie van de gehele 101ste Divisie kreeg, want de gene- raals Bedell Smith en Whiteley, waren het er per slot van rekening over eens geworden dat de Parachutisten naar Bastogne moesten. Bastogne, het grote wegenknooppunt in de Zuidelijke Ardennen. Eisenhower keurde het goed en toen kregen de beide Para Divisies opdracht op te rukken naar Bastogne.

De Parachutisten lagen in het kamp van Mourmelon, nabij Reims.

Toen Mc Auliffe, de opdracht kreeg om naar Bastogne op te mar- cheren, riep hij zijn regimentscommandanten bij elkaar en lichtte ze op de volgende wijze in. Hij zei: „Alles wat ik weet is, dat er een door- braak is en wij gaan er naar toe". Punt. Mannentaal!

Met verlof.

Zoals wij gezien hebben waren bij het XVIII Parachutistencorps 291

(3)

vele officieren afwezig, wel een bewijs, welk een volmaakte verrassing het Duitse offensief was! Ook van de troep zelve waren zeer velen met verlof naar Reims en Parijs. Per radio werden alle verlofgangers terug- geroepen.

Daarnaast deed zich nog een ander probleem voor. De Parachutis- ten Divisies hadden vrijwel geen auto's. En nu moest het hele corps zo snel mogelijk per auto worden vervoerd.

Hoe moest dat probleem nu worden opgelost? Shaef lost te dit vraagstuk heel radicaal op. Via de radio kregen alle chauffeurs die zich in een gebied bevonden tot op 100 km rondom Mourmelon, opdracht, waar zij ook waren, wat ze ook vervoerden en waar ze ook naar toe gingen, om onmiddellijk met hun auto's naar Mourmelon te gaan en zich daar ter beschikking te stellen van de parachutisten. Op deze wijze kwamen alle mogelijke auto's druppelsgewijs het kamp van Mourmelon binnen rijden. Nu stond Mc Auliffe — ten aanzien van de 101ste Para Div — voor het vraagstuk of hij nu moest wachten tot hij voldoende auto's had om tegelijk met zijn h e l e Divisie op stap te gaan, of dat hij zijn Divisie in stukjes en beetjes zo snel mogelijk naar Bastogne zou jagen.

Wat zoudt gij doen in dat geval waarde lezer? Voor beide oplos- singen valt wat te zeggen. In beide gevallen is er ook wat tegen.

Immers, wacht men tot de h e l e Div tegelijk kan worden vervoerd, dan verliest men tijd en tijd is in de oorlog steeds van een zeer bijzondere betekenis. Het voordeel is, dat als men met de hele Div oprukt men in elk geval zo sterk mogelijk aankomt. Gaat men in gedeelten, dan wordt inderdaad tijd gewonnen, maar loopt men het risico, dat men

— als gevolg van de druppelsgewijze inzet van krachten — bij stukjes en beetjes in de pan wordt gehakt. Het was moeilijk, heel moeilijk!

Maar per slot van rekening oordeelde Mc Auliffe dat hier de t ij d s - f a c t o r het belangrijkste was. Dit was juist. Want het was inderdaad een race met de tijd. Een race die op het nippertje door de Amerikanen gewonnen werd!

En nu gaat het toeval een enorme rol spelen. Mc Auliffe besloot dus om niet te wachten tot hij zijn hele Divisie tegelijk kon vervoeren.

Toen hij voldoende auto's had om één regiment te vervoeren, stuurde hij dat regiment reeds op pad. De 101ste Para Div bestond uit het 501, 502, 506 Para Regiment en het 327 Glider Regiment, alsmede enige afdelingen veldartillerie, luchtdoelartillerie, pionier- en verbindings- afdeling, een aan- en afvoer compagnie en een geneeskundige Com- pagnie.

Het waren allemaal onderdelen met grote oorlogservaring. Uitge- lezen troepen en het deed er weinig toe, welk regiment het eerst zou gaan. Het 501ste Regiment lag in het kamp van Mourmelon nabij de uitgang aan de weg naar Sedan, over welke weg Mc Auliffe de Divisie wilde verplaatsen. De hoofdweg liep via Verdun, maar Mc Auliffe meende, dat hij via Sedan minder last van het verkeer zou hebben. In dit opzicht was het dus logisch, dat hij het 501ste Regiment het eerst wegzond. Dit zou van een zeer bijzondere betekenis blijken te zijn, waar op dat moment niemand, maar dan ook niemand aan had gedacht. Het 501ste Regiment stond onder bevel van de luitenant-kolonel Julian Ewell, een jongeman van 28 jaar!

292

_

(4)

Cherchez la femme.

Ewell was tijdens de luchtlandingsactie in Normandië gewond geworden. In het veldhospitaal had hij genegenheid opgevat voor een der verpleegsters, die nu in het legerkorps-veldhospitaal van het VIII Legerkorps in Bastogne dienst deed. Ewell had na de stoot naar Arn- hem zijn verlof in Bastogne doorgebracht en daar zo een goed inzicht in het terrein gekregen, wat van zeer grote waarde zou blijken te zijn, ja misschien wel van beslissende invloed.

Het 501 Para Regiment reed in de late avond van 18 December uit Mourmelon weg, de auto's met volle lichten aan, om zo snel mogelijk in Bastogne te kunnen zijn.

Het rijden met vol licht op, had niet zoveel risico's, als men op het eerste oog wel zou denken. Het was zeer slecht vliegweer en de grote dagen der Luftwaffe waren voorbij. Bovendien men moest opschieten, en nog wel heel snel ook.

Mc Auliffe was ondertussen al vooruitgegaan naar Bastogne, om zich op de hoogte te stellen van de situatie. Maar de generaal Middleton kon hem niet veel vertellen. De berichten uit de voorste lijn waren niet alleen zeer schaars, maar ook nog zeer verward. Het enige wat hij met zekerheid kon zeggen, was, dat hij drie bescheiden gevechtsgroepen — bestaande uit ongeveer een bataljon gemotoriseerde infanterie en een compagnie tanks — naar Wardin, Longvilly en Noville had gestuurd, met de opdracht om daar stand te houden.

Daar stond Mc Auliffe.

Elk ogenblik kon de kolonel Ewell binnen komen en dan moest hij bevelen geven.

Door de M.P. opgevangen terugtrekkende c.q. vluchtende Ameri- kanen werden op het stafkwartier van Middleton gebracht. Maar zij konden geen verder nieuws brengen. Integendeel! Vrijwel allen ver- klaarden, dat hun onderdeel nagenoeg geheel was vernietigd en dat er heel veel Duitse tanks waren. Waar die nu waren, daar hadden ze geen idee van. Het bekende verschijnsel, dat zich bij elke verslagen troep voor- doet. Mc Auliffe besloot dan ook om zijn tijd aan het ondervragen van deze lieden dan ook maar niet verder te verspillen.

Dat was volkomen juist. Nuttig nieuws gaf het hem niet, het kostte tijd en hij liep kans nog op minder juiste wijze moreel beïnvloed te worden ook. Want als men onder critieke omstandigheden met jammer- verhalen wordt overstelpt, dan mist dat op de duur zijn invloed niet. En Mc Auliffe wenste zich niet te laten beïnvloeden. Hij zou met ijzeren hand de omstandigheden gaan leiden en niet achter de feiten aan gaan lopen.

Zijn besluit was genomen.

Hij wist maar heel weinig van de tegenpartij. Een eerste vereiste was dus om te trachten meer van hem te weten te komen.

Door een defensieve houding aan te nemen, door de troepen van Ewell rondom Bastogne op te stellen, kwam hij er niet mee. Hij moest weten wat voor vlees hij in de kuip had.

Het bevel, dat hij tenslotte aan de nu ook aangekomen Ewell gaf was kort en duidelijk. Dat zeer zeker. Het liet een ongekende mogelijk- heid aan initiatief aan de uitvoerder — in casu Ewell — over. Ten slotte hield het enorme risico's in, maar nogmaals, wie niet waagt, die niet 293

(5)

wint. En de oorlogvoering — in het groot en het klein — is een strijd tussen twee willen. De wil van het éne volk, tegen die van het andere, de wil van de éne aanvoerder tegen die van de andere, de wil van de éne soldaat tegen die van de andere. Hij die de krachtigste wil heeft, wint het.

Ewell move out.

Het bevel dat Mc Auliffe aan Ewell gaf, was zo'n echt oorlogsbevel.

Mondeling, zonder veel omhaal, om dit bevel goed tot zijn recht te laten komen, zal het hier in het Engels — precies zoals het gegeven werd — worden weergegeven.

Om half zes gaf Mc Auliffe het volgende bevel:

„Ewell, move out along this road at six o'clock, make contact, attack and clear up the situation".

Ewell vroeg niets. Hij zei: „Yes Sir", salueerde en verdween in de duisternis.

Mannentaal en mannentaal.

N >

A f b.-l

De weg die Mc Auliffe op de kaart aanwees, was de weg van Bas- togne naar Longvilly, de hoofdweg, die uit het Oosten naar Bastogne liep. Daar zouden de oprukkende Duitsers in elk geval langs komen.

Ewell lichtte zijn bataljonscommandanten in. Het Ie Bataljon werd voorhoede, de rest van het regiment zou op l km afstand volgen. Flank- beveiliging zou hij pas uitzenden als Margéret was bereikt, daar hij anders te veel tijd zou verliezen.

Om 7.00 marcheert de voorhoede af.

Bij het hele regiment was geen enkele kaart. Men beschikte slechts 294

(6)

over enkele doordrukjes, die haast je rep je waren gemaakt van de enige kaart, die Mc Auliffe had.

In het schemer duister marcheerde de voorhoede op. Ewell reed ze in een jeep nog even achter op, om te zien of alles naar behoren ging en bemerkte daarbij, dat de voorhoede een verkeerde weg was ingesla- gen, namelijk de weg naar Wardin en n i e t naar Longvilly.

Hier kwam de terreinkennis, die hij in zijn verlofdagen in de buurt van Bastogne had opgedaan hem wel prachtig en uiterst merkwaardig van pas. Hij bracht de voorhoede tot staan en wist deze op de juiste weg te brengen.

Dit zou van beslissende invloed op het beloop van de strijd blijken te zijn, want de Duitsers kwamen inderdaad het eerst langs de weg van Longvilly naar Bastogne. Als Ewell ze op deze weg niet had opgevangen, dan waren de Duitsers zonder slag of stoot Bastogne binnengemar- cheerd. Nu geschiedde dat niet. Ewell deed de deur dicht en hij bleef dicht! Het scheelde echter maar bitter weinig.

De invloed van een niersteen.

Aan Duitse kant was tijdens de opmars van de Amerikaanse 101ste Para Div de Panzer-Lehr Divisie onder bevel van de generaal Bayerlein opgerukt tot Niederwampach, vlak bij de Belgisch—Duitse grens op slechts 30 km van Bastogne. Generaal Bayerlein was niet geheel fit. Hij had last van niersteen. En tijdens de opmars van zijn Divisie werd hij door hevige pijnen gekweld.

In Niederwampach aangekomen komt bij hem bericht binnen, dat de driesprong van kunstwegen bij Longvilly door Amerikanen is bezet.

Hij wil in het duister geen gevecht aangaan. Hij weet de sterkte der Amerikanen niet en besluit om Longvilly te laten liggen en over een secundaire weg — via Benonchamps — bij Margéret op de grote weg van Longvilly naar Bastogne te komen en zo verder naar dat belang- rijke wegenknooppunt op te rukken.

De weg over Benonchamps naar Margéret blijkt echter in een zeer slechte toestand te verkeren. Voorgesleept over die hobbelige weg in het zwarte duister leed Bayerlein alle bezoekingen van de hel. Hij was, toen Margéret — na een urenlange rit — te 5.00 werd bereikt een gebroken man. In Margéret werd hem medegedeeld, door de commandant van zijn voorhoede, dat kort te voren een geweldige macht Amerikaanse tanks en auto's Margéret waren gepasseerd en in Oostelijke richting waren opgemarcheerd. Dit bericht was ontleend aan mededelingen van burgers uit het gehucht Margéret.

Hieruit kan men zien hoe voorzichtig men moet zijn met mede- delingen van burgers. Deze bibberende boerenmannekes uit het kleine Ardennengehuchtje, die de gesel van de oorlog voor de derde maal over zich heen voelden gaan (eerst in Mei 1940, toen in September 1944 en nu weer in December 1944 hadden in de donkere nacht een bataljon gemotoriseerde infanterie en een compagnie tanks — de Amerikaanse gevechtsgroep die van Bastogne uit naar Longvilly was opgerukt — langs zich heen zien gaan. Ze hadden geen idee van de juiste waarde van de voorbereidende colonne. Maar in het donker vonden ze het heel veel. En in hun angst nam hetgeen wat ze gezien hadden steeds grotere vormen aan.

MS 29 295

(7)

Voor Bayerlein was dit de druppel die de emmer deed overlopen.

Hij had op dat moment niet meer voldoende geestkracht en lichamelijk doorzettingsvermogen om het risico van een verdere opmars naar Bas- togne te aanvaarden.

Immers verbeeld u — waarde lezer — dat er inderdaad een aan- zienlijke tankmacht van de Amerikanen bij Longvilly stond. Zouden zij dat doen zonder een dekking in Bastogne achter te laten? Zouden zij, terwijl ze hun tanks ver naar voren stuurden, dat belangrijke wegen- knooppunt onbezet laten? Het was haast niet aan te nemen. En als Bayerlein dan nu direct verder naar Bastogne oprukte, dan liep hij alle kans daar in het duister in een verwoed huizengevecht gewikkeld te worden, waardoor de Amerikaanse tankmacht bij Longvilly — of een deel er van — een pracht van een kans kreeg om hem in zijn rug aan te vallen. Dan zou hij kans lopen om verslagen te worden en een lange tocht naar het krijgsgevangenkamp met niersteenaanvallen, dat lokte Bayerlein helemaal niet.

Die verpatzte Gelegenheit.

En daarom gaf Bayerlein bevel aan zijn Divisie om halt te houden.

Hij wilde eerst het daglicht afwachten om eens grondig te verkennen hoe de situatie was, om dan te zien wat hij wel en wat hij niet kon doen.

Daarmede verspeelde hij de kans van zijn leven. Want het kleine Ame- rikaanse detachement bij Longvilly zou hem geen kwaad hebben gedaan.

En om 5.00 kwamen pas de eerste Amerikaanse parachutisten Bastogne binnen. Bayerlein bevond zich toen op 5 km van die stad. Binnen een kwartier had hij in Bastogne kunnen zijn en met zijn tanks de langzaam aan binnen vallende parachutisten uiteen kunnen slaan. Nu gaf hij ze rustig de tijd, niet alleen om ongestoord binnen te komen, maar ook om verdere maatregelen te nemen, die resulteerden in de opmars van het 501ste Regiment naar het Oosten. Hier miste Bayerlein de bus vol- komen, dit was een volmaakte „verpatzte Gelegenheit". Maar men kon van een ziek, door pijn gemarteld mens, ook geen felle riskante besluiten verwachten. Een gezond lichaam is dan ook een eerste vereiste voor een gezond besluit.

Eerst om half acht gelastte Bayerlein de hervatting van de opmars.

Op dat ogenblik naderde de voorhoede van het regiment van Ewell het gehucht Neffe. Toen de verkenningspatrouilles op nog slechts 100 m van dit oord verwijderd waren werden zij plotseling onder vuur genomen door zware mitrailleurs van enkele pantsers, die van achter enige hooi- bergen te voorschijn kwamen.

De commandant van het voorhoede bataljon, de majoor Bottomly, liet zijn beide voorste compagnieën onmiddellijk verspreiden en gaf opdracht om aan te vallen op Neffe. De aanval werd echter afgeslagen.

Op ongeveer 200 m West van Neffe gingen de Amerikanen tegen dé grond. De Duitse pantsers waren niet weg te krijgen.

Toen nam Bottomly een gewaagd besluit. Hij verzamelde al zijn pantserafweergeschut en deelde dat in bij de 3e compagnie, die hij opdracht gaf om via Mont de Duitse pantsers in Neffe van het Zuiden uit in de flank aan te vallen en te vernietigen. Inderdaad een gewaagd besluit, want als op dat moment de Duitse tanks uit Neffe naar het Westen waren opgerukt, dan hadden alleen de bazooka's ze nog tegen

296

(8)

«f

AMEttlKAANSE OPMüKSEN EN AANVALLEN

^,„„»=» DUITSE AANVALLEN BN OPMARSEN t-'JKJ VüN WAARUIT VOORHOEDE BATAL30N 501 PA1ÏAREG TOT DE A A N V A L QVEUCINC.

LUN WAARIN DE AANVAL VASTLIET DUIT3E OP5TELLINCEN

?3 B03COMPLEXEN

Afb. 3

kunnen houden en het zou zeer de vraag zijn geweest of het daarmee zou zijn gelukt. Dan zou Leiden in last zijn geweest. Maar Bottomly was niet bang. Hij had opdracht om aan te vallen, hij had het initiatief en hij wilde dat behouden. Met mortier- en mitrailleurvuur werden de Duitse pantsers in front bestookt, totdat da aanval van de 3e compagnie loskwam. Deze bezette het kasteel van Neffe en vernietigde twee Duitse pantsers. De overige 5 trokken — elkaar met vuur dekkend terug achter een heuvelkam pal ten Oosten van Neffe. De in front van Neffe liggende compagnieën van het voorhoede bataljon rukten nu ook op. Maar nog hadden zij de buitenste huizen van Neffe niet bereikt of de Duitse pant- sers, nu versterkt met infanterie stormden voorwaarts over de heuvel- 297

(9)

kam, waarachter zij zich hadden teruggetrokken. Twee Amerikaanse patrouilles die op weg waren naar de heuvelkam werden vernietigd. Een deel der Duitse infanterie, gesteund door 4 tanks viel de Amerikanen West van Neffe aan. De tanks bleven Oost van Neffe staan en steunden de aanval met mitrailleur- en kanonvuur, waardoor de Amerikanen ver- liezen leden, maar toch niet zo, dat zij niet meer in staat waren om de Duitse infanterieaanval af te slaan.

Teamwork.

Een ander deel der Duitsers, gesteund door 3 tanks, viel het kasteel van Neffe aan. Tot vijf maal-toe bestormden de Duitsers het kasteel. Vijf ' maal werden zij teruggeslagen. Bij de laatste aanval viel de laatste der stormende Duitsers vlak voor de totaal kapotgeschoten zijpoort. Het kasteel brandde toen aan alle zijden. Het was onmogelijk om het gebouw nog langer te houden. De compagniescommandant liet de gewonden wegdragen, hetgeen door het dichte hout in de achtertuin vrij goed ging. Het waren er 36. De doden 21 in getal liet men achter. Vóórdat de C.C. het brandende gebouw verliet liet hij per radio het volgende bericht aan de B.C. seinen, n.l.: „Wij trekken niet terug, wij zijn er uitgebrand".

Een trots bericht, dat getuigde van de ontembare wil om de strijd tot het einde voort te zetten. De compagnie nam stelling op enige heu- vels Z.W. van Neffe, van waar met het pantserafweergeschut flankerend vuur vóór langs de beide andere compagnieën West van Neffe kon worden afgegeven. Dit was niet alleen een juiste tactiek, maar het bewees ook, dat bij dat bataljon het begrip „teamwork" geen ijdele klank was. En zo hoort het. Een voor allen, allen voor een is altijd goed, maar in de strijd is dit een levensvoorwaarde van de eerste orde.

Ewell had het verloop van de strijd in en om Neffe van zijn vooruit- geschoven commandopost — een boerderij in de bocht van de weg van Bastogne naar Neffe op ongeveer l km West van Neffe gevolgd. Toen hij de frontcompagnieën zag vastlopen en de 3e compagnie terugtrekken, besloot hij om zijn hoofdmacht in te zetten.

Niet wetende, dat N.O. van Margéret een hele Duitse pantserdivisie stond, besloot Ewell om de Duitsers in Neffe, met een dubbele omvatting te vernietigen. Strategie in het klein!

Ewell meende, dat de Duitsers in Neffe een verkenningsafdeling waren, zodat een daarop volgende hoofdmacht nog wel 10 a 15 km ver weg zou zijn. Een bataljon gaf hij opdracht om via Wardin naar Margé- ret op te rukken, terwijl het eerste bataljon via Bizory naar Margéret moest afmarcheren. Maar nu was Bayerlein ook wakker geworden.

De stem van het kanon had zijn strijdlust weer gewekt. Het was vol daglicht. Nu moest hij optreden, want Bastogne moest zo snel mogelijk genomen worden. De Panzer Lehr divisie ontwikkelde zich in de breedte.

Toen het eerste bataljon Amerikaanse parachutisten Wardin bin- nentrok werd het hevig aangevallen door een groot aantal Duitse pant- sers. Na een hevig gevecht werden de Amerikanen uit elkaar geslagen.

De resten van het bataljon trokken terug in een boscomplex W. van Wardin. Maar ook de Duitsers waren er niet zonder kleerscheuren afge- komen en zij verzuimden om de verslagen Amerikanen te vervolgen en totaal te vernietigen. Als zij dat hadden gedaan, dan hadden zij de Amerikanen bij Neffe in flank en rug kunnen komen.

Maar zo heer, zo knecht.

298

(10)

De ware strijdlust, de rotsvaste wil om ten koste van alles Bastogne te nemen en de tegenpartij te vernietigen bestond bij Bayerlein niet.

Hoe kan men dan verwachten, dat bij zijn ondergeschikten die wil wél zou bestaan?

Nog steeds geldt de aloude spreuk: „Le commandant c'est Ie regi- ment".

Na Wardin tastten de Duitsers niet door, maar wachtten nieuwe versterkingen af.

Op de Noordflank liep het ook mis.

Het derde bataljon bezette Bizory, maar werd onmiddellijk Oost van dit plaatsje hevig onder vuur genomen van een hoogte complex uit, hoogte 510. De Bataljons Commandant zond onmiddellijk zijn batal- jonsreserve orn de Noord. Maar ook deze manoeuvre had geen succes.

Want de bataljonsreserve liep vast tegen een door de vijand bezet bos- perceel N.O. van de reeds door hem bezette hoogte 510. De B.C. gaf ook hier blijk volledig doordrongen te zijn van de offensieve geest van zijn commandant. Maar het mocht niet baten. De Duitsers bleken te sterk.

Zonder steun van artillerie en tanks kon men er niet aan denken om hen te verdrijven. Het 501ste Para Regiment stond nu met zijn drie bataljons naast elkaar van W. van Wardin tot N.O. van Bizory over een front van bijna 4 km. Aan aanvallen viel niet meer te denken.

Slechts verdedigen was nog mogelijk.

Maar de Duitsers waren door het offensieve optreden der Ameri- kanen zo verrast, dat ook zij de tegenpartij volkomen verkeerd gingen schatten. Bayerlein zag af van een frontale aanval, die — als hij deze op smal front met grote kracht had ondernomen — een zeer grote kans van slagen had gehad. Hij zocht nu naar de vleugels van de Amerika- nen en boog op zijn beurt af naar het Noorden en Zuiden. Maar hij kon lang zoeken! Want ondertussen waren ook de andere regimenten infan- terie en de artillerie der 101ste Para Div aangekomen. En Mac Auliffe aarzelde niet om — voortbouwende op het door het 501 Para regiment ingenomen front — het front naar het N.W. en Z.W. te verlengen, waar- door uiteindelijk een ijzeren ring rondom Bastogne kon worden gesmeed, die tot het laatste toe — aan niet minder dan 41 Duitse aanvallen — weerstand kon bieden.

Dat dit gepresteerd kon worden was niet alleen te danken aan de weergaloze dapperheid der parachutisten, de energieke leiding van hun waarnemend commandant de generaal Mc Auliffe, maar in feite in de allereerste plaats aan het optreden van het 501 Para regiment onder leiding van de jeugdige Ewell, die bezield was met de heilige wil om te winnen, die wist dat van zijn optreden het lot van Bastogne kon afhangen, die deze zware verantwoordelijkheid zonder commentaar op zijn schouders nam, die de grootste gok van Bastogne aanvaardde met een rust en een zelfvertrouwen, die bewonderenswaardig waren. Een volk, dat zulke zonen heeft, behoeft nooit bang te ziin voor de toekomst!

Een lichtend voorbeeld. Wij zijn er van overtuigd, dat als ooit — onverhoopt — ons volk nogmaals in een strijd voor de vrijheid van geest en de rechten van de mens gewikkeld zou worden — ons leger veel — zeer .veel — Ewells zal opleveren.

Ook wij weten wat wij willen. En bovendien stammen zeer veel Amerikanen nog van onze voorvaderen af. Wat zij kunnen, daar zijn wij ook toe in staat. Dispereert nimmer en vreest uw vijanden niet!

299

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(Hans) Leijtens Commandant Koninklijke Marechaussee en tevens Gouverneur der Residentie, waarmee hij ook verantwoordelijk is voor het militair ceremonieel in de

Hoewel de infanteristen over een hightech- voertuig beschikken, moesten zij alsnog buiten het voertuig om op kunnen treden.. Aan de rol van de pantserinfanteristen is daarmee

Naast bovenstaande taken verleenden de militairen bijstand en steun wanneer de autoriteiten daarom vroegen.. De bijstand kwam vooral neer op hulpverlening bij de ‘beteugeling

Na zijn vliegopleiding in de Verenigde Staten werd hij als jachtvlieger ge- plaatst op het 313-squadron van de toenmalige vliegbasis Twente, en heeft daar alle functies van

Commandanten van het Regiment Infanterie Johan Willem Friso (1950-heden).

,ŝƐƚŽƌŝƐĐŚĞĐĂŶŽŶZĞŐŝŵĞŶƚ/ŶĨĂŶƚĞƌŝĞ:ŽŚĂŶtŝůůĞŵ&ƌŝƐŽ.

Nederland moest een bataljon voor de United Nations Interim Force in Lebanon (UNIFIL) beschikbaar stellen.. Defensie wees

Horsthuis (waarnemend commandant) 1959..