• No results found

En u, Bethlehem, land van Juda, bent beslist niet de minste onder de vorsten van Juda. Mattheus 2 : 2 WEEK VAN GEBED. Hervormde Gemeente Benschop

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "En u, Bethlehem, land van Juda, bent beslist niet de minste onder de vorsten van Juda. Mattheus 2 : 2 WEEK VAN GEBED. Hervormde Gemeente Benschop"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

WEEK VAN GEBED

Hervormde Gemeente Benschop

‘En u, Bethlehem, land van Juda, bent beslist niet de minste onder de vorsten van Juda.’

Mattheus 2 : 2

(2)
(3)

Welkom en begroeting -> C. Bos

De gebedsweek staat in een wereldwijde traditie binnen de christelijke kerken. Doel is het bevorderen van eenheid onder christenen om zo anderen niet te belemmeren in het vinden van Christus. Thema van de gebedsweek in 2022 is ‘Licht in het duister’. Het materiaal voor deze week is ontwikkelt door christenen in het Midden-Oosten. Een kleine, kwetsbare gemeenschap, levend in een regio waar spanning en gewelddadigheid dagelijks voorkomen.

Ook, of misschien wel juist, vanwege godsdienstige verschillen. De week van gebed wil verbinden en bruggen slaan om zo de eenheid te bevorderen.

Mattheus 2 : 2. ‘En u, Bethlehem, land van Juda, bent beslist niet de minste onder de vorsten van Juda.’

Gebed -> C.Bos

Geloofsbelijdenis van Nicea -> Ben

Wij geloven in één God, de almachtige Vader, Schepper van de hemel en de aarde, van alle zichtbare en onzichtbare dingen.

En in één Here Jezus Christus, de eniggeboren Zoon van God, geboren uit de Vader vóór alle eeuwen, God uit God, Licht uit Licht, waarachtig God uit waarachtig God; geboren, niet geschapen, één van wezen met de Vader; door Hem zijn alle dingen geworden.

Ter wille van ons mensen en van ons behoud is Hij neergedaald uit de hemel en vlees geworden door de Heilige Geest uit de maagd Maria en is een mens geworden. Hij is ook voor ons gekruisigd onder Pontius Pilatus, heeft geleden en is begraven.

Op de derde dag is Hij opgestaan overeenkomstig de Schriften. Hij is opgevaren naar de hemel, zit aan de rechterhand van de Vader en zal in heerlijkheid weerkomen om te oordelen de levenden en de doden. En zijn rijk zal geen einde hebben.

En in de Heilige Geest, die Here is en levend maakt, die van de Vader en de Zoon uitgaat, die samen met de Vader en de Zoon aangebeden en verheerlijkt wordt, die gesproken heeft door de profeten. En één heilige, algemene en apostolische kerk. Wij belijden één doop tot vergeving van de zonden. Wij verwachten de opstanding van de doden en het leven van de komende eeuw. Amen.

Zingen: Weerklank 284 : 1 en 2 1. Here Jezus, om uw Woord zijn wij hier bijeengekomen.

Laat in 't hart dat naar U hoort uw genade binnenstromen.

Heilig ons, dat wij U geven hart en ziel en heel ons leven.

2. Ons gevoel en ons verstand zijn, o Heer, zo zonder klaarheid, als uw Geest de nacht niet bant, ons niet stelt in 't licht der waarheid.

't Goede denken, doen en dichten moet Gij zelf in ons verrichten.

(4)

Lezen: Micha 5 : 2 – 5a -> Astrid

2. Daarom zal Hij hen overgeven tot de tijd dat zij die baren zal, gebaard heeft. Dan zal de rest van Zijn broeders zich bekeren, met de Israëlieten.

3. Hij zal staan en hen weiden in de kracht van de HEERE, in de majesteit van de Naam van de HEERE, Zijn God. Zij zullen veilig wonen, want nu zal Hij groot zijn ftot aan de einden van de aarde.

4. Hij zal Vrede zijn. Wanneer Assur in ons land zal komen en wanneer hij onze paleizen zal betreden, zullen wij tegen hem zeven herders doen opstaan en acht vorsten uit de mensen.

5. Zij zullen het land van Assur weiden met het zwaard, Stilte

Zingen:

Vader, vol van vrees en schaamte, Buigen wij voor U.

Heel uw werk door ons vertreden, Klaagt ons, mensheid aan bij U.

Heer ontferm U over ons, Die schuldig voor U staan.

U bent onze God en Redder, Neem ons in uw liefde aan.

Lezen: Psalm 23 ->Astrid

1. De HEERE is mijn Herder, mij ontbreekt niets.

2. Hij doet mij neerliggen in grazige weiden, Hij leidt mij zachtjes naar stille wateren.

3. Hij verkwikt mijn ziel, Hij leidt mij in het spoor van de gerechtigheid, omwille van Zijn Naam.

4. Al ging ik ook door een dal vol schaduw van de dood, ik zou geen kwaad vrezen, want U bent met mij; Uw stok en Uw staf, die vertroosten mij.

5. U maakt voor mij de tafel gereed voor de ogen van mijn tegenstanders; U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over.

6. Ja, goedheid en goedertierenheid zullen mij volgen al de dagen van mijn leven. Ik zal in het huis van de HEERE blijven tot in lengte van dagen

Stilte

Zingen: Weerklank Psalm 23

De HERE wil mijn trouwe herder wezen,

geen ding ontbreekt mij, ik heb niets te vrezen.

Hij schenkt mij rust in frisse groene weiden, aan stromen waar zijn hand mij heen zal leiden.

Hij sterkt mijn ziel, verkwikt mij met zijn zegen, leidt om zijn naam mij op de rechte wegen.

Zelfs in een dal vol dreigende gevaren

vrees ik geen kwaad, want U zult mij bewaren.

U staat mij bij in liefdevol ontfermen,

uw stok en staf vertroosten en beschermen.

Een rijke dis zult U mij toebereiden

voor 't oog van wie mij haten en bestrijden.

(5)

U zalft mijn hoofd, U doet mijn blijdschap groeien en van uw heil mijn beker overvloeien.

Uw rijke gunst, mij in uw trouw gegeven, verlicht mijn gang, omringt mij heel mijn leven, zodat ik in het heilig huis des HEREN

mijn leven lang vol vreugde blijf verkeren.

Lezen: 1 Petrus 2 : 21 – 25 ->Arie Nap

21. Want hiertoe bent u geroepen, omdat ook Christus voor ons geleden heeft; Hij laat ons zo een voorbeeld na, opdat u Zijn voetsporen zou navolgen;

22. Hij, Die geen zonde gedaan heeft en in Wiens mond geen bedrog gevonden is;

23. Die, toen Hij uitgescholden werd, niet terugschold, en toen Hij leed, niet dreigde, maar het overgaf aan Hem Die rechtvaardig oordeelt;

24. Die Zelf onze zonden in Zijn lichaam gedragen heeft op het hout, opdat wij, voor de zonden dood, voor de gerechtigheid zouden leven. Door Zijn striemen bent u genezen.

25. Want u was als dwalende schapen; maar u bent nu bekeerd tot de Herder en Opziener van uw zielen.

Stilte

Zingen: Weerklank 254 : 1 en 4 1. O Heer, verberg U niet voor mij, wanneer ik mij verberg voor U.

Gij weet het, ik ben bang voor U, ontwijk U en verlang naar U.

O ga niet aan mijn hart voorbij.

4. Heer, roep mij als uw dwalend schaap, dat U niet zoekt en U niet vindt.

Geef mij, als een die Gij bemint, geef, dat ik als uw eigen kind uw stem mag horen in mijn slaap.

(6)

Lezen: Lucas 12 : 32 – 40 -> Joran

32. Wees niet bevreesd, kleine kudde, want het heeft uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven.

33. Verkoop uw bezittingen en geef de opbrengst weg als liefdegave. Maak voor uzelf beurzen die niet verslijten, een schat die niet opraakt, in de hemelen, waar de dief niet bij komt en die door de mot niet aangetast wordt.

34. Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.

35. Laten uw lendenen omgord zijn en de lampen brandend.

36. En u, wees gelijk aan mensen die op hun heer wachten, wanneer hij terugkomt van de bruiloft, om hem, als hij komt en klopt, meteen open te doen.

37. Zalig zijn die slaven die de heer bij zijn komst wakend zal vinden. Voorwaar, Ik zeg u, dat hij zich zal omgorden en hen aan tafel zal nodigen en bij hen zal komen om hen te dienen.

38. En als hij komt in de tweede nachtwake of als hij komt in de derde nachtwake en hen zo aantreft, zalig zijn die slaven.

39. Maar weet dit, dat als de heer des huizes geweten had op welk moment de dief komen zou, hij gewaakt zou hebben, en niet in zijn huis zou hebben laten inbreken.

40. U dan, wees ook bereid, want op een uur waarop u het niet zou denken, zal de Zoon des mensen komen.

Stilte

Zingen: OTH 256 – zangers Hoe lang nog tot uw vrede komt Wanneer vertroost U Israël?

Hoe lang tot uw gezalfde komt en Davids huis in eer herstelt?

Hoor ons gebed, zie ons verdriet;

onthoud ons uw genade niet.

O Trooster, geef ons hoop en moed als U ons ongezien ontmoet.

U leidt mij naar uw heiligdom;

ik zie de hoop van Israël.

Uw rijk van recht en vrede komt:

de volken zien en staan versteld.

Gezegend is de vredevorst, de redder die uw volk verlost,

Nu laat U mij in vrede gaan, want U lost uw beloften in.

Ik neem uw redding dankbaar aan, tot eens de wereld vrede vindt.

Wanneer ik hier mijn ogen sluit, heet U mij welkom in uw huis.

Ik leef het leven tegemoet, tot ik U zie en U ontmoet!

Gezegend is dit heilig kind,

dat door zijn dood de wereld wint.

(7)

Reflectie: -> Henk

In het kleine, onbetekenende stadje Bethlehem kwam de Here Jezus, Gods Zoon, naar deze aarde. Geboren uit de schoot van een eenvoudig dorpsmeisje wilde Hij leven als een eenvoudig mens. Hij werd een graankorrel op het veld, gist in het deeg, en een straaltje licht voor onze ogen. Gods licht heeft de aarde vervuld. Uit de duisternis van Efrata is een koning voortgekomen, Hij die de herder is en onze ziel beschermt. Naast herder werd Hij ook het Lam dat de zonden van de wereld wegdraagt en ons heelt. Hoewel de stad weinig voorstelde volgens de grote families van Juda, werd Bethlehem groot door de geboorte van de Herder van alle herders, de Koning van alle koningen. Bethlehem, dat ‘broodhuis’

betekent, kan een beeld zijn voor de kerk die levend brood geeft aan de wereld. De kerk, het Bethlehem van vandaag, mag de plaats blijven waar iedereen welkom is die zich zwak, machteloos en klein voelt. Daar is voor ieder plaats.

Te midden van de politieke onrust, een groeiende cultuur van hebzucht en machtsmisbruik, lijden christenen – net als anderen in het Midden-Oosten – onder de vervolging en ervaren zij dat zij achtergesteld worden. Ze leven in angst voor geweld en onrechtvaardigheid. Toch zijn zij niet bang, omdat de Herder met hen wandelt, hen in één kudde verzamelt en het tot een teken maakt van Zijn liefdevolle aanwezigheid. Samen zijn zij het gist dat het deeg laat rijzen. In Christus vinden zij een voorbeeld van nederigheid. Van Hem horen zij een oproep om verdeeldheid te overwinnen en verenigd te zijn in één kudde.

In hun lijden willen zij Christus blijven volgen. Door het geloof in Hem die geleden heeft voor redding van de wereld. Hoewel zij met weinigen zijn, zijn ze zeker van hoop, het ontbreekt hen aan niets. Ons ten voorbeeld!

Gebed: Afsluiten met het gezamenlijk bidden van het ‘Onze Vader’.

We bidden:

Goede God, Herder en Behoeder,

de versplintering van de kleine kudde bedroeft uw heilige Geest.

Vergeef ons onze beperkte inspanningen en onze traagheid in het nastreven van uw wil.

Geef ons wijze herders naar uw hart, die de zonde van verdeeldheid herkennen,

en die de kerken met gerechtigheid en heiligheid zullen leiden tot eenheid in U.

We bidden voor:

… Mensen die vanwege hun geloof of levensovertuiging vervolgd of achtergesteld worden.

Dat zij troost ontvangen en hen recht wordt gedaan.

… Vrede in het Midden-Oosten en voor Jeruzalem in het bijzonder.

We bidden:

Onze Vader … Amen.

(8)

Zingen: Door de wereld gaat een woord Door de wereld gaat een woord

en het drijft de mensen voort:

"Breek uw tent op, ga op reis, naar het land, dat Ik u wijs."

Here God, wij zijn vervreemden, door te luist' ren naar Uw stem.

Breng ons saam met Uw ontheemden, naar het nieuw Jeruzalem.

Door de wereld klinkt een lied, tegen angsten en verdriet, tegen onrecht, tegen dwang, richten pelgrims hun gezang.

Here God, wij zijn vervreemden, door te luist' ren naar Uw stem.

Breng ons saam met Uw ontheemden, naar het nieuw Jeruzalem.

Velen die de moed begaf blijven staan of dwalen af.

Hunk'rend naar hun oude land.

Reisgenoten, grijpt hun hand.

Here God, wij zijn vervreemden, door te luist' ren naar Uw stem.

Breng ons saam met Uw ontheemden, naar het nieuw Jeruzalem.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

God van majesteit en licht, Heer, verhef Uw aangezicht over ons en zie ons aan, nu wij biddend verder gaan. Tekst: Margreeth

Aan het kruis, gaf Hij Zijn bloed, Zijn leven schonk Hij daar voor ons. Voor u en mij-, voor u

De vorige uitzending lazen we als laatste vers uit de eerste brief van Johan- nes, 1Joh.5:12 waar de apostel aan zijn lezers schreef: Wie dus de Zoon van God heeft, heeft het

en in één Heer Jezus Christus, de Zoon van God, als eniggeborene uit de Vader geboren,. dat wil zeggen uit het wezen van de Vader, God uit God, Licht uit Licht, waarachtig God

De Wet moet de zondaar doden aan al zijn werken voor God, want indien de erfenis uit de (werken der) wet is, zo is zij niet meer uit de beloftenis; maar God heeft ze Abraham door

En in één Heere Jezus Christus, den eniggeboren zoon van God, geboren uit den Vader vóór alle eeuwen; God uit God, Licht uit Licht, waarachtig God uit waarachtig God; geboren,

„Het gaat steeds om beteke- nisvolle films die niet ouder zijn dan drie jaar”, zegt De Bleeckere.. Er zijn weliswaar almaar min- der kerkgangers, maar religie blijft de

Toen je als baby voor het eerst je oogjes opende, zag je niet een hoop genetisch materiaal waaruit je door de evolutie voort- gekomen was, maar iemand die zich glimlachend over je