• No results found

De keuze voor een gezamenlijk uitvoeringsprogramma is ingegeven door het verder willen versterken van de internationale concurrentiekracht van Nederland

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De keuze voor een gezamenlijk uitvoeringsprogramma is ingegeven door het verder willen versterken van de internationale concurrentiekracht van Nederland"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inlichtingen bij Paul Rijzinga, telefoonnummer (026) 359 90 83 e-mailadres: post@gelderland.nl

Antwoord op Statenvragen PS2018-14 Arnhem, 6 februari 2018 zaaknr. 2018-000596

De leden van Provinciale Staten Beantwoording schriftelijke Statenvragen statenlid Rita Braam en René Westra

(D66 en VVD) over Statenvragen over Ruimtelijke-Economische Ontwikkelstrategie (REOS), Tristatecity Netwerk, rol voor Gelderland?

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van de statenleden Rita Braam en René Westra toekomen.

Inleiding van de vragensteller:

Op 23 november 2017 kwam naar buiten dat bestuurders van de noordelijke en zuidelijke Randstad, Brainport Eindhoven en het Rijk het Uitvoeringsprogramma voor de Ruimtelijk-Economische

Ontwikkelstrategie (REOS) hebben vastgesteld (zie bijlage). Dit 1ste uitvoeringsprogramma 2017/18 erkennen Rijk en regio’s dat de ambitie van versterking van de internationale concurrentiekracht vraagt om versterking van een selectie van toplocaties en van de verbindingen daartussen. De strategie die wordt gehanteerd is een gezamenlijke inzet van netwerkkracht en bestuurskracht.

De keuze voor een gezamenlijk uitvoeringsprogramma is ingegeven door het verder willen versterken van de internationale concurrentiekracht van Nederland. Dit tegen de achtergrond dat wereldwijd stedelijke agglomeraties dé motor van de nationale economieën vormen. De OESO adviseerde al in 2014 om voor grootstedelijk Nederland een ruimtelijk-economische strategie te ontwikkelen.

De kunst zal zijn om een ruimtelijk-economische strategie te koppelen aan de inhoudelijke opgaven als energietransitie en circulariteit en de innovatief sterke economische netwerken en sectoren, die mede in de Kracht van Oost naar voren kwamen.

Daarnaast was er een interessant pleidooi vanuit de burgemeester van Maastricht om Nederland iets ruimer te zien dan de Randstad (zie bijlage) en te werken aan een grensoverschrijdend tristatecity netwerk (www.tristatecity.nl).

Vraag 1.

Bent u op de hoogte van het bestuurlijk vastgestelde uitvoeringsprogramma REOS?

Antwoord:

Ja.

Vraag 2.

Bent u van mening dat de gekozen strategie in REOS van versterking van toplocaties en de verbindingen daartussen een effectieve bijdrage kan leveren aan internationale concurrentiekracht van Nederland?

Antwoord:

Wij delen de uitgangspunten van versterken van toplocaties en dat goede verbindingen van mensen, goederen en ideeën cruciaal is om de economische potentie van netwerksteden te benutten.

De focus van REOS op toplocaties binnen het gebied van de noordelijke en zuidelijke Randstad en Brainport Eindhoven is naar onze mening te beperkt. Zoals het onderzoek ‘’Kracht van Oost heeft aangetoond houden netwerken zich niet aan grenzen en is ook het functioneren van omliggende gebieden van belang (want ook veel potentie buiten steden). Om uiteindelijk ook mondiaal de concurrentie aan te kunnen gaan met metropoolregio’s, zoals Parijs of Londen, kiest ons college, zoals wij uw Staten op 11 april 2017 per brief lieten weten, voor de benadering van heel Nederland als

(2)

2

netwerkstad, als onderdeel van een internationale metropool van meer dan 30 miljoen inwoners. Het Rijk is zich in dit opzicht aan het heroriënteren op haar relatie met Noordrijn-Westfalen.

Vraag 3.

Deelt u de mening dat Gelderland, met een aantal toplocaties, een wezenlijke bijdrage te bieden heeft?

Zoja, wat zijn naar uw mening de toplocaties passend in REOS waarin Gelderland een sterke positie heeft? Is deze sterke positie al voldoende onderkend en zichtbaar? Is de rol van de provincie in het versterken van toplocaties toe aan een volgende stap?

Antwoord:

Ja. Bijvoorbeeld Campus Wageningen, Arnhems Buiten, Industriepark Kleefse Waard (IPKW), NovioTech Campus en Campus Heijendaal) zijn toplocaties die een sterke positie hebben in (inter)nationale netwerken.

Wij onderkennen het belang onze economische kerngebieden en toplocaties en willen deze naar de toekomst toe verder versterken. In 2017 hebben wij het bestuursakkoord met Arnhem en Nijmegen afgesloten en daarbij de eerste voortrollende investeringsagenda vastgesteld, waarin de drie overheden samen een eerste investeringsimpuls van 50 mln. doen. Tevens hebben wij samen met een aantal belangrijke partners een investeringsprogramma FoodValley 2030 in voorbereiding en wij zijn bereid om te investeren in de ontwikkeling van het World Food Centre omdat het een aanvulling is op en daarmee een versterking van kennisecosysteem rond Food. Een kennisecosysteem waarvan Wageningen het hart is, maar met vertakkingen nationaal en internationaal en waarbij ook het belang van crossovers met andere disciplines, kenniscentra en regio’s niet vergeten mag worden. In dit verband zijn ook de crossovers tussen Food, Health en Sport interessant.

Vraag 4.

Hoe beoordeelt u de bijdrage van burgemeester Maastricht en haar pleidooi om tristate

netwerkconcept te omarmen? Is dit concept naar uw oordeel effectief voor de verdere ontwikkeling van de REOS-steden en universiteitssteden in de grensregio’s?

Antwoord:

Het Tristatecity concept is ons al enige tijd bekend. Op 7 februari 2017 heeft de bedenker zelf het concept nader toegelicht in een bestuurlijke bijeenkomst van Gelrestad. Tristatecity is voor zover ons bekend vooral een marketingstrategie gericht op positionering van Nederland richting het buitenland, zoals in handelsmissies.

Denken op het schaalniveau van de metropool Nederland-Vlaanderen-Noordrijn-Westfalen biedt evenwel interessante aanknopingspunten voor versterking van samenwerking met de ons omliggende stedelijke netwerken.

Vraag 5.

Bent u bereid om met regio Arnhem Nijmegen, eventueel samen met andere kennisregio’s als

Enschede en Maastricht in het kader van het tristate netwerkconcept (www.tristatecity.nl) met elkaar in overleg te treden?

Antwoord:

Wij zijn zoals aangeven al in overleg getreden met de grote Gelderse steden over genoemd concept.

Vraag 6.

In hoeverre blijkt er vanuit uw contacten met Noord Rijn Westfalen, Belgische of Noord-Franse regio’s intentie voor een concept als tristatecity netwerk? Kunt u rapporteren hoe uw contacten met deze regio’s bijdragen aan een eventueel grensoverschrijdend (tristatecity) netwerk?

(3)

3 Antwoord:

In de Strategienota Vlaanderen-Nederland van 2017 schetst Vlaanderen één geïntegreerde logistieke en economische ruimte waarin Vlaanderen en Nederland maximaal samenwerken. Uit contacten met het secretariaat van de Benelux weten we dat een gezamenlijk initiatief om de samenwerkingskansen op het schaalniveau van Nederland, Noordrijn-Westfalen en Vlaanderen verder te verkennen kan worden ondersteund. In het nieuwe coalitieakkoord uit 2017 van Noordrijn-Westfalen geeft de

deelstaatregering aan te willen inzetten op actievere samenwerking met de Benelux regio. De intentie voor intensivering van de samenwerking is dus duidelijk aanwezig.

Op het moment dat, mede door onze inzet er draagvlak bij regio’s en lidstaten in Nederland, België en Duitsland ontstaat, kan het Benelux secretariaat het proces verder ondersteunen. Wij proberen tijdens de Open Days in Brussel een event te organiseren samen met Noordrijn-Westfalen en Vlaanderen, voortbouwend op een vergelijkbaar event in 2017.

Met de Noord-Franse Regio Hauts-de-France (Lille) zijn goede contacten vanuit onze provincie op het gebied van Interreg en biobased-economie samen met KIEMT; We werken samen met Hauts-de- France in enkele projecten op het gebied van Circulaire economie en Food. Vanuit de Région Hautsde- France, die zich momenteel herpositioneerd in Noord-west Europa, wordt met ons verkend hoe samenwerking verder verbreed zou kunnen worden. Het Tristate-concept is momenteel geen onderwerp van gesprek, maar zou wel geagendeerd kunnen worden. Hierbij moet worden opgemerkt dat de Noord-Franse Regio Hauts-de-France een vergelijkbaar concept kent, dat vanuit deze regio de gezamenlijke potentie met omliggende regio’s verbeeld.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Veel van dit materiaal is heden ten dage voor de bouw in- teressant; tras, gemalen tuf is zeer geschikt als specie voor waterdicht metselwerk.. Bims, puimsteenkorrels tot

In order to confer broad-range resistance to arsenical compounds, the presence of an arsC (codes for an arsenate reductase) gene is required.. An arsC was not associated

In de nieuwe constellatie was kortom de persoonlijke normatieve motivatie dominant en werd deze ondersteund door de economische motivatie (de angst voor meer boetes).. Ook wat

Dit sluit aan bij Mintzberg (1988) die stelt dat de onderneming meer geformaliseerd raakt naarmate deze in omvang toeneemt. Deze formalisatie kan de ontwikkeling van

The objective of this paper is thus to understand the real system costs of integrating renewable energy generation technologies into the South African electricity system in

Bron: Spilter, Expertsessie Internationale ontwikkelingen. Ontwikkelingen die eerst wel in de top tien stonden en na de tweede ronde niet meer, zijn: 12) Migratie

[r]

This study sought to establish, from five female high school principals how they had attained their positions and what their perceptions and experiences were of