• No results found

Allerheiligen. De natte plek

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Allerheiligen. De natte plek"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

W E E K B L A D — N U M M E R 4 4 — 2 9 O K T O B E R 2 0 0 8

Klapstoel Dirk Dalle blz. 7

Hoger onderwijs in een

stroomversnelling?

blz. 12-13

Philippe Herreweghe over Bach blz. 20

antwerpenbruggegent mechelenhasselt

A N D I C E b e - schuldigde on- dergetekende afgelopen zater- dag zo min of meer van heilig- schennis. Ze komt niet naar de mis, maar als de kerkdeur maar even op een kier staat, wipt ze binnen tot bij het beeld van kleine Theresia die in het halfdonker rozenblaadjes staat te dwarrelen. „Ze staat hier niet goed, en ge hebt ze daar gezet om die vochtplek in de muur te camoufleren”, zegt Candice ver- drietig.

Ik zou haar kunnen antwoor- den dat, als ik de heiligenbeelden niet voor vochtplekken mag zet- ten, ik ze net zo goed op straat kan

zetten, want de kerk is één vocht- plek. Maar om duidelijk te maken dat ik Theresia van Lisieux niet ongelijk behandel, zeg ik lief:

„Candice, alle heiligen hebben hier een zwembrevet.”

Hoe zou ik ook respectloos kun- nen zijn tegenover een frisse kerklerares als Theresia, die ik wegens haar humor zowat als mijn patroonheilige beschouw.

Ge moet het maar doen. Als vier- entwintigjarige lachend sterven, over een trits rond je ziekbed aan- gerukte familieleden – rood aan- gelopen van de pinot – zeggen dat ze je aan een tros uien doen den- ken en tegen je arts zeggen dat als hij je nog langer belet om naar de hemel te gaan, je hem straffen zal door hem vanuit de hemel lang te

doen leven. Om nog te zwijgen van het feit dat ze zo weinig over- tuigd was van haar toekomstige heiligheid, dat ze tegen een me- dezuster die haar nagels kwam knippen zei: „Houd die maar goed bij, ooit worden dat nog reli- kwieën.”

Maar net als Candice vind ik het mooist dat Theresia rozen- blaadjes laat vallen. Weinig heili- gen laten in hun hemelse agenda kijken, maar niet kleine grote Trees, die vóór ze stierf zei wat ze van plan was in de hemel te doen:

„Ik wil het rozen laten regenen op aarde.” Waarmee ze zegeningen bedoelde.

Dat is het leuke aan heiligen.

Dat ze nooit stilzitten. Ook niet daarboven of God weet waar. Van

Theresia weten we dus met ze- kerheid waarmee ze bezig is. Ze zit op anderen te denken en pro- beert met haar rozenblaadjes ons aardse leven tot een zegen te ma- ken.

Er zijn heldhaftiger heiligen ge- weest dan Theresia. En met nog straffere zin voor humor. Op oude schilderijen kan je zien hoe de heilige Laurentius spottend in het oog van de camera kijkt, terwijl hij gegrild wordt, en volgens een legende heeft gezegd dat ie al gaar was en dat ze hem mochten omdraaien en opeten. Echt kwaad kon dat niet, want hij was toch al lang vóór zijn dood opge- geten. Verteerd zelfs. Door zijn liefde voor de armen en voor alle categorieën die Jezus in zijn za-

ligsprekingen opsomt. Candice zit zelf in twee van die catego- rieën, want ze is treurend sedert haar man overleed en zuiver van hart.

Mensen van vlees en bloed zijn heilig geworden, omdat ze maar één bekommernis hadden: met de zachte spelregels van de zalig- sprekingen op zak, het aardse le- ven van hun medemensen tot een zegen maken en daardoor God dienen. Ze zijn gewoon heilig ge- worden, omdat ze zo mateloos overtuigd waren van de heilig- heid van het leven. En het is van- wege die heiligheid van het be- staan dat ze melaatsen kusten, pestleiders verzorgden, straat- kinderen opraapten en hoeren hun waardigheid gaven.

En ze hebben zich de hemel nooit anders voorgesteld dan dit te blijven doen, maar nu van bij God. ‘Voorspraak’ heet zoiets. En vergis je niet, die is krachtiger dan toen ze nog beperkt waren door de grenzen van hun eigen lijf. Dus mogen we rustig vermoe- den dat alle heiligen in de hemel dezelfde agenda hebben als klei- ne Theresia: niet alleen aan jezelf denken, maar ook aan anderen.

Dat stuk solidariteit met ons is door hun dood niet weg.

Net zo min als de solidariteit van de mensen die we persoonlijk hebben gekend en voor wie zove- le dingen heilig waren. Onze ou- ders, dode kinderen, de goeie vriend, de man van Candice of de vrouw van Jeroen die ik onlangs begroef. Ze bestaan allemaal in Gods ruimte en graaien in die grote mand met rozenblaadjes om voor ons goeie dingen te doen.

En als je straks op een van Vlaanderens kerkhoven loopt, ver van het oorverdovende lawaai van vallende aandelen en cra- shende beurzen, wrijf de nattig- heid uit je ogen en kijk omhoog, dwars door die vochtplek die de novemberhemel camoufleert en maak het effe stil, want heiligen maken geen lawaai, zegt onze kardinaal. Wedden dat je de ro- zenblaadjes van Theresia en van de mens die je mist, hoort dwarre- len. En ga dan sterker terug naar huis, meer dan ooit overtuigd van de heiligheid van het leven.

R o n a l d S l e d s e n s

Allerheiligen. De natte plek C

Heilige Theresia van Lisieux. Om vochtplekken te camoufleren? © Ronald Sledsens

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het volgordepatroon met eerst het onderwerp, dan het meewerkend voor- werp en tenslotte het lijdend voorwerp schijnt de natuurlijke volgorde te zijn in gewone mededelende zinnen

We bespreken zijn claim dat het multiculturalisme haaks zou staan op het egalitair-liberalisme omdat een multiculturalistisch beleid de nood- zakelijke (nationale)

‘Een kind kan het misschien niet verwoorden,’ zei ze vier jaar geleden nog in Bruzz, ‘maar de oorlog zit in het kopje en gaat daar nooit meer uit.’ Hoe kinderen de oorlog

Hij schertste half ernstig "Ja, maar toch dichter bij God." Als het leven is geleefd, zoals Jef Geeraerts in zijn laatste interview opmerkte, is waardig sterven wat de

De verslagen vormen enkel een weerspiegeling van de gerapporteerde

Tegelijk zal dan ook duidelijk worden hoe belangrijk preventie kan zijn – helaas nog steeds een ondergewaardeerd aspect van een goede gezondheidszorg..

De ambivalentiebenadering legt tevens bloot dat intergenerationele condities – zoals solidariteit – niet goed te begrijpen zijn als we de machtsverschillen tussen generaties

Ik laat my door Prins Willem Geleiden, Ik stry niet dan voor Oranjes Moet, Oranje zal my altoos bevryden,.. Oranje is in myn Hert