• No results found

OPTA Afdeling Eindgebruikersmarkt Tav Dhr. R. van Zoest Postbus 90420 2509 LK Den Haag

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "OPTA Afdeling Eindgebruikersmarkt Tav Dhr. R. van Zoest Postbus 90420 2509 LK Den Haag"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ATLANTIC TELECOM B.V.

corr. adres Postbus 550 postcode, plaats 5800 AN Venray bezoek adres Noorderhof 24 postcode, plaats 5804 BV Venray telefoon 0478 555 660 fax 0478 555 661 e-mail info@atlantic.nl bank ABN AMRO Venray rek. nr. 56.06.52.267 BTW nr. NL 8083.72.439.B01 KvK nr. 12040345 Venlo

OPTA

Afdeling Eindgebruikersmarkt

Tav Dhr. R. van Zoest

Postbus 90420

2509 LK Den Haag

Contactpersoon Doorkiesnummer Datum

J. Peeters +31(0)478 555660 20 december 2001

Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlage(n)

ITR/ATL/001 OPTA/EGM-IBT/2001/203548 0

Onderwerp

Consultatie Integrale Tariefregulering

Geachte heer van Zoest,

Naar aanleiding van het consultatiedocument “integrale tariefregulering voor eindgebruikers- en interconnectiediensten”, bij U bekend onder bovenvermeld kenmerk, kunnen wij als volgt

antwoord geven op de gestelde vragen. Deze reactie is tot stand gekomen omdat wij als service provider actief zijn op de markt voor C(P)S diensten en internet toegangsdiensten via 06760 nummers.

I. Een belangrijk onderdeel van een coherent en toekomstvast tariefreguleringsmodel, zijn de implementatietijden van retail tarieven van KPN Telecom; zoals OPTA terecht aangaf in het consultatiedocument prijssqueeze zijn alternatieve aanbieders volledig afhankelijk van KPN Telecom

In de praktijk blijkt dat vrijwel alle alternatieve aanbieders geen mogelijkheid hebben zich te onderscheiden van KPN anders dan door het leveren van telefoondiensten tegen een lager eindgebruikerstarief dan KPN Retail. Dit leidt tot afhankelijkheid van KPN: indien KPN Retail haar eindgebruikerstarieven verlaagt, moeten anderen wel volgen om hun tarief weer onder dat van KPN Retail te brengen. KPN Retail kan zo de prijsstelling van de eindgebruikersdiensten van andere aanbieders beïnvloeden.1

Momenteel is het zo dat KPN tariefvoorstellen voorlegt aan de OPTA en na goedkeuring van de OPTA deze bekend maakt met ingangstijden van enkele weken. In de praktijk betekent dit dat andere aanbieders “als volgers” een reactietijd hebben van enkele weken. Het is irreëel om te verwachten dat alternatieve aanbieders in staat zijn om op een dergelijk korte termijn nieuwe tarieven te verwerken in hun systemen en hun marketing, zeker wanneer het meer complexe tariefaanpassingen betreft. Feitelijk onstaat hierdoor een “tijdelijk squeeze” als gevolg van het feit dat KPN als marktleider pro actief haar systemen kan aanpassen en andere aanbieders in een onredelijk korte termijn hun systemen reactief moeten aanpassen.

II.a. Atlantic Telecom kan de opgesomde voordelen zowel als nadelen onderschrijven waarbij met name de zekerheid (van een redelijk rendement) gedurende meerdere jaren van cruciaal belang is, mede omdat er in het huidige financiële klimaat weinig tot geen bereidheid meer is om plannen in de telecom sector te ondersteunen.

1

(2)

II.b. Zoals OPTA terecht aangeeft is het tariefreguleringsmodel niet een doel op zichzelf. De huidige modellen “reguleren op afstand” hebben in het recente verleden geleid tot een aantal problemen met als dreiging stagnatie van de concurrentie. De belangrijkste doelstelling “ontwikkelen van de concurrentie” werd daarmee niet of onvoldoende gerealiseerd.

In onze ogen hebben de huidige modellen in de praktijk gewerkt als “network engineering”. Aangezien er geen realistische mogelijkheden waren om de markt te betreden via de “Buy” beslissing werden nieuwkomers gedwongen om vaak inefficiënte netwerken aan te leggen. Het directe gevolg van dit beleid is dat networkoperators (klein of groot) tot op heden niet in staat zijn om positief een volledig C(P)S pakket aan te bieden in de markt als gevolg van:

- Inherente inefficiëntie van een beginnend netwerk.

- Kwaliteitsissues verbonden aan interconnectiediensten (Single Point of Failure, Prognose Problematiek, Schaarste Problematiek).

- Gedwongen Vast Mobiel verkeer met hoge terminatiekosten als gevolg van feitelijke

monopolies en gedwongen transit verkeer voor andere aanbieders.

- Lokaal verkeer, prijssqueeze.

- Gedwongen transit internet toegangsverkeer als het gevolg van het ontbreken van internet

toegangsnummers.

Vanaf de introductie van deze dienst d.d. 1 Januari 2000 tot en met 1 Juli 2001 werden

bovenvermelde problemen groter en groter. Atlantic Telecom was dan ook verheugd dat de OPTA uiteindelijk maatregelen in gang heeft gezet om deze problemen te corrigeren. 1 Juli 2001 werd een belangrijke stap gezet in de goede richting en wij hopen en vertrouwen er dan ook op dat voor de meeste problemen per 1 Juli 2002 structureel een oplossing gevonden zal zijn. Wel moeten wij dan concluderen dat het totaal 30 maanden heeft geduurd voordat er een structurele oplossing geïmplementeerd is en voelbaar voor andere partijen.

Bovendien constateren wij dat bovenvermelde nadelen voor nieuwkomers per definitie voordelen zijn voor KPN telecom die haar marktaandeel tracht te behouden.

Het is zeer wel mogelijk dat de keuzes die naar aanleiding van deze consultatie worden gemaakt door de dagelijkse praktijk worden ingehaald of dat de aannames die hebben geleid tot deze keuzes, niet uitkomen.

De huidige situatie in de markt leent zich dan ook nog op geen enkele manier om betrouwbare voorspellingen te doen m.b.t. de juiste kosten- en volume ontwikkelingen. Een voorbeeld hiervan moge de voorgenomen reorganisatie plannen van KPN Telecom zijn die naar alle

waarschijnlijkheid ook hun weerslag zullen hebben op de bijzondere toegangsverplichtingen van KPN Telecom, iets waar andere partijen volledig van afhankelijk zijn.

In het licht van deze ervaringen achten wij het dan ook van cruciaal belang dat elk “tariefsysteem” de flexibiliteit in zich heeft om op korte termijn te reageren op ontwikkelingen in de markt en “reguleren op afstand” te vervangen door “reguleren midden in de markt”. Het is voor onze diensten (volledig afhankelijk van KPN Telecom) van cruciaal belang dat de OPTA op een snelle manier kan reageren op ontwikkelingen in de markt.

III. Atlantic Telecom kan dit voornemen volledig ondersteunen.

(3)

V. Atlantic Telecom is voorstander van de proportionele toerekening en volgt daarbij de

argumentatie van OPTA. Het is niet geheel duidelijk in het voorbeeld zoals beschreven in Kader 1 of OPTA met Wholesale minuten hierbij doelt op alleen orginerende diensten zoals

Carrier(pre)selectie of ook de terminerende diensten. Zou OPTA dit kunnen verduidelijken ? VI. Het valt moeilijk in te zien waarom de argumentatie voor deze kosten niet zou gelden, Atlantic Telecom volgt hierbij dan ook de OPTA.

VII.a. Atlantic Telecom ziet geen verdere ontbundelingsvarianten.

VII.b. Atlantic Telecom kan de nadelen van de OPTA volledig onderschrijven en concludeert tezamen met OPTA dat dit inderdaad meer in lijn is met het beginsel van kosten oriëntatie. Eindgebruikers hechten echter geen belang aan deze principiële discussie en zullen de

afnemende transparantie in de markt als geheel niet waarderen. Daarnaast zijn C(P)S aanbieders niet op zoek naar een “Level Playing Field” voor gedeeltes van de verkeersstromen maar naar een volledige dienstverlening gelijkwaardig aan KPN Retail.

VIII.a. Atlantic Telecom kan de opvatting van de OPTA delen dat de markt voor lokale interconnectie een in beginsel concurrerende markt is voor partijen die veel verkeer ophalen danwel termineren in een bepaald gebied.

Deze stelling leidt echter niet tot de conclusie dat C(P)S aanbieders in staat zijn om dit instrument te gebruiken om op korte termijn op de lokale telefonie markt te concurreren waarbij KPN

Telecom momenteel een de facto monopolie bezit.

Zoals OPTA terecht aangeeft is de essentie van de BiBa problematiek dat C(P)S aanbieders gedwongen worden om extra netwerk kosten te maken die niet noodzakelijk zijn voor de door haar aangeboden dienstverlening.

Netwerk technisch is het immers volledig onzinnig om gesprekken die beginnen op het KPN netwerk en eindigen op het KPN Netwerk eerst door het netwerk van een concurrent te leiden, in netwerktermen omschreven als tromboning.

Deze zogenaamde inherente inefficiëntie neemt overigens toe naarmate het belang van de fijnmazigheid van het KPN netwerk toeneemt, daarmee is het verder uitrollen van netwerken ten behoeve van C(P)S lokaal vanuit een kostprijs perspectief nooit rendabel (zoals hier beneden schematisch weergegeven).

(4)

De afhandeling van een BuBa gesprek door een C(P)S aanbieder levert in deze abstractie een inefficiëntie op van 18%.

De afhandeling van een BiBa gesprek door een C(P)S aanbieder levert in deze abstractie een inefficiëntie op van 50%.

Daarnaast zal elke aanbieder die zou besluiten tot lokale interconnectie hiervoor een “kritische massa” nodig hebben om op een efficiënte manier het netwerk te vullen.

VIII.b. Atlantic Telecom zal zich hier volledig laten leiden door de “kritische massa”, met andere woorden er moeten voldoende klanten c.q. omzet aanwezig zijn om in redelijkheid een

infrastructuur beslissing te kunnen nemen.

Het bereiken van deze kritische massa is afhankelijk van een groot aantal factoren en zeker niet alleen van het beschikbaar hebben van een netwerk of interconnecties. Het verleden heeft bewezen dat op de bestaande markten het opbouwen van een klantenbestand erg moeilijk is als gevolg van de “first mover advantages” die KPN Telecom hier geniet.

(5)

opzichte van half afgebouwde netwerken en/of nieuwkomers die hun plannen uitstellen c.q. er vanaf zien nieuwe diensten aan te gaan bieden.

IX. Zoals al aangeven in de reacties eerder dit jaar houdt de huidige “squeeze toets” geen rekening met de in punt VII aangegeven inherente inefficiëntie. Het eindresultaat is dat de rekening hiervoor volledig neergelegd wordt bij de C(P)S aanbieders, dit gecombineerd met het feit dat BiBa gesprekken de laagste KPN retail prijs hebben plus de grootste inefficiëntie, maken toetreding tot de lokale telefonie markt feitelijk onmogelijk.

Zoals hierboven reeds aangegeven is het in onze ogen een utopie om te veronderstellen dat de concurrentie op lokale telefonie zal ontstaan via de uitrol van netwerken van netwerkproviders. Zoals reeds aangegeven zijn de kapitaalmarkten gesloten voor netwerk infrastructuur zonder dat er een plan voorligt met feitelijke klanten en omzet (met marge).

Dat het dilemma hier groot is moge blijken uit het feit dat de discussie rond dit onderwerp reeds enkele jaren aan de gang is. Ter illustratie enkele uitspraken van KPN Telecom in dit kader. C(P)S aanbieders kunnen wel concurreren op lokaal verkeer:

“ Bovendien kunnen met “local access” alle binnen de regio gesprekken winstgevend en concurrerend met KPN Telecom worden aangeboden.”

C(P)S aanbieders kunnen niet concurreren op lokaal verkeer:

“ Op deze gronden moet het uitgesloten worden geacht dat de afhandeling van BiBa-verkeer via C(P)S ooit een zelfstandige, voldoende renderende dienst zal kunnen gaan vormen “

Zelfs KPN Telecom is het er dus niet over eens of er nu wel concurrentie kan ontstaan in de lokale telefonie markt of niet.

Feit blijft dat er geen “Level Playing Field” bestaat voor nationaal on-net KPN Telecom verkeer, waarbij bij nationaal verkeer het inefficiëntie probleem niet onoverkomelijk is, maar bij lokaal verkeer is het wel een onoverkomelijke toetredingsdrempel. Hiermee wordt nieuwkomers de mogelijkheid ontnomen om een redelijk rendement te maken en tevens om C(P)S als instrument te gebruiken om een “kritische massa” te bereiken.

Onze conclusie is dan ook dat er zonder het probleem van de inherente inefficiëntie aan te pakken op korte termijn nooit sprake kan zijn van concurrentie op lokaal niveau. Aangezien de basis van alle Europese regelgeving de stimulering van concurrentie behelst en ook OPTA dit als speerbeleid heeft, kijkt Atlantic Telecom belangstellend uit naar de voorstellen zoals aangegeven in punt 80 t/m 83 van het consultatiedocument.

In de variant zoals aangegeven onder punt 81 worden feitelijk de kosten van inherente

inefficiëntie verschoven van C(P)S aanbieders naar KPN Telecom. Het is uit macro economisch perspectief niet logisch om te kiezen voor deze optie. In dit geval zal de discussie rond dit probleem blijven voortduren, aangezien er structureel geen oplossing is.

(6)

De vraag resteert dan welke prijs KPN Telecom hiervoor in rekening zou moeten brengen. In principe kan daar gekozen worden voor een wholesale-plus variant of een Retail-Minus variant. Wanneer we een berekening zouden maken van de werkelijk kosten m.b.t. BiBa verkeer op het KPN netwerk uitgaande van de vigerende interconnectie tarieven zou de marge voor C(P)S aanbieders als volgt uitkomen.

Kostprijs BiBa verkeer voor C(P)S aanbieders.

Terminerend Piek Gewogen Dal Gewogen WNT Gewogen Nationaal 20% 2,1 0,42 1,1 0,22 0,8 0,16 Regionaal 60% 1,7 1,02 0,8 0,48 0,6 0,36 Lokaal 20% 1,3 0,26 0,6 0,12 0,5 0,1 Orginerend Nationaal 20% 2,8 0,56 1,4 0,28 1 0,2 Regionaal 60% 2,3 1,38 1,1 0,66 0,8 0,48 Lokaal 20% 1,8 0,36 0,9 0,18 0,7 0,14 Totaal Kostprijs 4 1,94 1,44 Local Interconnect 3,10 1,50 1,20 Retail KPN 5,18 2,78 1,85 Marge CPS 22,78% 30,22% 22,16%

Een tweede model zou het retail-minus model zijn waarbij de inkoopkosten van CPS aanbieders bepaald worden door het retail tarief van KPN Telecom minus een redelijke retail marge.

Atlantic Telecom is voorstander van een retail-minus model waarbij eenmalig een marge wordt vast gesteld door de wholesale plus calculatie zoals hierboven aangegeven. Hiermee worden immers een viertal belangrijke voordelen behaald;

- Geen der partijen krijgt de rekening voor de inherente inefficiëntie.

- KPN Telecom houdt een prikkel om haar verkeer efficiënter te gaan routeren.

- Netwerkproviders behouden de prikkel om lokaal te interconnecteren, de virtuele kostprijs ligt immers hoger dan de local interconnect prijzen.

- Nieuwkomers zijn gegarandeerd squeeze vrij.

Op deze manier zijn service providers op de CPS markt in staat hun marktaandeel op te bouwen en kunnen netwerkproviders hun “Make or Buy” beslissing met betrekking tot lokale interconnect baseren op bestaande marktaandelen buiten KPN Retail.

Atlantic Telecom kan zich voorstellen dat er een sunset regime ingebouwd zou moeten worden om te voorkomen dat het model onvoldoende financiële prikkels in zich heeft voor

(7)

Concluderend is Atlantic Telecom verheugd met dit consultatiedocument dat in haar ogen een eerste stap op weg is van “Reguleren op Afstand” richting “Reguleren midden in de markt”.

De virtuele oplossing via een retail-minus model zou dan ook een effectieve, praktische, technisch eenvoudig te implementeren maatregel zijn om meer dan 4 jaar nadat de Europese richtlijnen dit hebben aangegeven eindelijk een CPS dienst voor lokaal verkeer beschikbaar te hebben, waar ook nog iets aan valt te verdienen. Dat is winst voor de liberalisatie van de telecom markt.

Hopende hiermee een positieve bijdrage te hebben geleverd aan deze consultatie, verblijven wij,

Met vriendelijke groet, Jos Peeters

Atlantic Telecom BV

(8)

Bijlage I.

Perspective - NRAs must take competition bodies head-on

Iain Osborne

17 December 2001

NRAs should set sights on harmonized solutions for sector-specific issues.

Another day, another Chapter 11. Telecoms executives should be forgiven for envying those who regulate them. Staff of regulatory authorities may seem somewhat shielded from market pressures and impervious to criticism.

But in fact, while government agencies do not have to weather recessions, they do need to keep the support of the powerful. Regulators act independently when viewed month by month, but over the long term politicians hold regulators accountable for delivering progress without too much industry grousing.

Europe's former telecoms monopolies - ex-government departments - know this and play the political game by cackling over each progressive regulatory proposal like hens having their eggs collected. This keeps politicians softened up, ready to believe that an industry that makes so much noise must have problems. When the industry enters a downturn, they see their suspicion proved.

Telecoms national regulatory authorities (NRAs) are now under political threat. On the one hand, some suggest that sector-specific regulation is obsolete. On the other, telecoms regulators are having to fight for resources with broadcasting and content regulators in the "converged" market.

After just four years of competition, almost all Europe's telecoms market remain immature and need sector-specific NRAs. However, even a would-be supporter of NRAs has to recognize that most have moved at glacial speed since their creation in areas like opening new markets, imposing best-practice

cost-accounting and requiring incumbents to produce competitive wholesale services. Some services required in the 1998 package are still not available - local carrier pre-selection, for example.

Above all, NRAs have struggled to get through the volume of work necessary to open voice telephony markets. But voice telephony is a very simple, undifferentiated product with a generally uncomplicated one-way revenue flow up the value chain. So it is hardly surprising that many observers doubt NRAs' ability to handle innovative, multi-product, multi-revenue markets.

If NRAs are to survive at all, they will need to work smarter. They must avoid being bogged down by complexity. In a war of attrition the incumbent can always win. NRAs need to turn around the burden of proof by setting the regulated tariff at a level that seems sensible and challenges the incumbent to prove it wrong. They need to use more vigorous powers to demand and publish information: rather than tie up their own resources wading through incumbents' paper, they could let competing carriers do it for them. They need to force incumbents to produce data in the right format, not just what is churned out of legacy systems.

Above all, they must stop re-inventing the wheel. Rather than adopting effective models already in operation in other countries, NRAs since 1998 have tied up thousands of work-hours and wasted months or years inventing a national solution. Results have been usually less effective than international best practice. Even worse, the fragmentation of 15 different member states makes life extremely difficult for genuinely pan-European operators to offer a truly common service across Europe. Look at number portability: one country uses tromboning, others use a variety of (non-interworking) databases, and a few have yet to solve the problem. The U.S. has had an efficient national solution for 15 years.

The telecoms slump has left NRAs exposed. The most important way for them to combat this is to become effective and adopt harmonized solutions for common problems. The Independent Regulators' Group expresses pious hopes that it will ensure this, although many of us will remain skeptical until we see it happen. As one who wishes to see NRAs survive, I hope they will stop fighting harmonization and adopt it as their own motto. Otherwise, they will be overwhelmed by complexity and supplanted by competition authorities.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tegen dit besluit kan degene wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een gemotiveerd bezwaarschrift indienen bij

netbeheerder van het Iandelijk gastransportnet bevoegd de gasinstallatie voor rekening van aangeslotene te (Iaten) onderzoeken. Indien de gasinstallatie blijkens dit onderzoek naar

Bijgaand treft u ter kennisneming aan een afschrift van een brief, die ik heden heb verstuurd aan het college van burgemeester en wethouders van uw gemeente.. Kortheidshalve

In die procedure heeft OPTA aangevoerd dat de algemene interoperabiliteitsverplichting niet specifiek bedoeld is voor en geschikt is om op een markt geconstateerde

OPTA achtte het waarschijnlijk dat relatief veel afnemers van ontbundelde toegang tot koper zullen overstappen op ODF-access (FttO) als de prijzen voor

In randnummer 555 van het Ontwerpbesluit overweegt het college, de genoemde termijn voor het doorvoeren van eventuele prijsaanpassingen ten behoeve van het actief afneembaar

Berekend moet dus worden wat deze verschuiving van VVE naar VVA tarieven betekent voor de kostprijs van wholesale afnemers, wanneer niet wordt uitgegaan van een typische

Op 22 april 2013 heeft de Autoriteit Consument en Markt (hierna: ACM) de Vereniging Nederlandse EnergieData Uitwisseling (hierna: NEDU) een opdracht 1 gegeven