• No results found

Vraag nr. 48 van 12 april 2001 van de heer FILIP DEWINTER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 48 van 12 april 2001 van de heer FILIP DEWINTER"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 48 van 12 april 2001

van de heer FILIP DEWINTER Musea – Niveau-indeling

In Vlaanderen zijn de erkende musea ingedeeld in drie niveaus : basisniveau ; regionaal niveau ; l a n d e-lijk niveau.

Erkende musea ingedeeld in het basisniveau krij-gen na het decreet van 20 december 1996 en de uit-voeringsbesluiten van 7 april 1998 geen werkings-subsidies meer van de Vlaamse Gemeenschap. De voorwaarden voor erkenning zijn voor alle musea gelijk. Binnen de erkenning werd een verbe-teringsgraad ingebouwd als stimulans naar een constante kwaliteitsverbetering.

1. Wordt hier niet met twee maten gemeten, v e r-mits men hier toch uitsluitend over erkende musea spreekt en weet dat de erkenningsvoor-waarden voor alle musea identiek zijn ?

Wordt door het indelen van de musea en de daaruit voortvloeiende verschillende werkings-subsidies de gelijkheid van rechten niet ge-schonden ?

2. De verschillen in werkingssubsidies variëren van 0 frank tot 8.500.000 frank.

Is dit verschil niet te groot om nog aanvaard-baar te zijn ?

Antwoord

1. Er zijn diverse instrumenten in het m u s e u m d e-c re e t: erkenning én indeling, w e r k i n g s s u b s i d i e s én projectsubsidies.

De e r ke n n i n g van musea is de belangrijkste pij-ler van het nieuwe museumdecreet naar het pu-bliek toe. De voorwaarden tot erkenning zijn in-houdelijk/museologisch verantwoorde criteria toepasselijk op alle musea.

Uitgangspunt is de internationale definitie van "museum" zoals goedgekeurd door ICOM (In-ternational Council of Museums) : "Het muse-um is een permanente instelling, zonder winst-b e j a g, ten dienste van de gemeenschap en haar o n t w i k k e l i n g, toegankelijk voor het publiek, d i e de materiële getuigenissen van de mens en zijn omgeving verwerft, b e h e e r t , bewaart en

bevei-l i g t , wetenschappebevei-lijk onderzoekt, p r e s e n t e e r t en hierover informeert voor doeleinden van stu-d i e, estu-ducatie en genoegen". Er worstu-den eisen ge-steld op het vlak van de museale werking – een evenwichtige en professionele uitoefening van de vier basisfuncties – en van het management. Door een erkenning biedt het museum aan zijn partners en het publiek duidelijkheid omtrent de kwaliteit van zijn werking. De erkenning door de Vlaamse Gemeenschap kan als kwali-teitsstandaard gelden voor alle overheidsni-veaus en instellingen in V l a a n d e r e n . Alle erken-de musea hebben bewezen kwaliteitsvolle musea te zijn. De voorwaarden voor erkenning zijn dus een minimumstandaard, gelijk voor alle musea.

Erkende musea worden ingedeeld in drie ni-v e a u s : het basisnini-veau, het regionale nini-veau en het landelijke niveau.

De criteria voor indeling hebben betrekking op het cultuurhistorisch belang van de collectie, d e wijze waarop de culturele verantwoordelijkheid wordt ingevuld, de uitstraling van de museum-werking (lokaal, r e g i o n a a l ,l a n d e l i j k / i n t e r n a t i o-n a a l ) . Daaro-naast wordeo-n "hogere" eiseo-n gesteld inzake de professionaliteit en de kwaliteit in de uitvoering van de museumfuncties en van het m a n a g e m e n t . De voorwaarden voor indeling maken een onderscheid tussen een basisniveau, een regionaal niveau en een landelijk/interna-tionaal niveau.

Bij de implementatie van het museumdecreet werd gekozen voor een complementair beleid. De indeling van musea stelt de Vlaamse Ge-meenschap in staat afspraken te maken en tot een taakverdeling te komen met de verschillen-de overheverschillen-den, in casu met verschillen-de provincies, o n d e r-meer over de subsidiëring van musea. Dit resul-teerde in overeenkomsten tussen de V l a a m s e Gemeenschap en de provincies. De V l a a m s e Gemeenschap verleent werkingssubsidies aan erkende musea ingedeeld bij het landelijke ni-veau ; de provincie aan erkende musea inge-deeld bij het regionale niveau. Musea ingeinge-deeld bij het basisniveau kunnen gesteund worden door de betrokken gemeente/stad.

(2)

is het mogelijk om fasegewijs bijzondere aan-dacht te vragen voor de talloze achterstanden. Alle erkende musea kunnen projectsubsidies a a n v r a g e n : voor bepaalde thema's bij de provin-c i e, voor andere thema's bij de Vlaamse Ge-meenschap.

2. De we r k i n g s s u b s i d i e s zijn een forfaitair bedrag, bedoeld om de kosten voor de dagelijkse muse-ale werking, alsook voor een kern van perso-neelsleden te ondersteunen. De indeling resul-teert in een gedifferentieerd systeem van een forfaitaire werkingssubsidie voor erkende musea volgens niveau van indeling, waarbij elk bestuursniveau een bijdrage levert.

Op dit ogenblik bedraagt de werkingssubsidie van de Vlaamse Gemeenschap 9.500.000 frank (235.498,85 euro) per erkend museum ingedeeld bij het landelijke niveau.

Aan de erkende musea ingedeeld bij het regio-nale niveau wordt nu een beperkte werkings-subsidie toegekend door de provincies. Een wij-ziging van het uitvoeringsbesluit, dat recentelijk werd goedgekeurd door de Vlaamse regering, bepaalt dat de Vlaamse Gemeenschap ook aan een erkend museum ingedeeld bij het regionale niveau een beperkte werkingssubsidie van 2.000.000 frank (49.578,70 euro) kan toekennen. Deze subsidie moet het mogelijk maken dat ook deze musea een proeffunctie uitbouwen voor musea ingedeeld bij het basisniveau – dus ter versterking van hun bovenregionale netwer-k i n g. Samen met een subsidie van de betronetwer-knetwer-ken p r o v i n c i e, betekent dit een bedrag dat in ver-houding staat tot de subsidies aan landelijk in-gedeelde instellingen.

Het toekennen van werkingssubsidies aan er-kende musea ingedeeld bij het basisniveau door de Vlaamse Gemeenschap wordt niet oppor-tuun geacht. Het is de optie dat zij in de eerste plaats de mogelijkheden van projectsubsidies maximaal benutten voor verdere professionali-s e r i n g. Tegelijk worden initiatieven geprofessionali-stimu- gestimu-leerd tot uitbouw van netwerken van musea met het oog op schaalvergroting, netwerken van ex-p e r t i s e. Oex-p langere termijn zal het basisniveau worden geïntegreerd in het erfgoedbeleid via het instrument van de erfgoedconvenants. Bij het uittekenen van het museumdecreet werd duidelijk dat een belangrijk deel van het patri-monium in een ruimer kader diende te worden ondergebracht.De verdere ontwikkeling en pro-filering van het c u l t u reel erfgoed wordt onder

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vergaderingen waarop leden met of zonder ge- weld de toegang wordt ontzegd door andere leden van dezelfde vergadering, zijn mijns in- ziens niet rechtsgeldig.. Hier betreft

De minister antwoordde toen dat een deel van de uitgekeerde subsidies door Toerisme Vlaanderen in het raam van sociaal toerisme – totaalbedrag door de jaren heen : 196.166.225 frank

Tot op heden werd door het departement Onder- w i j s, sinds 1 januari 1998, voor 392 Marokkaanse baccalaurei een gelijkwaardigheid toegekend met een diploma van het

De maatregelen richten zich dus zowel naar de ar- beidsorganisatie (vraagzijde) als naar de doelgroep zelf (aanbodzijdee) om hun positie te versterken. Er zijn blijkbaar

Kan de minister-president meedelen welke op- drachten de heer Louis Bril als bijzonder vertegen- woordiger voor het Vlaams investeringsbeleid heeft gekregen, welke reizen

Kan de minister mij, in opvolging van mijn eerdere vraag terzake (vraag nr. ), meedelen welke opdrachten de heer Louis Bril als bijzonder vertegenwoordiger voor het

Met de bouw van het pompstation ter hoogte van de Schijnpoort, als afleiding van de Grote Schijn naar het Lobroekdok, is reeds aangevan- gen in augustus 2000.. Voor de volgende fase,

Via de website van de Gentse universiteit roepen deze extreemlinkse jongeren op om mee te doen aan de acties tegen de komende Europese topont- moetingen in Brussel en Gent?. Het gaat