• No results found

Belasting op uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, uitwendig verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Belasting op uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, uitwendig verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Belasting op uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, uitwendig

verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden

Beslissing gemeenteraad van 19/12/2018

Aanpassing gemeenteraad van 30/12/2013

Gepubliceerd op website 20/12/2018

(2)

Belasting op uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, uitwendig verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden

BESLISSING GEMEENTERAAD VAN 19/12/2018

Artikel 1:

Dit gemeenteraadsbesluit vervangt het belastingreglement betreffende de belasting op uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, uitwendig verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden, goedgekeurd in de zitting van 30 december 2013, voor het aanslagjaar 2019.

Artikel 2:

Er wordt een jaarlijkse belasting gevestigd op de uitwendig verlichte en lichtgevende boodschappen, de uitwendig verlichte en lichtgevende reclames en de uithangborden.

Artikel 3:

Voor de toepassing van dit reglement wordt onder de verlichte en lichtgevende boodschappen verstaan, die verlichte en lichtgevende aanduidingen al dan niet gepersonaliseerd, in de vorm van teksten, merknamen, tekeningen, emblemen, pictogrammen, lijnen, logo's of erkenningstekens, en die tot doel hebben een naam of de aard van een activiteit of een merknaam van producten te vermelden of te symboliseren.

Dit reglement is eveneens van toepassing op boodschappen die geprojecteerd worden.

Al deze objecten worden hierna in het reglement aangewezen onder de benaming

“lichtboodschappen”.

Artikel 4:

Voor de toepassing van dit reglement wordt onder de verlichte en lichtgevende reclames en uithangborden verstaan, elk verlicht en lichtgevend object met een mededeling die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel heeft de bekendmaking van een al dan niet commerciële activiteit of een dienstverlening te bevorderen, ongeacht de plaats of de aangewende communicatiemiddelen.

Dit reglement is eveneens van toepassing op reclames die geprojecteerd worden.

Al deze objecten worden hierna in het reglement aangewezen onder de benaming “lichtreclames”.

Artikel 5:

De belasting wordt vastgesteld per dm², berekend op de oppervlakte van het regelmatig vlak waarvan de omtrek de belastbare voorwerpen omschrijft. Indien het vlak meetkundig onregelmatig is, wordt de belastbare oppervlakte bepaald door de afmetingen van de rechthoek waarvan de zijden horizontaal en verticaal door de uiterste punten van de figuur gaan.

De lichtboodschappen die enkel bestaan uit lijnen, zonder figuren, noch tekst, worden belast per strekkende decimeter met een minimale breedte van één decimeter.

De belasting op de lichtboodschappen en lichtreclames die meer dan één zijde hebben, wordt

(3)

berekend op de totale oppervlakte van de zichtbare zijden.

De belastbare oppervlakte van twee of meer gelijkwaardige belastbare voorwerpen, die naast elkaar geplaatst zijn of derwijze bijeengebracht, dat zij één geheel vormen, worden als één geheel

beschouwd.

Bij het berekenen van de belastbare oppervlakte wordt geen rekening gehouden met breuken van minder dan ½ dm². De breuken van minstens ½ dm² worden gerekend voor één dm².

Artikel 6:

De belasting wordt vastgesteld op 1,035 euro per dm², met een minimumaanslag van 75,00 euro.

Artikel 7:

Een vergroting van oppervlakte in de loop van het jaar geeft aanleiding tot een overeenkomstige verhoging van de belasting.

Artikel 8:

De belasting is onverdeelbaar en voor het ganse jaar verschuldigd, welke ook de datum van ingebruikneming of buitengebruikstelling van de lichtboodschap of de lichtreclame weze.

Een lichtboodschap of lichtreclame is buiten gebruik gesteld indien:

1. ofwel de verbinding met de lichtbron zichtbaar is weggenomen of het uithangbord werd verwijderd.

De buitengebruikstelling moet medegedeeld worden, bij een ter post aangetekend schrijven, of een, door tegen ontvangstbewijs, afgegeven bericht, vóór 31 december van het jaar waarin de lichtbron zichtbaar is weggenomen of de lichtreclame werd verwijderd. De buitengebruikstelling geldt vanaf 1 januari volgend op de melding;

2. ofwel de eigenaar van de lichtboodschap of lichtreclame, de exploitatie van zijn bedrijf heeft stopgezet of overgedragen. Voornoemde eigenaar dient daarvan het college van burgemeester en schepenen in kennis te stellen vóór 31 december van het belastingjaar waarin hij geschrapt is uit het handelsregister of zijn BTW-nummer werd stopgezet met bijvoeging van een officieel bewijsstuk. De stopzetting en/of overname geldt vanaf 1 januari volgend op de in kennisstelling.

Artikel 9:

De belastingplichtige is gehouden aangifte van de belastbare elementen te doen uiterlijk op 30 juni van het belastingjaar, volgens de toestand op 1 januari van het jaar.

Alle objecten geplaatst in de loop van het jaar en niet begrepen in de aanvankelijke aangifte, dienen aangegeven te worden binnen de veertien dagen na plaatsing. De nieuw geplaatste objecten voor publiciteitsdoeleinden worden voor een volledig aanslagjaar belast.

De aangifte blijft gelden tot de belastingplichtige het gemeentebestuur schriftelijk op de hoogte stelt van de gewijzigde toestand.

Artikel 10:

De belasting is niet verschuldigd voor:

- de objecten geplaatst door de openbare besturen of openbare diensten of instellingen, de autonome gemeentebedrijven, voor zover geen winstgevend doel nagestreefd wordt;

- de objecten die enkel gebruikt worden voor notariële aankondigingen;

- de objecten die alleen gebruikt worden ter gelegenheid van wettelijk voorziene verkiezingen;

- de objecten, alhoewel zichtbaar vanaf de openbare weg, geplaatst op sportterreinen, en uitsluitend gericht naar de plaats van de sportbeoefening;

- door het schepencollege vergunde objecten voor niet-commerciële activiteiten;

(4)

- de objecten voorbehouden voor een werk of organisatie zonder winstoogmerk van menslievende, artistieke, letterkundige, wetenschappelijke aard of van openbaar nut;

- de objecten, welke eigendom zijn van de exploitant, waarop een omschrijving is aangebracht, die uitsluitend betrekking heeft op de handel, nijverheid of dienst bedreven in het pand waarop zij zich bevinden en die door de exploitant zelf gevoerd wordt, m.a.w. de objecten, dienstig voor het maken van reclame voor de handelszaak, die geplaatst zijn op terreinen die behoren bij het handelshuis en er rechtstreeks toegang toe geven;

- de objecten die de private parking van een zaak aangeven onder de voorwaarde dat het bord een maximum oppervlakte heeft van 2m², de letter “P” of het woord “Parking” inbegrepen;

- de vergunde objecten voor zover de maximale oppervlakte van 2m² niet wordt overschreden;

- de objecten, waarvoor de vrijstelling contractueel met het gemeentebestuur werd vastgesteld op een datum voorafgaand aan dit besluit.

Artikel 11:

De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die beschikt over het recht om de lichtboodschap of de lichtreclame te realiseren, en in bijkomende orde als deze niet gekend is, door de eigenaar van de grond, de muur of de omheining, waarop het object wordt aangebracht.

Indien het eigendomsrecht in de loop van het jaar overgaat op een nieuwe eigenaar, is de nieuwe eigenaar de belasting opnieuw in haar geheel verschuldigd.

De eigenaar dient, binnen de maand na de bekendmaking van dit reglement, de op 1 januari van het belastingjaar aanwezige lichtboodschappen of lichtreclames aan te geven bij het gemeentebestuur.

De lichtboodschappen en lichtreclames die na 1 januari van het belastingjaar in gebruik worden genomen, dienen aangegeven te worden uiterlijk 14 dagen na de ingebruikneming. Indien dit reglement nog niet werd bekendgemaakt op dat ogenblik, dienen de nieuwe lichtboodschappen of lichtreclames aangegeven binnen de 14 dagen na de bekendmaking van dit reglement.

De door het gemeentebestuur aangenomen aangifte geldt tot wederroeping, hetzij door de belastingplichtige, hetzij door het gemeentebestuur.

Wie geen aangifte van wegname of overgave doet, blijft aansprakelijk voor de belasting.

Artikel 12:

De belasting, alsmede de eventuele belastingverhoging vermeld onder artikel 9, wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.

Artikel 13:

Bij gebreke van een aangifte binnen de gestelde termijn, of in geval van onjuiste, onvolledige of onnauwkeurige aangifte vanwege de belastingplichtige, wordt de belasting ambtshalve ingekohierd.

Op de ambtshalve ingekohierde belasting zal een belastingverhoging als volgt worden toegepast en afzonderlijk in het kohier en op het aanslagbiljet worden vermeld, afgezien van het feit of het om één of meerdere overtredingen per aanslagjaar gaat:

- 10 % bij een eerste overtreding;

- 25 %, 50 % en 100 % bij respectievelijk een tweede, derde en vierde overtreding;

- vanaf de vijfde opeenvolgende overtreding zal de belastingverhoging 200 % van de ambtelijk in te kohieren belasting bedragen. De belastingverhoging bedraagt minimum 12 euro.

Voor iedere verhoging geldt dat vanaf het jaar waarin de aangifte correct en tijdig werd ingediend de goede trouw in hoofde van de belastingplichtige volledig hersteld wordt.

(5)

Artikel 14:

De overtredingen vermeld in artikel 13 worden vastgesteld door de beëdigde, daartoe speciaal door het college van burgemeester en schepenen aangewezen ambtenaren. De door hen opgestelde processen-verbaal hebben bewijskracht tot bewijs van het tegendeel.

Artikel 15:

De belasting moet betaald worden binnen de twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.

De belastingplichtige kan bezwaar tegen deze gemeentebelasting indienen bij het college van burgemeester en schepenen, dat als administratieve overheid handelt.

Het bezwaar moet op straffe van nietigheid schriftelijk worden ingediend en worden gemotiveerd. Het wordt gedagtekend en ondertekend door de eiser of zijn vertegenwoordiger en vermeldt:

1. de naam, hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige ten laste van wie de belasting gevestigd wordt;

2. het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen.

De indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn vermeld staat of vanaf de kennisgeving van de aanslag.

Het college van burgemeester en schepenen of een personeelslid dat speciaal daarvoor is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds naar de belastingschuldige en, in voorkomend geval, zijn

vertegenwoordiger en anderzijds naar de financieel beheerder

Artikel 16:

Tegen deze beslissing van het college van burgemeester en schepenen kan beroep worden ingediend bij de Rechtbank van Eerste Aanleg.

Artikel 17:

Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet, zijn de bepalingen van titel VII, (Vestiging en Invordering van de belastingen) hoofdstukken 1 (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 (aanslagtermijnen), 7 tot en met 9bis (rechtsmiddelen, invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriumintrest; rechten en voorrechten van de schatkist, strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing, voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Soms laten bekenden uit het netwerk het afweten, omdat ze niet goed weten hoe om te gaan met bepaalde ziektebeelden of niet weten hoe ze goede zorg kunnen bieden als ze met de cliënt

penseerd worden door een verhoging van de piekstroom. Bij vloeibare kristallen geeft een extra hoge spanning echter geen toeneming van het contrast; dit beperkt

We kunnen ons afvragen voor welke waarde(n) van x deze reeks convergeert en wat dan de som is van deze reeks.. Toepassingen

Omdat er na het uitvoeren van het eerste onderzoek bleek dat de condities niet significant van elkaar verschilden in de mate van arousal die werd opgewekt, is er gekozen om een

Maximaal 2 vlaggen mogen geplaatst worden op het privaat domein van gebouwen bestemd voor handel, nijverheid, kantoren of dienstverlening in dat gebouw onder volgende voorwaarden:. -

An effect of the correct tyre pressure can also be derived from the DEKRA data for the German situation (2005, see previous section) When 6% of car crashes are assumed to be caused

Personen die actief zijn op de arbeidsmarkt, omdat ze werken of zoeken naar werk (werkloos zijn), volgen vaker opleidingen en cursussen dan personen die behoren tot

113 Bovendien zorgde Hudde er dertien jaar later voor (na de dood van zijn neef Gerard Bors van Waveren), dat Nicolaas Witsen voor de kamer van Amsterdam aangenomen werd als