• No results found

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING DE ZEEUWSE MUZIEKSCHOOL GEWIJZIGDE BEGROTING 2012

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING DE ZEEUWSE MUZIEKSCHOOL GEWIJZIGDE BEGROTING 2012"

Copied!
67
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING DE ZEEUWSE MUZIEKSCHOOL

GEWIJZIGDE BEGROTING

2012

De gewijzigde begroting 2012 wordt vastgesteld in de vergadering van het Algemeen Bestuur op 28 juni 2012

(2)
(3)

INHOUDSOPGAVE GEWIJZIGDE BEGROTING 2012

Hoofdstuk Pagina

1 Inleiding 2

2 Beleidsbegroting 5

2.1 Programmaplan 6

2.1.1 Algemene Muzikale vorming

2.1.2 Instrumentaal Klassiek/traditioneel en pop & jazz 7

2.1.3 Verenigingsopleidingen 9

2.1.4 Ensemblespel 10

2.1.5 Volwassenenonderwijs 11

2.1.6 Overige activiteiten 12

2.1.7 Muzikale vorming regulier onderwijs 14

2.1.8 Overhead 15

2.2 Paragrafen 16

2.2.1 Weerstandsvermogen en risico’s

2.2.2 Onderhoud kapitaalgoederen 17

2.2.3 Financiering

2.2.4 Bedrijfsvoering 18

3 Financiële begroting 20

3.1 Overzicht van baten en lasten inclusief toelichting 21

3.2 Meerjarenbegroting 41

Bijlagen

1-4. Specificaties van de totale bijdragen/gemeente 43

5. Lesgelden 2012/2013 48

6. Investeringsbegroting 50

7. Integrale kostprijs/programma 51

8. Budgetten per gemeente 52

(4)
(5)

1. INLEIDING

Algemeen

De gewijzigde begroting 2012 is gebaseerd op een indeling in programma’s zoals voorgeschreven vanuit het Besluit begroting en Verantwoording (BBV). De begrotingsopzet voldoet hiermee tevens aan de Wet dualisering gemeentebestuur. Het programmaplan kent acht (hoofd)programma’s. De doelstellingen zoals die geformuleerd zijn in de beleidsbegroting zullen middels deze programma’s worden gerealiseerd.

De acht programma’s zijn:

1. AMV 2. Opleidingen 3. Verenigingen 4. Ensembles/bands 5. Volwassenen

6. Korte cursussen/projecten

7. Activiteiten ter ondersteuning van het regulier onderwijs 8. Overhead

Kosten structuur

We onderscheiden drie kostensoorten:

1. variabele kosten

2. niet toerekenbare kosten 3. vaste kosten

Ad 1. Variabele kosten

Het budget van de deelnemende gemeenten voor de variabele kosten is de som van de gemeentelijke bijdragen aan de programma’s 1 t/m 4, 7 en 8. Voor de programma’s 5 en 6 is er geen bijdrage van de deelnemende gemeenten.

Ten behoeve van 2012 zijn in december 2010 en januari 2011 aan de gemeenten voorstellen gedaan, in de vorm van prognoses van de leerlingenaantallen en de docentenuren. De gemeenten kunnen in aansluiting op artikel 29 lid 2 van de gemeenschappelijke regeling de Zeeuwse Muziekschool accentverschuivingen aanbrengen, uiteraard met inachtneming van de beperkingen die de onderwijsstructuur met zich meebrengt. Met de door de gemeenten kenbaar gemaakte wensen, via de prognoses en de werkbezoeken in 2010 en 2011, is in deze begroting rekening gehouden.

De verdeling van de uren over de verschillende programma’s is voor de individuele gemeenten begroot en gespecificeerd in bijlage 4.

Ad 2. Niet-toerekenbare kosten

De ‘niet-toerekenbare kosten’ zijn de kosten die niet rechtstreeks aan een bepaald onderwijs- programma worden toegerekend. Dit zijn voornamelijk de overheadkosten en de kosten die voortvloeien uit de rechtspositionele verplichtingen. Voor zover dit kosten zijn die betrekking hebben op de docenten, zijn het in feite sociale kosten ten behoeve van de programma’s en dus geen overheadkosten.

In de begroting zijn op pagina 21 t/m 23 de niet-toerekenbare kosten opgenomen.

Met betrekking tot de verdeelsleutel van deze kosten is uitgegaan van het totaal aantal docentenuren per gemeente, exclusief de programma’s 5 en 6 (volwassenenonderwijs en korte cursussen/projecten). De programma’s 5 en 6 behoren zoveel mogelijk kostendekkend te zijn;

derhalve wordt geen gemeentelijke bijdrage begroot.

Ad 3. Vaste kosten

De gemeenschappelijke regeling kent het begrip vaste kosten. Het Algemeen Bestuur besluit welke kosten onder de categorie ‘vaste kosten’ vallen. Besloten is dat de vaste kosten bestaan uit de huisvestingskosten. In deze begroting zijn op pagina 24 t/m 27 de vaste kosten opgenomen. Met betrekking tot de verdeelsleutel van de vaste kosten is uitgegaan van de reeds van toepassing zijnde methode, waarbij de kosten naar rato van het aantal inwoners per gemeente worden omgeslagen.

(6)

Gemeentelijke bijdrage

Het totaal aan gemeentelijke bijdragen bedraagt in 2011 € 2.515.183,-. In de gewijzigde begroting 2012 bedraagt het totaal aan gemeentelijke bijdragen € 2.813.743,-.

Dit bedrag bestaat uit de reguliere bijdrage van € 2.463.743 en een extra bijdrage van € 350.000 ten behoeve van frictiekosten.

Op de reguliere bijdrage is de voorgeschreven richtlijn van de VZG van -2% toegepast. Omdat de VZG richtlijn geen rekening houdt met de inflatiecorrectie van 1,75% bedraagt de totaal opgelegde bezuiniging 3,75% (zie figuur 1).

Berekening bezuiniging 2012

CPB raming loonkosten overheid 2012 1,75%

CPB raming inflatie 2012 1,75%

Niet toegepaste gewogen inflatiecorrectie -1,75%

Bezuiniging VZG -2,0%

Werkelijke bezuiniging -3,75%

Figuur 1

In 2012 wordt per saldo 2,1% bezuinigd op de gemeentelijke bijdrage vanwege de extra bezuiniging van de gemeente Borsele van het maximaal toegestane bedrag van 5% van de variabele kosten.

In opdracht van het algemeen bestuur moet de Zeeuwse Muziekschool een bezuiniging van 15%

op de gemeentelijke bijdragen gerealiseerd hebben in 2015. Dit is tevens de aanleiding voor het indienen van een gewijzigde begroting.

Om de bezuiniging te kunnen realiseren zijn een aantal maatregelen vereist. Eén van de maatregelen is overgaan tot deeltijdontslag van alle bestaande garantie-uren. Omdat de muziekschool eigenrisicodrager is voor de WW zal deze maatregel in de eerste twee tot drie jaar hoge kosten met zich meebrengen. Hiertoe dient een voorziening frictiekosten gevormd te worden van € 350.000. Van dit bedrag komt € 100.000 ten laste van de algemene reserve. Het resterende deel komt ten laste van de gemeenten. Dit verklaart de extra gevraagde bijdrage van € 250.000.

Andere maatregelen om de bezuiniging te realiseren zijn:

- Het terugbrengen van de aanstelling naar de vastgestelde aantal garantie-uren; een uitbreiding naast de aanstelling zal in de meeste gevallen niet meer mogelijk zijn.

- Een lesuur effectiever te maken door meer leerlingen per uur te plaatsen - Tariefsverhoging

- Het natuurlijk verloop zo min mogelijk aan te vullen.

- beter aansluiten op de vraag vanuit de consument

Verder zijn de belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de vastgestelde begroting 2012:

- een toename in de kosten voor de regiodirecteuren: de regiodirecteuren hebben van oudsher een lestaak in hun functie inbegrepen. Echter binnen de toegenomen taken van de regiodirecteuren bestaat geen ruimte meer om les te geven in verband met bijvoorbeeld het samen gaan van diverse regio's

- de vervangingskosten zijn met € 10.000 verminderd gezien de realisatie van 2011

- de post werving personeel is met € 8.000 verhoogd in verbad met de werving van een algemeen directeur

(7)

Investeringsplanning

De investeringsplanning is hoofdzakelijk gebaseerd op de ontwikkeling van de inhoudelijke programma’s. Het betreft een meerjarig overzicht en is gekoppeld aan het meerjarenbeleid en de meerjarenbegroting. Een overzicht vindt u in bijlage 6.

Arbeidskosten

De in januari 2012 bekende gegevens, zoals het salarispeil, zijn uitgangspunt voor deze begroting.

Er is uitgegaan van het salarispeil geldend in januari 2012, rekening houdend met de verhoging volgens de CAO 2009-2011. Er is tevens rekening gehouden met de met uitstroom van gepensioneerden gepaard gaande kosten. Vervroegde pensionering in het kader van de FPU veroorzaakt ook in 2012 extra kosten, vanwege de voor rekening van de instelling komende gemeentelijke toeslag.

De arbeidsgerelateerde verplichtingen zonder jaarlijks vergelijkbaar volume staan in de begroting opgenomen onder de overige personeelskosten en betreffen wachtgelden en garantie- verplichtingen. De arbeidsgerelateerde verplichting, met jaarlijks vergelijkbaar volume, staat in de begroting opgenomen onder de personeelskosten en betreft vakantiegeld.

Meerjarenbegroting

De meerjarenbegroting is gebaseerd op de inspanningsverplichting om binnen vier jaar 15% te bezuinigen. Op basis van de cijfers van de gewijzigde begroting 2012 moet er in 2013 en 2014 in totaal bijna 12% worden bezuinigd op de bijdragen van de gemeenten. Na deze periode is het indexcijfer -2 en 0% gehanteerd. Het meerjaren beleid 2012-2015 is op dit moment nog niet opgesteld. Dit heeft alles te maken met de bestaande vacature voor de algemeen directeur.

Vergelijkende cijfers

Naast de cijfers van de gewijzigde begroting 2012 zijn de gegevens uit de begroting 2012, de begroting 2011 en de jaarrekening voor 2011 opgenomen.

Lesgelden 2012/2013

Uitgangspunt voor de vaststelling van de lesgelden is de door het algemeen bestuur in begroting 2011 vastgestelde meerjarenraming. Het lesgeld voor het schooljaar 2010/2011 is door het algemeen bestuur vastgesteld in de vergadering van 25 november 2010. Samen met de begroting 2012 dient het algemeen bestuur op 28 juni 2012 een besluit te nemen over de lesgelden voor het schooljaar 2012/2013.

Een overzicht van de voorgestelde lesgelden is te vinden op bijlage 5-I van deze begroting. De tarieven zijn in het algemeen met 20% verhoogd.

(8)

2. BELEIDSBEGROTING

Algemeen

Het programmaplan kent acht (hoofd)programma’s die allen gebaseerd zijn op dezelfde maatschappelijke doelstelling.

Missie en doelstelling

Het bevorderen van de participatie in kunst en cultuur met het doel een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de identiteit van kinderen, jongeren, volwassenen en de samenleving.

Visie

Kunsteducatie is voor iedereen en kent meerdere disciplines en uiteenlopende vormen, waarbij de actieve of receptieve ontwikkeling centraal staat.

De ZMS reageert op ontwikkelingen en wensen in de samenleving en werkt tevens proactief. De ZMS draagt bij aan samenhang in de Zeeuwse gemeenschap, verbindt en overbrugt, en is daarmee een onmisbaar onderdeel in de sociale structuur.

De ZMS onderscheidt zich door haar kwaliteit, samenhangend programma en haar vermogen om een balans te vinden in de individuele en groepsgerichte ontwikkeling. Zij levert een belangrijke bijdrage aan de sociale ontwikkeling door het samenspelen in haar inhoudelijk beleid centraal te stellen.

De (hoofd)programma’s zijn:

1. AMV 2. Opleidingen 3. Verenigingen 4. Ensembles/bands 5. Volwassenen

6. Korte cursussen/projecten

7. Activiteiten ter ondersteuning van het regulier onderwijs 8. Overhead

Deze programmaonderdelen vertegenwoordigen een compleet spectrum aan activiteiten. Het programma is gebaseerd op vragen en behoeften uit de samenleving, waarbij de kwaliteit en expertise van de specialisten van de instelling de basis is voor de vormgeving van de activiteiten.

(9)

2.1 Programmaplan

2.1.1. Programmaplan Algemene Muzikale Vorming (AMV)

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Algemene muzikale vorming 104.550 105.870 -1.320 1. Doelstelling:

Het bevorderen van de muzikale ontwikkeling van met name kinderen in het kader van persoonlijke ontplooiing en meer specifiek, als voorbereiding op en/of ondersteuning van een te volgen vocale of instrumentale opleiding.

Activiteiten

Aan onderhavig programma verlenen 5 docenten hun medewerking, werden in 2010 meer dan 590 leerlingen bereikt en er wordt hieraan in totaal meer dan 40 uren per week besteed.

De begroting voor 2012 gaat uit van 631 leerlingen.

Uit de jaarcijfers blijkt dat er vanaf 2006 een terugloop is in de deelnemers AMV van 35%.

Dit heeft tot gevolg dat AMV klassen steeds kleiner worden, waardoor de opbrengsten onvoldoende opwegen tegen de kosten.

Het aantal potentieel geïnteresseerde jonge kinderen in AMV zal per definitie afnemen. Deze conclusie is gebaseerd op de huidige demografische. De verminderde belangstelling heeft als andere belangrijk oorzaak dat het onderwijs op de scholen, zoals dat wordt verzorgd binnen programma 7, voor een deel in de behoeften voorziet van deze leeftijdsgroep.

De AMV lessen vinden vooral op de kernlocaties plaats en worden op andere plaatsen uitgezet waar dit organisatorisch tot de mogelijkheden behoort. Daarbij wordt op dit moment een gemiddelde groepsgrootte gehanteerd van 15 leerlingen.

De AMV opleiding bestaat op dit moment uit een tweejarige opleiding.

Een te geringe instroom in het eerste jaar heeft tot gevolg dat de leerlingenaantallen per groep verkleinen. Dit effect wordt nog eens extra versterkt bij de doorstroming naar het tweede jaar: er bestaat dan wel de mogelijkheid tot uitschrijving terwijl er nauwelijks sprake is van extra instroom, aangezien het tweede jaar sterk geënt is op datgene dat in het eerste jaar behandeld is.

Doelstelling 2012

Het programma algemene muzikale vorming zal worden vervangen door een programma getiteld:

Muziek op maat. Binnen dit programma is een volledige leerlijn opgenomen voor kinderen vanaf 1 jaar t/m groep 8 van de basisschool.

Muziek op schoot : kinderen van 1 – 4 jaar Muziek spelenderwijs : groep 1 en 2 basisonderwijs

Muziek doe je mee : groep 3 en 4 basisonderwijs (voorheen AMV) Muziek moet je doen : groep 5 en 6 basisonderwijs

Kinderkoor : groep 5-8 basisonderwijs

Het programma ‘Muziek doe je mee’ kan ook uitstekend worden ingezet binnen basisscholen.

Deze programma-indeling biedt meer mogelijkheden tot sturing, aangezien het geen tweejarige opleiding meer betreft.

Het minimaal aantal leerlingen per groep zal worden verlaagd naar 10 leerlingen per groep. De mogelijkheden tot groepsvorming binnen de verschillende kernen (op locatie) wordt hierdoor vergroot. Deze aanpassing is doorvertaald binnen het tarief.

(10)

2.1.2 Programmaplan Instrumentaal en vocaal klassiek/traditioneel en pop en jazz

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Instrumentaal klassiek/traditioneel

en pop & jazz 1.299.938 1.315.968 -16.030

Instrumentaal en vocaal klassiek/traditioneel

Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie binnen het terrein van kunst en cultuur, waardoor een bijdrage geleverd wordt aan de culturele ontwikkeling van mensen die wonen en werken binnen onze taakomgeving.

Middelen:

Deze doelstelling wordt bereikt middels een breed aanbod van opleidingen binnen de discipline muziek. Deze opleidingen worden verzorgd door een team van gekwalificeerde docenten.

Reguliere activiteiten

Het gaat hier om instrumentale en vocale opleidingen die zowel in kleine groepen als individueel worden verzorgd.

Gerealiseerd beleid in relatie tot de doelstelling 2011

De, in 2009 ingezette, doorlopende leerlijn in combinatie met de uigezette producten binnen het basisonderwijs heeft positieve effecten gehad op het resultaat binnen dit programma. Er valt een groei te constateren van 10% ten opzichte van 2010.

De wachtlijsten binnen de ZMS zijn gereduceerd, hetgeen ook omschreven stond in de doelstelling voor 2011. Dit is bereikt middels het hanteren van een hogere klokuurdeler in, met name, het aanvangsonderwijs.

Doelstelling 2012

Groepsgericht onderwijs zal de basis worden van het aanvangsonderwijs.

Om het aanvangsonderwijs voor een zo groot mogelijke groep bereikbaar te houden zal het basistarief niet stijgen, maar zelfs licht dalen.

De automatische koppeling tussen het leerjaar waarin de leerling zich bevindt en de daaraan gekoppelde lesminuten zal gaan verdwijnen. Binnen het huidige systeem bepaalt de school hoeveel lesminuten een leerling binnen een bepaalde fase toegewezen krijgt, vanaf 2012 wordt het aantal lesminuten door de leerling bepaald. Uitbreiding van lestijd wordt vervolgens doorberekend aan de leerlingen. Deze maatregel wordt mede ingegeven door een bezuinigingsopdracht, maar is tevens een start van een omschakeling van aanbodgericht naar meer vraaggericht onderwijs.

Deze vraaggerichtheid zal ook worden doorvertaald binnen het inhoudelijke onderwijsprogramma.

Wijze van behalen van de doelstellingen

Meer gebruik maken van moderne media en daardoor mogelijkheden scheppen om leerlingen ook binnen meer groepsgericht onderwijs verantwoord en kwalitatief goed te kunnen blijven begeleiden. Een eerste aanzet is hiertoe reeds gegeven.

Ontwikkelen van nieuw beleid waarbinnen eerder genoemde zaken ook in een inhoudelijke context

(11)

Activiteiten Pop en Jazz

Het betreft hier zowel de instrumentale als vocale opleidingen die specifiek gericht zijn op de terreinen pop en jazz. Naast de individuele ontwikkeling wordt ruimschoots gelegenheid geboden tot samenspel (in de vorm van bands tot Big Bands), podiumpresentaties en verdieping en verbreding van het totale aanbod middels projectdagen.

Gerealiseerd beleid 2011 en doelstelling 2012

Er kan gesproken worden van een levendige sectie, waar zowel de docenten, de leerlingen als het management ruimte bieden tot uitbreiding van deze diensten. We kunnen vaststellen dat het instrumentarium in bijna de volledige breedte wordt aangeboden. Wat betreft samenspel wordt de doelstelling van vorig jaar bereikt. De afstemming tussen vraag en aanbod heeft binnen deze sector bijzondere aandacht vanwege de “trendgevoeligheid”.

Steeds meer wordt duidelijkheid dat de scheiding tussen de traditionele instrumentale opleidingen en de pop en jazz sector begint te vervagen. Er worden steeds meer dwarsverbanden gelegd, waardoor het voor een leerling ook mogelijk is zich op beide terreinen te begeven.

Deze ontwikkeling is positief en zal ook beleidsmatig worden ondersteund en versterkt.

Samenwerkingsverbanden:

1. Jazzfestival Middelburg: de ZMS verzorgt het onderdeel Junior Jazz Awards Zeeland en zal gaan voor uitbreiding van de locaties.

2. De Bigband van de ZMS is gevraagd om een internationale uitwisseling te bewerkstelligen met een Bigband uit een ander land. Deze samenwerking zal gestalte krijgen door een uitwisselingsprogramma met de BigBand van Lier (België). Deze uitwisseling zal plaatsvinden in het voorjaar van 2012. Op deze manier zal de bekendheid en het netwerk van de ZMS ook internationaal worden uitgebreid.

(12)

2.1.3 Programmaplan Verenigingsopleiding

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Verenigingsopleiding 663.517 671.807 -8.290

Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie in kunst en cultuur met het doel een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de identiteit van mensen en hun samenleving.

Reguliere activiteiten

Het betreft hier gecombineerde, individuele en ensemblelessen. Tevens worden er uitvoeringen, workshops en play-ins georganiseerd. Aan de hafabra (harmonie, fanfare, brassband) opleiding worden 276 docenturen les per week besteed. Hieraan zullen naar verwachting 769 leerlingen deelnemen.

Gerealiseerd beleid en doelstelling 2012

De geformuleerde doelstelling voor 2011 is gerealiseerd. Tegelijkertijd wordt echter opnieuw bevestigd dat de belangstelling binnen dit programma geleidelijk afneemt. Reden hiervoor is de dalende belangstelling van, met name de jeugd, voor de diverse hafabra-orkesten.

Verder valt een duidelijke uitstroom waar te nemen van jongeren vanaf 17 jaar die elders in het land gaan studeren.

De opleidingen van de Zeeuwse Muziekschool zijn voor de verenigingen binnen Zeeland van groot belang. Dit heeft betrekking op zowel de continuïteit als de kwaliteit van de verenigingen. De verenigingen vormen een belangrijke factor binnen het culturele leven van hun directe omgeving.

Wijze van behalen van de doelstelling:

- Ondersteuning van de verenigingen, door de ZMS, bij wervingsactiviteiten.

- Kwaliteitsbevordering, middels korte cursorische activiteiten, voor reeds functionerende leden binnen de verenigingen.

- voor leerlingen die actief zijn binnen verenigingen gelden lagere tarieven.

- Meer differentiatie binnen de opleidingstructuur:

 Een opleiding volgens de eisen van het landelijk raamleerplan

 Een opleiding die overeenkomt met het gestelde onder programma 2

De opleiding volgens het landelijk raamleerplan is gebaseerd op, landelijk, geformuleerde eisen.

Dit betreft een extra pakket op het gebied van theoretische en receptieve vorming.

Verder bestaat er een examenverplichting waarna een landelijk diploma wordt verstrekt.

Voor de lessen volgens het landelijk raamleerplan geldt een meerprijs

Tot op heden werden alle lessen binnen de verenigingsopleiding volgens de eisen van het raamleerplan verzorgd. Deze verplichting komt te vervallen.

Wanneer niet gekozen wordt voor lessen volgens het raamleerplan, zullen de lessen verzorgd worden zoals uitgewerkt onder programma 2. De inhoud van alle lessen zal gericht zijn op het functioneren binnen de vereniging.

(13)

2.1.4. Programmaplan Ensemblespel

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Verenigingsopleiding 65.235 65.971 -736

Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie binnen het terrein van kunst en cultuur, waardoor een bijdrage geleverd wordt aan de culturele ontwikkeling van mensen die wonen en werken binnen onze taakomgeving.

Reguliere activiteiten:

Afhankelijk van het aantal deelnemende leerlingen is de lesduur van ensembles 45 of 60 minuten per week. Vier ensembles met een bovenregionale betekenis repeteren wekelijks 90 minuten.

Op dit moment bestaat 24% van het aantal ensembles uit bands die gericht zijn op pop en jazz.

Doelstelling 2012

Beleidsmatig is er een aantal jaren ingezet op samenspel als verrijking van de individuele lesvorm.

Door de tarieven van het ensemblespel laag te houden is geprobeerd het samenspel extra te stimuleren. Echter, een groei van het aantal leerlingen is niet gerealiseerd en sinds een aantal jaren sluit dit programma af met een negatief saldo. De oorzaak van het negatief saldo heeft twee oorzaken: de tarieven zijn te laag en de groepsgrootte te klein. Verder zal samenspel vanaf 2012 gestimuleerd

Ensemblespel wordt nog als zeer belangrijk ervaren, vanwege de meerwaarde die het biedt aan de totale opleiding. Tegelijkertijd valt waar te nemen dat de grote diversiteit van de ensembles hier en daar leidt tot onderbezetting, hetgeen leidt tot gewijzigd beleid voor 2012.

Vanaf schooljaar 2012-2013 zullen de criteria, waaraan een ensemble moet voldoen, worden bijgesteld. Daarbij vormen een minimale groepsgrootte en de uitstraling die een ensemble heeft binnen het werkgebied van de ZMS een belangrijke factor.

Reeds bestaande ensembles zullen worden getoetst op deze criteria, hetgeen zal betekenen dat een aantal ensembles zullen verdwijnen. Hierdoor ontstaat ook de mogelijkheid om eventueel nieuwe ensembles te starten en daarmee aan te sluiten op de actualiteit.

Wijze van behalen doelstelling

- De minimale deelname aan een ensemble gaat in principe 12 leerlingen bedragen.

- Op dit moment bestaat er een automatische koppeling tussen het aantal ensemble uren en de uren die verzorgd worden binnen de instrumentale sector op basis van een percentage. Deze koppeling zal verdwijnen. De reden hiervan is dat meerdere ensembles onderbezet zijn.

- De bijdrage van leerlingen die deelnemen aan het ensemblespel zal worden verhoogd.

- Kleinere ensembles kunnen binnen dit programma opgenomen worden mits ze voldoen aan een aantal criteria die met name te maken hebben met de uitstraling van de ZMS. Ook de frequentie dat opgetreden wordt, zal daarbij een rol spelen.

(14)

2.1.5 Programmaplan Volwassenenonderwijs (instrumentaal, vocaal)

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Volwassenenonderwijs 147.420 149.359 -1.939

Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie binnen het terrein van kunst en cultuur, waardoor een bijdrage geleverd wordt aan de culturele ontwikkeling van mensen die wonen en werken binnen onze taakomgeving.

Reguliere activiteiten:

Het volwassenenonderwijs is een reguliere activiteit. Deze activiteit is kostendekkend waar het gaat om de variabele kosten. Het volwassenenonderwijs kan gezien worden als een vorm van contractonderwijs: cursisten hebben mede invloed op de inhoud van het lesprogramma. De meest gekozen lesvorm is die van 18 lessen per jaar, individueel af te spreken met de docent. Het aantal lessen is gegarandeerd. Gemiddelde lestijd per week: 13,5 minuten.

Gerealiseerd beleid in relatie tot de doelstelling 2011

Ten opzichte van de begroting 2011 is er sprake van een stijging van 5,7 procent. Dit betekent dat dit programma zich stabiliseert en ongeveer overeenkomt met het niveau in 2010.

Dit komt overeen met de geformuleerde doelstelling voor 2011.

Doelstelling 2012

In 2012 zullen de kosten, die binnen dit programma worden gemaakt, in overeenstemming gebracht worden met de opbrengsten. Uitgangspunt bij dit programma is kostendekking op de variabele kosten.

Wijze van het behalen van de doelstelling - Het invoeren van een tariefsverhoging.

- Het volwassenentarief in te laten gaan op 19 jarige leeftijd. Voor leerlingen tussen 19 en 21 jaar hoeft er nog geen BTW afgedragen te worden hetgeen de, voor hun geldende, prijsstijging iets milder maakt.

- Blijvend inzetten op flexibiliteit, kwaliteit en het verder ontwikkelen van nieuwe lesvormen.

(15)

2.1.6 Programmaplan Overige activiteiten (korte cursussen en projecten)

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Overige activiteiten 330.345 330.345 0

Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie binnen het terrein van kunst en cultuur, waardoor een bijdrage geleverd wordt aan de culturele muzikale ontwikkeling van mensen uit diverse leeftijdscategorieën.

Reguliere activiteiten:

Voor de activiteiten in programma 6 wordt uitgegaan van kostendekking van de variabele kosten.

Er zijn drie sub categorieën binnen programma 6 aan te wijzen, nl.

Programma 6a: Detachering Terneuzen Programma 6b: Overige activiteiten

Programma 6c: Cursussen leeftijdsgroepen 1 t/m 8 jaar Programma 6d: Centrum kunsteducatie Oosterschelderegio Ad 6a:

De permanente detachering van docenten van de ZMS bij Toonbeeld wordt in dit deelprogramma separaat zichtbaar gemaakt.

Ad 6b:

Momenteel vallen onder ‘overige activiteiten’ alle activiteiten die niet binnen de andere

programma’s zijn opgenomen. Het betreft o.a. projecten, korte cursussen, de vooropleiding tot het conservatorium en de samenwerking met Jazzfestival Middelburg.

Ad 6c:

Dit programma richt zich op de jongste leerlingen van de ZMS (1 t/m 8 jaar oud) en hun ouders c.q. verzorgers, zoals ‘Muziek op Schoot’ en ‘Muziek Spelenderwijs’. Deze activiteiten zijn allemaal oriënterend of algemeen (muzikaal) vormend van aard.

Dit programma kent een zekere “overlap”met programma 1, Algemene Muzikale Vorming.

Een verschuiving van activiteiten tussen programma 1 en programma 6 valt in 2012 te verwachten.

Ad 6d:

In dit deelprogramma worden de activiteiten die gepaard gaan met de loketfunctie kunsteducatie separaat zichtbaar gemaakt.

Gerealiseerd beleid en doelstelling 2012

In 2011 zijn 74 wekelijkse klokuren binnen dit programma gerealiseerd. Ten opzichte van de begroting 2011 betekent dit een stijging van 8%. Dit is mede toe te schrijven aan het feit dat het proces van samenwerking met andere muziekinstituten (zie hieronder) gestaag leidt tot een groeiend aantal activiteiten. De doelstelling voor 2012 is dan ook dit aantal activiteiten verder uit te breiden op basis van inhoudelijke programma’s, waarbij vraaggerichtheid het uitgangspunt zal zijn. Dit geldt met name voor de doelgroep volwassenen: het verzorgen van een laagdrempelig aanbod, gericht op actualiteit, op basis van lesvormen die een afgebakende en overzichtelijke periode omvatten.

Beleid 2012 met betrekking tot samenwerking

De samenwerking met Toonbeeld Terneuzen verloopt positief. Er worden gezamenlijk bepaalde activiteiten georganiseerd, zoals een studiedag, het gezamenlijke aanbieden van bijscholings- cursussen voor de docenten en het verkennen van elkaars programma om bepaalde onderdelen steeds meer op elkaar te kunnen afstemmen. Verder verloopt de detachering van onze docenten aan Toonbeeld naar tevredenheid. Ook de samenwerking met het management verloopt soepel en er wordt door beide partijen en derden positief op gereageerd.

De samenwerking met de stichting MusicalXpres is inmiddels afgebouwd waar het gaat om de financiële en administratieve ondersteuning vanuit de Zeeuwse Muziekschool. Dit is in lijn met de oorspronkelijk gemaakte afspraken, waarbij de Zeeuwse Muziekschool een rol zou spelen tot op het moment dat de organisatie volledig zelfstandig zou kunnen functioneren.

(16)

Het blijft voor de Zeeuwse Muziekschool mogelijk om producten af te nemen bij genoemde stichting, dit op basis van marktconforme afspraken.

De samenwerking met het kunstencentrum ‘CKB De Maagd’ uit Bergen op Zoom begint steeds meer vorm te krijgen. Een aantal leerlingen van de Zeeuwse Muziekschool volgen lessen binnen dit instituut. Het gaat dan met name om die vakken die niet verzorgd kunnen worden binnen de, aangrenzende, gemeente Tholen vanwege een te klein leerlingenaantal voor een bepaalde discipline. Deze leerlingen staan ingeschreven bij de Zeeuwse Muziekschool, de uitvoering van deze lessen wordt uitbesteed aan CBK de Maagd.

Verder worden gezamenlijke programma’s voorbereid met name op het gebied van kort cursorisch onderwijs voor volwassenen en projecten binnen basisscholen.

In 2011 is de Loketfunctie Oosterschelderegio geheel overgedragen aan de Zeeuwse Muziekschool, dit in opdracht van het SWVO. Hierdoor wordt de discipline ‘muziek’ uitgebreid met andere kunstdisciplines. De nadruk zal liggen op het behouden van een onafhankelijke positie van de loketfunctie binnen de muziekschool.

Toekomst

De ZMS verzorgt elk jaar vele extra concerten en optredens. Vanuit diverse geledingen van de maatschappij wordt om onze medewerking gevraagd:

- het organiseren van, meewerken aan of het verzorgen van concerten of festivals.

- het starten van pilot projecten binnen diverse organisaties.

- Het mede vormgeven van een meer structurele invulling van verschillende activiteiten binnen organisaties die doelgroepgericht zijn zoals bijv. ouderen en mensen met een beperking.

Om deze vragen adequaat te kunnen vertalen naar aanbod wordt de mogelijkheid onderzocht om te komen tot een projectbureau. Hierdoor worden dergelijke activiteiten meer zichtbaar en wordt een beleidsmatige inbedding gerealiseerd.

(17)

2.1.7 Programmaplan Activiteiten ten behoeve van het regulier onderwijs

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

(Variabele kosten)

Muzikale vorming regulier

onderwijs 112.075 112.075 0

Aanbieden en uitvoeren van muziekprojecten Doelstelling:

Het bevorderen van de participatie in kunst en cultuur met het doel een bijdrage te leveren aan de muzikale ontwikkeling van jonge mensen en hun samenleving.

Dit betekent dat er wordt gestreefd naar het leveren van een bijdrage aan de kwaliteit en diversiteit van het muziekonderwijs aan kinderen in met name het primair onderwijs. Tegelijkertijd zal de aandacht blijven uitgaan naar het voortgezet onderwijs.

Op deze manier wordt een beleidsmatige invulling gegeven aan een bredere, maatschappelijke en culturele, inbedding van het muziekschoolonderwijs.

Activiteiten

De activiteiten binnen programma 7 zijn te onderscheiden in 2 categorieën, namelijk:

- Muziekprojecten: deze kennen een omvang van 1 tot 3 lesuren

- Integratieproject: hiermee wordt een ‘lange leerlijn’ bedoeld binnen het basisonderwijs. In totaal worden er 18 lessen per jaar per school door diverse docenten aangeboden, dit in een tweewekelijkse frequentie. Tegelijkertijd worden er ook lesbrieven verzorgd, waarmee de basisschooldocent zelf gedurende de andere weken de muzieklessen kan continueren.

Gerealiseerd beleid 2011 en doelstelling 2012

Binnen de begroting worden twee termen gebruikt die een nadere toelichting behoeven, nl. de termen leerlingenbereik en leerlingenaantal. De term leerlingenbereik heeft te maken met het aantal kinderen dat bereikt wordt met de korte projecten, zoals hierboven aangegeven in de eerste categorie. Het gaat hier om grote groepen, klassikaal of zelfs meerdere groepen tegelijkertijd.

De term leerlingenaantal heeft te maken met het aantal leerlingen dat de lessen volgt binnen o.a.

het zogenaamd integratieproject, ofwel de projecten die een meer structureel karakter hebben.

De verwachte stijging binnen dit programma is uitgebleven, maar heeft zich gestabiliseerd op het niveau van 2010. Reeds gerealiseerde en nog te verwachten wijzigingen binnen de bekostigings- systematiek van culturele activiteiten binnen basisscholen vormen hier mede de oorzaak van.

Verder is er sprake van een daling van het aantal leerlingen binnen het basisonderwijs.

Tegelijkertijd zien we een duidelijke beweging in de richtring van de verlengde schooldag en de brede school. De doelstelling voor 2012 is dan ook deze beweging om te zetten in beleid hetgeen hieronder wordt aangegeven.

Beleid 2012 - 2013

De activiteiten die in 2011 gerealiseerd zijn zullen worden voorgezet, maar ook worden uitgebreid:

Naast het “binnenschoolse” traject zal er een vertaling plaatsvinden naar het”buitenschoolse”

traject”: brede scholen en verlengde schooldag. Het zal dan gaan om muziekprojecten met een eigen karakter, een eigen dynamiek waarbij een brede participatie één van de uitgangspunten vormt. Binnen het meerjarenbeleid van de Zeeuws Muziekschool zal dit aspect nader worden uitgewerkt.

(18)

2.1.8 Programmaplan Overhead

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

Overhead (niet-toerekenbare

kosten) 1.524.552 1.193.686 330.866

Overhead (vaste kosten) 425.659 401.381 24.278

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

Uittreedsom Terneuzen:

Overhead (niet-toerekenbare

kosten) 0 45.087 -45.087

Overhead (vaste kosten) 0 24.278 -24.278

Gewijzigde Begroting 2012 Lasten Baten Saldo

Totale Bijdrage SWVO (loket):

Overhead (niet-toerekenbare

kosten) 0 139.780 -139.780

1. Doelstelling:

- Het bevorderen van de participatie in kunst en cultuur met het doel een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de identiteit van mensen en hun samenleving.

- De ondersteuning van de overige programma’s op het gebied van management, (financiële) administratie, secretariële en facilitaire ondersteuning en systeembeheer.

Daarnaast worden een aantal randvoorwaarden geschept ten behoeve van de uitvoering van de programma’s in de vorm van bijvoorbeeld bijscholing, informatie en communicatie, verzekering en rechtspositionele verplichtingen.

2. Wijze van behalen van de doelstelling:

Het aanbieden van ondersteunende diensten die aansluiten op de vraag die voortvloeit uit de verschillende programma’s, waarbij mensen en middelen zo efficiënt en effectief mogelijk worden ingezet.

Aanvullende projecten die gerealiseerd dienen te worden ten behoeven van het behalen van de doelstelling zijn:

- Verdere verbetering van het hart van de automatisering zodat de beheersbaarheid, effectiviteit en flexibiliteit van de verwerking en output zal toenemen. Hiertoe is een bestemmingsreserve gevormd.

- Het vernieuwen van de telefooncentrale.

- In een aantal gevallen een effectievere invulling geven aan de ondersteunende functie.

- Inwinnen van advies aangaande personele wijzigingen.

(19)

PARAGRAFEN

2.2.1 Weerstandsvermogen en risico’s

Begrippen kader

- Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen geeft de mate van robuustheid van de begroting aan. Door aandacht te besteden aan een voldoende omvang van het weerstandsvermogen kan worden voorkomen dat elke financiële tegenvaller moet leiden tot bezuinigingen. Voor het beoordelen van de robuustheid van de begroting is inzicht nodig in de aanwezige weerstandscapaciteit en in de omvang en achtergronden van de risico’s. Het weerstandsvermogen wordt gedefinieerd als de weerstandscapaciteit in relatie tot de risico’s.

- Weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden waarover de muziekschool beschikt om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, te dekken. Daarbij kan onderscheid worden gemaakt tussen incidentele en structurele weerstandscapaciteit.

- Risico’s

De risico’s die voor het weerstandsvermogen relevant zijn, zijn die risico’s die niet anderszins worden ondervangen. Voorbeelden van dergelijke risico’s zijn de ondernemersrisico’s of bedrijfsrisico’s.

Eigen vermogen

Voor de Zeeuwse Muziekschool geldt dat het eigen vermogen als weerstandsvermogen dient. Het eigen vermogen bestaat uit de saldireserves (en eventueel de bestemmingsreserves).

De dotatie aan de saldireserve in 2012 bedraagt € 27.732,-. Hiermee valt de algemene reserve binnen het toegestane maximum van 5% van de jaaromzet. Verder is er een egalisatiereserve gevormd van € 5.550 ten behoeve van de activiteiten van het kunsteducatie loket. De middelen die hiervoor gebruikt zijn, zijn afkomstig van het SWVO en maken dus geen deel uit van de gemeentelijke bijdrage.

Algemene reserve:

Stand per 01-01-2011 € 153.161

toevoeging 2011 17.449

Onttrekking 2011 -16.961

toevoeging 2012 28.316

Onttrekking 2012 100.000

Stand per 31-12-2012 € 81.965

Bestemmingsreserve automatisering:

Stand per 01-01-2011 € 65.807

toevoeging 2011 25.900

Onttrekking 2011 - 6.508

toevoeging 2012 -

Onttrekking 2012 - 40.000

Stand per 31-12-2012 € 45.199

Risico’s

Er zijn geen risico's bekend met betrekking tot claims van derden, mogelijke aanspraken van derden, (on)zekerheden inzake investeringen, wijzigingen in subsidie- of bijdragevoorwaarden enzovoorts.

De Zeeuwse Muziekschool is, als publiekrechtelijke instelling, eigenrisicodrager voor de werkloosheidswet. Van toepassing zijn de werkloosheidsregeling en de regeling voor uitkering bij ziekte van de gemeente Middelburg. Het risico van werkloosheid, bijvoorbeeld door teruglopende belangstelling voor een vak of door reorganisatie, komt voor rekening van de gemeenschappelijke regeling de Zeeuwse Muziekschool. Bovendien is de verplichting dat het salaris bij ziekte 0,5 jaar volledig en 1,5 jaar gedeeltelijk wordt doorbetaald niet door een verzekering afgedekt. Hiervoor is geen specifieke financiële voorziening getroffen.

(20)

In figuur 2 is zichtbaar gemaakt welke weerstandscapaciteit nu tegenover de financiële risico’s staat.

De conclusie is dat de weerstandscapaciteit met de huidige regelgeving vanuit de gemeenschappelijke regeling voldoende is om de risico’s het hoofd te bieden. De primaire weerstandscapaciteit bestaat uit de algemene reserve, langlopende voorzieningen en ruimte in de begroting. De gemeenschappelijke regeling voorziet in risicodekking onder artikel 29 1 e. van de Gemeenschappelijke Regeling de Zeeuwse Muziekschool.

2.2.2 Onderhoud kapitaalgoederen

De voor de hand liggende kapitaalgoederen zoals genoemd in de BBV zijn er niet.

De panden zijn afgedekt met een lange termijn onderhoudsplanning en een daarop gebaseerde toereikende voorziening.

Onderhoudsvoorziening:

Stand per 01-01-2011 € 110.573

toevoeging 2011 25.000

onttrekking 2011 -48.131

onttrekking 2012 -50.000

Stand per 31-12-2012 € 37.442

2.2.3 Financiering

Algemene ontwikkeling

De treasuryfunctie is als volgt te definiëren:

de treasuryfunctie omvat alle activiteiten die zich richten op het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. De treasuryfunctie bestaat uit vier deelfuncties: risicobeheer, gemeentefinanciering, kasbeheer en debiteuren- en crediteurenbeheer.

W

Weeeerrssttaannddssvveerrmmooggeenn

 WW en ziektekosten

 Nieuw beleid

 Garantieverplichtingen

 Bezuinigingen gemeenten R

Riissiiccoo’’ss

 Algemene reserve

 Langlopende voorzieningen

 Ruimte op de begroting

 Gemeenten (via GR) WeWeeerrssttaannddssccaappaacciitteeiitt

S

Saammeennlloooopp rriissiiccoo’’ss FFlleexxiibbiilliitteeiitt Figuur 2 Weerstandsvermogen ZMS

Wstandsvermogen

(21)

- Minimaliseren van rentekosten dan wel, met inachtneming van het bovenstaande, het optimaliseren van het rendement van beschikbare liquiditeiten c.q. langlopend uitgezette middelen zoals leningen u/g.

Binnen het treasurybeleid en in relatie tot de op te stellen meerjarenbegroting hebben wij een liquiditeitsprognose opgesteld welke periodiek wordt geactualiseerd.

De begrote rentebaten voor uitstaande liquiditeiten zijn afhankelijk van de tarieven op de geldmarkt en kunnen daarom zowel positief als negatief worden beïnvloed. Uitgegaan wordt van een lage omvang van de liquide middelen in verband met het instellen van tien betalings- termijnen. De opbrengst is ook mede afhankelijk van de rentestand, aangezien de middelen risicoloos worden uitgezet in rekening-courant bij de bank.

2.2.4 Bedrijfsvoering

De ontwikkeling van de bedrijfsvoering vloeit voort uit het meerjarenbeleidsplan van de Zeeuwse Muziekschool.

In 2012 wordt aan de hand van het jaarwerkplan op de volgende gebieden gewerkt aan optimalisering van de bedrijfsvoering:

1. Personeel 2. Organisatie 3. Financiën

4. PR/Communicatie/Marketing Ad 1. Personeel

Een veranderende organisatie stelt andere eisen aan zijn medewerkers, waardoor een goed flankerend personeelsbeleid van groot belang is. Binnen het sociaal beleid behoeven preventief en curatief beleid, deskundigheidsbevordering en competentieontwikkeling ruime aandacht.

Preventief en curatief beleid

De beleidslijn zoals die vanaf 2006 is ingezet wordt voortgezet. De doelstelling is middels dit beleid het gemiddelde ziekteverzuimpercentage in 2012 zo laag mogelijk te houden. In algemene zin kan worden gesteld dat de verouderende beroepsbevolking effect kan hebben op het ziekteverzuim- percentage, met name door langdurige ziekten

Deskundigheidsbevordering.

Als onderdeel van het invoeren van ambitiemanagement is een Planning en Evaluatie systeem ingevoerd. Een jaarlijks vast te stellen onderwijsplan vormt hier onderdeel van. Het onderwijsplan dient zowel de realisatie van de persoonlijke als instelling ontwikkelingsdoelen.

Thema’s in 2012 zijn vakinhoudelijke deskundigheidsbevordering bij een veranderende marktvraag en competentieontwikkeling voortkomend uit de ambities van medewerkers en organisatie.

Om dit doel zo efficiënt mogelijk te kunnen bereiken is samen met de collega-instellingen in Brabant en de Kunstbalie een zogenaamde bedrijfsschool opgericht. Collectieve scholing en uitwisseling van deskundigheid wordt hierdoor bevorderd.

Ad 2. Organisatie (en Benchmark)

De verhouding management/ondersteuning bedraagt 35%-65%, conform de te realiseren doelstelling in het meerjarenbeleidsplan. De verhouding output (kosten voor activiteiten) en overhead is ook zeer gunstig ten opzichte van het landelijk gemiddelde. De ZMS levert mede hierdoor zijn producten gemiddeld meer dan 20% goedkoper aan de deelnemende gemeenten.

Ontwikkeling ondersteuning

In de ontwikkeling van de diensten die door de FES worden uitgevoerd ter ondersteuning van het primaire proces zullen enkele belangrijke stappen worden gezet. Onder andere zal het hart van de telefonie zijn vernieuwd, zodat de effectiviteit en flexibiliteit zal toenemen. Tevens zal de organisatie zich verder ontwikkelen, zodat de functie van bedrijfsbureau tegen een kostendekkend tarief kan worden aangeboden aan derden/samenwerkende partijen.

Planning en Control

De afdeling FES zal het integraal planningsysteem, waarvan de opzet reeds is gestart, voltooien.

Het betreft hier de planning van alle niet-onderwijs activiteiten. De planning heeft ook een informatiefunctie zowel naar het publiek als naar de eigen medewerkers.

Ad 3. Financiën

In het kader van de bezuinigingen levert het doorrekenen van een aantal scenario's hier een

(22)

belangrijke bijdrage aan. Goede management informatie is in deze periode van groot belang.

Ad 4. PR/Communicatie/Marketing

Uitgangspunt voor het beleid is het vastgestelde communicatiebeleidsplan. Een belangrijk accent in 2012 ligt op de interne en externe communicatie om het meerjarenbeleidsplan 2012 -2015 vorm te geven en uit te dragen aan o.a. gemeenten. Tevens zal opnieuw aandacht worden besteed aan de verbetering van de vormgeving van activiteiten aan specifieke doelgroepen.

(23)

3. FINANCIELE BEGROTING

OVERZICHT VAN DE BATEN EN LASTEN

Omschrijving Jaarrekening 2011 Begroting 2011 Begroting 2012

Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo

Programma's

(Variabele kosten)

Algemene muzikale vorming 95.869 92.896 2.973 102.742 103.478 -736 104.550 105.870 -1.320

Instrumentaal klassiek/traditioneel en Pop & jazz 1.454.296 1.450.773 3.523 1.356.391 1.366.551 -10.160 1.299.938 1.315.968 -16.030

Verenigingsopleiding 645.509 671.781 -26.273 669.648 674.628 -4.980 663.517 671.807 -8.290

Ensemblespel 87.179 67.931 19.247 64.091 64.565 -474 65.235 65.971 -736

Volwassenenonderwijs 151.930 133.776 18.154 141.686 142.785 -1.099 147.420 149.359 -1.939

Overige activiteiten 192.369 188.659 3.710 177.312 177.312 0 330.345 330.345 0

Muzikale vorming regulier onderwijs 91.965 107.009 -15.044 121.709 121.709 0 112.075 112.075 0

Overhead (niet-toerekenbare kosten) 1.010.159 998.485 11.674 1.025.195 996.095 29.100 1.524.552 1.193.686 330.866

Uittreedsom Terneuzen 42.774 -42.774 42.774 -42.774 45.087 -45.087

Subsidie SWVO 139.780 -139.780

Overhead (vaste kosten) 402.670 403.290 -620 403.243 403.243 0 425.659 401.381 24.278

Uittreedsom Terneuzen 23.976 -23.976 23.976 -23.976 24.278 -24.278

Subtotaal programma's 4.131.946 4.181.351 -49.405 4.062.017 4.117.116 -55.099 4.673.291 4.555.607 117.684

Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien

Rente baten 8.612 -8.612 0 5000 -5.000 0 6.000 -6.000

Subtotaal Alg. dekkingsmiddelen & onvoorzien 0 8.612 -8.612 0 5.000 -5.000 0 6.000 -6.000

Resultaat vóór bestemming 4.131.946 4.189.963 -58.017 4.062.017 4.122.116 -60.099 4.673.291 4.561.607 111.684

Mutaties in reserves

Algemeen 17.449 17.449 17.449 17.449 28.316 28.316

Bestemmingsreserve automatisering 25.900 25.900 25.900 25.900

Onttrekking aan bestemmingsreserve automatisering 6508 -6508 50.000 -50.000 40.000 -40.000

Uittreedsom Toonbeeld 66.750 66.750

Onttrekking aan algemene reserve 100.000 -100.000

Resultaat na bestemming 4.175.295 4.196.471 -21.176 4.172.116 4.172.116 0 4.701.607 4.701.607 0

(24)

3.1 Overzicht van baten en lasten inclusief toelichting NIET-TOEREKENBARE KOSTEN

Gew.

Begroting 2012

Begroting 2012

Begroting 2011

Rekening 2011

1. MANAGEMENT

Salariskosten

Salariskosten managementteam 296.937 255.533 257.065 € 214.958 Sociale lasten 66.303 62.940 54.310 50.162

363.240 318.472 311.375 € 265.120

Overige kosten

Reiskosten en dienstreizen 11.000 11.000 10.000 7.946 Bijscholing 7.500 10.000 10.350 4.752 Overige 500 500 520

19.000 21.500 20.870 € 12.699

Totaal management 382.240 339.972 332.245 € 277.819

2. ADMINISTRATIE, SYSTEEMBEHEER EN CONCIERGE

Salariskosten

Salariskosten administratie etc. 286.278 283.389 177.609 € 243.198 Sociale lasten 51.535 54.073 40.367 58.378

337.813 337.462 217.976 € 301.576 Doorberekend aan huurinstrumenten 6.769 6.769 6.846 6.846 331.045 330.694 211.130 € 294.730

Overige kosten

Reiskosten en dienstreizen 12.500 12.000 9.000 11.569 Bijscholing 3.105 3.105 3.105 6.638 15.605 15.105 12.105 € 18.207

Totaal administratie etc. 346.650 345.799 223.235 € 312.937 Af: subsidie SWVO t.b.v. loket cultuur 101.511 101.511 - -

245.139 244.288 223.235 312.937

Het personeelsbestand van de administratie, het directiesecretariaat, het systeembeheer en de conciërge is 6,75 formatieplaatsen in 2012. Naar de exploitatie van huurinstrumenten wordt 0,25 formatieplaats doorberekend. De ondersteuning is uitgebreid in verband met 1 fte aan coördinatoren voor het kunsteducatie loket. Verder is het noodzakelijk om de administratie 0,75 fte uit te breiden gezien de toegenomen reguliere activiteiten en de extra werkzaamheden die gepaard gaan met het loket. De subsidie van het SWVO dekt een deel van deze uitbreiding en de kosten van de coördinatoren volledig.

(25)

Gew.

Begroting 2012

Begroting 2012

Begroting 2011

Rekening 2011

3. OVERIGE PERSONEELSKOSTEN

Rechtspositionele verplichtingen

Aanvulling WW en wachtgelden 350.000 10.000 10.000 € 11.861 Garantie en zorgverlof 70.000 70.000 45.000 136.387 Vervangingskosten docenten 25.000 45.000 65.000 13.309

445.000 125.000 120.000 € 161.556

Andere personeelskosten

Bijscholing (docenten) 22.000 19.000 19.000 19.830 Bedrijfsgezondheidszorg 14.000 16.000 15.000 8.926 Gratificaties bij jubilea 2.900 2.900 2.500 1.735 FPU aanvulling 15.000 15.000 30.000 24.592 Kosten salarisadministratie 2.000 2.000 2.000 600 Wervingskosten personeel 10.000 2.000 2.000 933 Kosten ondernemingsraad 21.500 21.500 23.000 18.535 Overige kosten personeel 9.000 9.000 3.500 3.438 96.400 87.400 97.000 € 78.588

Totaal overige personeelskosten 541.400 212.400 217.000 € 240.145 De post Aanvulling WW en wachtgelden heeft betrekking op de frictiekosten die de komende jaren zullen drukken op de begroting.

De van kracht zijnde garantieregeling volgens de CAR-UWO wordt gehanteerd.

In 2012 is de post nog relatief hoog omdat de maatregelen om deze kosten te drukken pas vanaf het nieuwe seizoen, per 1 augustus hun effect kunnen hebben.

De post gratificaties is gebaseerd op de werkelijke aanstaande jubilea van een aantal medewerkers.

Het salaris van de docenten komt tijdens ziekte voor rekening van de Zeeuwse Muziekschool en is verantwoord onder de variabele (sector)kosten. De personeelskosten voor vervanging van zieke docenten zijn te vinden onder de post ‘vervangingskosten’.

De kosten, voortvloeiend uit de in de CAR-UWO op te nemen nieuwe aanpak voor ‘scholing en employability’

worden bestreden uit de post voor bijscholing.

Onder de post overige personeelskosten is € 5.000 opgenomen ten behoeve van de loketfunctie. De subsidie van het SWVO voorziet hierin.

(26)

Gew.

Begroting 2012

Begroting

2012 Begroting

2011 Rekening 2011

4. INFORMATIE- EN COMMUNICATIEKOSTEN

Porti 12.500 9.000 8.300 € 12.439 Telefoon en internet 14.500 14.500 15.200 13.781 Kantoorbehoeften 13.500 13.500 6.500 7.121 Druk- en kopieerwerk 24.000 20.000 16.200 22.709 Public relations/Communicatie 39.659 39.659 30.300 25.541 Vakliteratuur en documentatie 4.000 4.000 4.000 5.020 Lidmaatschap VKV en Kunstconnectie 5.500 5.500 6.500 5.515 Kosten informatietechnologie 64.200 44.200 75.000 30.973 Kosten reserve vernieuwing automatisering - - 25.900 25.900 Totaal informatie- en communicatiekosten 177.859 150.359 187.900 € 148.998

In verband met een noodzakelijke modernisering van de ICT, waarmee een efficiënter bedrijfsvoering gerealiseerd kan worden, is er tot met 2011 een bestemmingsreserve gevormd. De besteding wordt gepresenteerd onder post Kosten informatietechnologie.

Ten behoeve van de loketfunctie zijn de volgende kosten opgenomen:

€ 4.200 onder de post kosten informatietechnologie

€ 4.500 onder de post kantoorbehoeften

€ 4.000 onder de post druk- en kopieerwerk

€ 15.000 ten behoeve van de scouting van het loket en verder € 4.659 onder de post public relations/communicatie

De subsidie van het SWVO voorziet in bovengenoemde kosten.

5. ALGEMENE KOSTEN

Accountantskosten 11.000 9.000 8.000 € 9.761 Verzekering 10.000 11.000 11.000 8.586 Representatie en bestuurskosten 3.000 3.000 3.200 1.646 Incassokosten - - 260 - Kosten betalingsverkeer 3.105 3.105 2.500 2.609 Diverse lasten 15.000 15.000 465 8.609 Rentelasten en betalingskorting 5.800 5.800 4.900 7.857 Advieskosten 17.500 - - 38.843 Afschrijving inventaris 16.000 16.000 11.390 10.974 81.405 62.905 41.715 € 88.885

Algemene kosten (baten)

Rente- en diverse baten 6.000 6.000 5.000 54.178 Dekking overhead - - - - Resultaat huurinstrumenten 5.000 5.000 1.000 7.507

11.000 11.000 6.000 € 61.685

Totaal algemene kosten 70.405 51.905 35.715 27.199

(27)

De verwachting is dat er advieskosten nodig zullen zijn in verband met de personele consequenties van de bezuinigingsmaatregelen.

Naar aanleiding van de uittreding van de gemeente Terneuzen is er een bijdrage van Terneuzen begroot ter compensatie van het vervallen van de gebruikelijke bijdrage in de niet-toerekenbare kosten.

Onder de accountantskosten is € 1.000 opgenomen ten behoeve van het loket.

Onder de diverse lasten wordt rekening gehouden met de een voorziening ten behoeve van de dubieuze debiteuren.

VASTE KOSTEN

6. HUISVESTINGSKOSTEN

Toelichting

Het Algemeen Bestuur heeft voor de huurlasten van een door de Zeeuwse Muziekschool te huren accommodatie een maximum bedrag per m2 lesruimte bepaald. Dit was € 68,82 per 1 juli 2010. Voor 2011 is een huurverhoging voorzien van 2%, zodat per 1 juli 2011 het bedrag op € 70,20 wordt gebracht. Op de panden te Hulst, Oostburg en Vlissingen wordt door de desbetreffende gemeenten een huisvestingssubsidie verstrekt, zodat voor deze panden het huurbedrag per m2 binnen het maximum blijft.

Gew.

Begroting 2012

Begroting

2012 Begroting

2011 Rekening 2011

Bureau (kantoorruimten 120 m2)

Aandeel in huur pand Middelburg 9.364 9.364 9.180 9.180

Middelburg

Huur panden Kuiperspoort 56.900 56.900 57.691 € 57.240 Huur dependances (incl.Walcheren) 5.000 5.000 10.000 2.378 Kosten energie 27.000 27.000 24.000 21.819 Gemeentelijke en overige heffingen 3.105 3.105 3.105 2.729 Klein onderhoud 3.000 3.000 3.000 696 Overige huisvestingskosten 30.000 30.000 28.000 8.539 Schoonmaakdienst 18.378 11.977 12.500 18.195 143.383 136.982 138.296 € 111.595 Af: baten onderverhuur 300 300 300 580 143.083 136.682 137.996 € 111.015

De totale huurprijs is naar rato van de gebruikte vloeroppervlakte gesplitst in lesruimte en kantoorruimte. De lesruimten beslaan 830 m2. De huur voor de kantoorruimte is bij "bureau" verantwoord. Onder

"schoonmaakdienst" is het salaris, inclusief sociale lasten, verantwoord van de in dienst van de Zeeuwse Muziekschool zijnde medewerkster huishoudelijke dienst, voor 13,50 uur per week.

De overige huisvestingkosten voorziet in de benodigde schilderwerkzaamheden, waarvoor een voorziening getroffen is.

(28)

Gew.

Begroting 2012

Begroting

2012 Begroting

2011 Rekening 2011

Specificatie huisvestingskosten per vestiging (vervolg):

Vlissingen

Huur deel Theo van Doesburgcentrum 62.000 62.000 51.838 € 60.710 Beheerskosten Theo van Doesburgcentrum 16.500 16.500 16.100 5.100 Huur dependances 750 750 750 - Kosten energie 12.000 12.000 11.400 5.718 Gemeentelijke en overige heffingen - - Klein onderhoud 200 200 205 - Overige huisvestingskosten 500 500 500 - Schoonmaakdienst 8.900 8.900 8.790 8.329 100.850 100.850 89.583 € 79.857 Af: gemeentelijke subsidie 34.833 34.833 25.205 25.205 66.017 66.017 64.378 € 54.652

De huur van het bij de Zeeuwse Muziekschool in gebruik zijnde deel van het Theo van Doesburgcentrum is gesplitst in een huurbedrag en een apart verantwoord bedrag voor beheerskosten.

Voor de berekening van de gemeentelijke huursubsidie is uitgegaan van een oppervlakte aan lesruimte van 387 m2.

Goes

Huur "De Villa", v.d. Spiegelstraat 22.900 22.900 23.230 € 21.923 Huur dependances (incl. De Bevelanden) 2.000 2.000 1.500 1.308 Kosten energie 14.000 14.000 14.000 13.664 Gemeentelijke en overige heffingen 2.000 2.000 2.525 1.069 Klein onderhoud 3.200 3.200 3.100 2.599 Overige huisvestingskosten 5.000 5.000 3.100 22.483 Schoonmaakdienst en conciërge 43.679 43.679 44.152 43.434 92.779 92.779 91.607 € 106.478 Af: subsidie loonkosten 8.500 17.000 17.500 17.500 Af: baten onderverhuur 400 400 400 410 83.879 75.379 73.707 € 88.568

De oppervlakte van de lesruimten is 380 m2. De huur van "De Villa" is in 2005 gebracht op het volgens m2-prijs geldende maximum, aangezien de kosten voor de aan veiligheidsvoorschriften aan te passen accommodatie worden verdisconteerd in de huur. Onder "schoonmaakdienst" is het salaris, inclusief sociale lasten, verantwoord van de in dienst van de Zeeuwse Muziekschool zijnde medewerksters huishoudelijke dienst, voor 15,88 uur per week. In Goes is de conciërge in dienst van de school; deze loonkosten worden tot 1 juli gesubsidieerd in het kader van de regeling I/D-banen. Per 1 juli komt deze regeling te vervallen.

Tholen

Huur incl. beheer Meulvliet en

Gasthuiskapel 13.200 13.200 15.912 € 12.534

Van de gemeente Tholen wordt zaalruimte gehuurd in het gemeenschapscentrum "Meulvliet" en incidenteel in

(29)

Gew.

Begroting 2012

Begroting

2012 Begroting

2011 Rekening 2011

Specificatie huisvestingskosten per vestiging (vervolg):

Zierikzee

Huur pand Poststraat 19.900 19.900 19.737 € 19.310 Huur dependances 500 500 500

Kosten energie 6.900 6.900 6.900 7.914 Gemeentelijke en overige heffingen 400 400 550 280 Klein onderhoud 500 500 500 1.301 Overige huisvestingskosten 1.000 1.000 800 781 Schoonmaakdienst 9.368 9.368 9.537 9.249 38.568 38.568 38.524 € 38.835 Af: baten onderverhuur 5.900 4.148 38.568 38.568 32.624 € 34.687

Onder "schoonmaakdienst" is het salaris, inclusief sociale lasten, verantwoord van de in dienst van de Zeeuwse Muziekschool zijnde medewerkster huishoudelijke dienst. De woning boven de school wordt onderverhuurd aan een particulier. De opbrengst is bij "baten onderverhuur" verantwoord. De oppervlakte van de lesruimten is 200 m2.

Hulst

Huur pand Baudeloo 37.900 37.900 37.332 € 36.117 Huur dependances 5.000 5.000 5.000 1.212 Kosten energie 11.000 11.000 11.000 9.961 Gemeentelijke en overige heffingen 1.500 1.500 1.500 1.424 Overige huisvestingskosten 28.000 28.000 27.300 2.358 Klein onderhoud 2.000 2.000 1.500 7.310 Schoonmaakdienst en conciërge 37.147 37.147 36.984 36.991 122.547 122.547 120.616 € 95.373 Af: baten onderverhuur 200 200 200 1.291 Af: gemeentelijke subsidie 18.735 18.735 18.544 18.544 103.611 103.611 101.872 € 75.538 Onder "schoonmaakdienst en conciërge " is het salaris, inclusief sociale lasten, verantwoord van de in dienst van de Zeeuwse Muziekschool zijnde conciërge voor 32 uur en de medewerkster huishoudelijke dienst, voor 9 uur. Voor de berekening van de gemeentelijke huursubsidie is uitgegaan van een oppervlakte aan lesruimte van 273 m2.

Oostburg

Huur Den Hoekzak 46.000 40.100 40.902 € 41.377 Beheerskosten Den Hoekzak 4.250 4.250 4.250 4.250 Huur dependances 1.000 1.000 1.035 - Kosten energie 2.500 2.500 1.250 € 1.250 Gemeentelijke en overige heffingen 300 300 300 - Overige huisvestingskosten 200 200 200 - 54.250 48.350 47.937 46.877 Af: gemeentelijke subsidie 36.312 30.412 31.405 € 31.405 17.938 17.938 16.532 15.472 De zaalhuur in Den Hoekzak is gesplitst in een huurbedrag en een apart verantwoord bedrag voor beheerskosten. Voor de berekening van de gemeentelijke huursubsidie is uitgegaan van een oppervlakte aan lesruimte van 138 m2.

Af: Onttrekking onderhoudsvoorziening 50.000 50.000 50.000 25.000 Af: bijdrage Terneuzen 24.278 24.278 23.976 23.976 Naar aanleiding van de uittreding van de gemeente Terneuzen is er een bijdrage van Terneuzen begroot ter compensatie van het vervallen van de gebruikelijke bijdrage in de vaste kosten.

(30)

Gew.

Begroting 2012

Begroting 2012

Begroting 2011

Rekening 2011

Recapitulatie niet-toerekenbare en vaste kosten

Niet-toerekenbare kosten

1. Management 382.240 339.972 332.245 277.819 2. Administratie, secretariaat, conciërge en

systeembeheer 245.139 244.288 223.235 312.937 3. Overige personeelskosten 541.400 212.400 217.000 240.145 4. Informatie- en communicatiekosten 177.859 150.359 187.900 148.998

5. Algemene kosten minus rentebaten 70.405 51.905 35.715 27.199

Af: onttrekking reserve/bijdrage Terneuzen

en SWVO 123.356 103.356 92.774 145.973 te verdelen op docentenuren 1.293.686 895.568 903.321 861.124

Vaste kosten

6. Huisvestingskosten 401.381 386.480 403.243 402.670

Totaal 1.695.068 1.282.048 1.306.564 1.263.794

(31)

ONDERWIJS- EN OVERIGE PROGRAMMA’S (VARIABELE KOSTEN)

Hierbij zijn de kosten per programma opgenomen. In de programma’s zijn de samenhangende producten van de Zeeuwse Muziekschool gegroepeerd. Per product wordt een afzonderlijke bijdrage van een gemeente gevraagd.

Lesuren en -tarief

Als eenheid van productie is het aantal lesuren per week aangehouden.

De klokuurdeler is eveneens opgenomen. Dit kerncijfer wordt gevonden door het aantal leerlingen te delen door de wekelijkse klokuren.

Een schooljaar omvat gemiddeld 39 lesweken. Het bedrag per docentenuur is het gemiddelde bedrag van alle docenten. In deze begroting is, uitgaande van de dienst- en ervaringsjaren, een exacte aanduiding van het bedrag voor periodieken opgenomen, met als uitgangspunt het huidige docentenbestand.

Andere personeelskosten sectoren

De reiskosten zijn naar rato van het aantal gewerkte uren per docent in de desbetreffende programma toegerekend.

Diverse uitvoeringskosten

Deze kosten zijn verdeeld op basis van het begrote aantal uren per programma. Er is rekening gehouden met de kosten die voor een programma van toepassing zijn.

Kosten reservevorming

De kosten voor reservevorming zijn opgenomen bij de variabele kosten voor de programma’s 1 t/m 5. Zie verder de toelichting in de inleiding.

Lesgelden

Om tot de netto lesgelden te komen moet men rekening houden met de aftrek van gezinsreductie, lesgeldvermindering, restitutie, compensatie omzetbelasting volwassenenonderwijs, etc.

De specificatie van de aftrekposten (met ter vergelijking de cijfers voor 2011) is als volgt:

begroting

2012 begroting 2011

gezinsreductie 26.254 25.442

gedeeltelijke ontheffing 19.197 18.472

restitutie wegens afwezigheid docent 2.458 2.382

toevoeging voorziening oninbaar 2.463 2.370 omzetbelasting op lesgeld volwassenenonderwijs 29.882 28.725 80.254 77.391

Vanaf het schooljaar 2010-2011 wordt het lesgeld gerestitueerd als minder dan 35 lessen op jaarbasis zijn gegeven; de (ouders van) leerlingen moeten dit zelf aanvragen.

Overige baten

De overige baten, zoals opbrengst uitvoeringen etc., worden rechtstreeks in mindering gebracht van de kosten per programma, waar ze betrekking op hebben.

Gemeentelijke bijdrage

Het bedrag van de lasten verminderd met de baten van derden (leerlingen) is de totale bijdrage van alle gemeenten voor een programma. Per gemeente is de som van de bijdragen voor alle programma’s het budget waarop wordt afgerekend. De verdeling voor een individuele gemeente is vermeld op bijlage 4.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wel heeft de minister van Defensie de kosten van deelname aan het JSF-programma beheersbaar gehouden door in de internationale afspraken (memoranda of understanding of MoU’s)

De Nederlandse overheid (in de persoon van de minister voor Ontwikke- lingssamenwerking) heeft € 300 miljoen beschikbaar gesteld voor nood- hulp aan en herstel en wederopbouw van

Daarvoor is de medewerking van de vertrekkende spoorwegonderneming nodig, zodat de nieuwe machinisten hun ervaring vóóraf kunnen opdoen op de ritten van de

De positieve kant is dat auditors die te gunstig over hun klan- ten oordelen en daarmee hun taak niet goed vervullen niet per definitie slecht zijn en uit zijn op materieel

Wat is je eerste idee voor de eindopdracht? Waarop wil jij jezelf verder in ontwikkelen, wat is voor jou als toekomstig leefstijlcoach een uitdaging? In een kleine kring met je

3,4,5,6 Uit onderzoek blijkt dat extra lessen in sommige gevallen ook averechts kunnen werken: wanneer er extra lessen ingezet worden voor leerlingen die dit eigenlijk niet

Dit dient afgezet te worden tegen de totale omzet (excl. WIW / ID) in de gewijzigde begroting 2015 van de GR Breed waarbij aanvullend rekening moet worden gehouden met de

In een optimale leesdidactiek lezen leerlingen teksten die er (voor hen) toe doen, leren ze strategieën die werken, door een docent die het ze voordoet en leren ze die bewust toe