• No results found

Een integrale aanpak van preventie vraagt om een sterke verbinding met de eerste lijn

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Een integrale aanpak van preventie vraagt om een sterke verbinding met de eerste lijn"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Tilburg University

Een integrale aanpak van preventie vraagt om een sterke verbinding met de eerste lijn

Molleman, G.R.M.; Assendelft, W.J.J.; van den Muijsenbergh, M.E.T.C.; van de Goor, L.A.M.

Published in:

TSG: Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen DOI:

10.1007/s12508-019-0229-3

Publication date: 2019

Document Version

Publisher's PDF, also known as Version of record

Link to publication in Tilburg University Research Portal

Citation for published version (APA):

Molleman, G. R. M., Assendelft, W. J. J., van den Muijsenbergh, M. E. T. C., & van de Goor, L. A. M. (2019). Een integrale aanpak van preventie vraagt om een sterke verbinding met de eerste lijn. TSG: Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen, 97(1-2), 1-2. https://doi.org/10.1007/s12508-019-0229-3

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim.

(2)

Redactioneel

Tijdschr Gezondheidswet (2019) 97:1–2 https://doi.org/10.1007/s12508-019-0229-3

Een integrale aanpak van preventie vraagt om een sterke

verbinding met de eerste lijn

Gerard R. M. Molleman · W. J. J. (Pim) Assendelft · Maria E. T. C. van den Muijsenbergh · L. A. M. (Ien) van de Goor

Published online: 19 February 2019 © The Author(s) 2019

Sinds het Ottawa Charter van de WHO uit 1986 wordt er al gepleit voor een integrale aanpak van gezond-heidsvraagstukken als we een rechtvaardig en effectief gezondheidsbeleid willen realiseren [1]. Uit het oog-punt van rechtvaardigheid moeten de gezondheids-verschillen worden opgeheven. Tegelijkertijd weten we dat gezondheidsverschillen hardnekkig zijn en moeilijk zijn op te lossen [2]. Het vraagt om politieke keuzen en is nadrukkelijk een verantwoordelijkheid van alle maatschappelijke sectoren, en niet alleen van de gezondheidszorgsector. Een integrale aanpak vergt volgens het Ottawa Charter een gezondheidsbeleid waarin aandacht is voor een gezonde sociale en fy-sieke omgeving, participatie, focus op empowerment van de burgers en samenwerking tussen de cura-tieve en prevencura-tieve sector. Voor dit laatste aspect is een sterke eerstelijnsgezondheidszorg cruciaal. Deze brede benadering heeft in 2019 nog niets aan actua-liteit ingeboet. Sterker nog: tijdens de jongste WHO-bijeenkomst in Astana eind 2018 werd zij door alle lidstaten bevestigd. In het door Pharos ondersteunde ‘Gezond in . . . ’-programma, dat de lokale aanpak van gezondheidsachterstanden in GIDS-gemeenten sti-muleert, zien we dit gedachtegoed naadloos terug in

Prof. dr. G. R. M. Molleman () ·

Prof. dr. W. J. J. (Pim) Assendelft · Prof.dr. M. E. T. C. van den Muijsenbergh

Eerstelijnsgeneeskunde, Radboudumc, Nijmegen, Nederland

gerard.molleman@radboudumc.nl Prof. dr. G. R. M. Molleman

GGD Gelderland Zuid, Nijmegen, Nederland Prof.dr. M. E. T. C. van den Muijsenbergh Pharos, Utrecht, Nederland

Prof. dr. L. A. M. (Ien) van de Goor

Tranzo, Tilburg University, Tilburg, Nederland

de vijf sporen en acht pijlers, die als uitgangspunt voor dit programma worden gegeven [3].

Vanuit het perspectief van gezondheidsbevordering is het spoor waarin de samenwerking tussen preven-tie en zorg wordt bepleit relapreven-tief het minst uitgewerkt. Dat heeft niet te maken met het belang dat aan deze samenwerking wordt gehecht: beleidsmakers en ge-zondheidsbevorderaars wijzen al jaren op de poten-tie voor gezondheidsbevordering van deze samenwer-king. De curatieve sector, en zeker de eerste lijn, ziet dagelijks de mensen met chronische aandoeningen bij wie leefstijlaspecten een belangrijke rol spelen. En we weten dat roken, overgewicht en te weinig bewegen beduidend meer voorkomen bij mensen met een lage SES dan bij mensen met een hoge SES [4]. Mensen met een lage SES komen bovengemiddeld vaak met gezondheidsklachten bij de huisarts. Die is daarmee een ideale ‘vindplaats’. Dat biedt voor de huisarts als gezins- en levenslooparts goede ingangen voor in het bijzonder selectieve preventie en het aanspreken en motiveren van mensen om hun leefstijl te verbeteren. In de praktijk van de eerste lijn blijkt dat vaak hele-maal niet zo makkelijk. De afstand tot de publieke ge-zondheid en de gege-zondheidsbevorderende taken van de GGD is vaak groot. De circuits zijn relatief geschei-den en men spreekt niet dezelfde taal. De dominantie van de individueel gerichte geneeskunde maakt een meer collectieve en integrale aanpak niet vanzelfspre-kend. En aan de andere kant hebben collectieve leef-stijlprogramma’s vaak geen aandacht voor contextuele factoren die gezond gedrag belemmeren. De verschil-len in financiering van de zorg door de zorgverzeke-raars en de publieke gezondheid door de gemeente geven ook niet de juiste prikkels om samen te wer-ken.

(3)

Redactioneel

Meer en beter samenwerken

Er is kortom een wereld te winnen voor de publieke gezondheid en de curatieve sector als we meer en be-ter kunnen samenwerken aan het verbebe-teren van de gezondheid van de bevolking. En als preventie in de zorg zo logisch lijkt, waarom gebeurt het nog steeds te weinig? Gelukkig zien we in de curatieve sector steeds meer aandacht voor preventie: in de toekomstvisies van beroepsverenigingen, preventie- en zorgakkoor-den, preventiecoalities, de Gecombineerde Leefstijlin-terventie en de opmars van e-health. Waar preventie van oudsher tot het domein van de publieke gezond-heidszorg hoort, is de ‘curatieve sector’ zich steeds meer bewust van zijn mogelijkheden en verantwoor-delijkheden om niet alleen ziekte te genezen, maar vooral ook te voorkomen. Maar weten we wel vol-doende over wat er vooral in de curatieve sector ge-beurt?

Bovenstaande is de reden om een themanummer over preventie in de eerstelijnszorg uit te brengen en daarvoor een speciale gastredactie uit beide domei-nen samen te stellen.

Een nieuwe tijd

In dit nummer belichten experts vanuit hun zeer di-verse achtergronden het onderwerp preventie in de zorg. Aan bod komt zowel de organisatie van preven-tie – de rolopvattingen van professionals, de noodzaak tot domeinoverstijgende samenwerking, financiering, de belofte van e-health –, als de inhoud van preventie – moeilijk bereikbare groepen, individu versus groep, lokaal versus landelijk. Ook het internationale per-spectief komt aanbod.

Al met al zien wij een nieuwe tijd gloren, met meer ruimte voor preventie in de zorg. Dat wordt ook weer-spiegeld in het onlangs afgesloten Preventieakkoord, en ook in de rol van preventie in de in 2018 afge-sloten Zorgakkoorden voor huisartsen en de zieken-huizen. Weliswaar is preventie ‘van oudsher’ een pu-blieke gezondheidstaak en daarom een kernthema in

TSG, maar steeds duidelijker wordt dat ook de

cura-tieve sector, en dan vooral de eerste lijn, een belang-rijke rol kan spelen bij preventie. Daar mag in TSG meer aandacht aan geschonken worden.

Investeren

Het maatschappelijk belang om meer aan preventie te doen neemt alleen maar toe. Een gezondere leefstijl kan de toename van chronische aandoeningen terug-dringen en daarmee het aantal gezonde levensjaren en de kwaliteit van leven voor álle groepen verbete-ren. Om een gezonde leefstijl te bevorderen is het cruciaal om een optimale verbinding en samenwer-king tussen eerstelijnszorg en publieke gezondheid te realiseren. Investeren in deze samenwerking draagt bij aan het terugdringen van zorguitgaven. De huidige hoge zorguitgaven verdringen investeringen in andere maatschappelijke sectoren, zoals onderwijs, partici-patie en arbeidsmarktbeleid. Deze gebieden kunnen helpen om een verdere tweedeling te verkleinen en daarmee bij te dragen aan het verminderen van ge-zondheidsverschillen.

Open Access This article is distributed under the terms of

the Creative Commons Attribution 4.0 International License (http://creativecommons.org/licenses/by/4.0/), which per-mits unrestricted use, distribution, and reproduction in any medium, provided you give appropriate credit to the origi-nal author(s) and the source, provide a link to the Creative Commons license, and indicate if changes were made. Literatuur

1. World Health Organisation. Ottawa charter for health promotion. New York: WHO; 1986.

2. Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR). Van verschil naar potentieel. Een realistisch perspectief op de sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Den Haag: WRR; 2018.

3. Gezond in...https://www.gezondin.nu. Geraadpleegd op 23 november 2018.

4. RIVM. Volksgezondheidstoekomstverkenning 2018. Bilt-hoven: RIVM; 2018.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Kinderen gaan zich agressief gedragen wanneer ze zich bedreigd voelen, wanneer ze op hun donder krijgen, wanneer ze niet kunnen voldoen aan bepaalde verwachtingen of

Hoewel alle dimensies van wenselijke preventie doorheen heel het proces een rol spelen, komen sommige dimensies op een bepaald moment meer in de aandacht omdat ze belangrijk

Volgens de adviescommissie is deze determinant (attitude) naast relevant ook veranderbaar. De positieve attitude ten opzichte van niet-gebruik kan gevoed worden

Preventie in eerste 6 levensmaanden Positionerings- en hanteringsadviezen 3 kernadviezen: bij het voeden, wakker zijn en slapen Bespreken preventieadvies tijdens

Daarnaast vinden we ook preventiemaatregelen binnen Nederlandse wetgeving, zoals de ISD-maatregel, studies naar interventies bij huiselijk geweld, onder meer het Huisverbod,

Daarbij is niet alleen gekeken naar de feitelijke inhoud van de gemeentepolis (welke vergoedingen zijn opgenomen in de gemeentepolis?) maar ook naar de wijze van financiering (is

• afstemming tussen de veiligheids- en zorgketen; afspraken tussen Veilig Thuis, regionale en lokale zorgverleners, Politie en OM, met name voor vergroten van

Met de tweede strategie ontvangt 18 procent van alle barenden profylaxe en wordt 69 procent reductie van de vroege vorm van neonatale sepsis verkregen.. Qua kosteneffectiviteit