• No results found

Stille Week De witte kruisiging, Marc Chagall, Thema: De Alternatieve Koning

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Stille Week De witte kruisiging, Marc Chagall, Thema: De Alternatieve Koning"

Copied!
34
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Stille Week

2022

De witte kruisiging, Marc Chagall, 1938

Thema: De Alternatieve Koning

(2)

DIENSTEN IN DE GOEDE WEEK 2022

Donderdag 14 april

Witte Donderdag; dienst van Schrift en Tafel Aanvang 19.30 uur

Vrijdag 15 april Goede Vrijdag

Aanvang: 19.30 uur

Zaterdag 16 april Stille Zaterdag Aanvang: 22.00 uur

Wilt u dit boekje in de kerk achterlaten?

(3)

TEN GELEIDE

'Boven zijn hoofd

brachten ze op schrift de beschuldiging aan:

Dit is Jezus,

de koning der joden.’

Matteüs 27 : 37

Wie is werkelijk bij machte om het visioen van vrede en menselijkheid handen en voeten te geven? Daarover gaat het verhaal van Matteüs dat ons deze week bij de hand neemt. Over Jezus gaat het wiens weg telkens onvoorzien is. Niet de weg van de spierballen maar van één die dient en wordt als een slaaf. Zijn macht wordt niet uitgedrukt in grote woorden, maar eerder in kleine tekenen. Daden die beslissend blijken te zijn en zorgen voor ommekeer. In de oefening van zijn verhaal hopen we van toeschouwers deelnemers van Pasen te worden.

Op de avond van Witte Donderdag vieren wij de maaltijd van de uittocht rond de tafel met het delen van matzes en wijn. Een naamloze vrouw zalft Jezus en geeft daarmee alles wat ze heeft.

Op Goede Vrijdag gaat het over de woorden die staan geschreven boven het hoofd van de gekruisigde.

Aan het einde van deze dienst worden alle lichten gedoofd. Het licht dat deze vrijdag tot een goede vrijdag maakt blijft echter branden.

Het begin van de Paasnacht van Stille Zaterdag wordt gemarkeerd door het binnendragen van de Paaskaars, als teken ervan dat het verspreidende licht van de Opgestane ons allen verlicht. Wij vieren in deze nacht de Heilige Doop in gedachtenis, belijdenis en zegening.

(4)

Witte Donderdag - donderdag 14 april –

VIERING VAN DE MAALTIJD VAN UITTOCHT ROND DE TAFEL

Voorganger: ds Ad van Nieuwpoort Ouderling: Monique de Kruijf

Diaken: Pauline Kuipers en Willemien de Vlieger-Moll Orgel: Gert Boersma

Met medewerking van de cantorij.

Oefenen Tafelgebed OPGANG

(de gemeente gaat staan) Intochtslied: lied 558: 1, 2 en 3

Tekst: Jan Wit Melodie: anoniem

(5)

2 Heer, om uw zachtmoedigheid, vorst die op een ezel rijdt

en om Sions onwil schreit, Kyrie eleison.

3 Om de zalving door een vrouw, vreugdeolie, geur van rouw, teken van wat komen zou, Kyrie eleison.

Moment van stilte Bemoediging

Voorganger : Onze hulp is de Naam van de Heer.

Gemeente : Die hemel en aarde gemaakt heeft.

Voorganger : Wees ons genadig God, wees ons nabij.

Laat ons niet ontbreken op het feest, dat Gij ons hebt bereid.

Verzamel ons bij de uittocht van Jezus Messias en bekleed ons met het licht en de liefde van uw Zoon.

Gemeente : Amen.

Vredesgroet

Voorganger : Genade zij u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus

Gemeente : Amen.

Voorganger : Wij groeten elkaar met de vrede van Christus:

Gemeente : De vrede van Christus met U!

(6)

Vervolg lied 558: 4, 5, 6 en 7

4 Om het brood, Heer, dat Gij breekt, om de beker die Gij reikt,

om de woorden die Gij spreekt, Kyrie eleison.

5 Here, om uw bloedig zweet, als Ge alleen de wijnpers treedt, om de kelk vol bitter leed, Kyrie eleison.

6 Om het zwijgen, het geduld, waarmee Gij de wet vervult,

als men vruchtloos zoekt naar schuld, Kyrie eleison.

7 Om het woord van goddelijk recht dat Gij tot uw rechters zegt,

– zelf hebt Ge uw geding beslecht, – Kyrie eleison.

(de gemeente gaat zitten)

Gebed van opgang

(7)

Gemeente zingt: Lied 390

Tekst : Huub Oosterhuis melodie: Albert de Klerk

2 Het brood van oorlog en vrede, dat dagelijks eendere brood, het vreemde brood van de liefde, het stenen brood van de dood.

3 Het brood dat wij duur verdienen, ons lichaam, ons geld, ons goed, het brood van ons samen leven, die schamele overvloed.

4 Dat brood dat wij moeten eten om niet verloren te gaan.

Wij delen het met elkander ons hele mensenbestaan.

5 Gij deelt het met ons, zo deelt Gij U zelf aan ons uit voorgoed,

een mens om nooit te vergeten, een God van vlees en bloed.

(8)

DIENST VAN HET WOORD

Evangelielezing: Matteüs 26 : 6 - 13 OVERDENKING

Gebeden, stil gebed DIENST VAN DE TAFEL Collecte

Orgelspel

Gemeente zingt: Gezang 366: 1, 4, 5 en 6

4 Gij zegt: wordt vrij en komt tot Mij,

mijn juk is licht te dragen!

Maar ik ga uw woord voorbij en ik pluk de dagen.

(9)

5 Ik zwerf en dwaal totdat ik daal

in 't graf van mijn begeren, zal ik ooit uw kruis zien staan en mijn leven leren?

6 Keer mij tot U opdat ik zie

uw land van melk en honing:

waar uw Vaders wil geschiedt is mijn spijs, mijn woning!

NODIGING

Tafelgebed : Gij die de stomgeslagen mond verstaat

Melodie: Antoine Oomen

Nooit sprak een mens als hij, in hem verstonden wij uw bestaan, de zin van ons bestaan.

Hij is uw woord geweest,

hij heeft volbracht alle gerechtigheid, een mens voor allen.

(10)

Waarom genadeloos vernietigd worden de armsten van de wereld, uw geliefden:

waarom wij die met weinigen bezitten wat allen toebehoort, uw woord niet doen,

geen wereld maken die in vrede is, een nieuwe orde van gerechtigheid – Gij die ons hebt geezgd wat leven is:

te doen wat goed is, recht, elkaar bevrijden.

(11)

Dat niet het laatste woord is aan de dood, Gij die tot hier ons vasthoudt in het leven, Gij die ons afgestemd hebt op uw stem, Gij die ons hebt geschapen naar U toe,

Instellingswoorden Gebed des Heren Nodiging

Delen van matzes en wijn

(12)

Tijdens het delen:

Lied 568a

Dona Nobis Pacem

Dankgebed

(13)

(gemeente gaat staan) Slotlied: Lied 556: 1, 3, 4 en 5

Tekst : Willem Bernard melodie: Frits Mehrtens

3 Jezus, de haard van uw aanwezigheid zal in ons hart een vreugdevuur ontsteken.

Gij gaat vooraan, Gij zult ons niet ontbreken, Gij hogepriester in der eeuwigheid.

4 Gij onderhoudt de vlam van ons bestaan, aan u, o Heer, ontleent het brood zijn leven, ons is een lofzang in de mond gegeven, sinds Gij de weg van ’t offer zijt gegaan.

5 Dit is uw opgang naar Jeruzalem waar Gij uw vrede stelt voor onze ogen, vrede aan allen die uw naam verhogen:

heden hosanna, morgen kruisig Hem!

(14)

Zegen, beantwoord met

(de gemeente gaat weer zitten) Orgelspel:O Lamm Gottes unschuldig, BWV 1095 J.S. Bach (1685-1750)

(15)

Goede Vrijdag - vrijdag 15 april - DIENST VAN HET WOORD

Voorganger: ds Ad van Nieuwpoort Ouderling: Geran Kaai

Diaken: Anne-Helene Borgts Orgel: Gert Boersma

Zang: Dubbelkwartet

Orgelspel: O Mensch, bewein' dein' Sünde gross, BWV 622 J.S. Bach (1685 -1750) OPGANG

(de gemeente gaat staan)

Intochtslied: Gezang 650: 1, 2, 3 en 4

Tekst: Willem Barnard Melodie: Frits Mehrtens

(16)

2 Gods goedheid is te groot voor het geluk alleen, zij gaat in alle nood door heel het leven heen.

3 Zij daalt als vruchtbaar zaad tot in de groeve af

omdat zij niet verlaat wie toeven in het graf.

4 Omdat zij niet vergeet wie godverlaten zijn:

de wereld hemelsbreed zal goede aarde zijn.

Bemoediging

Voorganger : Onze hulp is de Naam van de Heer Allen : die hemel en aarde gemaakt heeft Voorganger : die trouw houdt tot in eeuwigheid

Allen : en niet laat varen het werk van zijn handen.

Groet

Voorganger : Genade zij u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus

Allen : Amen

Vervolg Gezang 650: 5, 6 en 7

5 De sterren hemelhoog zijn door dit zaad bereid als dienaars tot de oogst der goedertierenheid.

6 Het zaad der goedheid Gods, het hoge woord, de Heer, valt in de voor des doods, valt in de aarde neer.

(17)

7 Al gij die God bemint en op zijn goedheid wacht, de oogst ruist in de wind als psalmen in de nacht.

(de gemeente gaat zitten) Gebed van Opgang

Gemeente zingt: Gezang 575: 1, 3 en 4

Vertaling: Jan Willem Schulte Nordholt Melodie: Wolfgang Wessnitzer

3 Die gewillig waart ten dode, in het duister van de pijn U ten offer hebt geboden, hoe verlaten moest Gij zijn,

(18)

troosteloos aan ’t kruis gehangen opdat wij uw troost ontvangen.

Duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer.

4 Alle leed hebt Gij geleden, Gij gedragen met geduld.

Als een worm zijt Gij vertreden zonder schuld, om onze schuld, opdat wij door U verheven als verlosten zouden leven.

Duizend, duizendmaal, o Heer, zij U daarvoor dank en eer.

DIENST VAN DE SCHRIFTEN

afgewisseld door koralen uit de Johannes Passie van J.S. Bach (1685 – 1750) Evangelielezing: Matteus 26 : 69 - 75

Koraal 20, Petrus der nicht denkt zurück Evangelielezing: Matteus 27 : 1 - 32 Koraal 21, Christus, der uns selig macht Evangelielezing: Matteus 27 : 33 - 44 Koraal 52, In meines Herzens Grunde Evangelielezing: Matteus 27 : 45 - 56 Ruht wohl (Da Capo)

(19)

OVERDENKING Lied 547

Tekst: Willem Barnard Melodie: Ignace de Sutter

2 Laten wij dan bidden in dit aardse dal, dat de lieve vrede ons bewaren zal, Kyrie eleison,wees met ons begaan,

doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

3 want de aarde vraagt ons om het zaad des doods, maar de hemel draagt ons op de adem Gods.

Kyrie eleison,wees met ons begaan,

doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

4 Laten wij God loven, leven van het licht, onze val te boven in een evenwicht, Kyrie eleison,wees met ons begaan,

doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

(20)

5 want de aarde jaagt ons naar de diepte toe, maar de hemel draagt ons, liefde wordt niet moe.

Kyrie eleison,wees met ons begaan,

doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

6 Met de boom des levens doodzwaar op zijn rug droeg de Here Jezus Gode goede vrucht.

Kyrie eleison,wees met ons begaan,

doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

Voorbeden, stil gebed, Onze Vader Slotlied: Lied 590

Tekst: Ad den Besten en Jan Wit Melodie: Mainz 1628

2 De wereld gaf Hem slechts een graf,

zijn wonen was Hem zwerven;

al zijn onschuld werd Hem straf en zijn leven sterven.

(21)

3 Hoe slaapt Gij nu, die men zo ruw

aan ’t kruishout heeft gehangen.

Starre rotsen houden U, rots des heils, gevangen.

4 ’t Is goed, o Heer, Gij hoeft de eer

van God niet meer te staven.

Leggen wij ons bij U neer, in uw dood begraven.

5 Hoe wonderlijk, uitzonderlijk

een sabbat is gekomen:

eens voor al heeft Hij het juk van ons afgenomen.

Alle lichten worden gedoofd.

Het licht dat deze vrijdag tot een goede vrijdag maakt blijft echter branden.

In stilte verlaten wij de kerk.

(22)

Stille Zaterdag - zaterdag 16 april –

VIERING VAN DE HEILIGE DOOP IN GEDACHTENIS EN BELIJDENIS

Voorganger: ds Ad van Nieuwpoort Ouderling: Annemie van Gend

Diaken: Willemien de Vlieger- Moll Orgel: Gert Boersma

Met medewerking van de cantorij.

Viool: Hadewych de Vos en Lidewij de Vos

Vioolspel: Selectie uit fluitduetten van G. F. Telemann ( 1681-1767) en C. Stamitz (1745-1801)

In stilte komen we de kerk binnen de klok wordt geluid

de gemeente gaat staan

Bij het binnenbrengen van de Paaskaars, als teken van de intocht van het licht van de opgestane Christus, zingt de gemeente tijdens het delen van het licht:

Zingen: Lied 139d (herhalen tijdens het delen van het licht)

(23)

Voorganger: God zei:

Licht! en er was licht.

God zag het licht, dat het goed was.

God scheidde tussen het licht en de duisternis.

God riep tot het licht: dag!

en tot de duisternis riep Hij: nacht!

Het was avond en het was morgen: dag één.

Allen: Amen.

Voorganger: Onze hulp is de naam van de Heer Allen: die hemel en aarde gemaakt heeft Voorganger: die trouw houdt tot in eeuwigheid

Allen: en niet laat varen het werk van Zijn handen.

Voorganger: Genade zij u en vrede van God onze Vader en van de Heer Jezus Christus

Allen: Amen.

Gemeente zingt: Psalm 139: 1, 4 en 6

Tekst: Jan Willem Schulte Nordholt Melodie: Genève 1551

(24)

4 Waar vlucht ik voor uw aangezicht?

Al steeg ik op in 't hemels licht, al daald' ik tot de doden af, Gij zult er zijn, zelfs in het graf.

Gij blijft mij, God, in alle dingen, altijd en overal omringen.

6 Wanneer ik mij geborgen dacht in 't vallend duister van de nacht, werd dan de nacht niet als het licht?

Hier lig ik voor uw aangezicht, o God, hoe licht is zelfs het duister, de nacht een dag die blinkt van luister.

de gemeente gaat zitten Gebed van Opgang

Intermezzo: Inventie no. 1 (BWV 772) en no. 13 (BWV 784), arr. voor twee violen, van J. S. Bach 91685 – 1750) Eerste schriftlezing: Exodus 14: 13-24

(25)

Gemeente zingt: Lied 607

Tekst: Huub Oosterhuis Melodie: Bernard Smilde

2 Gij zijt voorbijgegaan, een voetspoor in de zee.

Gij zijt te ver gegaan, Gij zijt een mens te veel.

Gij zijt voorgoed. Gij zijt verborgen in uw God.

Geen stilte spreekt U uit, ondenkbaar is uw dood.

(26)

3 Gij zijt voorbijgegaan, een vreemd bekend gezicht, een stuk van ons bestaan, een vriend, een spoor van licht.

Uw licht is in mijn bloed, mijn lichaam is uw dag, ik hoop u tegemoet zolang ik leven mag.

Evangelielezing: Matteüs 28 : 1 - 10

(27)

Lied 608

Tekst: Huub Oosterhuis Melodie: Antoine Oomen

(28)

2 De ballingen keren

zij keren met blinkende schoven.

Die gingen in rouw

tot aan de einden der aarde één voor één, en voorgoed die keren in stoeten.

Als beken vol water

als beken vol toesnellend water schietend omlaag van de bergen.

Met lachen en juichen - die zaaiden in tranen

die keren met lachen en juichen.

3 De dode zal leven.

De dode zal horen: nu leven.

Ten einde gegaan

en onder stenen bedolven dode, dode, sta op,

het licht van de morgen.

Een hand zal ons wenken

een stem zal ons roepen: Ik open hemel en aarde en afgrond.

En wij zullen horen en wij zullen opstaan

en lachen en juichen en leven.

Tweede Schriftlezing: Exodus 20: 1-18

(29)

Intermezzo: II. Gavotte gracioso uit Sonate voor twee violen no. 5 van J. M. Leclair (1697 – 1764) Epistellezing: Romeinen 6 : 1 – 9

Lied 350: 1, 2, 3 en 4

Tekst: Willem Barnard Melodie: Wittenberg 1533

2 Want al het water wast niet af, dat wij verzinken in dit graf, tenzij de duif die nederdaalt ons uit de hoge vrede haalt.

3 Tot ondergang zijn wij gedoemd, als God ons niet bij name noemt, maar God-zij-dank, Hij doet ons gaan door ’t water van de doodsjordaan.

4 Wij staan geschreven in zijn hand, Hij voert ons naar ’t beloofde land.

Als kinderen gaan wij zingend voort, de Vader is het die ons hoort.

(30)

(De gemeente gaat staan)

Voorganger: Gemeente,

in de doop zijn wij met Christus begraven om met hem ten leven te worden opgewekt.

In de uittocht van deze nacht, op de weg van het nieuwe leven

waarop Jezus ons, door de dood heen, is voorgegaan, gedenken wij onze doop,

en vernieuwen wij onze belofte.

In gemeenschap met de synagoge en met de gemeente van Christus van alle tijden en plaatsen zingen wij:

Eerst voorganger, daarna allen:

Voorganger: Gij zult de HEER, uw God liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw kracht

en uw naaste die is als uzelf.

Voorganger: Wilt u zich verzetten tegen alle machten die als goden over ons heersen

en hij die genoemd wordt ‘Ik zal er zijn’ alleen dienen?

Allen: Ja, dat willen wij!

Voorganger: Wilt u elk slavenjuk afwerpen

en leven in de vrijheid van Gods kinderen?

Allen: Ja, dat willen wij!

(31)

Voorganger: Dit water van de heilige Doop zij ons tot gedachtenis!

Schaamt u dan niet de Christus te belijden, want het evangelie is een kracht Gods tot bevrijding van een ieder die gelooft;

en antwoordt in gemeenschap met de kerk van alle eeuwen:

Gemeente zingt:

Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde.

En in Jezus Christus, zijne eniggeboren Zoon, onze Here, die ontvangen is van de Heilige Geest,

geboren uit de maagd Maria, die geleden heeft

onder Pontius Pilatus

is gekruisigd, gestorven en begraven, nedergedaald ter helle,

ten derde dage wederom opgestaan van de doden.

Opgevaren ten hemel,

zittende ter rechterhand Gods, des almachtigen Vaders,

vanwaar Hij komen zal

om te oordelen de levenden en de doden.

Ik geloof in de Heilige Geest.

Ik geloof ene heilige, algemene, christelijke kerk, de gemeenschap der heiligen,

vergeving der zonden, wederopstanding des vleses en een eeuwig leven.

Amen, amen, amen.

(gemeente gaat zitten)

Zegening

(32)

U bent uitgenodigd om naar voren te komen om te knielen en de zegen te ontvangen voor uzelf of voor een dierbare.

En Lied 103e Begeleid door orgel en vioolimprovisatie

Voorbeden, stil gebed, Onze Vader

(gemeente gaat staan)

(33)

Slotlied: Lied 655

Tekst: Willem Barnard melodie: Frits Mehrtens

2 Hij gaat u voor in wolk en vuur, gunt aan uw leven rust en duur en geeft het zin en samenhang.

Zing dan de Heer een nieuw gezang!

3 Een lied van uw verwondering dat nóg uw naam niet onderging, maar weer opnieuw geboren is uit water en uit duisternis.

4 De hand van God doet in de tijd tekenen van gerechtigheid.

De Geest des Heren vuurt ons aan de heilige tekens te verstaan.

5 Wij zullen naar zijn land geleid doorleven tot in eeuwigheid en zingen bij zijn wederkeer

een nieuw gezang voor God de Heer.

(34)

Zegen

Vioolspel: II. Largo, ma non tanto uit Concert voor twee violen in d klein (BWV 1043) van J. S. Bach (1685 – 1750) ..tijdens het vioolspel gaan we met het licht naar buiten...

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

V: Onze hulp is in de naam van de Heer Die hemel en aarde gemaakt heeft Die trouw houdt tot in eeuwigheid.. en niet laat varen het werk van

Voorganger spreekt uit: Onze hulp is in de Naam van de Heer, Aanwezigen antwoorden: die hemel en aarde gemaakt heeft1. Voorganger spreekt uit: Wie woont in de hoede van

Voorganger Onze hulp is in de naam van de Heer Gemeente die hemel en aarde gemaakt heeft, Voorganger die trouw houdt tot in eeuwigheid Gemeente en niet loslaat het

voorganger: Onze hulp is in de Naam van de Heer, gemeente: die hemel en aarde gemaakt heeft, voorganger: die trouw houdt tot in eeuwigheid.. gemeente: en niet laat varen

Laat ons danken voor de toekomst, die zich als een bloem ontvouwt, in de mens die zich wil geven, zich de ander toevertrouwt, die de woning van zijn leven, Op de rots van

Voorganger : Onze hulp is in de Naam van de Heer Allen : die hemel en aarde gemaakt heeft Voorganger : die trouw is tot in eeuwigheid.. Allen : die niet laat varen het werk van

vg Onze hulp is In de naam van de Heer allen die hemel en aarde gemaakt heeft vg Die trouw blijft tot in eeuwigheid allen en niet loslaat het werk van Zijn handen

Voorganger : Onze hulp is de Naam van de Heer Gemeente : die hemel en aarde gemaakt heeft.. Voorganger : De Heer is mijn licht en behoud, Gemeente : wie zou