• No results found

Leerlingentelling per 1 oktober 2002 voor basisscholen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Leerlingentelling per 1 oktober 2002 voor basisscholen"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlage A:

Lijst codering nationaliteiten

1 Inleiding

In deze toelichting wordt informatie verstrekt over de leer- lingentelling voor de basisscholen op 1 oktober 2002.

Centrale Financiën Instellingen (Cfi) verzamelt en valideert de telgegevens in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De 1 oktober leerlingentelling vormt de basis voor de personele en materiële bekostiging van basisscholen. In aanvulling op deze toelichting is via internet ook informatie over deze leerlingentelling beschikbaar. U vindt deze informatie op het volgende adres: ’www.cfi.nl’. Onder het menu PO – thema’s is ook een voorbeeld van het telformulier opgenomen.

Er zijn ten opzichte van de telling van het vorige jaar geen inhoudelijke wijzigingen in de leerlingentelling aange- bracht.

In het vervolg van deze toelichting zal worden ingegaan op:

• Tijdpad telprocedure (hoofdstuk 2);

• Aandachtspunten bij telling (hoofdstuk 3);

• Toelichting op vragenformulier (hoofdstuk 4).

2 Tijdpad telprocedure

Hieronder zijn de voor de telprocedure van belang zijnde stappen aangegeven. Bij elke stap is de van toepassing zijn- de datum aangegeven. In de laatste kolom is per stap opge- nomen wie de (hoofd)uitvoerder of verantwoordelijke is van/voor de stap.

Bestemd voor:

• gemeentebesturen

• bevoegde gezagsorganen van basisscholen

• directeuren van basisscholen

Voorlichting

Datum: 13 augustus 2002 Kenmerk: CFI/IGP- 2002/59730 Datum inwerkingtreding: n.v.t.

Geldigheidsduur beleidsregel: n.v.t.

Juridische grondslag: n.v.t.

Relatie tot eerdere mededelingen: n.v.t.

Informatie verkrijgbaar bij:

CFI/ICO/PO, 079-3232.333

Inhoud:

1 Inleiding

2 Tijdpad telprocedure 3 Aandachtspunten bij telling 3.1 Telpakket naar de scholen sturen 3.2 Telformulier invullen en ondertekenen 3.3 Telformulier naar Cfi sturen

3.3.1 Gevolgen van niet tijdig inzenden van de telgegevens 3.4 Gewaarmerkt afschrift archiveren

3.5 Afschriften naar B&W sturen

3.6 ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ naar het bevoegd gezag sturen

3.7 Correcties sturen naar Cfi 3.8 Controle door de Inspectie 3.9 Steekproefcontrole Departementale

Accountantsdienst (DAD)

4 Toelichting op het vragenformulier 4.1 Toelichting bij voorblad

4.2 Vraag 1: aantal leerlingen

4.3 Vraag 2: aantal leerlingen naar land van herkomst 4.4 Vraag 3: aantal leerlingen met een niet-Nederlandse

nationaliteit

4.5 Vraag 4: leerlingen naar school van herkomst 4.6 Vraag 5: opgave ongeoorloofd verzuim

Leerlingentelling per 1 oktober 2002 voor basisscholen

OCenW-Regelingen

(2)

U wordt er op gewezen dat gebruik van de originele for- mulieren, het papieren formulier of de diskette, noodzake- lijk is voor de verwerking.

Nevenvestigingen zoals bedoeld in artikel 85 van de Wet op het primair onderwijs (WPO), zijn altijd ontstaan vanuit een zelfstandig bekostigde school. Er wordt per (neven)ves- tiging apart geteld. Het BRIN-nummer van een nevenvesti- ging bestaat uit het BRIN-nummer van de hoofdvestiging, gevolgd door het volgnummer (2 posities) van de nevenves- tiging. Voor de hoofdvestiging wordt het volgnummer ’00’

gebruikt. De administratie van elke vestiging moet op de hoofdvestiging beschikbaar zijn ten behoeve van controles.

3.2 Telformulier invullen en ondertekenen

Gelet op de voordelen van het elektronisch invullen voor u en voor de verwerking door Cfi vraag ik u deze wijze van aanleveren van telgegevens, als dat maar enigszins moge- lijk is, te gebruiken. Belangrijkste voordelen van het gebruik van het Elektronisch Formulieren Systeem (EFS) zijn:

• Bij het invoeren van de gegevens door de school worden door het EFS direct controles uitgevoerd. Daardoor kun- nen eventuele fouten direct door de school verbeterd worden. Zo zullen de gegevens bij aanbieding aan Cfi betrouwbaarder zijn en zal minder gebruik gemaakt worden van de correctieronde;

• Wanneer u gebruik maakt van het EFS kan mogelijk een directe relatie worden gelegd met uw geautomatiseerde leerlingenadministratie. De leverancier van uw software dient dan in die software aanpassingen aan te brengen.

Daardoor moet het mogelijk worden om het in uw pak-

3 Aandachtspunten bij telling

Op een aantal stappen van de telprocedure wordt in dit hoofdstuk nader ingegaan.

3.1 Telpakket naar de scholen sturen

Het telpakket voor de teldatum 1 oktober 2002 wordt in de voorlaatste week van september rechtstreeks aan de hoofd- en nevenvestigingen van de scholen gezonden. Ook dit jaar bestaat weer de mogelijkheid om gebruik te maken van het Elektronisch Formulieren Systeem (EFS). Het tel- pakket met één EFS-diskette (programma+formulier) wordt aan iedere vestiging toegezonden. Meer informatie hier- over is in de toelichting op het gebruik van het EFS opge- nomen. Deze toelichting ontvangt u tegelijkertijd met de (elektronische) telformulieren.

Het pakket dat aan de school wordt gezonden bestaat uit:

• één set originele telformulieren en een retourenveloppe (het voorblad van de formulierenset is voorzien van een unieke barcode);

• één diskette (installatie EFS-programma en formulierdis- kette);

• de handleiding EFS ten behoeve van het gebruik van de diskette en

• één portvrije retourenveloppe ten behoeve van het inzenden van de diskette.

Het telpakket wordt in enkelvoud verstrekt. Benodigde afschriften moeten zelf worden vervaardigd. Wanneer gebruik wordt gemaakt van het EFS, kan de school op een- voudige wijze een afdruk van de telopgave maken (zie hiervoor de handleiding EFS).

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

Activiteit Datum Actie van

Telpakket naar de scholen sturen Uiterlijk 20 september 2002 Cfi

Wettelijke teldatum 1 oktober 2002

Telformulier invullen en ondertekenen Op of na 1 oktober 2002 School

Telformulier naar Cfi sturen Voor 15 oktober 2002 School

Gewaarmerkt afschrift archiveren Voor 15 oktober 2002 Bevoegd gezag / school

Afschrift naar B & W sturen Voor 15 oktober 2002 Bijzondere school

Binnen een week na ontvangst verzending ontvangst- Uiterlijk 24 oktober 2002 Cfi bevestiging naar bevoegd gezag

’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ naar het bevoegd Voor 7 november 2002 Cfi gezag sturen

Correcties n.a.v. verwerking telgegevens naar Cfi sturen Indien noodzakelijk binnen

2 weken na de datum van het OGT Bevoegd gezag / school Gewaarmerkt afschrift OGT archiveren Voor 20 november 2002 Bevoegd gezag / school

Afschrift naar B & W sturen Voor 20 november 2002 Bijzondere school

Steekproefcontrole departementale Accountantsdienst Tweede kwartaal 2003 Departementale Accountantsdienst

(3)

toegezonden kunnen worden, staat vermeld op het telfor- mulier.

Voor een efficiënte verwerking vraag ik u met nadruk de telgegevens op één manier in te zenden, dus of als elektro- nisch bericht (verzenden vanuit het EFS), of op diskette via de post, of op het papieren formulier via de post.

3.3.1 Gevolgen van niet tijdig inzenden van de telgegevens

Artikel 161, lid 1, van de WPO bepaalt dat het bevoegd gezag de minister voor 15 oktober de opgave van het aan- tal leerlingen zendt. Als de opgave niet voor 15 oktober aan de minister is gezonden, wordt het sanctiebeleid toe- gepast (opschorting van de vergoeding), dat gebaseerd is op artikel 164 van de WPO.

Als de telgegevens voor de voortzetting of beëindiging van de bekostiging of voor de opheffing of instandhouding van een school noodzakelijk zijn, stelt de minister overeen- komstig artikel 161, lid 1, van de WPO het aantal leerlin- gen ambtshalve vast. Bij de beoordeling of het telformulier tijdig is ingezonden, is bij verzending per post de datum van het poststempel bepalend. Bij een elektronische opga- ve is de door Cfi geregistreerde datum van binnenkomst bepalend. Voor meer informatie over het sanctiebeleid kunt u Uitleg Gele katern raadplegen (nummer 18 d.d.

27 juni 2001, blz. 10 tot en met 14).

3.4 Gewaarmerkt afschrift archiveren

In uw administratie moet u een afschrift van het telformu- lier opslaan, voorzien van een waarmerk door het bevoegd gezag. Dit afschrift is de basis voor de controle door de accountant.

3.5 Afschriften naar B&W sturen

Bijzondere scholen moeten eveneens een afschrift van hun opgave van de vragen 1 en 2 sturen aan burgemeester en wethouders van de gemeente waarin de school is gevestigd (artikel 11, lid 1, van het Bekostigingsbesluit WPO).

3.6 ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ naar het bevoegd gezag sturen

In het verleden is regelmatig gebleken dat opgegeven basisgegevens en totalen niet met elkaar overeenkwamen.

Ik wijs u er dan ook met nadruk op de basisgegevens en de totalen goed te controleren. De telgegevens worden in de maanden oktober en november 2002 door Cfi verwerkt.

Nadat de gegevens verwerkt zijn in het registratiesysteem ket vastgelegde bestand met leerlinggegevens automa-

tisch in het door EFS gevraagde formaat in te lezen in EFS;

• De bij het invullen van het telformulier benodigde infor- matie komt vanuit het EFS beschikbaar op het moment dat deze relevant is. U kunt zodoende desgewenst gebruik maken van de diverse ingebouwde tabellen (onder andere nationaliteiten bij vraag 3 en BRIN-num- mers bij vraag 4). Als dat nodig is kan ook door gebruik van de HELP-functie aanvullende informatie direct beschikbaar worden gemaakt via het beeldscherm.

Bij het gebruik van EFS kan het BRIN-nummer van de school geselecteerd worden uit een tabel. Hiervoor is een tabel met BRIN-nummers binnen EFS opgenomen, waaruit het BRIN-nummer geselecteerd moet worden.

Op het papieren telformulier zijn de volgende gegevens voorbedrukt:

• BRIN-nummer van de school;

• teldatum;

• naam en adres van de school.

Daar waar totalen gevraagd worden op het papieren telfor- mulier, is het noodzakelijk deze - mede ter controle van uw opgave - in te vullen.

Een toelichting bij het voorblad en de vragen 1 t/m 5 treft u in hoofdstuk 4 aan. Als u vragen heeft over de formulie- ren en/of over de diskette kunt u contact opnemen met het Informatiecentrum Onderwijs

(tel. 079-323 23 33).

3.3 Telformulier naar Cfi sturen

Gebruik van het EFS maakt het mogelijk om de telgege- vens op twee manieren elektronisch aan Cfi te verstrek- ken:

• als elektronisch bericht via E-mail en

• door middel van het per post opsturen van de diskette naar Cfi.

De school kan zelf kiezen welke vorm van indienen van de telgegevens voor haar het meest praktisch is. Cfi heeft een sterke voorkeur voor e-mail omdat de kans op fouten daar- bij het geringst is. Bovendien krijgt men bij een goed vol- tooide verzending vrijwel direct een elektronische ont- vangstbevestiging. Voor de verzending per diskette via de post is een antwoordnummer beschikbaar. Dit antwoord- nummer is opgenomen in de helptekst van het EFS.

Als het papieren formulier wordt gebruikt, dient u de ori- ginele formulieren (Cfi 52205) te gebruiken, inclusief het blad met de gegevens van de contactpersoon en onderteke- ning door de directeur. Het bevoegd gezag behoeft dit niet te ondertekenen! Het adres waar de telformulieren naar

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

(4)

opgave van het aantal leerlingen en de leerlingen adminis- tratie. Deze taak wordt nog slechts door of namens de departementale Accountantsdienst vervuld. De Inspectie kan echter nog steeds overgaan tot het controleren van de leerlingenadministratie, als daar tijdens de uitvoering van de specifieke inspectietaken aanleiding toe bestaat. De Inspectie zal u tijdens de controle inlichten over de te vol- gen procedures rond eventueel aan te brengen correcties.

3.9 Steekproefcontrole departementale Accountantsdienst

De departementale Accountantsdienst (DAD) controleert bij een steekproef de opgave en de leerlingenadministratie van de scholen. De DAD begint met de controle in het tweede kwartaal van het jaar volgend op de teldatum. De uitkomsten van eventuele administratieve controles wor- den gerapporteerd aan Cfi.

Op aangeven van de DAD corrigeert u de in uw opgave geconstateerde fouten op een afschrift van de oorspronke- lijke (gewaarmerkte) opgave en stuurt deze naar de DAD.

De DAD waarmerkt uw gecorrigeerde opgave en stuurt deze ter verwerking naar Cfi. Met nadruk wordt u verzocht het correctieformulier niet rechtstreeks naar Cfi te zenden.

U ontvangt een afschrift van de door de DAD gewaarmerk- te correctieopgave, dat u opslaat in uw administratie.

Bijzondere scholen sturen een exemplaar van het afschrift naar het college van B&W.

4 Toelichting op het vragenformulier

4.1 Toelichting bij voorblad

Als blijkt dat de voorbedrukte gegevens van de school onjuist zijn moet u een BRIN-mutatieformulier (BMF) zen- den aan:

Centrale Financiën Instellingen Unit Gegevens

Postbus 606 2700 ML Zoetermeer

In dat geval moet u, om de verwerking van de telgegevens toch mogelijk te maken, de telgegevens door middel van de papieren formulieren aanleveren, tezamen met een kopie van uw BRIN-mutatieformulier.

De wettelijke teldatum is 1 oktober 2002. De onderteke- ningsdatum op het formulier moet op of na de teldatum liggen. Het aantal leerlingen op 1 oktober kan immers niet vóór die datum worden vastgesteld.

wordt het ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens (OGT)’

verstuurd aan het bevoegd gezag. Op dit overzicht wordt de opgave van de vragen 1 en 2 weergegeven.

3.7 Correcties sturen naar Cfi

Het ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ moet door de school worden gecontroleerd op juistheid. Als de gegevens op het overzicht juist zijn, wordt dit overzicht opgeslagen in de administratie van de school (en NIET naar Cfi opge- stuurd). Eventuele correcties moet u binnen 2 weken na de datum van dit ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ aan- geven op een kopie van dit overzicht en opsturen naar Cfi.

De correcties bij voorkeur met een rode pen aangeven. De datum die van toepassing is, staat op het OGT vermeld. Te laat binnengekomen correcties worden niet meer in de procedure van de 1 oktober-telling verwerkt. Deze correc- ties kunnen in dat geval pas in het kader van de procedure rond de controle door de instellingsaccountant aan Cfi ter verwerking worden aangeboden. Indien niet binnen 2 weken wordt gereageerd, gaat Cfi ervan uit dat de gege- vens op de verstrekte overzichten akkoord zijn.

Correcties in verband met in- en uitschrijving (als bedoeld in artikel 8 van het Bekostigingsbesluit WPO) moeten over- eenkomstig artikel 11, lid 5, van het Bekostigingsbesluit WPO binnen 6 weken na de teldatum aan Cfi worden gemeld. Op het afschrift van het ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’ met de betreffende correctie(s) moet in de rechterbovenhoek een ’U’ komen te staan, waardoor het voor Cfi duidelijk is dat het om een correctie gaat die te maken heeft met een aanpassing van de datum van uit- schrijving.

Gebruik voor de wijzigingen bij voorkeur een rode pen. Op het voorblad van het afschrift worden de gegevens van de contactpersoon ingevuld en tevens geeft u aan, dat het om een correctie gaat. Dit blad wordt gedateerd en onderte- kend door het bevoegd gezag van de school.

U stuurt deze correctie aan:

Centrale Financiën Instellingen Unit Gegevens (PO-tellingen) Postbus 606

2700 ML Zoetermeer

U ontvangt naar aanleiding van uw correctie(s) een nieuw met uw correctie(s) bijgewerkt ’Overzicht Geregistreerde Telgegevens’. Mochten daar nog fouten op voorkomen dan kunnen deze vóór 1 juli 2003, tezamen met de accoun- tantsverklaring met betrekking tot onder andere de juist- heid van de basisgegevens, worden gemeld.

3.8 Controle door de Inspectie

In tegenstelling tot voorgaande schooljaren houdt de Inspectie geen steekproefsgewijze controles meer van de

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

(5)

ratie) voldoen hier dus niet meer aan. Voor leerlingen uit de Molukse bevolkingsgroep worden echter geen voorwaarden gesteld aan de herkomst en/of geboorte- plaats van de ouders. Deze leerlingen voldoen dus, mits aan de overige voorwaarden is voldaan, ook na de tweede generatie aan de criteria voor de 0,90-regeling.

2 Weging en een één-oudergezin. Voor de toekenning van gewicht 0,25 of 0,90 in een één-oudergezin is de situatie van de ouder, die daadwerkelijk het gezag over het kind uitoefent, bepalend.

3 Niet-Engelstalige landen buiten Europa. Voor toepas- sing van de (0,90) gewichtenregeling staat in artikel 15b van het Formatiebesluit WPO aangegeven dat naast een maximaal niveau van opleiding van de vader / verzorger of moeder / verzorgster of het beroep van de meest verdienende ouder, ook sprake moet zijn van een niet-Nederlandse culturele achtergrond. Van een niet-Nederlandse culturele achtergrond is sprake als van de leerling tenminste één van de ouders naast de in artikel 1 van het Formatiebesluit met name genoem- de landen geboren is in een ander niet-Engelstalig land buiten Europa, met uitzondering van Indonesië. Voor deze regeling worden onder Engelstalige landen buiten Europa de volgende landen verstaan: Verenigde Staten van Amerika, Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Alle andere landen buiten Europa kunnen dus beschouwd worden als niet-Engelstalig land buiten Europa. Onder het niet-Europese deel van de voormalige Sovjet Unie vallen de volgende landen:

• Armenië;

• Azerbaidzjan;

• Georgië;

• Kazachstan;

• Kirgizië;

• Tadzjikistan;

• Turkmenistan en

• Uzbekistan.

Dit zijn derhalve niet-Engelstalige landen buiten Europa. Alle overige landen behoren tot de Russische Federatie of behoren tot het Europese gedeelte van de voormalige Sovjet Unie.

4.3 Vraag 2: aantal leerlingen naar land van herkomst

De bij deze vraag op te geven aantallen leerlingen zijn bepalend voor de vergoeding voor Nederlands Onderwijs aan AndersTaligen (NOAT). Onder een bij deze vraag bedoelde leerling wordt verstaan een leerling:

a die behoort tot de Molukse bevolkingsgroep;

b van wie ten minste één van de ouders of voogden afkomstig is uit Griekenland, Italië, (vmlg/oud) Joegoslavië, Kaapverdië, Marokko, Portugal, Spanje, Tunesië of Turkije;

In het belang van een snelle verwerking kan het nodig zijn dat er contact met uw school wordt opgenomen. U wordt daarom verzocht de naam van uw contactpersoon in te vullen en het telefoonnummer waaronder deze tijdens schooluren bereikbaar is.

4.2 Vraag 1: aantal leerlingen

Conform artikel 10, lid 1 en 2, van het Bekostigingsbesluit WPO worden de leerlingen geteld die op de teldatum op de school staan ingeschreven en niet vanaf het begin van het schooljaar tot de teldatum (1 oktober 2002) meer dan de helft van het aantal schooldagen zonder geldige reden heb- ben verzuimd. Zie voor ’geldige redenen’ de Leerplichtwet 1969, artikelen 11 t/m 15.

Het gewicht van een leerling is bepaald bij inschrijving (1e schooldag) op de basisschool. Ook is voor de leerlingen die voor 1 december 1993 op de basisschool zijn ingeschreven op 1 oktober 1997 bij een algehele herziening het gewicht per de oorspronkelijke inschrijfdatum opnieuw vastge- steld. De situatie van de leerling op het moment van inschrijven op de basisschool dan wel van na de algehele herziening, is bepalend voor het voor die basisschool van toepassing zijnde gewicht van die leerling gedurende de gehele periode dat die leerling (nog) op die basisschool is ingeschreven.

De formatie voor bestrijding van onderwijsachterstanden wordt los van de basisformatie, vastgesteld. Daarom wordt gewerkt met de gewichten 0,25 voor kinderen met laag opgeleide autochtone ouders, 0,40 voor schipperskinderen, 0,70 voor kinderen van trekkende bevolking en 0,90 voor kinderen van laag opgeleide allochtone ouders (zie art. 15b Formatiebesluit WPO). Bij het papieren telformulier dient u, ter controle, ook de totalen per leeftijdsgroep en ach- terstandscategorie / geslacht in te vullen.

Bij fusie van twee of meer basisscholen moeten de leerling- gegevens van de opgeheven instelling(en) worden gevoegd bij het leerlingenbestand van de school die blijft bestaan.

Het is dus niet de bedoeling dat de gewichten opnieuw worden vastgesteld. Bij een fusie is er immers geen sprake van het opnieuw toelaten van een leerling. Voor informa- tie over de vaststelling van het schoolgewicht verwijs ik u naar Uitleg Gele katern nr. 9 d.d. 29 maart 2000, waarin aandacht is besteed aan de wijziging van het

Formatiebesluit per 1 augustus 2000.

N.B.

1 Derde generatie Molukse bevolkingsgroep. Volgens de 0,90-regeling voldoen leerlingen slechts aan de bedoel- de criteria, als tenminste één van de ouders voldoet aan de voorwaarden. Leerlingen waarvan beide ouders geboren zijn in Nederland (de zogenaamde derde gene-

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

(6)

ruimte biedt voor het aantal nationaliteiten kunt u fotoko- pieën gebruiken. Bij gebruik van meer dan 1 blad vult u de totalen in op het laatste blad.

4.5 Vraag 4: Leerlingen naar school van herkomst

Deze vraag wordt gesteld om zicht te krijgen op de leerlin- genstromen tussen de verschillende scholen binnen het (Nederlands) primair onderwijs. Bij deze vraag moet per school van herkomst (BRIN-nummer) het aantal leerlingen (jongens + meisjes) worden opgegeven dat in de periode van 1 oktober 2001 tot en met 1 oktober 2002 op uw school is ingeschreven. Het gaat hier uitsluitend om leerlingen die op 1 oktober 2002 op uw school staan ingeschreven en die, voordat zij op uw school instroomden, ingeschreven waren op een andere school voor basisonderwijs of speci- aal onderwijs in Nederland. Het aan het BRIN-nummer toe- gevoegde nummer van de nevenvestiging hoeft hier niet te worden opgegeven.

Wanneer uw school gefuseerd is en de opgeheven school is geen nevenvestiging geworden van uw school, dan moeten hier ook de leerlingen worden vermeld die afkomstig zijn van de opgeheven school.

Het elektronisch formulier maakt het - in de vorm van een BRIN-bestand - mogelijk het (de) BRIN-nummer(s) van de school (scholen) op te geven, voorzover deze zijn te achter- halen. Lukt het achterhalen bij gebruik van het elektro- nisch formulier echt niet, dan kan er in die uitzonderlijke situatie voor gekozen worden om het BRIN-nummer van de direct naastgelegen school van de school van herkomst in te vullen. Zo komt voor die gevallen in ieder geval nog de geografische stroom in beeld.

Als het papieren telformulier gebruikt wordt en het BRIN- nummer is echt niet te achterhalen kan worden volstaan met het (eventueel op een bijlage) vermelden van de naam, het adres en de plaats van vestiging van de school van her- komst en de bijbehorende aantallen. Wanneer u gebruik maakt van zo’n bijlage, dient u wel uw eigen BRIN-num- mer op deze bijlage te vermelden.

4.6 Vraag 5: opgave ongeoorloofd verzuim

Doel van deze vraag is inzicht te verkrijgen in de omvang van het ongeoorloofd relatief verzuim (ex artikel 25, lid 3, van de Leerplichtwet 1969) in Nederland, onder meer ten behoeve van de evaluatie van het landelijk beleid en van het beleid van scholen en gemeenten gericht op het terug- dringen van dat schoolverzuim. Men spreekt van relatief verzuim wanneer een leerplichtige wel staat ingeschreven op een school doch deze een aantal dagdelen niet heeft c van wie ten minste één van de ouders of voogden

afkomstig is uit Suriname, Aruba of de Nederlandse Antillen;

d van wie ten minste één van de ouders of voogden door de minister van justitie als vluchteling is toegelaten op grond van artikel 15 van de Vreemdelingenwet;

e van wie ten minste één van de ouders of voogden afkomstig is uit een ander niet-Engelstalig land buiten Europa, echter met uitzondering van Indonesië (zie ook de beschrijving in paragraaf 4.2 onder N.B. 3).

Onder ’afkomstig uit’ dient verstaan te worden ’gebo- ren in’.

Het op de leerlingenopgave vermelde aantal aan uw school ingeschreven leerlingen moet gesommeerd groter of gelijk zijn aan de opgetelde leerlingenaantallen (jongens + meis- jes) ingevuld bij de 0,90-categorie in vraag 1.

N. b.: Onder vmlg/oud Joegoslavië dient bij deze vraag zowel oud Joegoslavië (Servië en Montenegro) te worden verstaan als de overige landen die uit het voormalig Joegoslavië zijn voortgekomen.

4.4 Vraag 3: aantal leerlingen met een niet-Nederlandse

nationaliteit

Deze gegevens worden gevraagd om inzicht te verschaffen in de mate waarin kinderen met een niet-Nederlandse nationaliteit onderwijs ontvangen op Nederlandse scholen.

De in te vullen nationaliteit wordt als volgt bepaald:

• bij meer nationaliteiten van een leerling waaronder de Nederlandse is de Nederlandse nationaliteit bepalend;

• als bij meer nationaliteiten van een leerling de Nederlandse niet voorkomt, moet de nationaliteit van de biologische vader worden ingevuld. Ook als de leer- ling deel uitmaakt van een één-ouder gezin, geadopteerd is of een ander als pleegouder heeft.

Voor het schooljaar 2002-2003 heeft de lijst van landen een enkele wijziging ondergaan. Voormalig Joegoslavië is uit de landenlijst van deze vraag verwijderd. Onder het nieuw toegevoegde oud Joegoslavië dient alleen Servië en Montenegro te worden verstaan. De overige landen die uit het voormalige Joegoslavië zijn voortgekomen zijn net als vorig jaar afzonderlijk opgenomen in de landenlijst.

Gebruik daarom uitsluitend de lijst in de bijlage van deze toelichting.

Als een door u vastgestelde nationaliteit niet voorkomt in de lijst met nationaliteiten, kunt u het betreffende wereld- deel invullen (WD1 tot en met WD6). Als de nationaliteit niet kan worden vastgesteld kunt u ’Onbekend’ (YYY) invullen en wanneer de leerling geen nationaliteit heeft

’Staatloos’ (XXX). Wanneer het formulier niet voldoende

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

(7)

K Cambodja

CAM Cameroen

CDN Canada

RCA Centraal Afrikaanse Rep.

RCH Chili

CHN China (incl.Taiwan/Hong Kong)

CO Colombia

COM Comoren

RCB Congo

CR Costa Rica

C Cuba

CY Cyprus

DK Denemarken

DJI Djibouti

WD Dominica

DOM Dominicaanse Rep.

D Duitsland

EC Ecuador

ET Egypte

ES El Salvador

GQ Equatoriaal Guinea

ER Eritrea

EST Estland

ETH Ethiopië

FR Faroer

FJI Fiji-eilanden

FIN Finland

F Frankrijk

G Gabon

WAG Gambia

GE Georgië

GN Guinea

GH Ghana

GBZ Gibraltar

WG Grenada

GR Griekenland

GRO Groenland (DNK) GB Groot Brittannië

GCA Guatemala

RG Guinee

GNB Guinee-Bissau

GUY Guyana

RH Haïti

HN Honduras

H Hongarije

IS IJsland

IRL Ierland

IND India

RI Indonesië

IRQ Irak

IR Iran

IL Israël

I Italië

CI Ivoorkust

JA Jamaica

J Japan

bezocht. Ongeoorloofd verzuim, waarvan bijvoorbeeld sprake is in geval van spijbelen, staat tegenover geoorloofd verzuim waarvan bijvoorbeeld sprake is bij ziekte. U moet hier het aantal dagdelen (ochtenden en middagen) onge- oorloofd relatief verzuim in het schooljaar 2001 - 2002 opgeven, uitgesplitst naar jongens en meisjes. Indien er geen verzuim is geweest, dient u nul (0) in te vullen.

De staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen, namens deze,

ir. A.J. Degens,

hoofddirecteur centrale financiën instellingen

Bijlage A:

Lijst codering nationaliteiten

Code Omschrijving

WD1 *Afrika niet gespecificeerd WD4 *Azië niet gespecificeerd WD5 *Europa niet gespecificeerd

WD2 *Midden en Zuid Amerika niet gespecificeerd WD3 *Noord Amerika niet gespecificeerd WD6 *Oceanië niet gespecificeerd

YYY *Onbekend

XXX *Staatloos AFG Afghanistan

AL Albanië

DZ Algerije

AND Andorra

ANG Angola

RA Argentinië

AR Armenië

ARU Aruba

AUS Australië AZ Azerbaidzjan

BS Bahamas

BRN Bahrein

BD Bangladesh

BDS Barbados

BF Burkina Faso

B België

DY Benin

BHT Bhutan

BOL Bolivia

BIH Bosnië en Herzegowina

RB Botswana

BR Brazilië

BRU Brunei

BG Bulgarije

BU Burundi

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

(8)

Y Jemen

JOR Jordanië

CV Kaapverdische eilanden

KZ Kazachstan

EAK Kenya

KS Kirgizië

KIB Kiribati

KWT Koeweit

DVR Korea Noord

ROK Korea Zuid

HR Kroatië

LAO Laos

LS Lesotho

LV Letland

RL Libanon

LB Liberia

LAR Libië

FL Liechtenstein

LT Litouwen

L Luxemburg

MK Macedonië

RM Madagaskar

MW Malawi

MV Maldiven

MAL Maleisië

RMM Mali

M Malta

MA Marokko

RIM Mauretanië

MS Mauritius

MEX Mexico

MD Moldavië

MC Monaco

MAU Mongolië

MOC Mozambique

MYA Myanmar (voorheen Burma)

NAM Namibië

NAU Nauru

NA Nederlandse Antillen

NEP Nepal

NIC Nicaragua

NZ Nieuw Zeeland

RN Niger

WAN Nigeria

N Noorwegen

EAU Oeganda

OM Oman

A Oostenrijk

PK Pakistan

PA Panama

PNG Papua Nieuw Guinea

PY Paraguay

PE Peru

RP Philippijnen

PL Polen

Leerlingentelling per 1 okto- ber 2002 voor basisscholen

P Portugal

Q Qatar

RO Roemenië

RWA Ruanda

RUS Rusland

RSM San Marino

STP Sao Tome en Principe KSA Saudi-Arabië

SN Senegal

SY Seychellen

WAL Sierra Leone

SGP Singapore

SLO Slovenië

SK Slowakije

SOL Solomon-eilanden

SP Somalië

E Spanje

CL Sri Lanka

WL St. Lucia

WV St. Vincent

SUD Sudan

SME Suriname

SD Swaziland

SYR Syrië

TJN Tadzjikistan

EAT Tanzania

THA Thailand

RT Togo

TON Tonga

TT Trinidad en Tobago

TCH Tsjaad

CZ Tsjechië

TN Tunesië

TR Turkije

TM Turkmenistan

TUV Tuvalu

UA Ukraïne

ROU Uruguay

UZ Uzbekistan

VAN Vanuatu

V Vaticaanstad

YV Venezuela

UAE Verenigde Arabische Emiraten USA Verenigde Staten van Amerika

VN Vietnam

YU Oud Joegoslavië (Servië en Montenegro)

WS West Samoa

BY Wit-Rusland

ZRE Zaïre

Z Zambia

ZW Zimbabwe

ZA Zuid-Afrika

S Zweden

CH Zwitserland

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Na 32 jaar met heel veel passie, enthousiasme en plezier de gymlessen aan jullie kinderen gegeven te hebben, ga ik na de herfstvakantie stoppen. Dan heb ik precies 32 jaar les

Een von de oudste mis- schien, is waarin de mens wordt verteld dat hij in het zweet van zijn aanschijn zijn eigen toekomst op deze planeet moet realiseren, maar er zijn

wil een gedeelte wel en een ander gedeelte niet en krijg je een ratje- toe.” Volgens Tom Verlaan (CDA) is het zo dat als je iets regelt voor de ene groep schakelwoningen de

Gedurende de termijn van terinzagelegging (3 oktober 2014 t/m 13 november 2014) kan tegen het vaststellingsbesluit en het Besluit hogere waarde beroep wor- den ingesteld door

Met zelfstandigen (zonder personeel) worden individuele afspraken gemaakt over de beloning. In artikel 19:24 CAR-UWO is bepaald dat de vrijwillige brandweer de LOGA afspraken

Met an- dere woorden, er is grote tevredenheid over het ge- bruik en aanbod dat de Vlaamse instellingen bie- den Deze tevredenheid zet zich niet om in een po- sitieve evaluatie van

Het wetsvoorstel voorziet in de instelling van de Beoordelingscommissie dopingzaken (hierna ook wel: Beoordelingscommissie) als publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan

2014/01 30-01-2014 De werking van het Splitsingsbeleid 2013 wordt in het vroege voorjaar van 2015 geëvalueerd op basis van de ontvangen aanvragen gehonoreerde aanvragen en