• No results found

Pedagogisch werkplan. Sport en spel bso Kicken

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Pedagogisch werkplan. Sport en spel bso Kicken"

Copied!
37
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Pedagogisch werkplan

Sport en spel bso Kicken

7 – 13 jaar

Juni 2021

(2)

Bso Kicken

bso Kicken is gevestigd op:

Sportpark Jaspers Jaspersweg 1

7103 AV Winterswijk Contactgegevens:

Telefoon: 06-53530599 E-mail: kicken@swwbv.nl

Onderdeel van:

SWW Kinderopvang BV Haitsma Mulierweg 20 7101 CA Winterswijk Contactgegevens:

Telefoon: 0543-546060 E-mail: info@swwbv.nl

Leidinggevende bso Kicken:

Kim Wopereis

Telefoon: 0543-546088 E-mail: kimwopereis@swwbv.nl

(3)

Inhoud

Inleiding 5

1.Bso Kicken 6

▪ Doel

▪ Bso en vrije tijd

Bso en opvang als aanvulling op de ontwikkeling van kinderen

2.Algemene informatie 7

▪ Groepsruimte

▪ Openingstijden

▪ Voorschoolse opvang

▪ Pedagogisch medewerkers

▪ Stagiaires en vrijwilligers

▪ Drie-uursregeling

▪ Basisgroep en groepsgrootte

▪ Open deurenbeleid

▪ Activiteiten buiten de basisgroep

▪ Samenvoegen van basisgroepen

▪ Opvang in een andere basisgroep

▪ Afnemen van extra dag(delen) en ruildagen

▪ Flexibele opvang

▪ Pedagogisch proces

▪ Ontwikkeling stimuleren

▪ Mentorschap

▪ Overdracht

▪ Observeren en signaleren

▪ Ondersteuning en begeleiding pedagogisch medewerkers

▪ Ouders informeren en doorverwijzen

▪ Interne informatieoverdracht

▪ Oudercontacten

▪ Ouders en medezeggenschap

▪ Achterwacht

▪ Klachten

3.Veiligheid en Gezondheid 16

▪ Risico inventarisatie

▪ Huisregels

▪ Voeding

▪ Ziekte en medicijnen

▪ Veiligheid en hygiëne

▪ Huisvesting

▪ VOG

Meldcode

4.Praktische informatie 19

▪ Wennen

▪ Vervoer

(4)

▪ Vervoer naar clubs en verenigingen

▪ Zelfstandig naar huis

▪ Zelfstandig buiten spelen

▪ Opvang tijdens schoolvakanties

▪ BeweegWijs

▪ Externe contacten

5.Kindbeeld 23

▪ Pedagogische visie

▪ Missie

6.Pedagogische doelen

24

6.1 Bieden van emotionele veiligheid 6.1.1 Vertrouwde gezichten

▪ De basisgroep

▪ Verlaten van de basisgroep 6.1.2 Accepteren en waarderen

6.1.3 Inspelen op behoeften van kinderen

▪ Kinderparticipatie 6.1.4 Ritme en structuur

▪ Dagritme

6.1.5 Regels en afspraken

6.1.6 Veilige en overzichtelijke ruimte 6.1.7 Contact met ouders

6.2 Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van de persoonlijke competentie 6.2.1 Eigen mogelijkheden leren kennen en ontplooien

▪ Rol van de pedagogisch medewerkers

▪ Materialen en activiteiten

▪ Aanbod tijdens vakantieweken

▪ Inrichting 6.2.2 Keuzes maken 6.2.3 Fysieke veiligheid

6.3 Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van de sociale competentie 6.3.1 Samenwerken

6.3.2 Onderdeel van een groep

▪ Meehelpen

▪ Wennen

6.3.3 Samenspel bevorderen 6.3.4 Vriendschappen 6.3.5 Conflicten oplossen

▪ Pesten

6.4 Bieden van kansen om normen en waarden eigen te maken

7.Verwijzing naar overige informatie 39

(5)

Inleiding

Voor u ligt het pedagogisch werkplan van buitenschoolse opvang Kicken, onderdeel van SWW Kinderopvang BV. We vinden het belangrijk om u te informeren over wie we zijn, wat we doen en wat u van ons kunt verwachten. In het pedagogisch werkplan hebben we alle informatie voor u op een rijtje gezet. Zo vindt u informatie over de pedagogische doelen en de werkwijze, maar ook de nodige praktische informatie. Soms verwijzen we daarbij naar uitgebreide en actuele informatie op onze website of in specifieke protocollen en documenten.

De inhoud van het pedagogisch werkplan is in overeenstemming met het kindbeeld en de pedagogische uitgangspunten van SWW Kinderopvang BV, zoals die beschreven staan in het algemeen pedagogisch beleidsplan.

Het vastleggen van onze pedagogisch werkwijze vinden we belangrijk om de volgende redenen:

• we willen een eenduidige pedagogische kwaliteit ontwikkelen en vasthouden

• we willen deze pedagogische kwaliteit kunnen bewaken

• we kunnen nagaan of we bereiken wat we willen bereiken en elkaar aanspreken op onze pedagogische afspraken

• het pedagogisch werkplan biedt ons steun bij ons werk met de kinderen

• we kunnen op deze manier aan ouders en andere buitenstaanders duidelijk maken hoe we werken.

• het pedagogisch werkplan biedt een handvat aan pedagogisch medewerkers

Een pedagogisch werkplan is geen vaststaand gegeven, maar blijft zich in de loop der tijd steeds verder ontwikkelen. Bijvoorbeeld naar aanleiding van nieuwe pedagogische inzichten of

ontwikkelingen in de praktijk. Het werkplan wordt ten minste een keer per jaar geëvalueerd in de werkgroep Kwaliteit en indien nodig wordt het op onderdelen aangevuld of gewijzigd.

Veranderingen worden ter advies met de oudercommissie besproken en ouders worden hierover geïnformeerd. De leidinggevende bewaakt deze procedure.

In dit werkplan wordt gesproken over wij. Daarmee wordt de organisatie in zijn algemeenheid en de pedagogisch medewerkers in het bijzonder bedoeld.

In het pedagogisch werkplan wordt over kinderen gesproken. Hierbij is de mannelijke vorm aangehouden maar hier kan natuurlijk ook de vrouwelijke vorm worden gelezen.

Het pedagogisch werkplan is te vinden op de website van de SWW en in te zien op de groep.

We wensen u veel leesplezier en bovenal wensen we u en uw kind een plezierige tijd op onze bso!

(6)

1. Bso Kicken

Doel

Bso Kicken is een sport en spel buitenschoolse opvang (bso). Bso Kicken stelt zich ten doel opvang voor kinderen voor- en na schooltijd en op schoolvrije dagen te verzorgen van verschillende basisscholen in Winterswijk.

De nadruk ligt op vrijetijdsbesteding van kinderen in een omgeving waar ze zich veilig en prettig voelen, waarbij de pedagogisch medewerkers sturend en voorwaardenscheppend zijn.

Bso Kicken biedt opvang aan kinderen in de leeftijd van 7 tot en met 12 jaar, na schooltijd.

Buitenschoolse opvang betekent geen verlenging van de schooltijd; buitenschoolse opvang vindt plaats in de vrije tijd van de kinderen en biedt derhalve gelegenheid aan kinderen voor, vinden wij, een fijne invulling van die vrije tijd.

Kinderen in de basisschoolleeftijd die de bso bezoeken, hebben te maken met maar liefst drie verschillende leefmilieus: thuis, school en de buitenschoolse opvang. De situatie thuis en op school verschillen erg van elkaar, beiden hebben een grote impact op het kind. Omdat een kind op de basisschool al veel ‘moet’, is buitenschools opvang nadrukkelijk vrije tijd voor de kinderen.

Bso en vrije tijd

Wij vinden dat vrije tijd wordt gekenmerkt door speels bezig zijn. We vinden het belangrijk dat kinderen spelen en daaraan plezier beleven. Vrije tijd is speeltijd waarbij het kind zelf kan bepalen wat het doet, hoe het dat doet en met wie. Eigen initiatief staat voorop. Dit sluit echter niet uit dat er ook activiteiten door ons worden georganiseerd. We werken bij bso Kicken met de methode BeweegWijs. Deze methode zet zich in om beweging en plezier in beweging bij kinderen te stimuleren doormiddel van een programma. Daarnaast betrekken we de kinderen bij het kiezen en het uitwerken van gerichte activiteiten.

Tijdens de vrije tijd ontwikkelt het kind sociale vaardigheden als initiatief nemen, zelfstandigheid, samenwerking en openheid. Zelf kiezen van activiteiten vereist aangepaste ruimten en een gevarieerd spel- en speelgoedaanbod.

Vrije tijd doet ook denken aan huiselijkheid en gezelligheid. Dit betekent een gezellige inrichting, maar het betekent ook op een goede manier omgaan met elkaar.

Bso en opvang als aanvulling op de ontwikkeling van kinderen

Op de bso bieden we kinderen opvang: onderdak, zorg, bescherming, gezelligheid en persoonlijke aandacht voor ieder kind. Opvang die aansluit bij de ontwikkeling van de kinderen, maar waarbij de pedagogisch medewerkers ook sturend zijn: wat kan wel en wat kan niet. We hebben het dan over normen en waarden, over het vaststellen van regels.

(7)

2. Algemene informatie

Bso Kicken vangt kinderen op van ouders die werken en/of studeren. SWW Kinderopvang BV beschikt over twee locaties buitenschoolse opvang, te weten: bso de Boemerang (locatie kindercentrum de Springplank) en bso Kicken (locatie sportpark Jaspers).

Groepsruimte

Bso Kicken is gelegen op sportpark Jaspers en is gevestigd in de voormalige kantine van voetbalvereniging Winterswijk. De bso beschikt over een grote groepsruimte en twee kleinere ruimtes. Verder maakt de bso gebruik van het grasveld en het plein aangrenzend aan de bso en de bso mag gebruik maken van twee van de voetbalvelden van FC Winterswijk. Bso Kicken heeft vier basisgroepen: groep van Paarse Panter (flexibele groep), groep Witte Walvis, Groep Gele Gekko en groep Zwarte Zebra.

Openingstijden

Bso Kicken is op maandag-, dinsdag-, donderdag en vrijdagmiddag geopend op werkdagen na schooltijd in de regel van 14.00 uur tot 18.30 uur. Verlengde opvang tot 19.00 uur is alleen structureel mogelijk, op aanvraag. Op woensdagmiddag bieden we opvang aan bij bso de Boemerang. Tijdens de vakanties is de bso bij voldoende aanmeldingen geopend van 8.00 tot 18.00 uur en op aanvraag van 7.00 tot 19.00 uur. Bij weinig aanmeldingen worden de kinderen van bso Kicken tijdens de vakantie opgevangen bij bso de Boemerang. Bso de Boemerang is in de vakantie geopend van 8.00 tot 18.00 uur en op aanvraag vanaf 07.00 en tot 19.00 uur. Kinderen die bijvoorbeeld normaal gesproken op dinsdag- en donderdagmiddag de bso bezoeken, kunnen tijdens de schoolvakanties op deze dagen de gehele dag terecht. Informatie over tarieven vindt u op de website www.swwkinderopvang.nl.

Voorschoolse opvang

Tijdens schoolweken bieden we voorschoolse opvang aan bij de bso de Boemerang tussen 7.00 uur en 8.30 uur. Bij de voorschoolse opvang komen maximaal 70 kinderen tegelijkertijd. Voor de vso hanteren we dezelfde kwaliteitseisen als voor de bso. Er werken bij de vso 1 of 2 pedagogisch medewerkers afhankelijk van de groepsgrootte. Ouders brengen hun kind(eren) naar de voorschoolse opvang. Tijdens de voorschoolse opvang spelen we een spelletje of we lezen een boek voor. Kinderen kunnen hun meegebrachte boterham opeten en we drinken wat. Rond 8.15 uur worden de kinderen naar de basisschool gebracht.

Pedagogisch medewerkers

De kinderen worden opgevangen door gekwalificeerde pedagogisch medewerkers die minimaal beschikken over een mbo opleiding niveau drie. Het aantal pedagogisch medewerkers dat tegelijkertijd aanwezig is hangt af van de aantallen kinderen die komen. We baseren ons hierbij op de beleidsregels uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Gemiddeld is er één pedagogisch medewerker per 10 kinderen. Het is mogelijk dat er aan het eind van de dag, gedurende een half uur, minder pedagogisch medewerkers zijn (half-uursregeling). Er werken momenteel bij bso Kicken vier vaste pedagogisch medewerkers. Elke pedagogisch medewerker is gekoppeld aan een vaste basisgroep.

Soms zijn er invalkrachten werkzaam op de groep ter vervanging van de vaste pedagogisch medewerkers. Er wordt naar gestreefd om per dagdeel tenminste één vaste pedagogisch medewerker op de basisgroep aanwezig te laten zijn. Vakanties van de vaste pedagogisch

(8)

medewerkers worden zo goed mogelijk op elkaar afgestemd. We werken zo veel mogelijk met vaste invalkrachten op de groep.

Stagiaires en vrijwilligers

Stagiaires

Bij SWW Kinderopvang werken we samen met stagiaires. Stagiaires zijn onze medewerkers van de toekomst. Wij vinden het belangrijk hen een plek te bieden waar ze kunnen kennismaken met het werkveld, kunnen leren en zich ontwikkelen. Stagiaires zijn boventallig en worden dus niet meegenomen in de bkr. De buitenschoolse opvang werkt samen met verschillende beroepsopleidingen zoals ROC het “Graafschap College” te Doetinchem-Groenlo.

Afhankelijk van het niveau en het leerjaar van de stagiaire voert hij/zij taken en activiteiten uit op de groep. Dit gebeurt onder begeleiding van de werkbegeleider van de stagiaire. De werkbegeleider is een pedagogisch medewerker die werkzaam is op de groep waar de stagiaire stage loopt. De werkbegeleider observeert en volgt de stagiaire en geeft haar feedback tijdens het werk. Daarnaast vindt er 1 keer in de week een begeleidingsgesprek plaats.

De werkzaamheden van de stagiaire kunnen bestaan uit bijvoorbeeld: met de kinderen meespelen, spelletjes doen met een groepje kinderen, begeleiden van het eten en drinken, schoonmaken, activiteiten voorbereiden, activiteiten doen met de kinderen, kinderen begeleiden bij toiletbezoek etc. De werkzaamheden van de stagiaire worden vooraf met de werkbegeleider afgestemd. De werkbegeleider bepaalt welke taken de stagiaire al wel kan uitvoeren en welke taken nog niet. De stagiaire draagt geen verantwoordelijkheid voor de groep, de eindverantwoordelijkheid ligt altijd bij de pedagogisch medewerkers. Uiteraard is de stagiaire wel verantwoordelijk voor haar eigen handelen. Ook de overdracht met ouders is de verantwoordelijkheid van de pedagogisch medewerker. Als stagiaires verder zijn in hun stage mogen zij oudergesprekken voeren met ouders tijdens het brengen en halen. Ook mogen zij aanwezig zijn bij oudergesprekken.

Uiteindelijk moet de stagiaire de kans krijgen alle vaardigheden te ontwikkelen waar een pedagogisch medewerker over moet beschikken en moet zij deze dus ook kunnen oefenen. Hiertoe krijgt de stagiaire de kans. Zij mag, afhankelijk van haar ontwikkeling en competenties, steeds meer taken uitvoeren. Dit bepaalt de werkbegeleider in overleg met de stagiaire.

De stagiaire is verplicht het pedagogisch werkplan en de huisregels te kennen en daar naar te handelen, voor zover dit betrekking heeft op zijn/haar taken.

Vrijwilligers

Bij SWW Kinderopvang zijn vrijwilligers werkzaam. Bij bso Kicken zijn twee soorten vrijwilligers.

1.: vrijwilligers die werkzaam zijn in de ondersteunende diensten zoals de huishoudelijke dienst, de technische dienst of zij helpen bij het bezorgen van de boodschappen. En 2.: vrijwilligers die worden ingezet bij het begeleiden van activiteiten met de kinderen of het vervoeren van kinderen van school naar de bso en naar sportclubs/verenigingen.

De vrijwilligers die werkzaam zijn in de ondersteunende diensten worden niet ingezet op de groepen. Wel zijn zij daar soms aanwezig voor het uitvoeren van werkzaamheden zoals de schoonmaak of het onderhoud aan de tuin. Zij maaien het gras, maken de groepsruimte schoon of doen de afwas. Zij komen daardoor ook in contact met de kinderen. Daarover hebben wij afspraken gemaakt. Zij mogen zich bijvoorbeeld niet bemoeien met het spel van de kinderen of überhaupt met het reilen en zeilen op de groep. Wel mogen zij een praatje maken met de kinderen of vragen van de kinderen beantwoorden als zij op de groep aanwezig zijn. Wij vinden dit horen bij normen en waarden. Als je op de groep komt groet je de medewerkers en de kinderen en maak je dus contact. Dit geldt ook andersom. We vinden het belangrijk om respectvol met elkaar om te gaan. Daar hoort wederzijds contact ook bij. Vrijwilligers mogen uiteraard ook de ouders begroeten bij binnenkomst. Het is niet de bedoeling dat zij informatie met ouders uitwisselen over de kinderen of over de groep.

(9)

De vrijwilligers die worden ingezet bij het begeleiden van activiteiten met de kinderen of het vervoeren van kinderen van school naar de bso en naar sportclubs/verenigingen worden begeleid door de pedagogisch medewerkers van de bso en de leidinggevende bso. De verantwoordelijkheid voor de groep en de kinderen ligt bij de pedagogisch medewerkers. Wel is de vrijwilliger verantwoordelijk voor zijn/haar eigen handelen. In het vrijwilligerscontract staat beschreven wat de taken en bevoegdheden van de vrijwilliger zijn.

Het doen van vrijwilligerswerk brengt ook verantwoordelijkheden met zich mee. Wij gaan er vanuit dat de vrijwilligers zich aan de gemaakte afspraken houden en controleren dit regelmatig.

Alle vrijwilligers beschikken over een geldig VOG. De ondersteunende vrijwilligers vallen onder verantwoordelijkheid van de facilitair manager en worden door hem begeleid. De vrijwilligers die worden ingezet op de groep vallen onder eindverantwoordelijkheid van de leidinggevende bso.

Alle vrijwilligers sluiten bij aanvang een vrijwilligerscontract met SWW Kinderopvang af. Zij krijgen tijdens hun werkzaamheden feedback over hun functioneren van de pedagogisch medewerker. Daarnaast hebben zij periodiek een gesprek met de facilitair manager/leidinggevende.

Drie-uursregeling

Binnen de kinderopvang mag tijdens een opvangdag van minimaal 10 uur gedurende 3 uur per dag worden afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio (bkr), de zogenaamde drie-uursregeling.

Tijdens de vakantie-periodes (de lange dagen) bij de buitenschoolse opvang kiezen we ervoor om het eerste half uur, het laatste uur en tussen de middag (anderhalf uur) minder pedagogisch medewerkers in te zetten. Het eerste half uur en het laatste uur van de opvangdag is het vaak rustiger op de groep, kinderen moeten nog komen of zijn al naar huis, en zijn we in de opstart- dan wel afrondfase van de dag. Dit maakt dat we met minder pedagogisch medewerkers op een verantwoorde manier de opvang kunnen verzorgen. Ook tussen de middag geldt dat het vaak rustiger is op de groep. De ochtend activiteit is geweest, de kinderen hebben gegeten en tussen de middag is er tijd om rustig te spelen, te lezen of te chillen. Onze pedagogisch medewerkers kunnen op dat moment om de beurt pauze houden. Wel zorgen we altijd dat er een tweede volwassene in het gebouw is of snel bereikbaar is, zodat bij calamiteiten hulp snel ter plaatse is.

De tijden waarop we afwijken van de bkr zijn: - 08.00-08.30 uur - 12.30-14.00 uur - 17.00-18.00 uur Deze tijden zijn op elke dag van de week dezelfde tijden.

Bij een korte dag houden we op de bso houden we de half-uursregeling aan. Aan het eind van de opvangdag werken we gedurende een half uur, van 18.00-18.30 met minder pedagogisch medewerkers. De dag is op dat moment in de afrondfase en er zijn al kinderen naar huis waardoor het rustiger is op de groep.

Basisgroep en groepsgrootte

Bij de groepsgrootte en de leeftijdsopbouw van de groepen baseren we ons op de beleidsregels uit de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

Er is bij bso Kicken plaats voor maximaal 60 kinderen per dag(deel) in de leeftijd van 7 t/m 12 jaar. De kinderen komen op vaste dagen en worden opgevangen door vaste pedagogisch medewerkers. De kinderen worden lopend of met eigen personenbusjes/auto’s opgehaald van de diverse scholen door de pedagogisch medewerkers. Sommige kinderen komen zelfstandig, met de fiets, naar Kicken. De meeste kinderen worden opgehaald van school.

De kinderen worden opgevangen in een basisgroep met een vaste groepssamenstelling. Deze basisgroep bestaat uit maximaal 20 kinderen en wordt begeleid door twee pedagogisch

(10)

medewerkers. Bij bso Kicken zijn vier basisgroepen, te weten groep Paarse Panter (flexibele groep), groep Witte Walvis, Groep Gele Gekko en groep Zwarte Zebra. Elke basisgroep heeft een vaste plek in het gebouw. Er zijn voldoende zitplaatsen aan tafels en op banken. De kinderen weten tot welke groep ze behoren. Aan iedere groep zijn vaste pedagogisch medewerkers gekoppeld. Op een overzichtslijst staat welke kinderen in welke basisgroep zitten. Deze lijst hangt in de leefruimte.

De schooltijden variëren. Dit betekent dat de kinderen als ze uit school komen eerst iets drinken en eten, en daarna direct gaan spelen. De pedagogisch medewerker(s) die op locatie blijft vangt deze kinderen op, vraagt hoe hun dag was en informeert wat ze die middag aan activiteiten gaan doen. De kinderen kiezen zelf waar ze gaan spelen, dat kan binnen of buiten zijn. De laatste kinderen komen tegen 15.30 uur binnen, de eersten om 14.15 uur. Rond 15.45 uur gaan de kinderen in hun basisgroep. Ze krijgen opnieuw iets te drinken en eten aangeboden. Dit is het moment waarop er onderling contact tussen de kinderen mogelijk is en er is gelegenheid voor de

pedagogisch medewerkers om persoonlijke informatie met de kinderen uit te wisselen. Vaak zijn dit mededelingen of bijvoorbeeld het voorstellen van een nieuw kind ende regel van de maand wordt besproken. In iedere basisgroep wordt bekend gemaakt aan welke sport- of spelactiviteit de kinderen kunnen gaan deelnemen. Een of meerdere pedagogisch medewerkers begeleiden dit.

Deze activiteit duurt hooguit een half uur. Kinderen hoeven er niet aan mee te doen. Ze kunnen er ook voor kiezen om zelfstandig te gaan spelen.

Kinderen die zelfstandig naar huis gaan of bijvoorbeeld naar de voetbaltraining, melden dit bij de pedagogisch medewerker van hun basisgroep. Deze noteert dit op de daglijst. Ouders komen hun kind ophalen, er is kortstondig contact mogelijk met de pedagogisch medewerkers.

Open deuren beleid

We maken gebruik van meerdere ruimtes. Naarmate kinderen ouder worden hebben zij behoefte aan een grotere leefomgeving. Naast de opvang in de basisgroep is er voor kinderen de mogelijkheid om te spelen in de kleine ruimte en de grote ruimte van Kicken. Er worden afspraken gemaakt met de kinderen waar ze wel en niet mogen spelen. Deze afspraken zijn vastgelegd in de huisregels. De ruimtes zijn naast elkaar gelegen.

Activiteiten buiten de basisgroep

We verlaten soms de basisgroep voor een uitstapje buiten de locatie. Dit gebeurt met name tijdens de vakanties. We starten en eindigen de dag altijd in de basisgroep. We bespreken met de kinderen voor we vertrekken wat we gaan doen en maken afspraken over bijvoorbeeld de veiligheid tijdens het uitstapje.

Samenvoegen van basisgroepen

Bij een lagere bezetting van groepen, bijvoorbeeld in vakantieperiodes, door afname van het aantal kinderen, of om pedagogische redenen kunnen basisgroepen op dezelfde locatie worden samengevoegd. Door het samenvoegen van groepjes kinderen, waarbij niet meer dan maximaal 20 kinderen in een basisgroep worden opgevangen, is er meer keus voor kinderen om samen te spelen met andere kinderen en ontstaat meer gelegenheid om specifieke activiteiten aan te bieden.

Doordat alle groepen gedurende de dag met eenzelfde dagprogramma werken is de structuur en werkwijze op een (samengevoegde) groep min of meer gelijk. De continuïteit voor de kinderen is daarmee gewaarborgd. Pedagogisch medewerkers van andere groepen zijn bekende en vertrouwde personen voor de kinderen, omdat op diverse momenten gedurende de week de deuren van de groepen open staan en kinderen over en weer kunnen spelen. Het samenvoegen van groepen kan

(11)

structureel zijn op een specifieke dag van de week, of incidenteel tijdens studiedagen en in de vakantieperioden.

Opvang in een andere basisgroep

Kinderen van bso Kicken worden in verband met de lage groepsbezetting op woensdagmiddag structureel opgevangen bij bso de Boemerang, de hoofdlocatie van SWW Kinderopvang. Ouders ondertekenen hiervoor een tweede plaatsingscontract. Tijdens vakantieweken waarin het relatief rustig is, worden de kinderen van Kicken opgevangen bij bso de Boemerang. Dit wordt ruim op tijd met ouders gecommuniceerd.

Met vooraf gegeven schriftelijke toestemming van de ouder kan een kind gedurende een overeengekomen periode worden opgevangen op dezelfde locatie in een andere basisgroep dan de eigen basisgroep. Bijvoorbeeld omdat er een verzoek is van ouders om een kind in twee basisgroepen te plaatsen, omdat er geen plek is op verschillende dagen in dezelfde groep. Als een kind daarvoor op twee locaties wordt opgevangen worden er met ouders twee plaatsingscontracten afgesloten.

Ouders schrijven hun kind via het formulier vakantieopvang apart in voor de opvang tijdens de schoolvakanties. Op basis van het aantal aangemelde kinderen wordt bekeken welke locaties daadwerkelijk open gaan. Ouders krijgen een bevestiging van inschrijving voor de afgesproken dagen. Voordat de vakantie begint informeren wij de kinderen en ouders via een brief op welke locatie hun kind(eren) geplaatst is in de vakantie.

Afnemen van extra dagdelen en ruildagen

Ouders kunnen, in overleg, incidenteel een extra dag(deel) afnemen welke buiten de vaste

contracturen valt of een verzoek doen om te ruilen van een dag waarop het kind normaal komt met een andere dag waarop het niet is geplaatst. De beroepskracht-kind-ratio en groepssamenstelling is hierin leidend. Incidenteel ruilen van dagen kan plaatsvinden binnen een kalenderjaar. Afname van incidenteel extra dagdelen geldt tegen vergoeding van het geldende tarief. Het verzoek kan worden gedaan bij de pedagogisch medewerker. Er wordt door haar gekeken of er ruimte is voor het kind op een andere dag. Dit hangt af van de groepsbezetting en eventuele bijzonderheden op de groep. Als er geen plek is op de vaste basisgroep kan de opvang van extra dagdelen en ruildagen ook plaatsvinden op een andere groep dan de basisgroep. Hiervoor geeft de ouder schriftelijk toestemming door het invullen en ondertekenen van het formulier aanvraag extra opvang of formulier aanvraag ruildag. Dit betreft een van te voren vastgestelde periode. Wanneer er structureel wordt geruild van dag of extra opvang wordt afgenomen op de eigen basisgroep wordt dit in de plaatsingsovereenkomst aangepast en door ouders ondertekend. De maandfactuur zal dan ook veranderen. Indien in de eigen basisgroep geen ruimte is, kan het kind tijdelijk in een andere basisgroep geplaatst kan worden totdat er ruimte is op de eigen basisgroep. Dit wordt met de ouders van het betreffende kind besproken en de ouder geeft hiervoor schriftelijk toestemming.

Flexibele opvang

Bij bso Kicken kunnen we een beperkt aantal kinderen met een overeenkomst voor flexibele opvang plaatsen. Met een flexibele overeenkomst neemt u op wisselende dagdelen in de maand opvang af.

Deze opvang is bedoeld voor ouders die maandelijks van rooster veranderen. U sluit een overeenkomst af met een minimum van gemiddeld één dagdeel per week. Twee weken voor het begin van elke maand geeft u aan de bso door de dagen van de gewenste opvang aan de hand van uw rooster en vervolgens plannen wij op de bso uw kind in. De opvang zal zoveel mogelijk in dezelfde basisgroep plaatsvinden, maar we kunnen dit niet garanderen. Bij te laat doorgeven van de dagen

(12)

vervalt het automatisch recht. Beoordeling vindt dan plaats op basis van beschikbare ruimte/personeel.

Pedagogisch proces

We vinden het belangrijk om structureel aandacht te besteden, met onze pedagogisch medewerkers, aan onze doelen, werkwijze, nieuwe ontwikkelingen en uitvoering daarvan in de praktijk. Dit noemen wij het pedagogisch proces. Dit doen wij onder andere door het pedagogisch proces vast onderdeel te maken van het teamoverleg en tijdens de tweejaarlijkse

themabijeenkomsten voor medewerkers het pedagogisch proces structureel op de agenda te zetten.

Ontwikkeling stimuleren

Het zijn onze pedagogische medewerkers die elke dag weer het verschil maken. Daarom besteden we veel aandacht aan het trainen en begeleiden van onze medewerkers. Zo hebben we een speciale training video interactiebegeleiding, VIB, ontwikkeld. Hoe werkt dit? Het pedagogisch handelen van de medewerker in contact met de kinderen wordt op film vastgelegd. Met een gecertificeerde interactiebegeleider, in dit geval de leidinggevende, worden de filmopnames geanalyseerd en besproken. Pedagogisch medewerkers leren zo goed te kijken naar kinderen, initiatieven van het kind herkennen, waardoor elk kind wordt gestimuleerd in zijn of haar ontwikkeling. Bovendien leren zij handelingen in simpele bewoordingen uit te leggen, waardoor kinderen zich veiliger voelen en hun omgeving als prettig ervaren. Elk kind, groot of klein, wil zich immers gehoord en gezien voelen.

Mentorschap

Aan ieder kind wordt een mentor toegewezen. De mentor is een pedagogisch medewerker die werkt op de groep van het kind. De mentor is het aanspreekpunt voor de ouders om de ontwikkeling en het welbevinden van het kind te bespreken. De ouders worden bij de start van de opvang door de administratie van SWW Kinderopvang schriftelijk geïnformeerd over wie de mentor van hun kind is. De mentor bespreekt regelmatig met de ouders hoe het gaat met het kind op de groep. Daarnaast is de mentor het eerste aanspreekpunt voor de kinderen waarvan hij/zij de mentor is. De kinderen worden op de groep geïnformeerd over wie hun mentor is. Dit gebeurt tijdens de eerste kennismaking van het kind op de groep en ook tijdens kringmomenten wordt hier aandacht aan besteed. De mentor zorgt dat hij/zij regelmatig persoonlijk contact heeft met de

‘mentor’ kinderen. De administratie van SWW Kinderopvang registreert het mentorschap.

Wijzigingen in het mentorschap worden door de groep doorgegeven aan de administratie. De administratie verwerkt dit en zorgt voor actuele gegevens en informeert schriftelijk de ouders.

Als een kind intern overgaat naar een andere groep wijzigt de mentor. Ouders en kinderen worden hierover geïnformeerd tijdens het intakegesprek op de nieuwe groep. daarnaast worden ouders middels de overplaatsingsbrief schriftelijk geïnformeerd over wie de nieuwe mentor is.

Overdracht

SWW vindt een goede overdracht van informatie over de ontwikkeling van een kind (op de voorschoolse voorziening) belangrijk. Daarom wordt er een overdracht gedaan van de voorschoolse voorziening van SWW Kinderopvang aan de BSO. Dit gebeurt doormiddel van het overdragen van het Ontwikkelingsvolgmodel.

Vlak voordat een kind de 4 jarige leeftijd bereikt, wordt het Ontwikkelingsvolgmodel, met toestemming van ouders, opgestuurd naar de BSO. Alleen in geval van zorg of bij eventuele bijzonderheden wordt het Ontwikkelingsvolgmodel, met medeweten van ouders, mondeling overgedragen aan de BSO. Als er zorgen zijn over de ontwikkeling van een kind wordt dit altijd besproken met de ouders.

(13)

Als een kind intern (of extern) overgaat naar een andere BSO dan wordt er ook een overdracht gedaan. De mentor van het kind stuurt een schriftelijke overdracht naar de nieuwe BSO. Alleen bij zorg wordt deze overdracht mondeling toegelicht.

Observeren en signaleren

De pedagogisch medewerkers observeren dagelijks de kinderen en de groep. Dit is een bron van plezier, inzicht en verwondering. Ze houden iedere dag zorgvuldig in de gaten hoe het met de kinderen gaat. Als het nodig is, passen ze daar hun manier van omgang met een kind of een groep kinderen op aan. Dit wordt besproken in het team en met de ouders.

Bij vermoeden van mishandeling of misbruik geldt een ander plan van aanpak. Dan maken we gebruik van de Meldcode en het stappenplan in de Meldcode (zie hoofdstuk 3).

Ondersteuning en begeleiding pedagogisch medewerkers

Tijdens het teamoverleg is ‘kindbespreking’ een vast onderdeel op de agenda.

Als pedagogisch medewerkers zich zorgen maken over een kind bespreken zij dit in eerste instantie met de collega’s in het team. Er wordt afgestemd of de zorg gedeeld wordt. Vervolgens worden de te nemen stappen besproken en vastgelegd. Er zijn vier verschillende mogelijkheden:

- De zorg wordt direct besproken met ouders. Indien wenselijk worden ouders

doorverwezen naar een passende instantie. SWW beschikt over een sociale kaart met gegevens en adressen.

- De zorg wordt besproken tijdens het teamoverleg dat vijf keer per jaar plaatsvindt en waarbij het gehele team aanwezig is. Bespreken van kinderen is daarin een vast onderdeel op de agenda. De leidinggevende zit dit overleg voor en bepaalt samen met het team wat de vervolgstappen zullen worden. Er worden afspraken gemaakt hoe te handelen en deze worden vastgelegd.

- Het stappenplan van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling wordt geraadpleegd en treedt in werking.

- De pedagogisch medewerker neemt direct contact op met de leidinggevende omdat er snel gehandeld moet worden of omdat de pedagogisch medewerker twijfelt over wat te doen.

Mogelijk worden meerdere van de vier bovengenoemde stappen tegelijk genomen. In alle gevallen wordt de leidinggevende ingeschakeld. Zij begeleidt de pedagogisch medewerkers bij de te nemen stappen en speelt hier zo nodig een rol in. De leidinggevende ondersteunt de medewerkers in die gevallen waar specifieke begeleiding nodig is, zoals bij de pedagogische aanpak van kinderen met ontwikkelingsproblemen. De leidinggevende adviseert en/of ondersteunt medewerkers bij gesprekken met ouders.

Doormiddel van VIB leren medewerkers goed kijken naar kinderen en signalen herkennen. De leidinggevende volgt en coacht alle medewerkers middels Video interactie begeleiding (VIB).

Daarnaast is er in het teamoverleg structureel aandacht voor het leren signaleren van bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen.

Ouders informeren en doorverwijzen

Soms zijn er vragen, twijfels en onzekerheden over de opvoeding of de ontwikkeling van een kind.

De kinderopvang vervult hierbij een signalerende en/ of ondersteunende rol. Signaleren wil zeggen dat de pedagogisch medewerkers tekenen of signalen opmerken, die mogelijk te maken hebben met afwijkend gedrag of met een afwijking van de normale ontwikkeling. Als pedagogisch medewerkers bijzonderheden in de ontwikkeling van het kind of problemen signaleren dan

(14)

bespreken zij dit met de ouders. We vinden het belangrijk dat we een zo compleet mogelijk beeld krijgen van de ontwikkeling (taal, spel, motoriek en sociaal-emotioneel) van een kind. De inbreng van ouders/verzorgers is voor ons essentieel. Andersom geven wij ouders ook de ruimte om hun zorgen of vragen over de ontwikkeling van hun kind met ons te delen. Vervolgens geven wij waar mogelijk advies vanuit onze pedagogische kennis of denken wij mee. Als wij het nodig of wenselijk achten verwijzen wij ouders naar passende instanties zoals bijvoorbeeld de huisarts, logopedie, taalcoach of het ondersteuningsteam. De pedagogisch medewerker of leidinggevende kinderopvang kan de ouders hierbij ondersteunen. Als dit wenselijk is helpen wij ouders door hen bijvoorbeeld in contact te brengen met deze instanties of door hen de adresgegevens aan te leveren. Er vindt geen informatieoverdracht over het kind plaats vanuit SWW Kinderopvang zonder medeweten en toestemming van ouders (tenzij de ernst van de situatie dusdanig is dat de veiligheid van het kind in gevaar komt).

Als er zorgen zijn over de ontwikkeling of andere problemen die vragen om een doorverwijzing naar een passende instantie wordt de leidinggevende ingeschakeld. Zij kijkt samen met de pedagogisch medewerker naar welke instantie het beste kan worden doorverwezen of vraagt hierover advies, bijvoorbeeld bij de schoolarts van de GGD. Vervolgens kan zij het eerste contact leggen met deze instanties. Ook begeleidt zij de pedagogisch medewerkers bij dit traject.

Ook bij een vermoeden van mishandeling of huiselijk geweld wordt het gesprek met ouders aangegaan door de pedagogisch medewerker meestal samen met de leidinggevende, zie stappenplan Meldcode.

Interne informatieoverdracht

Voor een aantal kinderen is er altijd een interne ‘warme overdracht’:

1. Kinderen die in het VVE-traject begeleid zijn;

2. Kinderen die in de kindbespreking/teamoverleg besproken zijn en waarover de pedagogisch medewerkers en/of ouders zich zorgen maken of waar bijzonderheden in de ontwikkeling zijn gesignaleerd.

De informatie over de ontwikkeling van deze kinderen wordt middels een ‘warme overdracht` door de VVE-begeleidsters en/of mentor aan de mentor van de andere kinderopvangvoorziening van de SWW doorgegeven. Dit gebeurt bij voorkeur in aanwezigheid van ouders/verzorgers. Onder mentor verstaan wij de pedagogisch medewerker die de kinderen die onder haar mentorschap vallen extra goed in de gaten houdt. Sommige kinderen hebben twee mentoren. Er is rekening mee gehouden dat de mentoren op een andere dag met elkaar kunnen overleggen en overdragen hoe het met het kind gaat mocht dit nodig zijn.

Oudercontacten

Ouders en bso delen de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding van het kind. Om een kind goed op te kunnen vangen moeten wij op de hoogte zijn van de thuissituatie van het kind.

Uiteraard voor zover dit van betekenis is voor de opvang. Andersom moet de ouder ook weten hoe de dag op de bso is verlopen, hoe het kind zich daar gedraagt, voelt etc. Regelmatige uitwisseling tussen ouders en groepsleiding vinden wij belangrijk. We nemen de tijd voor een kennismakingsgesprek: dit gesprek is een kennismaking waarin de basis wordt gelegd voor verdere samenwerking. Na een paar maanden hebben we met ouders het zogenaamde eerste evaluatie gesprek. Tijdens dit gesprek kijken we met ouders terug op de wenperiode van het kind en bespreken we hoe het tot dan toe gaat.

Contacten met ouders zijn er natuurlijk ook tijdens het brengen en halen van de kinderen. Als ouders of pedagogisch medewerkers behoefte hebben aan een uitgebreider gesprek over hun kind, kan daartoe een afspraak worden gemaakt. Gegevens over de kinderen worden op papier

(15)

vastgelegd en dienen als uitgangspunt voor de gesprekken met de ouders. Op verzoek van het team kan een kind ingebracht worden tijdens de kindbespreking, die voorgezeten wordt door de leidinggevende bso. Het kan daarvoor wenselijk zijn dat de leidinggevende bij zorgen rondom gedrag en ontwikkeling het kind in de groep observeert.

Ouders en medezeggenschap

De kinderopvang en buitenschoolse opvang van SWW kinderopvang heeft een centrale oudercommissie die de belangen van de ouders en de kinderen behartigt. Van elke locatie heeft minimaal 1 ouder zitting in deze centrale oudercommissie. De oudercommissie vergadert 1 keer in de twee maanden. De onderwerpen die besproken worden zijn o.a. voeding, openingstijden, prijs, pedagogisch beleid, veiligheid en kwaliteit. Bij wijzigingen of nieuw beleid wordt de oudercommissie om advies gevraagd. Ook kan de oudercommissie een ongevraagd advies uitbrengen aan SWW Kinderopvang. De notulen van de vergaderingen zijn te vinden op de website van SWW. We hebben er in overleg met de oudercommissie voor gekozen om geen aparte oudercommissie per locatie in te stellen omdat de locaties daarvoor te klein zijn. Informatie over de oudercommissie en de samenstelling van de oudercommissie is te vinden op de website van SWW Kinderopvang. Heeft u interesse om lid te worden van de oudercommissie neem dan gerust contact op met de leidinggevende van de locatie of met een van de leden van de oudercommissie.

Achterwacht

In situaties dat er heel weinig kinderen aanwezig zijn en één pedagogisch medewerker voldoet, is er altijd een tweede volwassene in het gebouw aanwezig/beschikbaar of een direct oproepbare achterwacht bereikbaar. Omdat bso Kicken is gelegen op het terrein van FC Winterswijk zijn er in principe altijd mensen van de vereniging rondom bso Kicken aanwezig.

In geval er slechts 1 pedagogisch medewerker aanwezig is en er ontstaat een calamiteit (plotseling ziek/onwel worden) kan de pedagogisch medewerker een beroep doen op een van deze mensen. De vereniging is op de hoogte van deze afspraak.

Als er een calamiteit ontstaat en er is geen tweede volwassene in het gebouw aanwezig dan kan de pedagogisch medewerker contact opnemen met de leidinggevende bso en/of administratie SWW.

Zij kunnen binnen 15 minuten op de locatie zijn en zorgen er voor dat er snel ondersteuning op de groep geregeld wordt. De telefoonnummers zijn schriftelijk vastgelegd en te vinden in de agenda van de groep en op het intranet van de website van SWW.

Op de bso hangt een instructie voor kinderen hoe te handelen in geval van een calamiteit mocht de pedagogisch medewerker daartoe niet in staat zijn. Deze instructie wordt regelmatig besproken met de kinderen.

Klachten

Bij klachten kunnen ouders zich melden bij een van de pedagogisch medewerkers van de groep.

Wanneer de pedagogisch medewerker geen oplossing weet, wordt contact opgenomen met de leidinggevende van het team. Mochten ouders desondanks niet tevreden zijn over hoe er met de klacht is omgegaan of geen bevredigend antwoord hebben gekregen, dan kan de klacht worden neergelegd bij de directie van SWW Kinderopvang, de oudercommissie of bij de Geschillencommissie Kinderopvang en Peuterspeelzalen. Meer informatie hierover kunt u krijgen bij de leidinggevende kinderopvang en is te vinden op de website, www.swwkinderopvang.nl. Daar vindt u ook het klachtreglement van SWW Kinderopvang.

Indien de situatie naar uw mening daartoe aanleiding geeft, kunnen ouders ook direct hun klacht indienen bij de Geschillencommissie. Het verdient echter de voorkeur de klacht eerst intern kenbaar te maken en de organisatie de gelegenheid te geven deze op te lossen.

(16)

3. Veiligheid en Gezondheid

SWW Kinderopvang BV beschikt over een groot aantal werkinstructies op het gebied van gezondheid, veiligheid en verzorging van kinderen. Deze zijn vastgelegd in de verschillende protocollen. De werkinstructies hebben onder andere betrekking op voeding, voedselhygiëne, hygiëne en gezondheid, omgaan met zieke kinderen, het toedienen van medicijnen, veiligheid van de accommodatie en materialen, calamiteiten, opzet en oefening van het brandactieplan en ontruimingsplan. Deze werkinstructies en protocollen zijn verzameld in de map ‘ Veiligheid en Gezondheid’ die op alle groepen aanwezig is. Tijdens themabijeenkomsten en teamoverleg wordt aandacht besteed aan deze werkinstructies.

Risico-inventarisatie

Jaarlijks voert elke locatie een risico-inventarisatie op gebied van veiligheid en gezondheid uit.

Per groep worden er vervolgens actieplannen gemaakt en huisregels opgesteld. Waar nodig leidt dit tot actie. Per locatie wordt hiervan een verslag gemaakt. De ouders worden via de digitale nieuwsbrief geïnformeerd over de acties die naar voren komen uit de risico-inventarisaties.

Ook wordt de risico-inventarisatie en evaluatie besproken met de oudercommissie.

Gemiddeld een keer per jaar voert de GGD namens de Gemeente Winterswijk een inspectie uit om te controleren of we voldoen aan de eisen die de Wet Kinderopvang stelt aan

kinderopvangorganisaties. Zij bezoeken daarvoor alle locaties van SWW Kinderopvang BV.

Huisregels

Er zijn huisregels opgesteld voor bso Kicken. Deze regels zijn bekend bij de pedagogisch medewerkers en worden nageleefd. Ook worden de kinderen geïnformeerd over de huisregels dor de pedagogisch medewerkers. Er is iedere maand een ‘regel van de maand’ die extra onder de aandacht wordt gebracht bij de kinderen.

Voeding

Gevarieerde voeding en bewegen zijn belangrijk voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen.

Kinderen zijn in de groei. Gezonde voeding en voldoende beweging draagt bij aan het voorkomen van (chronische) ziekten en overgewicht. Sporten en bewegen, liefst buiten, neemt dan ook een belangrijke plaats in bij ons. Wij hebben een voedingsbeleid opgesteld waarbij we de richtlijnen volgen van het Voedingscentrum en de Hygiënecode voor kindercentra om te zorgen dat de kinderen gezonde en gevarieerde voeding krijgen.

We vinden het belangrijk dat kinderen gezonde voeding krijgen aangeboden. We stimuleren de kinderen om minimaal 1 boterham te eten. Bij de boterham (lange middag of vakantie(dag)) die ze van de bso krijgen wordt melk, thee of water gedronken. Als de kinderen uit school komen hebben zij vaak ook trek. Zodra alle kinderen op de bso zijn wordt er water en/of thee zonder suiker gedronken en krijgen de kinderen fruit. Later op de middag wordt er een biscuitje, volkoren cracker, ontbijtkoek of een rijstwafel aangeboden. In vakanties en op lange middagen krijgen de kinderen wel eens ‘iets lekkers’ bij de broodmaaltijd, bij voorkeur gezond. Ook bieden we groente aan bij de broodmaaltijd zoals komkommer en tomaat.

Kinderen mogen geen meegebracht snoep van thuis of school op de bso opeten. Als een kind jarig is dan mag het trakteren met iets lekkers van de bso.

De kinderen die vanuit ons naar een sport gaan of laatopvang hebben, krijgen een broodmaaltijd aangeboden vanuit de bso. Ook hierbij vinden wij het belangrijk dat we rekening houden met ons gezonde voedingsbeleid.

(17)

Als een kind vanwege zijn gezondheid (of allergieën) andere voeding moet krijgen dan op de bso beschikbaar is, wordt er in overleg met de ouders naar een oplossing gezocht. We hanteren richtlijnen voor het bewaren en bereiden van voeding en letten erop dat de kinderen en pedagogisch medewerkers voor het eten hun handen wassen.

Ziekte en medicijnen

Wij zijn van mening dat een ziek kind in principe thuis moet zijn. We zullen dan ook in alle gevallen waarin kinderen ziek worden op de bso contact opnemen met de ouders. We hebben echter wel begrip voor situaties waarin het misschien niet altijd mogelijk is om een ziek kind meteen op te komen halen. Moet een ziek kind onverhoopt toch op de bso blijven dan is er de gelegenheid voor het kind om bijvoorbeeld rustig op een bank te gaan liggen.

Mocht er een ongeval gebeuren met een van de kinderen dan wordt, in overleg met de ouders (als zij te bereiken zijn), de huisarts van het kind geraadpleegd. Indien nodig gaan we samen met het kind naar de EHBO van het SKB-ziekenhuis.

In het ziekteprotocol staat uitvoerig beschreven hoe te handelen in geval van ziekte.

Soms is er een verzoek van ouders om een kind medicijnen toe te dienen tijdens de opvang. in het protocol geneesmiddelenverstrekking en medisch handelen staat beschreven wat hierover de afspraken zijn. Ouders moeten in alle gevallen eerst een akkoordverklaring gebruik geneesmiddelen zelfzorgmiddelen invullen en ondertekenen alvorens wij medicijnen kunnen toedienen.

Veiligheid en hygiëne

Met de kinderen zijn duidelijke afspraken gemaakt welke ruimten gebruikt mogen worden. In de overige ruimten mogen de kinderen niet komen. Er wordt met de kinderen besproken in welke ruimte zij gaan spelen. De toiletten zijn niet bedoeld om in te spelen, in deze ruimte mag dan ook niet gespeeld worden.

Ten aanzien van het schoonhouden van ruimten, kleding en speelgoed zijn afspraken gemaakt. De groepsruimten worden tweemaal per week schoongemaakt, de vloeren worden iedere dag geveegd en na een maaltijd, het keukenblok en het sanitair elke dag. Het speelgoed en de verkleedkleren worden periodiek schoongemaakt. Er worden twee schoonmaakroosters gehanteerd, een voor de dag en een voor de week/maand.

De kinderen worden zoveel mogelijk gestimuleerd om zorg te dragen voor hun omgeving. We leren ze om zorgvuldig met de spulletjes om te gaan. Dit betekent dat we er gezamenlijk voor zorgen dat de ruimten en de spullen schoon en heel blijven.

De kinderen worden, afhankelijk van hun leeftijd, zoveel mogelijk zelfstandig gelaten in het zorgdragen voor hun persoonlijke hygiëne. We vinden het belangrijk dat de kinderen schoon en verzorgd naar de bso komen en zorg (leren) dragen voor hun persoonlijke hygiëne. Zo letten we erop dat kinderen hun handen wassen na het toiletbezoek en voor het eten.

Huisvesting

We maken bij bso Kicken gebruik van passend ingerichte ruimtes voor spelen, rusten en het doen van activiteiten die in overeenstemming zijn met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. We zorgen daarbij dat de ruimtes veilig en schoon zijn. Er is een ruime, aangrenzende, toegankelijke buitenspeelruimte beschikbaar.

VOG-personenregister

Alle beroepskrachten, vrijwilligers en medewerkers in opleiding/stagiaires die bij SWW werkzaam zijn, beschikken over een geldige verklaring omtrent gedrag. Vanaf 1 maart 2013 is er sprake van continue screening, hetgeen betekent dat er door de overheid doorlopend gescreend wordt op mogelijke strafbare feiten.

(18)

Meldcode

Bij SWW is de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling van kracht. Als er een vermoeden is van kindermishandeling of huiselijk geweld treedt de Meldcode in werking.

De Meldcode geeft via een stappenplan aan hoe te handelen wanneer er signalen zijn die kunnen duiden op huiselijk geweld of kindermishandeling. Daarnaast bevat deze meldcode een stappenplan hoe te handelen bij signalen van een mogelijk geweld- of zedendelict door een collega en een stappenplan hoe te handelen wanneer er sprake is van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen kinderen onderling.

De procedure en het stappenplan zijn bekend bij de medewerkers van de buitenschoolse opvang.

Alle handelingen met betrekking tot de bovengenoemde stappenplannen moeten door de betrokken pedagogisch medewerker schriftelijk worden vastgelegd zodat te allen tijde inzichtelijk is welke stappen er zijn ondernomen in het traject. Wanneer een gespreksverslag is gemaakt, dienen ouders dit te tekenen voor gezien. Ouders hebben recht op inzage in het dossier van hun kind.

De pedagogisch medewerkers hebben trainingen gevolgd op het gebied van observeren en

communiceren zodat zij op een verantwoorde manier de zorgbehoefte van kinderen in kaart kunnen brengen en hierover in gesprek gaan met ouders. Bij SWW Kinderopvang is een aandachtsfunctionaris voor de Meldcode aangesteld die de procedure bewaakt en altijd geraadpleegd kan worden door de pedagogisch medewerkers. Daarnaast wordt de leidinggevende ingeschakeld. Zij ondersteunt en begeleidt de pedagogisch medewerkers bij de te nemen stappen.

De Meldcode is vast onderdeel van het teamoverleg. De Meldcode is te vinden op de website en in te zien op de groep.

(19)

4. Praktische informatie

Wennen

We besteden extra aandacht aan nieuwe kinderen en hun ouders. We vinden het belangrijk dat ze zich snel thuis voelen. Voordat een kind start op de bso vindt er een kennismakingsgesprek met de ouders en eventueel het kind plaats op de groep. Pedagogisch medewerkers bereiden dit gesprek voor. Ouders (en kind) worden tijdens dit gesprek geïnformeerd over de gebruiken en gewoontes van de groep. Ook wordt er verteld wat de ouders en het kind van ons kunnen verwachten en wat wij van de ouders en het kind verwachten. Na dit gesprek begint een kind met wennen op de groep.

Een kind komt in ieder geval twee keer ‘wennen’ op de bso voordat het officieel start. Het is belangrijk dat het kind eerst een keer, samen met de ouder(s), komt kijken. Vervolgens is het goed om, zeker bij jonge kinderen, het kind de eerste keer wat eerder op te halen. Het kind krijgt de ruimte om te wennen. De wenprocedure staat beschreven in het document Wenbeleid. Als de wenperiode goed is verlopen start het kind vervolgens op zijn vaste dagen. Als een kind binnen een locatie overgaat naar een andere basisgroep houden we dezelfde procedure omdat we het belangrijk vinden om ouders en kinderen goed te begeleiden bij de overgang naar de nieuwe basisgroep.

Wanneer de opvang op een ander locatie plaatsvindt door het samenvoegen van groepen is er voor ouders en kinderen altijd de mogelijkheid om van te voren een kijkje te komen nemen op de groep.

Wij letten er extra op dat het kind zich op zo’n dag prettig voelt. Als het nodig is krijgt het kind extra aandacht. We doen een spelletje met het kind en betrekken andere kinderen erbij.

Als kinderen komen wennen op bso Kicken houden we de bkr (beroepskracht kind ratio) in acht. Als kinderen intern overgaan binnen bso Kicken van de ene basisgroep naar de andere basisgroep kan het zijn dat er tijdelijk meer of minder kinderen op een groep zijn tijdens de wentijd, maar het totaal aantal vereiste pedagogisch medewerkers blijft onveranderd. Er kunnen maximaal vier kinderen tegelijk wennen op een groep.

Vervoer

De kinderen worden lopend of met de auto/personenbusje opgehaald vanuit school of komen zelfstandig naar de opvang. Hier zijn met de kinderen en scholen duidelijke afspraken over (wachtplekken en ophaalroosters) en dit gaat onder begeleiding van pedagogisch medewerkers en/of vrijwilligers. Vrijwilligers hebben een vrijwilligerscontract bij SWW afgesloten en zijn in het bezit van een VOG.

Voor kinderen die zelfstandig naar de bso mogen komen is door de ouders een akkoordverklaring zelfstandig lopen of fietsen ingevuld en ondertekend. In de vakantie worden kinderen zelf door de ouders naar de opvang gebracht of komen zelfstandig. Ouders moeten hun kind tijdig afmelden als het niet naar de opvang komt. Bij ongemelde afwezigheid nemen de pedagogisch medewerkers contact op met de ouders.

Vervoer naar clubs en verenigingen

Bij de buitenschoolse opvang bieden we de mogelijkheid om kinderen naar een sportclub of vereniging te brengen tijdens of aan het einde van de bso-dag. Dit kan alleen als het structureel is. Ouders vullen hiervoor een aanmeldformulier in en ondertekenen dit. Het vervoer wordt verzorgd door pedagogisch medewerkers en of vrijwilligers. Met de club of vereniging zijn duidelijke afspraken gemaakt over waar en bij wie de kinderen worden gebracht. Als ouders dit wensen mogen kinderen van Kicken die bij FC Winterswijk voetballen aan het eind van de middag zelf naar het trainingsveld lopen. Bso Kicken en voetbalvereniging FC Winterswijk zijn gelegen op hetzelfde terrein en het gaat bij bso Kicken om ‘oudere’ kinderen waardoor we dit verantwoord vinden. Wel gebeurt dit altijd in goed overleg met ouders en er worden duidelijke afspraken

(20)

gemaakt met de kinderen en ouders. De kinderen melden bij de pedagogisch medewerker van hun basisgroep dat ze naar het trainingsveld gaan. Deze noteert dit op de daglijst. Er blijven altijd voldoende pedagogisch medewerkers achter op de basisgroep (bkr).

Zelfstandig naar huis

Als kinderen ouder worden hebben ze meer behoefte aan zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid. Oudere kinderen mogen met toestemming van ouders zelfstandig naar huis aan het einde van de dag. We maken hier met ouders en de kinderen goede afspraken over en ouders geven hier schriftelijk toestemming voor door het ondertekenen van een akkoordverklaring zelfstandig fietsen of lopen.

Zelfstandig buiten spelen

Ouder kinderen vinden het fijn om ‘zonder toezicht’ buiten te spelen. Zij hebben duidelijk behoefte aan een aparte plek en mogelijkheden om hun eigen gang te kunnen gaan. Wij bespreken dit met ouders en bieden kinderen daarvoor deze mogelijkheid. Ouders geven middels een akkoordverklaring zelfstandig buitenspelen toestemming dat hun kind onder voorwaarden en goede afspraken buiten mag spelen zonder toezicht. Deze afspraken staan beschreven in de huisregels.

Opvang tijdens schoolvakanties

Tijdens de vakanties is de bso bij voldoende aanmeldingen geopend van 8.00 tot 18.00 uur. En op aanvraag vanaf 07.00 en tot 19.00 uur. Over het algemeen is bso Kicken in de schoolvakanties geopend op maandag, dinsdag donderdag en vrijdag. De andere dagen worden de kinderen opgevangen bij bso de Boemerang. Bso de Boemerang is geopend van 8.00 tot 18.00 uur. En op aanvraag vanaf 07.00 en tot 19.00 uur. Op een vakantiedag worden kinderen tussen 8.00 uur en 9.00 uur gebracht en tussen 17.00 uur en 18.00 uur weer opgehaald.

Er wordt een activiteitenprogramma bedacht. Tijdens de vakantieweek kunnen ouders het programma lezen dat bij de entree wordt aangegeven. We streven naar voldoende afwisseling tussen activiteit en rust. Ook maken we in de vakanties geregeld uitstapjes, bijvoorbeeld naar een museum, de kinderboerderij of naar het bos. In de vakantieweken waarin het relatief rustig is op de bso worden bso Kicken en bso de Boemerang samengevoegd. Weliswaar afhankelijk van de groepssamenstelling en de leeftijden. Dit wordt altijd duidelijk naar ouders toe gecommuniceerd.

De opvang vindt dan plaats bij bso de Boemerang, de hoofdlocatie van SWW Kinderopvang.

Externe contacten

Bso Kicken werkt af en toe samen met instellingen en verenigingen op gebied van sport en cultuur.

(21)

5. Kindbeeld; algemeen pedagogische visie

Pedagogische visie

Ieder kind is uniek, heeft eigen wensen en mogelijkheden. Elk kind heeft recht op respect voor dit eigene. De manier waarop een kind zich ontplooit en het tempo waarop dit gebeurt, zijn mede afhankelijk van de mensen en de wereld om hem heen. Om zich te kunnen ontwikkelen, heeft een kind zowel veiligheid als uitdaging nodig.

Een kind heeft behoefte aan veiligheid, geborgenheid, het weten waar het aan toe is. Deze veiligheid zoekt het bij mensen om hem heen: opvoeders, broertjes en zusjes, vriendjes. Het kind wil zich door deze personen geaccepteerd voelen. Ook de directe omgeving (zijn bed, slaapkamer, huis, groepsruimte, kindercentrum) is van belang voor het gevoel van veiligheid. Een kind kan zich pas ontplooien als het zich veilig en geborgen voelt.

Een kind heeft ook een enorme drang om zijn omgeving te onderzoeken, te ervaren en te

ontdekken. Soms doet hij dit alleen, maar veel vaker samen met anderen: opvoeders, broertjes en zusjes, vriendjes. Kinderen zijn van nature competente wezens, ontdekkingsreizigers, die ook zelf hun leerproces vormgeven. Hiertoe hebben ze ruimte nodig. Kinderen willen invloed uitoefenen op hun omgeving, dingen voor elkaar krijgen. Als dit lukt, ontwikkelen ze zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld.

Missie

Onder missie verstaan wij de opdracht die wij onszelf geven, wat willen we zijn en waar staan we voor. De missie die SWW Kinderopvang BV wil uitdragen is: Een liefdevolle omgeving voor ieder kind. Wij hebben oog voor ieder kind. Wij bieden een veilig, avontuurlijk, tweede thuis. Een tweede thuis waar jouw kind liefdevolle aandacht krijgt. Om zo met de beste begeleiding te ontdekken en te ontwikkelen.

Toelichting:

bij SWW Kinderopvang werken gediplomeerde pedagogisch medewerkers die de kwaliteit van hun pedagogisch handelen blijvend onder de aandacht houden. In kindvriendelijke accommodaties werken vaste teams aan de vier pedagogische opvoedingsdoelen: emotionele veiligheid, het ontwikkelen van persoonlijke competenties, het eigen maken van waarden en normen en het ontwikkelen van sociale competenties. Met ons veelzijdige aanbod komen wij tegemoet aan de wensen van ouders/verzorgers.

(22)

6. Pedagogische doelen

Uitgangspunt in ons pedagogisch werkplan zijn de pedagogische doelen uit de ‘Wet Kinderopvang en Kwaliteit peuterspeelzalen’.

Ter onderbouwing van de Wet is gekozen voor de vier opvoedingsdoelen van professor J. M. A.

Riksen-Walraven. Zij omschrijft die opvoedingsdoelen als volgt:

“Als de vier pedagogische basisdoelen van de opvoeding van kinderen in gezin en kinderopvang beschouw ik het aanbieden aan kinderen van:

A. Een gevoel van –emotionele- veiligheid;

B. Gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie;

C. Gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie;

D. De kans om zich waarden en normen, de ‘cultuur’ van een samenleving eigen te maken;

socialisatie.”

Hieronder worden deze doelen nader uitgewerkt en wordt duidelijk hoe wij ze in de praktijk vorm geven en wat wij daarin belangrijk vinden!

6.1 Bieden van emotionele veiligheid

Wij onderscheiden in dit hoofdstuk twee soorten veiligheid. Fysieke veiligheid en emotionele veiligheid.

Uiteraard moet onze bso veilig zijn. Om hiervoor te zorgen volgen we de richtlijnen uit de Risico- inventarisatie en Evaluatie Veiligheid en Gezondheid. Ook zijn er duidelijke huisregels met betrekking tot de fysieke veiligheid van kinderen. Zo mogen kinderen binnen bijvoorbeeld niet rennen en gooien met spullen.

We vinden het belangrijk dat kinderen zich op de bso prettig en op hun gemak voelen, dat ze zich veilig en geborgen voelen. Vanuit dit gevoel van veiligheid maken ze contact en ontwikkelen ze zich.

Om zich geborgen te voelen, moet een kind merken dat hij geaccepteerd wordt, dat we hem en zijn behoeften kennen, dat we hierop inspelen en dat hij op ons kan terugvallen. Daarnaast moet een kind structuur en duidelijkheid ervaren, weten waar hij aan toe is.

6.1.1 Vertrouwde gezichten

Wil een kind zich geborgen voelen, dan moet het zich gekend weten. Dit kan alleen als het kind opgevangen wordt door pedagogisch medewerkers die het kind kennen. Andersom is het ook belangrijk dat het kind de pedagogisch medewerkers kent, dat het bekende gezichten zijn waarvan hij weet dat hij ze kan vertrouwen. Het is belangrijk dat kinderen het gevoel hebben onderdeel uit te maken van een groep, ergens bij te horen. Dit kan door andere kinderen te leren kennen, door met elkaar vertrouwd te raken, door relaties aan te gaan. We realiseren dit op bso Kicken op de volgende wijze:

De basisgroep

Op bso Kicken worden kinderen opgevangen in een vaste basisgroep. Een kind ‘hoort’ tot een basisgroep. Bij deze groep horen ook vaste pedagogisch medewerkers om zo de continuïteit voor

(23)

de kinderen te waarborgen. Bij afwezigheid van een van de vaste pedagogisch medewerkers door bijvoorbeeld ziekte of verlof proberen we zoveel mogelijk dezelfde invalkrachten in te zetten.

Uitgebreide informatie over de basisgroep is te vinden in hoofdstuk 2.

Verlaten van de basisgroep

We verlaten soms de basisgroep voor een uitstapje buiten de locatie. Dit gebeurt met name tijdens de vakanties. We starten de (mid)dag altijd in de basisgroep. We bespreken met de kinderen voor we vertrekken wat we gaan doen en maken afspraken over bijvoorbeeld de veiligheid tijdens het uitstapje. Als we bij de BSO blijven dan starten we de (mid)dag altijd in de basisgroep. Daarna spelen de kinderen naar eigen keuze in de verschillende ruimtes en buiten. Bij een lange dag eten de kinderen tussen de middag in hun basisgroep.

6.1.2 Accepteren en waarderen

Hoewel de kinderen in een groep worden opgevangen, vinden we aandacht voor het individuele kind heel belangrijk. Elk kind is anders.

We respecteren en accepteren de eigenheid van kinderen. We nemen kinderen serieus en stimuleren de eigen inbreng van kinderen. We benaderen kinderen op een positieve wijze. Daar waar “de eigenheid” van een kind anderen schade berokkent of belemmert, wordt deze begrensd.

Een kind moet zich niet alleen door ons gerespecteerd weten, maar ook door de kinderen om hem heen. We vinden het dan ook erg belangrijk dat kinderen leren met respect met elkaar om te gaan.

We realiseren dit op de volgende wijze:

• Elk kind is van harte welkom op de bso. We vinden het fijn als het kind er is en we laten dit duidelijk merken. We begroeten elk kind bij het ophalen op school of bij binnenkomst op de bso en informeren naar nieuwtjes en bijzonderheden. Als een kind naar huis gaat, nemen we de tijd om afscheid te nemen en wensen het kind en ouder(s) een fijne avond.

• We nemen de tijd voor individuele gesprekjes met kinderen, of met een klein groepje.

We vragen kinderen naar hun ervaringen en vragen door. We zijn werkelijk geïnteresseerd in wat het kind meemaakt en bezighoudt. Deze gesprekjes vinden plaats tijdens het lopen van de basisschool naar de bso, in de bus/auto, tijdens het drinken in de kring of tijdens activiteiten. We praten door over zaken die kinderen aangeven. Soms doen we dit meteen, soms komen we er op een rustig moment op terug.

• We zijn er attent op dat we alle kinderen zien en horen. Op de bso vinden regelmatig kindbesprekingen plaats tijdens het teamoverleg. De overdracht naar ouders toe vinden wij hierin heel belangrijk. Als het tijdens het ophaalmoment te druk is om met een ouder uitgebreid te spreken dan proberen we een ander gespreksmoment te plannen.

• We houden rekening met verschillen in karakter en temperament. De kinderen krijgen de gelegenheid om hun energie kwijt te kunnen. Een teruggetrokken kind wordt gestimuleerd om zich te uiten maar dit wordt niet geforceerd. Een druk kind wordt afgeremd, maar niet volledig ingeperkt.

• Emoties van kinderen mogen er zijn. Dit geldt niet alleen voor gevoelens zoals blijdschap, vriendschap en trots, maar ook voor verwarring, verlegenheid, boosheid, verdriet of teleurstelling. Er is ruimte voor het uiten van gevoelens, zolang een ander hier geen last van heeft. Is dit wel het geval, dan wordt samen gezocht naar een meer acceptabele manier van uiten. We leren de kinderen zaken waarmee het kind zit onder woorden te brengen. In de groep is het soms moeilijk om je gevoelens te uiten. Een pedagogisch medewerker gaat, als we deze behoefte signaleren, dan apart met een kind zitten zodat hij zijn gevoelens kan bespreken, zich veilig genoeg voelt om zich te uiten en tot rust kan komen. Ook helpt de pedagogisch medewerker het kind om waar wenselijk zijn gevoelens vervolgens met de groep te delen.

(24)

• We geven de kinderen veel positieve aandacht en waardering. We benoemen dat het kind iets goed doet of bepaalde dingen goed kan. We proberen ons vooral bij de kinderen die extra (negatieve) aandacht vragen te richten op de dingen die goed gaan, door ze bijvoorbeeld extra taakjes te geven of mee te laten helpen met de pedagogisch medewerkers. We leggen de aandacht op het positieve in plaats van alleen de negatieve dingen te benadrukken.

• We knuffelen kinderen die daar behoefte aan hebben en stoeien met ze.

• We besteden veel aandacht aan de ontwikkeling van sociale vaardigheden. We letten erop dat kinderen naar elkaar luisteren, dat ze elkaar helpen en speelgoed samen delen.

• We zijn erop attent dat kinderen niet worden buitengesloten van gesprek of spel. Pesten wordt meteen aangepakt. We stimuleren een “groepsgevoel” door o.a. na schooltijd, aan het begin van de bso-dag, tijdens een broodmaaltijd, samen iets te drinken, te eten.

We bieden kinderen een ontspannen sfeer met ruimte voor eigenheid van het kind. We proberen kinderen te stimuleren om deel te nemen aan activiteiten maar er is ook ruimte voor eigen inbreng. We besteden aandacht aan verjaardagen of speciale dagen zoals sinterklaas. We zorgen dat er ook rustige activiteiten gedaan kunnen worden, er wordt bijvoorbeeld (voor)gelezen.

6.1.3 Inspelen op behoeften van kinderen

Wil een kind zich bij ons prettig voelen, dan moeten we zijn behoeften kennen en hierop inspelen.

Om dit maatwerk te kunnen realiseren, moeten we het kind goed begrijpen. De behoeften van kinderen zijn van invloed op de manier waarop we met de kinderen omgaan, op ons aanbod en op de manier waarop we de groep ‘aansturen’.

Kinderparticipatie

Kinderen hebben invloed op de activiteiten / mogelijkheden die worden geboden en op de gang van zaken op de bso. Kinderen moeten het gevoel krijgen dat het hun bso is. Kinderen mogen bijvoorbeeld eigen muziek of spelletjes meenemen. Waar nodig bieden we hulp, troost en steun, aangepast aan de behoefte van het kind. Op de bso is deze steun vaak gericht op het leren samenspelen en het leren van oplossen van conflicten met anderen. We realiseren dit op de volgende wijze:

• Bij een conflict tussen kinderen laten we de kinderen in eerste instantie het probleem oplossen als dit niet lukt grijpen we in en bieden wij een helpende hand.

• We laten de kinderen elkaar helpen bij bijvoorbeeld het aantrekken van schoenen en jas.

• We kijken en luisteren goed naar wat een kind ons te vertellen heeft, zowel verbaal als non-verbaal. Dit kijken en luisteren doen we eigenlijk de hele dag door, het is de basis van ons pedagogisch handelen.

• Op moeilijke momenten zijn we vlak bij de kinderen. We nemen hier de tijd voor. Dit kan bijvoorbeeld bij het afscheid nemen in de vakantie zijn, of tijdens de middag als een kind verdrietig is. Als we zien dat een wat ouder kind iets dwarszit, kunnen we die even apart nemen. We vragen waar een kind op dat moment behoefte aan heeft. Wil het alleen gelaten worden, of wil het ergens over praten.

• We proberen op de behoeften en interesses van kinderen in te gaan. Als kinderen aangeven iets graag te willen doen, dan wordt er gekeken of dat op de bso mogelijk is.

• We stimuleren kinderen om hun eigen mening te geven. “Wat vind jij?”

• Kinderen hebben inspraak. Er wordt bijvoorbeeld gevraagd wat kinderen graag zouden willen doen. Als er nieuw materiaal aangeschaft wordt, gaan we samen met de kinderen in de catalogus kijken wat ze graag zouden willen hebben.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

slaaptijden en wat het kind prettig vindt om zo de wenperiode voor zowel ouder als kind prettig te laten verlopen op de locatie. Hierbij wordt altijd gekeken naar het aantal

Wanneer kinderen de keuze hebben in andere basisgroep te spelen, biedt dit de mogelijkheid aan het kind om te leren omgaan met de verschillende aspecten van veiligheid (ruimte,

Maar toch zou ik graag een geestelijk verzorger worden die er ook speciaal voor het kind is en ik denk dat er meer mensen zijn met die ambitie.. Voor het werken met kinderen is

Wanneer u weet dat uw kind overgevoelig is voor jodiumhoudend contrastmiddel, vertel dit dan vooraf aan uw arts en aan de laborant van de afdeling radiologie die u en uw kind

We hebben dus heel sterk behoefte aan veel meer ruimtes in de buurt van het lokaal waar kinderen vaardigheden kunnen leren die ze voor de toekomst nodig hebben.. We kunnen

„Hoewel de beiaard een beetje op een piano lijkt, is beiaard spelen toch wel anders, en vooral zwaarder”, weet Julia.. Maar ik moet er wel op letten dat ik mijn pink

Mensen die zich in de traditionele Kerken niet meer thuis voelen of die zelfs niet meer kennen, maar toch bezield zijn door die vreemde mengeling van nieuwsgierig-

Mensen moeten de vrucht van de Heilige Geest in ons leven kunnen zien, want dan alleen zullen zij een idee krijgen van het grote verschil dat de Heer Jezus in de levens van