• No results found

Voorwoord. Hoogachtend, De voorzitter van de rekenkamercommissie Zoetermeer,

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Voorwoord. Hoogachtend, De voorzitter van de rekenkamercommissie Zoetermeer,"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

Voorwoord

Met genoegen biedt de rekenkamercommissie Zoetermeer de raad hierbij het jaarverslag over 2016 aan. Hiermee voldoen we aan artikel 10, lid 13 van de Verordening op de rekenkamercommissie.

In dit verslag gaan we in op de resultaten van het onderzoeksprogramma 2016, de behandeling van rapporten in de raad(scommissies), het financiële beloop van het verslagjaar en de samenstelling en werkwijze van de rekenkamercommissie.

De komende maanden zullen we de gemeenteraad nog enige rapporten aanbieden waarvan de voorbereiding in 2016 is begonnen. Ook met deze rapporten en de daarin opgenomen aanbevelingen wil de rekenkamercommissie een bijdrage leveren aan de kwaliteit van het bestuur van Zoetermeer.

Hoogachtend,

De voorzitter van de rekenkamercommissie Zoetermeer,

drs. Marko Bos Maart 2017

(3)

Inhoudsopgave

Voorwoord 2

1. Samenstelling commissie 4

2. Jaarplan 2016 4

3. In 2016 afgeronde onderzoeken 4

3.1 Cultuurbeleid in Zoetermeer 5

3.2 Leren van privatiseren 5

4. In 2016 gestarte onderzoeken 5

4.1 Wijkbeleid 5

4.2 Omgevingsdienst Haaglanden 6

4.3 Prestatieafspraken woningcorporaties 6

4.4 Evaluatie rekenkamercommissie 7

5. Langer lopend onderzoek 7

5.1 Nulmeting decentralisaties 7

6. Bespreking van rapporten in raads- en commissievergaderingen 7

Cultuurbeleid in Zoetermeer 7

Leren van privatiseren 8

Kwaliteit bestuurlijke informatievoorziening 8

7. Overige activiteiten 8

7.1 Workshop kaderstelling 8

7.2 Reactie rekenkamercommissie op memo college Quickscan Programmabegroting 8

8. Communicatie en overleggen 9

8.1 Jaarverslag 2015 9

8.2 Fractiebezoeken 9

8.3 Jaarplan 2017 9

8.4 Overleg met auditwerkgroep 9

8.5 Ambtelijk overleg 9

8.6 Overleg met externen 10

9. Financiën 10

(4)

1. Samenstelling commissie

In 2008 heeft de raad besloten tot een rekenkamercommissie bestaande uit uitsluitend drie externe leden. Leden kunnen, na een eerste termijn van 2 jaar, tweemaal voor telkens 3 jaar worden herbenoemd. Tot 22 september 2016 vormden de heren W.R.J. van den Hende (voorzitter) en S.H. Dijk en mevrouw M. Pater-Von Wasserthal de rekenkamercommissie. De laatste benoemingstermijn van de heer van den Hende eindigde op 22 september 2016.

De rekenkamercommissie is in het voorjaar van 2016 gestart met een wervingsprocedure voor een nieuwe voorzitter. Een selectiecommissie bestaande uit twee raadsleden vanuit de auditwerkgroep en een lid van de rekenkamercommissie heeft de selectie van een nieuwe voorzitter op zich genomen. Uit de 28 ontvangen reacties zijn vijf kandidaten geselecteerd voor een gesprek. Op basis van deze gesprekken is, zowel vanwege de individuele kwaliteiten, als met het oog op de samenstelling van het team, unaniem gekomen tot de voordracht van de heer M. Bos als voorzitter van de rekenkamercommissie. De

gemeenteraad heeft op 12 september besloten de heer Bos per 22 september 2016 tot benoemen tot voorzitter van de rekenkamercommissie.

De heer Dijk en mevrouw Pater kwamen in 2016 beiden in aanmerking voor herbenoeming.

Beiden zijn door de gemeenteraad op 3 oktober herbenoemd, de heer Dijk voor zijn laatste termijn van 3 jaar, ingaand op 21 november 2016 en mevrouw Pater voor haar eerste termijn van 3 jaar per 13 oktober 2016.

De rekenkamercommissie vergadert gemiddeld eens per drie weken, doorgaans op maandagmiddag. De rekenkamercommissie wordt ondersteund door een secretaris,

mevrouw E.J. Wallet-Boers. Zij is gepositioneerd op de griffie. Inhoudelijk wordt de secretaris aangestuurd door de voorzitter van de rekenkamercommissie, functioneel door de griffier.

De heer Van den Hende is in 2016 wegens ziekte enige tijd uit de roulatie geweest. In die periode heeft de heer Dijk hem vervangen als voorzitter.

2. Jaarplan 2016

De rekenkamercommissie heeft op 15 december 2015 het jaarplan 2016 aan de raad

aangeboden. In het jaarplan is aangegeven dat de rekenkamercommissie in 2016 onderzoek wil starten naar de volgende onderwerpen:

1. Nulmeting jeugdbeleid 2. Effectmeting decentralisaties 3. Functioneren wijkposten/ wijkbeleid 4. Omgevingsdienst Haaglanden (ODH) 5. Prestatieafspraken woningcorporaties

Daarnaast geeft de rekenkamercommissie in het jaarplan 2016 aan twee workshops te willen organiseren. Eentje in het voorjaar met als onderwerp kaderstelling en eentje in het najaar over een nog nader te bepalen onderwerp.

3. In 2016 afgeronde onderzoeken

De rekenkamercommissie heeft in 2016 twee onderzoeken afgerond die in 2015 waren opgestart. Het betreft de onderzoeken ‘Cultuurbeleid in Zoetermeer’ en ‘Leren van

(5)

privatiseren’. Hieronder vindt u een korte omschrijving van deze onderzoeken en in bijlage 1 vindt u de conclusies en aanbevelingen van deze onderzoeken.

3.1 Cultuurbeleid in Zoetermeer

Het onderzoek naar het cultuurbeleid in Zoetermeer was in 2015 opgestart en op 17 februari 2016 is het rapport verstuurd naar de raad. De raadscommissie Samenleving heeft het rapport vervolgens op 11 april 2016 besproken in haar vergadering. Na bespreking in de vergadering van de commissie Samenleving is het raadsbesluit op de besluitenlijst van de raad van 18 april 2016 geplaatst. De raad heeft met raadsbesluit DOC-2016-001647 alle aanbevelingen overgenomen en heeft het college opdracht gegeven voor 1 december 2016 te rapporteren over de wijze van de uitwerking van de aanbevelingen. Het college heeft met een memo gedateerd op 21 november 2016 een update gegeven van de stand van zaken van de uitvoering van de 6 aanbevelingen. Het college is met alle aanbevelingen van de rekenkamercommissie aan de slag gegaan en geeft in het memo een overzicht van de stand van zaken van de lopende projecten op het gebied van cultuur.

3.2 Leren van privatiseren

Het onderzoek naar privatiseringen was gestart in 2015. Op 26 april 2016 heeft de rekenkamercommissie haar rapport, ‘Leren van privatiseren’ naar de raad gestuurd. De raadscommissie Samenleving heeft het rapport op 13 juni 2016 besproken in haar

vergadering. Twee fracties nemen het stuk mee terug naar hun fractie, het stuk wordt wel op de stemmingenlijst van de raadsvergadering van 4 juli 2016 geplaatst. Tijdens de

vergadering wordt een motie ingediend door twee fracties over de kaderstellende bevoegdheden van de raad, deze motie wordt verworpen. Het raadsbesluit, DOC-2016- 003594, is met algemene stemmen aangenomen. Het raadsbesluit geeft het college de opdracht om een besliskader op te stellen voor toekomstige besluitvorming ten aanzien van privatisering om de kwaliteit en de inzichtelijkheid van de besluitvorming en het

besluitvormingsproces te vergroten en voor 1 oktober 2016 te rapporteren over de wijze van uitvoering van deze aanbeveling.

Tevens wordt aan het college de opdracht gegeven om in overleg met de gemeenteraad, de volgende aanbevelingen onderdeel te laten zijn van dit besliskader:

a) Zorg voor borging van de overblijvende gemeentelijke taken bij privatisering.

b) Maak bij het proces van privatisering onderscheid tussen de verschillende rollen die de gemeente bij het privatiseringsproces heeft.

Het college heeft per memo van 22 september 2016 aangekondigd een besliskader op te stellen. Daarvoor heeft het college op 7 februari 2017 een bijeenkomst met, onder meer, raadsleden georganiseerd.

4. In 2016 gestarte onderzoeken

Voor de aanbesteding van haar onderzoeken vraagt de rekenkamercommissie in de regel bij drie bureaus offerte. De meeste onderzoeken kosten om en nabij € 15.000.

4.1 Wijkbeleid

Op 31 mei 2016 is de rekenkamercommissie een onderzoek gestart naar het wijkbeleid van de gemeente Zoetermeer. Het onderzoek wordt uitgevoerd door I&O Research. De twee hoofdvragen van dit onderzoek luiden:

1. Wat zijn de resultaten en opbrengsten van wijkgericht werken in de gemeente vanaf 2014, afgezet tegen de geformuleerde doelen?

(6)

2. Welke impact wordt verwacht van de beoogde transities (maatwerk, integraliteit, terugtrekkende overheid en bereikbaarheid en samenwerking in het wijkgericht werken?

Om voldoende focus te houden in het onderzoek heeft de Rekenkamercommissie besloten de focus te leggen op het ‘traditioneel wijkgericht werken’, met als uithangborden onder meer de wijkteams, wijkregisseurs, wijkposten en het wijk-aan-zetbudget.

In onderstaande tabel treft u een overzicht van het tijdspad van het onderzoek naar het wijkbeleid.

Datum Gebeurtenis

31 mei 2016 Brief naar raad over start onderzoek

6 december 2016 Rapport ‘Wijkgericht werken’ aangeboden voor ambtelijk wederhoor 16 december 2016 Reactie ambtelijk wederhoor op rapport ‘Wijkgericht werken’

ontvangen

De rekenkamercommissie verwacht het rapport van het onderzoek naar het wijkgericht werken in het voorjaar van 2017 aan de raad aan te kunnen bieden.

4.2 Omgevingsdienst Haaglanden

Het onderzoek van de rekenkamercommissie naar de Omgevingsdienst Haaglanden (ODH) is gestart op 12 september 2016. Het college had in 2015 een 213a onderzoek uitgevoerd naar de ODH. Dit onderzoek richtte zich op de vraag of de gemeente een goed

opdrachtgever is en voldoende aandacht heeft voor risicomanagement. De insteek van het onderzoek van de rekenkamercommissie is om de mogelijkheden van de raad om grip te hebben en krijgen op de ODH te belichten. De hoofdvraag van het onderzoek luidt: Welke handvatten heeft de raad –mede in het licht van de nieuwe Omgevingswet- om zijn kaderstellende en controlerende rol in te kunnen vullen richting de Omgevingsdienst Haaglanden en hoe kan hij zijn grip op het milieuterrein versterken?

In onderstaande tabel vindt u het tijdspad van het onderzoek naar de ODH in 2016.

Datum Gebeurtenis

12 september 2016 Brief naar raad over start onderzoek

21 december 2016 Rapport ‘ODH’ aangeboden voor ambtelijk wederhoor

De rekenkamercommissie verwacht het rapport van het onderzoek naar de ODH in het voorjaar van 2017 aan de raad aan te kunnen bieden.

4.3 Prestatieafspraken woningcorporaties

Tegelijkertijd met het onderzoek naar de ODH is ook het onderzoek naar de

prestatieafspraken met de woningcorporaties gestart. Dit onderzoek stond een aantal jaren geleden ook in de planning, maar door de problemen bij Vestia die in die tijd speelden, heeft de rekenkamercommissie besloten het onderzoek uit te stellen. Nu er meer duidelijkheid is over de stand van zaken bij Vestia vond de rekenkamercommissie de tijd rijp om het onderzoek naar de prestatieafspraken uit te voeren. Het onderzoek wordt uitgevoerd door RIGO. De hoofdvraag van het onderzoek luidt: In hoeverre dragen de prestatieafspraken van de gemeente Zoetermeer met de woningcorporaties De Goede Woning, Vestia en Vidomes bij aan een doelmatig en doeltreffend gemeentelijk woonbeleid? Hierbij betrekt de

rekenkamercommissie de totstandkoming van de prestatieafspraken en de samenhang met het gemeentelijk woonbeleid. Ook de samenhang met de regionale prestatieafspraken, het praktisch functioneren van de prestatieafspraken en de invloed van de Vestia problematiek betrekt de rekenkamercommissie bij het onderzoek.

In onderstaande tabel treft u een overzicht van het tijdspad van het onderzoek naar de prestatieafspraken.

(7)

Datum Gebeurtenis

12 september 2016 Brief naar raad over start onderzoek

De rekenkamercommissie verwacht het rapport van het onderzoek naar de prestatieafspraken voor het zomerreces 2017 aan de raad te kunnen aanbieden.

4.4 Evaluatie rekenkamercommissie

Artikel 10 lid 14 van de verordening op de rekenkamercommissie schrijft voor dat de rekenkamercommissie zichzelf eens in de vier jaar dient te evalueren. De

rekenkamercommissie had zichzelf in 2012 voor het laatst geëvalueerd, zodat er in 2016 weer een evaluatie diende plaats te vinden.

De rekenkamercommissie had de evaluatie in 2012, op verzoek van de auditwerkgroep, zelf ter hand genomen. Voor de evaluatie in 2016 heeft de rekenkamercommissie de

auditwerkgroep voorgesteld de evaluatie uit te besteden. De auditwerkgroep kon zich vinden in uitbesteding van de evaluatie en het begeleiden van het onderzoeksbureau. De kosten voor het onderzoek komen ten laste van de rekenkamercommissie. Het evaluatierapport zal naar verwachting in het voorjaar van 2017 verschijnen.

5. Langer lopend onderzoek 5.1 Nulmeting decentralisaties

De nulmeting moet de raad helpen om inzicht te krijgen in wat de stand van zaken was bij de start van de decentralisaties op het sociale domein, waarna gemeten kan worden wat de gevolgen van het door de raad gekozen beleid zijn. Het dashboard dient om de raad inzicht te bieden aan welke, spreekwoordelijke, knoppen hij kan draaien en wat daarvan de te verwachten effecten zijn.

De rekenkamercommissie heeft voor het uitvoeren van de nulmeting het CBS in de arm genomen. De nulmeting betreft de wmo en de participatiewet en heeft als peildatum 1 januari 2015. Dit onderzoek leverde niet de resultaten waar de rekenkamercommissie op hoopte, zodat zij alsnog zelf gegevens heeft vergaard. Inmiddels zijn ook al veel gegevens

beschikbaar voor de metingen over 2015 en 2016. Een nulmeting krijgt pas waarde wanneer hij afgezet kan worden tegen cijfers van opvolgende jaren. De rekenkamercommissie zal de raad dan ook tegelijk met de nulmeting de meting over 2015 (T1) en zo mogelijk ook 2016 (T2) aanbieden. De rekenkamercommissie verwacht de eerste versie van dit rapport in het voorjaar van 2017 naar de raad te kunnen sturen

De rapportage zal alleen betrekking hebben op de Wmo en de Participatiewet. De nulmeting jeugdbeleid die voor 2016 gepland was kon nog niet uitgevoerd worden door een gebrek aan gegevens. De raad is hiervan op 5 juli 2016 per memo van op de hoogte gesteld.

6. Bespreking van rapporten in raads- en commissievergaderingen

In 2016 zijn 3 onderzoeksrapporten van de rekenkamercommissie besproken in een

vergadering van een raadscommissie. Bij bespreking van rapporten in een raadscommissie is altijd minimaal 1 lid van de rekenkamercommissie aanwezig. Het gaat om de volgende onderzoeken:

Cultuurbeleid in Zoetermeer

Op 11 april 2016 heeft de commissie Samenleving het rapport ‘Cultuurbeleid in Zoetermeer’

van de rekenkamercommissie behandeld. De raad heeft op 18 april 2016 met raadsbesluit

(8)

DOC-2016-001647 met algemene stemmen de aanbevelingen overgenomen en het college opdracht gegeven om uiterlijk 1 december 2016 te rapporteren over de wijze van de

uitvoering van de aanbevelingen.

Leren van privatiseren

De raadscommissie Samenleving heeft op 13 juni 2016 het rapport ‘Leren van privatiseren’

van de rekenkamercommissie besproken in haar vergadering. Op 4 juli heeft de raad de aanbevelingen uit het rapport, door middel van raadsbesluit DOC-2016-003594,

overgenomen. Hierbij heeft de raad het college de opdracht gegeven om voor 1 oktober 2016 een besliskader op te stellen voor toekomstige besluitvorming op het gebied van privatisering om de kwaliteit en de inzichtelijkheid van de besluitvorming en het

besluitvormingsproces te vergroten.

Een aantal fracties heeft de motie 1607-02 ‘Kaders stellen door de raad’ ingediend, maar deze motie is verworpen.

Kwaliteit bestuurlijke informatievoorziening

Het rapport ‘Kwaliteit bestuurlijke informatievoorziening’ werd al op 26 oktober 2015 naar de raad gestuurd. De raad wilde dit rapport echter in samenhang met het advies van de

werkgroep ‘Kwaliteit raadsstukken’ behandelen. Behandeling van beide stukken heeft uiteindelijk plaatsgevonden tijdens de vergadering van de raadscommissie Samenleving op 26 september 2016. De bespreking was beeldvormend en was niet gericht op een

raadsbesluit. Wel is afgesproken in het najaar van 2017 te kijken of er verbetering is in de kwaliteit van de raadsstukken.

7. Overige activiteiten

7.1 Workshop kaderstelling

In haar jaarplan had de rekenkamercommissie gemeld in het voorjaar van 2016 een workshop te organiseren over kaderstelling. Deze workshop heeft op 12 april 2016 plaatsgevonden, in samenwerking met ambtenaren die zich bezig houden met het

jeugdbeleid. Jeugdbeleid werd enkel als voorbeeld gebruikt voor de kaderstelling. Voor de workshop hadden zich 9 raadsleden aangemeld, er waren uiteindelijk 11 raadsleden aanwezig bij de workshop. De workshop bestond uit een algemeen deel en een deel

toegespitst op het jeugdbeleid. In het algemene deel ging de rekenkamercommissie in op het belang van kaders stellen en waarop daarbij moet worden gelet. Daarna kregen de

aanwezige raadsleden uitgebreid informatie over de Quickscan die Deloitte in 2015 heeft uitgevoerd in opdracht van de rekenkamercommissie. Tot slot gingen de raadsleden zelf aan de slag met het uitwerken van een aantal stellingen over kaderstelling in het jeugdbeleid.

7.2 Reactie rekenkamercommissie op memo college Quickscan Programmabegroting

De Quickscan programmabegroting was op 22 oktober 2015 gegund aan Deloitte. Op 30 oktober 2015 heeft de rekenkamercommissie de Quickscan naar de raad gestuurd, deze was toen nog niet voorzien van een collegereactie, aangezien de Quickscan in slechts een week tijd was uitgevoerd. Het college heeft op 14 januari 2016 alsnog richting de raad gereageerd op de Quickscan. Het college geeft aan dat de aanbeveling van de

rekenkamercommissie om in de P&C-cyclus het stramien van de beleidsnota’s over te nemen niet mogelijk is en ook niet wenselijk is in verband met het hogere abstractieniveau van de programmabegroting. De rekenkamercommissie geeft in haar reactie van 10 februari

(9)

8. Communicatie en overleggen 8.1 Jaarverslag 2015

Volgens Artikel 185 lid 3 de gemeentewet dient een rekenkamer voor 1 april een verslag van haar werkzaamheden van het vorige jaar op te stellen. De rekenkamercommissie heeft haar jaarverslag over 2015 op 30 maart 2016 naar de raad verstuurd.

8.2 Fractiebezoeken

In september en oktober heeft de rekenkamercommissie de raadsfracties bezocht. Alle fracties zijn bezocht, alleen de fractie Zoetermeer Vooruit had aangegeven, in verband met de recente afsplitsing, geen meerwaarde in een bezoek van de rekenkamercommissie te zien op dat moment.

De rekenkamercommissie bezoekt de fracties om te horen hoe de fracties tegen de rekenkamercommissie en haar onderzoeken aankijken, vragen van de raadsfracties te beantwoorden en mogelijke onderzoeksonderwerpen op te halen. Tot haar vreugde toonden de verschillende fracties veel belangstelling voor het werk van de rekenkamercommissie.

De fractiebezoeken hebben veel mogelijke onderzoeksonderwerpen opgeleverd. In totaal zijn 49 suggesties gedaan. Hierin zat enige overlap; 25 verschillende onderwerpen zijn er genoemd (zie bijlage 2.)

8.3 Jaarplan 2017

De rekenkamercommissie stelt aan het eind van elk kalenderjaar een jaarplan op voor het volgende jaar. De rekenkamercommissie heeft voor het jaarplan 2017, dat op 22 december 2016 naar de raad gestuurd is, de door de raadsfracties aangedragen

onderzoeksonderwerpen als input gebruikt. Bij de selectie heeft de rekenkamercommissie een inschatting gemaakt van de relevantie en de actualiteit van genoemde onderwerpen in het komende jaar. Daarbij is gestreefd naar een voldoende thematische spreiding. Ook heeft de rekenkamercommissie rekening gehouden met de voornemens van het college met betrekking tot de zogenoemde 213a-onderzoeken.

8.4 Overleg met auditwerkgroep

De auditwerkgroep is door de raad aangewezen als klankbordgroep voor de

rekenkamercommissie. Tenminste twee maal per jaar vindt overleg plaats, waar – in ieder geval – wordt gesproken over het lopende en voorgenomen onderzoeksprogramma (mede in het licht van eventueel door het college beoogde 213a onderzoeken) en het jaarverslag van de rekenkamercommissie. Tussentijds vindt zo nodig e-mailoverleg, of één-op-één overleg tussen de voorzitter van de rekenkamercommissie en de voorzitter van de auditwerkgroep plaats. Afgesproken is dat de auditwerkgroep zich inspant voor de agendering van de onderzoeksrapporten van de rekenkamercommissie in de raad(scommissie). In 2016 heeft de rekenkamercommissie drie keer deelgenomen aan een vergadering van de

auditwerkgroep.

8.5 Ambtelijk overleg

De communicatie en informatievoorziening vanuit de ambtelijke organisatie naar de rekenkamercommissie verliep in 2016 goed. De rekenkamercommissie heeft in 2016 tweemaal overleg gehad met de gemeentesecretaris. Daarbij stond wederzijdse informatie- uitwisseling over lopend en voorgenomen onderzoek, respectievelijk evaluatie, centraal.

Onderdeel van het overleg in 2016 was het overzicht van de lopende en geplande

onderzoeken en evaluaties binnen de gemeente. Dit overzicht is eenmalig opgesteld voor 2016. Het lijkt de rekenkamercommissie nuttig om dit overzicht jaarlijks op te stellen. Voor de rekenkamercommissie geeft het overzicht inzicht in wat er binnen de gemeente speelt en voorkomt het dat de rekenkamercommissie een onderzoek start naar onderwerpen waar de

(10)

gemeentelijke organisatie al mee bezig is. Alleen inzicht in de geplande 213a onderzoeken is niet voldoende om dit inzicht te geven en dubbel onderzoek te voorkomen.

8.6 Overleg met externen

De rekenkamercommissie heeft in 2016 regelmatig overleg gevoerd met organisaties en personen buiten de gemeente Zoetermeer. Aan de jaarvergadering en het congres van de Nederlandse Vereniging van Rekenkamers en Rekenkamercommissies (NVRR) namen leden van de rekenkamercommissie deel en de secretaris woonde intervisiebijeenkomsten voor secretarissen bij.

Ook is er in het kader van de decentralisaties overleg gevoerd met de Algemene Rekenkamer, het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP).

9. Financiën

Artikel 12 van de verordening regelt dat de rekenkamercommissie bevoegd is “binnen een haar door de raad bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken”. Ten laste van dit budget komen de vergoedingen aan de leden (presentiegeld, reiskosten), externe deskundigen die de rekenkamercommissie heeft ingeschakeld, vergoeding voor eigen werkzaamheden van leden, overige uitgaven die de commissie nodig acht voor de uitoefening van haar taak.

Het budget voor 2016 bedroeg € 79.000,-

De onderzoeken die door de rekenkamercommissie uitbesteed worden kosten gemiddeld

€ 15.000. Voor dit bedrag dient een onderhandse aanbesteding plaats te vinden. De rekenkamercommissie acht een enkelvoudige onderhandse aanbesteding onwenselijk en heeft daarom toestemming voor een meervoudige onderhandse aanbesteding gevraagd.

Deze toestemming is op 30 mei 2016 door de gemeentesecretaris toegekend.

Artikel 10, lid 8 van de Verordening op de rekenkamercommissie biedt de leden van de rekenkamercommissie de mogelijkheid om tegen een vergoeding zelf onderzoek uit te voeren. In 2016 heeft de rekenkamercommissie mevrouw Pater aangesteld als projectleider voor het onderzoek naar de decentralisaties. De raad is hiervan op de hoogte gesteld met een brief de dato 9 september 2015. Mevrouw Pater heeft in 2016 22 uur opgetreden als projectleider voor het onderzoek nulmeting decentralisaties.

In de tabel hieronder ziet u waaraan het budget van de rekenkamercommissie in 2016 besteed is. Ter vergelijking zijn ook de uitgaven voor 2015 vermeld.

Post rekenkamercommissie 2016 Uitgaven 2016 (in Euro’s)

Uitgaven 2015 (in Euro’s) Uitbesteed onderzoek 69.761,10 36.352,50 Eigen onderzoek cfm art. 6 lid 3 1.100,00 0 Presentiegelden en reiskosten 16.406,90 12.995,99 Lidmaatschap NVRR 845,00 825,00 Diverse kosten (o.a. representatie) 343,89 155,01

TOTAAL 88.456,89 50.328,50

(11)

1

In 2016 heeft de rekenkamercommissie haar budget eenmalig overschreden. De

overschrijding bedraagt € 9.543,89 en wordt met name veroorzaakt door het doorschuiven, van 2015 naar 2016, van de factuur van het CBS van € 10.000 voor onderzoek naar de decentralisaties.

Volgens Artikel 6 lid 2 van de verordening bedraagt het aantal declareerbare vergaderingen 30 per jaar. De heer Dijk is hier in 2016 overheen gegaan doordat hij de heer Van den Hende als voorzitter heeft vervangen gedurende zijn ziekte. Het totaal aantal

vergadervergoedingen bleef met 74 ruim onder de 30 per lid van de rekenkamercommissie.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Logistic regression with dependent variable predicted tumour response by gene expression signature was ap- plied to the training cohort to build a prediction model with the IHC

Dit is een rechtspersoon die over meerdere afgescheiden vermogens kan beschikken opdat schulden die verband houden met een van de afgescheiden vermogens niet kunnen worden verhaald

Grondsoort Zand Zeeklei Rivierklei Dalgrond Loess Nederland Aardappel Aantal perc. Voor de volledigheid zijn ze hier vermeld. Het hoogste percentage van de percelen,

Tweede belangrijke conclusie is dat als in een vroeger stadium zicht komt op de situatie rond kinderen, en een inschatting kan worden gemaakt of er een vechtscheiding op

Het doel van het onderzoek is het opstellen van grafische geluidbelastingskaarten en het in kaart brengen van het aantal inwoners in de gemeente Zoetermeer per

studie veel sterker maakt dan beide boeken van Boersma is dat de auteurs de maatschappelijke ontwikkelingen verbinden met de evolutie van de gemeentelijke financiële behoeften en

De wijze waarop dit economisch motief voor de dag komt, soms in zijn uitwerking wordt geremd, soms wordt bevorderd en soms zelfs geheel schijnt te verdwij- nen, wordt voor een