• No results found

Herbestemmen Galvanitas

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Herbestemmen Galvanitas"

Copied!
111
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

Titel: Eindverslag: Herbestemmen Galvanitas

Datum: Plaats:

Dinsdag 17 juni 2015 Tilburg

Afstudeernummer 20150630

Auteurs: Studentnr: Telefoon: E-mail:

Ritchie de Bijl 2053477 +31 (0)6 23 29 55 05 r.debijl@student.avans.nl

Frank Visser 2038411 +31 (0)6 57 88 12 71 fl.visser@student.avans.nl

School: Plaats:

Avans Hogeschool Tilburg

Begeleider Avans Hogeschool: Telefoon: E-mail:

Iwan Westerveen +31 (0)88 525 81 57 jv.westerveen@avans.nl

Jack Deneke +31 (0)88 525 82 56 jvp.deneke@avans.nl

Afstudeerbedrijf: Plaats:

Benerink Architecten Breda

Begeleider Benerink Architecten: Telefoon: E-mail:

(3)

Doordat veel bedrijven de productiefaciliteiten naar lage-lonenlanden verplaatsen of moeten sluiten vanwege de te sterke concurrentie komen in Nederland meer en meer productie- en fabriekshallen leeg te staan. Aangezien veel van deze fabriekshallen in de jaren ‘50/’60 zijn gebouwd zijn deze inmiddels afgeschreven. Dit betekent niet dat deze daarom plaats moeten maken voor nieuwbouw.

De opdracht wordt verstrekt door Benerink Architecten, zij hebben in een eerder stadium een ontwerpvoorstel voor een deel van het Galvanitas complex gemaakt. Dit voorstel werd eerder in samenwerking met Maas Jacobs B.V. gerealiseerd echter staan deze fabriekshallen nog steeds in de verkoop/verhuur. Nu is het aan ons om een alternatief te vinden voor deze oude metaalfabriek.

Wij grijpen deze kans met beide handen aan en gaan een plan realiseren waarbij we het gebouw een nieuw leven, nieuwe functie en eventueel een nieuw uiterlijk in blazen.

Het verslag is verdeeld in vier hoofdstukken. In ieder hoofdstuk wordt omschreven hoe, wat en waaorm we specifieke problemen aanpakken, waarom het problemen zijn, waarom ze opgelost moeten worden en hoe we ze oplossen. Zo begint het verslag met de omschrijving van de huidige situatie. In deze huidige situatie wordt de stad, de wijk, de visie van de gemeente en de ontwikkeling van de bevolking en werkplaatsen omschreven.

Na de analyse van de bestaande situatie volgt een architectonische rapportage. In deze rapportage wordt het stedelijk plan rond om het Galvanitascomplex omschreven gevolgd het ontwerp voor het Galvanitascomplex. Vanuit dit ontwerp wordt er verder ingezoomd op een specifieke woning binnen dit plan. Tot slot worden een aantal karakteristieke details geanalyseerd en de materiaalkeuze verantwoord.

Vanuit de technische uitwerking wordt voor de eerder beschreven woning een bouwfysisch plan geschreven. In dit plan worden onder andere warmtebalans,

ventilatiebalans en isolatie niveau berekend. Het bouwfysica rapport wordt door het constructieve rapport gevolgd, zowel de huidige als de nieuwe situatie. Ook hierin wordt de woning behandeld die tijdens het architectonisch en bouwfysisch rapport wordt behandeld.

(4)

Hoofdstuk

3:

72

-

87

Bouwfysisch Rapport

- 3.1 Warmtebalans - 3.2 Isolatieniveau - 3.3 Behaaglijkheid - 3.4 Ventilatiebalans - 3.5 Installatieconcepten

Hoofdstuk 1:

Vooronderzoek

6

-

23

- 1.1 Oosterhout - 1.2 Oosterhout in cijfers

- 1.3 Prognose groei Oosterhout

- 1.4 Gemeentelijke structuurvisie - 1.5 Locatie & omgeving

- 1.6 Galvanitas complex

Hoofdstuk 2:

Architectonisch

Rapport

24

-

71

- 2.1 Architectonische waarde - 2.2 Afbakening - 2.3 Concepten - 2.4 Stedelijkplan - 2.5 Ontwerp fabriek - 2.6 Eindontwerp fabriek - 2.7 Ontwerp brouwerij - 2.8 Ontwerp woning - 2.9 Detaillering

(5)

Hoofdstuk

4:

88

-

105

Constructief Rapport

- 4.1 Bestaande constructie - 4.2 Aanpassingen - 4.3 Woningtype B

Hoofdstuk

5:

105

-

109

Slot

- 5.1 Dankwoord - 5.2 Nederlandse samenvatting - 5.3 Engelse samenvatting

(6)

Galvanitas is een familiebedrijf in het ontwikkelen, produceren en verkopen van schoolmeubilair. Sinds 1934 is het bedrijf uitgegroeid tot een begrip in de onderwijswereld. Nadat het in 1934 betrokken pand in Breda verlaten werd, werd in 1938 een pand in Geertruidenberg betrokken.

Na vijftien jaar werd ook dit pand verlaten en werd het door Galvanitas in Oosterhout gebouwde pand betrokken in 1953. In dit pand, inmiddels uitgegroeid tot een complex, vindt vandaag de dag nog altijd de productie van Galvanitas producten plaats. Inmiddels wordt het familiebedrijf gerund door Paul Thuring, de derde generatie die het familiebedrijf runt.

Een complex, waarvan de oudste delen ruim 60 jaar oud zijn, om industrie in te bedrijven brengt een aantal nadelige punten met zich mee: zowel de kosten van het onderhoud als de kosten voor het dagelijks gebruik van een complex van deze leeftijd zijn onnodig hoog.

Daarnaast is de omvang van de productie bij Galvanitas door de jaren heen behoorlijk gekrompen. Er wordt meer en meer geautomatiseerd en uitbesteed waardoor er minder ruimte en minder personeel nodig is met als gevolg dat ±50% van de hallen en kantoren nu geen functie dienen.

De heer Thuring is zich bewust van het overschot aan ruimte en de relatief hoge exploitatiekosten van het huidige complex. Om onder andere deze rede staat hij open voor het afstoten van een deel van het complex of een verhuizing van het bedrijf naar een andere locatie.

Aangezien het pand door zijn vader gebouwd is en zijn bedrijf er de afgelopen 60 jaar gefloreerd is, heeft het wel een bepaalde sentimentele waarde, behoud van het pand is dus gewenst.

Verkoop van het pand is een mogelijkheid, maar vanwege de eerder genoemde aandachtspunten die een gebouw van deze leeftijd kent zal het (financieel gezien) lastig zijn dit complex voor een industriefunctie naar standaarden van deze tijd te tillen. Een herbestemmingsplan voor het pand is dus de enige reële optie.

Maas Jacobs BV uit Zundert is, in samenwerking met Benerink architecten uit Breda eerder bezig geweest met een herbestemming van een van beide delen van het complex. Deze samenwerking resulteerde in project ZUID 104. Verkoop hiervan komt echter niet van de grond.

Tijdens dit afstudeerproject hebben wij niet alleen voor de herbestemming één/meerdere functies bepaald, maar deze ook daadwerkelijk uitgewerkt tot een concept, ontwerp en een technische uitwerking. Dit alles aan de hand van een analyse van het gebied, de locatie en de mogelijkheden die het pand biedt.

Het rapport begint met een vooronderzoek, in dit vooronderzoekworden de volgende punten behandeld:

- 1.1 Oosterhout

- 1.2 Oosterhout in cijfers

- 1.3 Prognose groei Oosterhout

- 1.4 Gemeentelijke structuurvisie - 1.5 Locatie & omgeving

- 1.6 Galvanitas complex

(7)
(8)

1.1 OOSTERHOUT

Het Galvanitas complex is gevestigd aan de Wilhelminakanaal-zuid 104 te Oosterhout, Noord - Brabant. Om een goede indruk te krijgen van de locatie en zijn potenties en valkuilen is het belangrijk een gedegen onderzoek te doen naar de locatie. Door daarbij groot te beginnen en steeds verder te spitsen kan op een concrete manier worden gefocust op de kansen die er liggen.

Oosterhout streeft ernaar zich continu te versterken in positie, structuur en kwaliteit van de stad, kleine kernen en buitengebieden. Oosterhout is gunstig gelegen van de snelwegen A59 en A27, het ligt eveneens aan het Wilhelmina- en het Markkanaal (figuur 1.1).

De afgelopen decennia is Oosterhout sterk gegroeid, mede door de gunstige ligging ten opzichte van infrastructuur en grote steden. Een schil van woonwijken rond het oude kerngebied en grote bedrijventerreinen in het noordwesten en oosten bepalen grotendeels het huidgie beeld van de stad.

Oosterhout koestert de reputatie als ‘bedrijvige familiestad’ en de daarbij horende kwaliteiten zoals ruime opzet, groen karakter, aantrekkelijk buitengebied,

werkgelegenheid, voorzieningen en veiligheid (figuur 1.2).

(9)

1.2 OOSTERHOUT IN CIJFERS

Om een beeld te scheppen van Oosterhout en te kijken hoe Oosterhout zich verhoudt tot de rest van Nederland zijn er een aantal cijfers opgezocht en op een rijtje gezet.

Tabel 1.1: Oppervlakte in km2, 2008

Oosterhout N-Brabant Nederland

Totaal 73,09 5 081,76 41 543,07

Land 71,52 4 916,49 33 756,17

Water 1,58 165,26 7 789,90

Tabel 1.2: Woonruimtevoorraad

oosterhout n-brabant nederland

Voorraad woningen 23 026 1 006 145 7 043 212 Saldo vermeerdering woningen 20081 0,7 8,6 9,0 Voorraad wooneenheden 3 14 747 115 110 Recreatiewoningen 560 6 978 101 244 Capaciteit woongebouwen 817 57 094 348 905

1per 1 000 woningen op 1 janurai

Tabel 1.3: Nieuwbouwwoningen

oosterhout n-brabant nederland

Niewbouwwoningen 73 11 157 78 882 Eigendom % % koopwoning 100 67,2 69,9 % huurwoning - 32,8 30,1 Woningtype % eengezinswoning 100 58,0 61,0 % meergezinwoning - 42,0 39,0

Tabel 1.4: Waarde onroerende zaken

Oosterhout n-brabant nederland

Woning in mln. € 5 554 262 419 1 633 174 Niet woning in mln € 612 61 798 388 822 Gemiddelde woningwaarde in duizend € 247 263 233 Tabel 1.5: Inwoners, 2008

oosterhout n-brabant nederland

Inwoners 53785 2 424 827 16 405 399

Mannen 26 540 1 209 825 8 112 073

(10)

Tabel 1.6: Inwoners naar categorie 2008

Oosterhout N-Brabant Nederland

Abs. % Abs. % Abs. % Inwoners < 5 jaar 2 882 5,2 133 945 5,5 945 727 5,8 5 - 10 jaar 3 232 6,0 148 253 6,1 1 011 145 6,2 10 - 15 jaar 3 390 6,3 146 458 6,0 978 852 6,0 15 - 20 jaar 3 294 6,1 148 420 6,1 1 004 726 6,1 20 - 25 jaar 2 476 4,6 137 928 5,7 977 757 6,0 25 - 45 jaar 14 137 26,3 669 418 27,6 4 592 210 28,0 45 - 65 jaar 16 077 29,9 679 106 28,0 4 480 156 27,3 65 - 80 jaar 6 605 12,3 279 572 11,5 1 799 337 11,0 > 80 jaar 1 752 3,3 81 727 3,4 615 489 3,8 Autochtonen 44 606 82,9 2 051 295 84,9 13 189 983 80,4 Allochtonen 9 179 17,1 373 532 15,4 3 215 416 19,6 Inwonders 15 jaar of ouder 44341 1996 171 13 469 675 Ongehuwd 12 476 28,1 649 348 32,5 4 666 180 34,6 Gehuwd 25 494 57,5 1 077 090 54,0 6 898 147 51,2 Gescheiden 3 403 7,7 142 660 7,1 1 035 737 7,1 Verweduwd 2968 6,7 127 073 6,4 869 611 6,5 Tabel 1.7: Gemiddeld besteedbaar inkomen per persoon in €1.000 2006

oosterhout n-brabant nederland

Totale bevolking 13,6 13,3 13,3 15 of ouder 52 weken inkomen 18,8 18,4 18,6 Mannen 23,9 22,9 22,9 Vrouwen 13,1 13,4 14,0 15 - 25 jaar 8,3 8,6 8,8 25 - 45 jaar 19,7 19,5 19,7 45 - 65 jaar 22,3 21,7 21,9 > 65 jaar 16,1 16,1 16,4 Werknemers 21,2 20,6 20,9 Zelfstandigen 25,5 24,1 24,6

Met een uitkering 12,5 12,3 12,3

Pernsioen 15,8 16,3 16,5

Autochtoon 19,3 18,7 18,9

Allochtonen 15,8 16,6 17,2

(11)

Tabel 1.8: Huishoudens naar categorie, 2008

oosterhout n-brabant Nederland

Abs. % Abs. % Abs. % Particuliere 22 947 1 036 823 7 242 202 Eenpersoons 6 650 29,0 328 792 31,7 2 571 114 35,5 Zonder kinderen 7 911 34,5 331 291 32,0 2 148 277 29,7 Met kinderen 8 386 36,5 376 740 36,3 2 522 911 34,8 Gemiddelde grootte 2,32 2,31 2,24

Tabel 1.9: Gemiddeld besteedbaar inkomen per particulier huishouden in € 1.000

oosterhout n-brabant nederland

Totaal huishoudens 32,5 32,0 31,3 Eenpersoons 19,1 18,4 18,6 Paar zonder kinderen 33,8 33,4 33,8 Paar met kinderen 43 42,9 42,6 Eenoudergezin 26,9 26,2 25,3 Belangrijkste inkomensbron Loon 36,4 35,8 35,1 Winst uit onderneming 43,8 42,4 41,9 Met uitkering 19,6 18,6 17,8 Pensioen 23,6 23,4 23,3 Tabel 1.10: Dichtheden

oosterhout N-brabant Nederland

Woningdichtheid 322 205 209

Bevolkingdichteid 752 493 486

Omgevings-adressenheid 1 379 1 347 1 883

Tabel 1.11: Bodemgebruik

oosterhout N-brabant nederland

Ha

rel.1 Ha rel.1 Ha rel.1

Verkeersterrein 311 6 17 574 7 115 955 7 Bebouwd terrein 1 470 27 57 978 24 337 927 21 Semi-bebouwd terrein 213 4 6 737 3 52 849 3 Recreatieterrein 348 6 13 187 5 96 311 6 Agrarisch terrein 3 395 63 312 302 129 2 285 799 139 Natuurlijk terrein 1 413 26 83 787 35 484 024 30 1.2 OOSTERHOUT IN CIJFERS

(12)

1.3 PROGNOSE GROEI OOSTERHOUT

Op 1 januari 2013 telde Oosterhout 53.700 inwoners. Volgens de meest recente prognoses groeit de bevolking van de gemeente nog door tot zo’n 55.550 inwoners in 2030. Het aandeel 65-plussers is in de periode 2002-2012 met ruim een derde toegenomen tot negentien% in 2012. De verwachting is dat dit nog met de helft zal toenemen in de periode 2012-2030 en uit zal komen op circa 28%. Het aandeel jongeren tot 19 jaar zal in die periode licht dalen van 22% in 2012 naar 20% in 2030 (figuur 1.3).

In Oosterhout staan circa 23.300 woningen, 88% hiervan is na 1960 gebouwd (20.504 woningen). Ongeveer 41% van alle woningen in Oosterhout zijn huurwoningen (9.553 woningen). De gemiddelde woningbezetting is 2,32

personen per woning, de verwachting is dat dit gemiddelde verder zal dalen naar 2,1 in 2020. tot 2035 zal het aantal huishoudens stijgen tot circa 25.750, een toename van meer dan 11% (2.580 huishoudens).

De tevredenheid binnen Oosterhout over de woningen en woonomgeving is groot, inwoners geven hun wijken punten van een 7,5 tot een 7,9 in de Leefbaarheid- & Veiligheidsmonitor Oosterhout. De hoogste punten worden gegeven in de Vlinderbuurt en de Warande en de laagste punten worden gegeven in de Schrijversbuurt en Slotjes-Midden.

De werkgelegenheid heeft in Oosterhout tussen 2000 en 2011 een groei gekend van 2% per jaar (4.620 arbeidsplaatsen) tot een piek van 28.450 arbeidsplaatsen in 2011. De werkgelegenheid in 2012 is met iets meer dan 3.1 afgenomen (900 arbeidsplaatsen).

Eind 2014 is de afname van het aantal arbeidsplaatsen verder toegenomen tot zo’n 27.500 arbeidsplaatsen.

Tussen 2014 en 2017 wordt een licht herstel verwacht van de economie, dit zal naar verwachting niet leiden tot substantiële groei van het aantal arbeidsplaatsen. Mocht de groei van de economie weer aantrekken vanaf 2017 wordt een

groei naar 28.000 arbeidsplaatsen verwacht in 2020. Daarna zal het aantal arbeidsplaatsen weer dalen (figuur 1.4).

figuur 1.3: groei bevolking Oosterhout

(13)
(14)

1.4 GEMEENTELIJKE STRUCTUURVISIE

Vanuit de gemeentelijke structuurvisie, daterend uit 22 november 2013 zijn een aantal punten aangehaald die, van toepassing zijn op de herbestemming van het Galvanitas project.

Het huidig Oosterhout

Oosterhout is continu bezig met het versterken van positie, structuur en de kwaliteit van de stad, kleine kerken en het buitengebied.

Deze structuurvisie vormt enerzijds een belangrijke inspiratie- en informatiebron, zodat eenieder op adequate wijze kennis kan nemen van de diverse projecten en de samenhang daartussen. Anderzijds geeft hij duidelijk richting aan de wijze waarop het gemeentebestuur omgaat met initiatieven op verschillende beleidsterreinen. De structuurvisie bevat geen verplichtingen naar derden. Bij de beoordeling van initiatieven wordt deze visie als toetsingskader gebruikt.

Op dit moment zijn belangrijke projecten in uitvoering of ontwikkeling. Daarnaast bestaan er diverse plannen en ideeën voor verbetering van het landschap langs de zuidkant van Oosterhout, van de infrastructuur in de stad en van de ecologische structuren aan weerszijden van Oosterhouten de zuidkant. In het zuidelijke gebied passen ook initiatieven gericht op vernieuwing van de recreatiesector.

Het groene karakter, een aantrekkelijk buitengebied, de rijk geschakeerde werkgelegheid, het ruime palet aan voorzieningen, veiligheid overzichtelijkheid en korte lijnen worden genoemd als kernkwaliteiten van Oosterhout.

Als een belangrijk identiteit bepalend onderdeel van Oosterhout worden cultuurhistorische relicten en monumentale gebouwen genoemd. Veel van dit erfgoed is nog duidelijk aanwezig en vormt een belangrijk bestanddeel van de cultuurhistorische identiteit van de gemeente.

Oosterhout beschikt over een totaalpakket aan voorzieningen dat past bij een gemeente van deze omvang en de ligging in het grotere stedelijke netwerk. De meeste voorzieningen (stadskantoor, winkels, scholen, en culturele voorzieningen) zijn in of nabij het centrumgebied geconcentreerd. In de woonwijken staan verspreid diverse scholen en winkelsteunpunten.

Oosterhout kent diverse recreatieve voorzieningen, belangrijk is het bosgebied aan de zuidzijde van Oosterhout. Hierbinnen liggen recreatieparken, groepsaccomodaties en campings. Met crica 1.200 standplaatsen en ruim 300 bedden vorm dit een belangirjke economische peiler.

Verder kent Oosterhout gymzalen in Arendonk, Markkant en Oosterheide, een groot sportcomplex in het gebied de Warande en kleinere complexen bij de Vijf Eiken en Dommelberg. De Warande beschikt daarnaast over een zwembadcomplex met drie buiten- en twee binnenbaden.

De gemeente heeft een veelzijdige bedrijvenstructuur, er zijn meer dan 3.000 bedrijven. De belangrijkste werkgelegenheid wordt gevromd door industrie, zakelijke dienstverlening, gezondheidszorg en detailhandel. De dienstsector is veruit het grootst.

In de zuidoosthoek nabij het knooppunt van de A27 en het Wilhelminakanaal liggen meerdere bedrijvenclusters, waaronder Oosterheide.

(15)

De toekomst van Oosterhout

De koers van de komende jaren is grotendeels al uitgezet. De afgelopen jaren zijn immers op veel terreinen een voor uiteenlopende locaties plannen en visies ontwikkeld.

De plannen en visies hebben betrekking op grote delen van het grondgebied. De belangrijkste beleidsvelden zijn gevuld, zo zijn de woningbouwmogelijkheden geregeld in de uitbreidingsplannen (Contreie) en herstructeringsplannen (Zwaaikom en Slotjes-Midden). Daarnaast liggen er nog plannen voor diverse kleinere locaties.

Ontwikkelingsmogelijkheden voor bedrijven concentreren zich vooral in Oosterhout-Oost (Everdenberg-Oost en Heihoef).

Er zijn en worden veel projecten aangepakt, deze lopen in plansoort, omvang en schaalniveau soms sterk uiteen. Het kenmerk van al deze plannen is een hoog consistent kwaliteitsnvieau en een duidelijke, vaste koers om de schaarse ruimte in Oosterhout zo en efficiënt mogelijk te benutten.

Die kwaliteit worden vastgehouden in de vormgeving en inrichting van plannen waarbij alle relevante aspecten, zoals verplaatsing van functies naar betere locatie en totale meerwaarde van een project, in de afweging worden betrokken.

De kanalen worden niet als een barrière maar als een deel van de stad ervaren. Wonen en vooral ook het kunnen flaneren langs het water heeft een onmiskenbare kwaliteit. Die structurele ruimtelijke potentie zal sterker worden benut. Ook de beleving van de samenhang van de stad wordt hiermee versterkt.

De economische ambitie is breed, deze richt zich niet alleen op bedrijvigheid en bedrijventerreinen, maar ook op toerisme, de agrarische sector, detailhandel en horeca.

Het streven is het voorzieningenniveau te behouden en waar mogelijk te versterken. Binnen de beperkte ruimtelijke en financiële mogelijkheden wordt gestreefd naar combinatie, intensivering en verbetering van functies.

Het transformeren van verouderde locaties naar eigentijdse gebieden door een nieuwe invulling, voornamelijk door woningbouw, leisure en voorzieningen van de kernpunten van de gemeentelijke structuurvisie. Dit kan verder versterkt worden door in te zetten op versterking en uitbouw van de voorzieningenstructuur, vergroening en verbetering van de wegenstructuur.

In de schil rond het centrum vinden de komende jaren twee ingrijpende herstructeringsprojecten plaats, Oosterhout zal zich daarmee sterk naar het water richten. Aan de westkant wordt de Zwaaikom gestransformeerd.

De wijk Slotjes-Midden, aan de zuidkant van Oosterhout grenzend aan het Wilhelminakanaal wordt ingrijpend en duurzaam ingezet op herstructering. (Ver)Nieuwbouw concentreert zich vooral aan de Loevensteinlaan en het kanaal.

In de buitenschil van de stad wordt het gebied Paterserf (Warandepoort) en de voormalige Intergaslocatie getransformeerd naar woningbouw. Het groene kader en de oriëntatie, ook hier op het water van het Wilhelminakanaal zijn zeer bepalend voor de kwaliteit.

In de strook langs de Beneluxweg (oostelijk deel van het bedrijventerrein Oosterheide) wordt een locatie voor kantoren of vergelijkbare functies in een groene setting ontwikkeld. De wens bestaat om het bestaande bedrijvenpark in het noordelijk deel van deze strook te upgraden.

Voor het gedeelte van het Wilhelminakanaal gelegen tussen Sluis 1 en de gemeentegrens met Dongen wordt door de gemeente een visie opgesteld aangaande de ecologische structuur. De ecologische kansen van dit deel van het kanaal worden hierin verkent zodat daarmee bij ontwikkelingen op locaties direct aan het kanaal zo efficiënt mogelijk rekening kan worden gehouden.

(16)

Oosterhout wil een aantrekkelijke woongemeente blijven voor alle categorieën inwoners. De feitelijke uitvoering van het woonbeleid wordt vooral overgelaten aan ontwikkelaars, corporaties en de woonconsumenten.

In regionaal verband met de provincie zijn en worden jaarlijks kwantitatieve afspraken gemaakt over de ontwikkeling van de woningbouw in de gemeenten binnen West-Brabant. Volgens de actuele afspraken, geldig voor door de periode van 2012 tot 2020, met doorkijk naar 2030, mag Oosterhout een bouwprogramma realiseren van in totaal 3.035 woningen. Dit betreft enkel de toevoeging aan de woningvoorraad. Vervangende nieuwbouw in het kader van herstructurering is hier niet in mee genomen.

De binnen de gemeente aangewezen bouwlocaties kennen een gezamenlijke capaciteit die uitgaat boven de behoefte zoals deze is voorzien in de periode tot 2030. Dat betekend dat er keuzes gemaakt moeten worden.

Bij het maken van die keuzes zijn de volgende criteria als leidend benoemd: - Bijdrage aan de versterking van de ruimtelijke structuur;

- Afzetbaarheid op de woningmarkt;

- Direct financieel belang van de gemeente; - Realiteitsgehalte qua uitvoerbaarheid;

- Mogelijkheid tot fasering, mede in relatie tot niet gewenste concurrentie met andere ontwikkelingen.

In de wijk Slotjes-Midden is er sprake van een omvangrijke herstrucreringopgave op het gebied van woningbouw. Voorzien wordt in een sterk gefaseerde

ontwikkeling, waarbij uiteindelijk een aanzienlijk aantal woningen (voornamelijk portiekflats) wordt gesloopt en zowel gestapelde als grondgebonden woningen in diverse prijsklassen en huur/koop worden teruggebouwd. De herstructurering concentreert zich vooral aan de zuidkant van de wijk (Wilhelminakanaal). Dit betekend een structuurversterking van de stad door de duidelijk orientatie op het water (figuur 1.5).

figuur 1.5: wonen in Oosterhout

(17)

Het voorzieningsniveau is voor een gemeente met zo´n 54.000 inwoners goed te noemen. Al zal dit niveau met een dergelijke omvang als deze stad in theorie mogelijk hoger liggen. Dit is van groot belang om de aantrekkelijkheid van Oosterhout als vestigingsplaat voor bedrijven en huishoudens te vergroten. Met de realisering van de cluster met culturele voorzieningen in het Satrijngebied wordt het niveau van culturele voorzieningen aanzienlijk opgetild. In deze

ontwikkeling krijgen diverse culturele voorzieningen zoals het theater, de bibliotheek en het filmtheater een plaats. Dit project zal een sterke impuls voor het stadshart betekenen. Het opleidingsinstituut ´H19 Centrum voor de Kunsten´ is en blijft aan de Heuvel gevestigd. De pannenhoef is getransformeerd tot het ´Huis voor Amateurs´. Handhaving van de huidige musea (Speelgoed- & Carnavalsmuseum, Museum Oud Oosterhout) is een uitgangspunt.

In de leisure sector vinden veel vernieuwingen plaats, veelal met schaalvergroting en veel parkeergelegenheid. Oosterhout kan met zijn zeer goede bereikbaarheid en goede ligging een aantrekkelijke locatie bieden.

Niet alleen voor het stadshart, maar ook voor de hele kern van Oosterhout en voor de dorpen blijft het streven naar kwaliteitsverbetering aandacht vragen. Binnen de kern is de versterking van de noord-zuid lopende groene als een belangrijk doelstelling. Deze as ‘Groene Ruggengraat’ bestaat uit een reeks parken en groene ruimten die het bosgebied in het zuiden verbindt met de Oranjepolder in het noorden. Functie, omvang en inrichting variëren. Optimalisering van continuïteit, gerbuik en beleving staan voorop. Nieuwe ontwikkelingen worden hier op afgestemd.

De cultuurhistorische inventarisatie geeft inzicht in wat we nu al weten van archeologische, historisch geografische en historische bouwkundige waarden. Middels de archeologische beleidskaart kan op een overzichtelijke wijze archeologie bij ruimtelijke planvorming geborgd worden (figuur 1.6).

figuur 1.6: voorzieningen in Oosterhout

(18)

Voorgaand aan dit hoofdstuk is er een analyse van Oosterhout en het Galvanitas complex uiteengezet. Ook zijn er delen uit de structuurvisie naar voren gebracht die (locatie, projecttype, mogelijke kansen en valkuilen) van belang zijn. In dit hoofdstuk wordt aan de hand van een aantal punten uit voorgaand stuk verder gedistilleerd wat op de locatie van toepassing is en hoe het van invloed kan zijn.

Krimp en groei

In de paragrafen ‘Oosterhout in cijfers’ en ‘Prognose groei Oosterhout’ word ingegaan op onder meer het aantal inwoners en arbeidsplaatsen binnen de gemeente en de verwachtte ontwikkeling daarvan. Het aantal inwoners zal naar verwachting groeien met zo’n 2.000 inwoners tot 2030. Tegelijkertijd zal de woningbezetting van net iets meer dan 2,3 dalen naar 2,1. Afname van de grootte van huishoudens maar een toename van inwoners zal een flinke groei van

het aantal huishoudens betekenen. Volgens de prognose zo’n 11% wat 2.580 exrta huishoudens betekend. Er is in Oosterhout dus ruimte voor nieuwe ontwikkeling op het gebied van woningbouw. De woningen in Oosterhout bestaan nu voor zo’n 41% uit huurwoningen. De gemiddelde waarde van de woningen in Oosterhout ligt met €247.000,- boven het landelijk- maar onder het Brabants gemiddelde.

De werkgelegenheid in Oosterhout heeft voor 2012 een flinke groei mee gemaakt, echter van 2012 tot 2014 is de werkgelegenheid gekrompen. De verwachting is dat deze werkgelegenheid van 2015 tot 2017/20 weer een lichte groei zal doormaken maar daarna alleen nog maar zal dalen. Gezien de toenemende vergrijzing zal ook het aantal werkenden afnemen, waardoor deze ontwikkeling niet perse zorgelijk is. Het neemt wel met zich mee dat nieuwe ontwikkelingen in de industrie, die oppervlakte toevoegen (vervangen van oude panden of locaties staat hier los van) niet bijzonder rendabel zijn. Er is in de toekomst overschot aan ruimte en daarmee leegstand te verwachten.

Ontwikkelingen in Oosterhout

De gemeente Oosterhout zet sterk in op hoogwaardige ontwikkeling en herontwikkeling van verschillende gebieden in en om de stad. Deze (her)ontwikkelingen zijn grotendeels gericht op het sterk ontwikkelen van de structuur en samenhang van Oosterhout, ontwikkelen van groen (onder andere de ‘Groene Ruggengraat’ wordt genoemd als een belangrijk onderdeel van het stedelijke groen) en de ontwikkeling van een sterke(re) connectie met het kanaal. Het kanaal wordt als deel van de stad ervaren en niet als barrière, dat mag het dus ook absoluut niet zijn. Aangezien het Galvanitas complex aan het kanaal en aan de Groene Ruggengraat ligt zijn alle drie deze onderdelen van belang voor ons project.

In de structuurvisie worden een aantal punten genoemd die een grote rol zullen spelen bij de toetsing van nieuwe initiatieven en ontwikkelingen. Om de kans te vergroten op medewerking van de gemeente is het verstandig (zo veel mogelijk) aan deze punten te voldoen.

In de gemeente zullen tot 2030 ruim 3.000 nieuwe woningen gebouwd worden (vervanging van oude woningen worden hierin niet meegeteld). Die nieuwbouw zal in de komende jaren voornamelijk geconcentreerd worden in één nieuwbouw gebied en twee herstructureringen. Een van die herstructureringsprojecten is de herstructurering van Slotjes-Midden. Binnen dit project zal de focus grotendeels liggen aan het Wilhelminakanaal, recht tegenover het Galvanistas complex. De bestaande portiekflats zullen plaats maken voor gestapelde en grondgebonden woningbouw in verschillende prijsklassen. Zowel huur als koopwoningen zullen hier gerealiseerd worden. Ook bij deze herstructurering is het maken van de connectie met het kanaal van groot belang. Daarnaast is het verbinden van de wijk met de rest van de stad een aandachtspunt. Voor onze locatie is het bijzonder voordelig dat aan de andere zijde van het water al grote herstructurering op de agenda staat. Hierbij kunnen wij eventueel aanhaken.

(19)

Het niveau van voorzieningen wordt door de gemeente, voor een gemeente van deze omvang, goed genoemd. Toch stellen zij dat het niveau in theorie hoger kan liggen. Verschillende ontwikkelingen op het gebied van cultuur en recreatie worden aangehaald als voorbeelden van investeringen uit het nabije verleden. Daarnaast wordt er gesproken over verdere uitbreiding van het voorzieningen palet, onder andere in combinatie met de visie “het water meer bij de stad te betrekken”. Vanwege de behoorlijke omvang en oppervlakte van het Galvanitas complex en terrein liggen er voor kansen in de voorzieningen sector. Het ontwikkelen van grootschalige voorzieningen en het daarbij benodigde parkeren zou geen probleem moeten zijn.

Conclusie

Uit voorgaande analyse kunnen we concluderen dat grootschalige industrie op deze locatie en binnen Oosterhout geen perspectief biedt op een mooie toekomst voor de herbestemming. Daar komt bij dat het financiële plaatje van een renovatie van het complex voor enkel industrie niet bijzonder gunstig is. De trend die in de groei van het aantal ZZP’ers te zien is kan kansen bieden in binnen dit project. ZZP’ers of kleine bedrijven met slechts enkele personeelsleden kunnen zich vaak geen volledig eigen pand veroorloven. Eventueel in combinatie met wonen (werken aan huis) kan worden ingespeeld op de gestage groei van het aantal ZZP’ers en het tekort aan geschikte werkruimtes voor deze ondernemers.

In het licht van de (her)ontwikkeling aan de overzijde van het kanaal en de verwachtte groei in vraag naar woningen lijkt een ontwikkeling op gebied van wonen een interessante optie. Hoogwaardige woningen, verschillend in type en formaat, in een groene omgeving passen prima binnen de structuurvisie van de gemeente. Daarnaast is het gebied een uithoek van het bedrijventerrein waardoor het eenvoudig aangesloten kan worden aan het naastgelegen woongebied en zijn er voor dit bedrijventerrein en/of wensen/plannen voor een revitalisatie.

Door aan de voorzijde van het terrein de weg en het kanaal bij het plan te betrekken kan er een mooi parkje ontstaan aan het kanaal. Het park zou, door zijn ligging, onderdeel uit gaan maken van de Groene Ruggengraat van Oosterhout en zou tegelijkertijd het Galvanitas terrein verbinden met het kanaal. Wellicht is zelfs een voetgangers- en fietsbrug naar Slotjes-Midden een optie. Hierdoor zou, volledig in lijn met de visie van de gemeente en de herstructurering van Slotjes-Midden de stad meer met elkaar verbonden en wordt het kanaal minder een barrière en meer onderdeel van de stad.

Vanwege de grote omvang van het hele complex zijn enkel woningen wellicht niet haalbaar. Een deel van de hallen zou daarom invulling kunnen krijgen van een culturele bestemming. Zoals eerder benoemd is er voldoende ruimte om een functie met relatief hoge bezoekersaantallen te kunnen herbergen. Daarnaast leent het kantoordeel van het complex zich uitstekend voor kleinschalige werkplekken voor zelfstandigen. Wellicht in de trant van ‘flex werkplekken’. De locatie, aan het water en relatief groen, nodigt uit om een functie in de recreatieve sector of horeca te zoeken. Zeker in combinatie met de (hobbymatige) bierbrouwerij die zich al in het pand bevindt kan dit een interessante optie zijn die een unieke ervaring in Oosterhout op kan leveren. Door het combineren van de visie en ambitie van gemeente met de potentie van het Galvanitas complex en zijn locatie zijn wij er van overtuigd een interessant project neer te kunnen zetten dat onderdak zal bieden aan meerdere functies, een brug slaat (wellicht wel letterlijk) tussen Oosterheide en Slotjes-Midden en van toegevoegde waarde zal zijn voor Oosterhout.

(20)

1.5 LOCATIE & OMGEVING

Het Galvanitas complex is gelegen aan het Wilhelminakanaal-Zuid 104 te Oosterhout op bedrijventerrein Oosterheide aan de zuidzijde van Oosterhout. Oosterheide is een gefragmenteerd bedrijventerrein, het is opgedeeld in vier losliggende delen.

Het deel van bedrijventerrein Oosterheide waar Galvanitas op ligt wordt ingesloten door woonwijken, het Wilhelminakanaal en de A27.

Aan de noordzijde wordt het terrein begrensd door het Wilhelminakanaal met aan de overkant de wijk Slotjes-Midden.

Aan de oostzijde wordt het terrein begrensd door de rijksweg A27.

Aan de zuidzijde wordt bedrijventerrein Oosterheide begrensd door de woonwijk Oosterheide, een grootschalige uitbreidingswijk van Oosterhout.

Aan de westzijde wordt het bedrijventerrein, net als het Galvanitas complex, afgesloten door de ‘Groene Ruggengraat’van Oosterhout en de Burgermeester Holtroplaan (figuur 1.7).

Het terrein van Galvanitas grenst aan de noordzijde aan het Wilhelminakanaal- Zuid, een straat met langs beide zijden grote bomen. Aan de overkant van de straat stroomt het Wilhelminakanaal.

Aan de oostzijde grenst het complex van Eikdijk, wederom een door bomen omgeven weg die ontsluiting biedt naar Wilhelminakanaal-Zuid. Aan de overzijde van de Eikdijk ligt een groot expeditiebedrijf waarvan het terrein ontsloten in de zuid-westhoek wordt ontsloten aan de Eikdijk.

Aan de zuidzijde wordt het Galvanitas terrein begrenst door het in de afgelopen jaren ontwikkelde Europapark Oosterhout. Dit relatief kleine terrein biedt

onderdak aan verschillende kleine, middelgrote en grote bedrijven. Onder andere het hoofdkantoor van de Politie Oosterhout is er gevestigd, dat is ook driect het grootste pand en bedrijf op het park.

Aan de westzijde wordt het complex begresnt door een brede groenstrook, onderdeel van de ‘Groene Ruggengraat’ van Oosterhout, waarachter een van de ontsluitingswegen van Oosterhout schuil gaat (Burgermeester Holtroplaan) (figuur 1.8).

figuur 1.7: ligging bedrijventerrein Oosterheide Oosterheid

(21)
(22)

Zoals eerder gesteld werd het eerste deel van het huidige Galvanitas complex aan het Wilhelminaknaal-Zuid 104 gebouwd in 1954. Het werd een gebouw naar ontwerp van Ingenierusbureau Oomen uit Oosterhout.

Het pand bestond in eerste instantie uit drie hallen met een gewelfd dak,

voorzien van lichtstraten en een kantoorpand van twee bouwlagen. Elke hal, die geschakeld zijn aan de lange zijde, is ongeveer 66 meter breed bij 15 meter lang. Het kantoorpand kent afmetingen van 20 meter lang bij 10 meter breed.

De hallen en kantoren zijn elk naar standaarden van hun eigen tijd gebouwd, naar de standaarden van 1970 of eerder. De gevels van de hallen zijn allemaal opgetrokken uit betonnen balken en steens- of half-steensmuren zonder spouw. De daken van de eerste 4 hallen van deel 1 en de eerste 3 hallen van deel 2 zijn zogenoemde Fusee-daken (ook wel flessendaken). De nieuwere daken zijn opgebouwd op een stalen skelet met daarop gasbeton elementen waarop een druklaag van gewapend beton gestort is. Wel hebben alle daken dezelfde vorm en, van buitenaf gezien, dezelfde verschijningsvorm.

Het kanoor bestaat volledig uit gewapend beton en ongeïsoleerde steens muren opgetrokken. Net als de hallen is het voorzien van stalen kozijn met enkele beglazing.

Bouw eerste drie hallen en kantoor: 1953

Uitbreiding hal 1 /tm 3 1955

Toevoeging hal 4 deel 1 en hal 1 & 2 deel 2: 1955 - 1963

Toevoeging hal 5 aan deel 1: 1963

Toevoeging hal 3 aan deel 2: 1965

Optoppen orgineel kantoorpand: 1965 - 1969

Uitbreiding kantoor begane grond: 1969

Toevoeging hal 4 aan deel 2: 1975

Toevoeging showroom deel 2: 1976

Toevoeging hal 6 deel 1: 1979

(figuur 1.9.a t/m 1.9.c)

1.6 GALVANITAS COMPLEX

figuur 1.9.a: luchtfoto Galvanitas fabriek ‘55

figuur 1.9.b: luchtfoto Galvanitas fabriek ‘63

(23)

Ondanks de ligging op een bedrijventerrein is de directe omgeving van het complex, op eigen terrein en daar buiten, verrassend groen. Langs drie van de vier perceelgrenzen wordt het perceel omzoomd door groen. De aanwezigheid van de groene zone aan het kanaal en het kanaal zelf bieden een mooi uitzicht vanaf de locatie. Zeker vanaf de hoger gelegen verdiepingen (figuur 1.10.a & 1.10.b).

Het complex ligt weliswaar op een bedrijventerrein, maar wel aan de rand daar van. Het is het laatste bedrijfscomplex op het Bedrijventerrein Oosterheide. Voorbij de groenstrook en Burgermeester Holtroplaan, aan de westzijde van het complex ligt de hoogwaardige woonwijk Warande. Aan de overzijde van het kanaal ligt de wijk Slotjes-Midden, een wijk die de komende jaren heringericht zal worden richting het kanaal.

figuur 1.10.a: panorama foto Galvanitas complex

figuur 1.10.b: panorama foto Galvanitas complex

(24)

Voordat er een concept uitgedacht kan worden, laat staan een otnwerp, dient er eerst een analyse gemaakt te worden van het bestaande complex. Vanuit deze analyse wordt er een ambitie geformuleerd. Vanuit deze ambitie worden er een aantal concepten gerealiseerd.

Vanuit deze concepten zal het ontwerpproces beschreven worden. Dit gaat gebeuren vanuit een stedelijk plan, vanuit dit stedelijk plan wordt er dichter op het ontwerp ingezoomd. De doelstelling die nagestreefd gaat worden is om de concepten tot in het detail uit te werken.

In dit Architectonisch rapport zullen de volgende zaken onder de loep worden genomen. - 2.1 Architectonische waarde - 2.2 Afbakening - 2.3 Concepten - 2.4 Stedelijkplan - 2.5 Ontwerp fabriek - 2.6 Eindontwerp fabriek - 2.7 Ontwerp brouwerij - 2.8 Ontwerp woning - 2.9 Detaillering INLEIDING

(25)
(26)

2.1 ARCHITECTONISCHE WAARDE

Vanuit de straat gezien is het eerste wat opvalt een prachtig daklandschap met daaronder een strakke structuur van betonnen kolommen en balken. Bovenop de daken zijn de overgebleven lichtstraten een echte eyecatcher en een mooie toevoeging aan de strakke structuur.

Deze heldere structuur zet zich binnen in de fabriek voort met een h.o.h. afstand van om en de nabij 5 meter in de dwarsrichting. De betonnen kolommen rij staat om de 15 meter onder het laagste punt van het fusee dak.

Een fusee dak, een dak van in elkaar geschoven keramische pottenbuizen, lijkend op draineerbuizen. Hiermee kunnen boog- en koepelconstructies worden gemaakt. Vervolgens wordt dit dak met beton afgewerkt. Zo is dit dak één geheel en zelfdragend. Het dak rust op een betonnen balk met daarin stalen trekstangen die de spatkrachten van het dak opnemen en zo de daken voor inzakken

behoeden. Deze daken kennen grote overspanningen en zijn dus ideaal voor fabriekshallen. Er zijn maar weinig gebouwen bewaard gebleven met daken die vervaardigd zijn volgens dit principe.

Het gebouw is in de vroege jaren ‘50 gebouwd voor de meubelmakerij

Galvanitas, door de beperkte ruimte op de oude locatie was verhuizing naar deze locatie vereist. Het bedrijf heeft in de tussentijd meerdere keren uitgebreid, met zelfs een los staande fabriek tegenover de oorspronkelijke fabriek.

Het Galvanitas complex is een van de oudste gebouwen nog bestaand aan dit deel van het Wilhelminakanaal.

Zowel de zeldzaamheid van de Fusee daken als de leeftijd van het gebouw en de kenmerkende en sfeervolle structuur van het gebouw maken dit pand het behouden waard. Tevens zorgen de open fabriekshallen voor een hele vrije indeelbaarheid en zijn dus zeer flexibel als het gaat om het zoeken naar een nieuwe functie en het indelen van deze hallen.

Uit deze analyse hebben we onszelf de volgende ambitie gegeven: Een nieuwe bestemming met behoud van het industriële karakter.

(27)

ARCHITECTONISCHE WAARDE

Uit het vooronderzoek is gebleken dat de fabriek een functie verandering nodig heeft. In de fabriek zullen woningen en bedrijven gerealiseerd worden. Dat betekent dat de vloer, gevel en dakpbouw moet voldoen aan andere bouwfysische- en gebruikseisen van een woonfunctie.

Omdat herbestemmen valt onder bestaande bouw kunnen deze bouwbesluit eisen gehanteerd worden. Ons streven is om de fabriek zo te ontwerpen dat ze voldoet aan de laatste eisen van het bouwbesluit.

Zo is de bovenkant van de borstwering bijvoorbeeld 1,5 meter boven peil. Zijn de vloeren, gevels en daken niet geïsoleerd, en is het dak plaatselijk lek.

Al snel is de keuze gemaakt om alleen de betonnen kolommen structuur en het fusee dak te behouden en worden de gevelinvullingen en binnenwanden vernieuwd.

(28)

2.1 ARCHITECTONISCHE WAARDE

(29)

2.1 ARCHITECTONISCHE WAARDE

(30)

Zo op het eerste oog lijkt het gebouw te groot om uit te werken. De richtlijn die school hanteert voor het uitwerken van het afstudeerproect is 1/3 van het Avans gebouw in Tilburg. Een schatting leert ons dat het totale vloeroppervlakte van Avans ongeveer 9.000 m2.

Het Galvanitas complex ligt op een kavel van 145 bij 165 meter, dat is een kleine 24000 m2.

Dit is vergelijkbaar met vjf en een half voetbalveld. Daarentegen is er ‘selchts’ 11.400 m2 bebouwd.

Dit is te vergelijken met anderhalf keer het totale vloeroppervlakte van Avans in Tilburg (figuur 2.5). Om problemen met de tijd in de toekomst te beperken is er besloten om een van de twee

fabriekshallen uit te werken. Dit is ongeveer 6000 m2,

dit komt overeen met ongeveer 2/3 van het Avans gebouw, wat iets dichterbij komt bij de richtlijn die van te voren is vastgesteld. Het gedeelte dat wordt uitgewerkt is het rood gearceerde gedeelte in figuur 2 (figuur 2.6).

figuur 2.5: omvang Galvanitas complex

(31)

figuur 2.6: uit te werken deel

(32)

2.3 CONCEPTEN

Concept 1: Eigen Wereld

Zoals bekend is, ligt het Galvanitas complex tussen twee verschillende soorten woonwijken in. Het complex ligt zelf op de rand van het bedrijven terrein

Oosterheide, aan het Wilhelminakanaal. Aan de overkant van het kanaal ligt de woonwijk Slotjes-Midden. Tevens ligt het complex ook aan de Groene Ruggengraat van Oosterhout.

Hierbij is de uitdaging om deze verschillende werelden in het ontwerp samen te voegen, waarin de uit te werken fabriekshal fungeert als een wereld waarin de twee werelden van wonen en werken samen komen en elkaar ontmoeten. Samen met onze ambitie wordt de herbestemde fabriekshal een compleet andere wereld dan de omliggende wijken.

Naar aanleiding van het vooronderzoek zijn een aantal concepten gemaakt. Deze concepten komen voort uit de structuurvisie van Oosterhout, de geschiedenis van Galvanitas, de analyse van het Galvanitas complex en onze ambitie.

(33)

Concept 3: Meubel als Concept

Galvanitas is binnen de schoolmeubel industrie een welbekend begrip. Al sinds 1934 ontwerpt en ontwikkeld het bedrijf schoolmeubilair. In de jaren ‘50/’60 werkte een groot deel van de Oosterhoutse jeugd in de zomer in de Galvanitas fabriek om zo een centje bij te verdienen.

Buiten het feit dat het pand oorspronkelijk gebouwd is voor Galvanitas en het altijd in gebruik is geweest als productiefaciliteit voor Galvanitas heeft de meubelmakerij in de jeugdherinneringen van de Oosterhouters een plekje. De meubelen, in massa geproduceerd uit slechts een aantal basisvormen en materialen geven een mooie basis voor een ontwerp concept. De tafels en stoelen werden en worden veelal gemaakt uit gezet staal en hout. De onderdelen worden met massa’s gemaakt en later bij elkaar gebracht zodat er een

meubelstuk ontstaat.

Binnen het/dit project speelt de massaproductie van onderdelen en het

samenbrengen van die onderdelen tot een eindproduct een grote rol, net zoals het dat voor Galvanitas doet. Zowel in esthetiek als in techniek.

Concept 2: Groen en Levendig

Uit het vooronderzoek is gebleken dat de gemeente Oosterhout meer groen in de stad wil zien. Dit groen moet ontstaan op en om de Groene Ruggengraat van de stad. Daarnaast wil de gemeente dat het Wilhelminakanaal niet meer gezien gaat worden als een barrière die de stad splijt, maar een verbinding en dat er meer recreatie plaats vind op en om het water.

Het Galvanitas complex ligt aan de Groene Ruggengraat en het Wilhelminaknaal, dit biedt de uitgelezen kans deze twee ambities van de gemeente meer gestalte te geven.

2.3 CONCEPTEN

(34)

2.4 STEDELIJK PLAN

Huidige situatie

Het Galvanitas complex ligt aan de rustige sluiproute Wilhelminakanaal-Zuid. Het autoverkeer dat hier rijdt is zeer gering en is grotendeels sluipverkeer dat een kruising met verkeerslichten wil omzeilen.

Fietsers en voetgangers aan de overzijde van het kanaal moeten nu via het drukke viaduct aan de Burgermeester Holtroplaan naar de overkant van het water. Van het einde van het viaduct is het nog zo’n vijf minuten lopen naar het complex.

Tot slot wordt er op deze locatie niets gedaan met het Wilhelminakanaal, het ligt nu simpelweg aan het water zonder enige connectie met het water te hebben, de scheepvaart die nu langs komt passeert de fabriek zonder er enige aandacht aan te besteden. Op deze twee manieren vormt het water een barrière en geen verbinding. Dit is zonde, zeker omdat

het een uitgelezen locatie is om er een groen en levendig gebied van te maken. Dit komt omdat het complex zowel aan de Groene Ruggengraat als het Wilhelminakanaal ligt (figuur 2.9).

(35)

2.4 STEDELIJK PLAN

Nieuwe situatie

Om dit te veranderen gaan er een aantal veranderingen plaats vinden.

Allereerst zal de doorgaande weg waaraan het complex ligt verdwijnen. Deze zal plaats maken voor een route voor langzaam verkeer. Bestemmingsverkeer kan zonder dat dit een omweg oplevert langs de andere zijde van het bedrijven terrein naar de bedrijven rijden. Op deze manier kan er op het complex een park ontstaan waar men in de lente en zomer kan ontspannen in de zon.

In het plan is een nieuwe brug opgenomen, een brug voor langzaam verkeer die aansluiten op de nieuwe langzaam verkeersroute op het terrein. Deze brug zal een fysieke verbinding leggen tussen de woonwijk aan de overzijde van het kanaal en daarmee de barrière die het kanaal vormt opheffen. Fietsers en wandelaar kunnen zich voortaan via de langzaam verkeersbrug direct naar het terrein begeven. Het drukke en gevaarlijke viaduct hoeft niet meer gebruikt te worden.

Tot slot zal er een passantenhaven aangelegd worden, op deze manier kan de pleziervaart aanleggen om van het nieuw aangelegde park te genieten, even uit te rusten op het terras of zelfs op bezoek gaan bij een van de bewoners.

Op deze manier zal het complex van een gesloten industrieterrein transformeren naar een levendig gebied aan de rand van het oude Oosterhout,

inspelend op de visie van de gemeente. Tevens wordt er op deze manier ingespeeld op het concept: een eigen wereld. Nu er een directe verbinding is tussen de woonwijk en het bedrijventerrein is de integratie tussen deze twee werelden een stuk makkelijker te realiseren. (figuur 2.10)

(36)

2.4 STEDELIJK PLAN

(37)

2.4 STEDELIJK PLAN

(38)

Vanuit het stedelijk plan en de drie concepten is er begonnen met het indelen van de fabriek.Het eerste idee was om een gehele fabriekshal uit de fabriek te slopen en de vrij gekomen ruimte te gaan gebruiken als een gemeenschappelijke ruimte. Waarbij een dakdoorbraak onderscheid zou maken tussen woon- en werkruimtes (figuur 2.13.a & 2.13.b).

Om een aantal redenen is dit idee niet verder uitgevoerd:

- Het ontwerp was onsamenhangend en deed de fabriek geen eer aan; - De concepten waren niet doorgevoerd in het ontwerp;

- Veel kansen van het gebouw bleven onbenut;

- En werd er te veel vastgehouden aan de bestaande fabriekshallen.

2.5 ONTWERP FABRIEK

figuur 2.13.b: principe 1, doorsnede figuur 2.13.a: principe 1, plattegrond

(39)

Om toch los van de betonnen kolommen structuur te komen is een tweede idee, meer ‘out of the box’ uitgewerkt. Met de hiernaast afgebeelde variant is er alleen gelet op de buitenmaten van de fabriek, en is er binnen gaan gewerkt met een nieuwe structuur. Zo ontstaan er twee nieuwe structuren binnen de bestaande structuur.

De looproute, bestaande uit met elkaar verweven cirkels, loopt als een rode draad door het ontwerp. Door snijpunten op deze cirkels te pakken ontstaat er een nieuwe structuur van woon- en werkruimtes. Op deze manier werd er buiten de comfortzone getreden (figuur 2.14).

Ook deze variant had een aantal zwakke punten:

- De organische route die door het gebouw loopt had de overhand; - De nieuw gecreeerde structuur komt in botsing met de fabriek; - En de concepten waren niet doorgevoerd in het ontwerp.

2.5 ONTWERP FABRIEK

(40)

Toch hebben beide ideeën sterke punten, de

gemeenschappelijke ruimte uit het eerste plan en de losstaande woningen en bedrijven en het eindeloze dolen door de fabriek van het tweede plan.

Op basis van deze positieve punten is een eerste ontwerp gemaakt voor de fabriek. Waarbij de woningen en bedrijven door elkaar gezet zijn. Op deze manier wordt de fabriek een schakeling tussen de omliggende woonwijken en het bedrijventerrein. Waar geen daglicht binnen treedt zijn daken doorgebroken. En zo zijn er pleinen en steegjes ontstaan die als gemeenschappelijke buitenruimtes fungeren. Samen met een paar ontgraafde delen biedt dit ontwerp een spannend en uitdagend geheel (figuur 2.15.a t/m 2.15.e).

Op basis van de indeling van de fabriek zijn er verschillende type woningen tot stand gekomen (figuur 2.15.a):

- Type A: blauw omringd

- Type B: rood omringd

Voor de type A woningen wordt een utilitaire unit ontworpen. Deze unit komt echter niet tot zijn recht in type B. Voor de B-woningen wordt een ander ontwerp gemaakt, zie hoofdstuk 2.8 ontwerp woning B.

2.5 ONTWERP FABRIEK

figuur 2.15.a: ontwerp, plattegrond

(41)

2.5 ONTWERP FABRIEK

figuur 2.15.c: ontwerp, massa maquette

figuur 2.15.d: ontwerp, massa maquette

(42)

2.5 ONTWERP FABRIEK

De volgende stap die in de ontwerpfase plaats genomen is de vertaling van de concepten naar het basisontwerp.

Concept 1: Eigen Wereld

Het concept ‘Eigen Wereld’ komt terug in meerdere vormen. Zo wordt dit concept terug gebracht in het verschil tussen de directe omgeving van de fabriek en de fabriek zelf.

De fabriek wordt in de directe omgeving omringd door een woonwijk en een bedrijventerrein. Ook in de fabriek worden er woningen en bedrijven teruggebracht, al hebben deze een heel ander uiterlijk. En vermoedelijk ook een hele andere indeling dan de omringende woningen en kantoren. Daarnaast is er binnen de fabriek ook een eigen wereld. Dit wordt gecreëerd door de verschillende materialen in de gevels. In de buitengevels wordt gebruik gemaakt van Afromosia hout (figuur 2.16.a). Terwijl aan de binnenkant gebruik gemaakt wordt van gegalvaniseerd staal (figuur 2.16.b).

figuur 2.16.a: buitengevel, Afromosiahout

(43)

2.5 ONTWERP FABRIEK

Concept 2: Groen en Levendig

Uit het vooronderzoek is gebleken dat de gemeente Oosterhout meer groen aan de Groene Ruggengraat wil en dat het Wilhelminakanaal geen barrière maar een verbinding moet zijn. Om dit te realiseren gaan een aantal veranderingen plaats vinden.

Allereerst zal de doorgaande weg waaraan het complex ligt verdwijnen en plaats maken voor een route voor langzaam verkeer. Op deze manier kan er op het complex een park ontstaan waar men kan ontspannen.

In het plan is een nieuwe brug voor langzaam

verkeer opgenomen die aan zal sluiten op de nieuwe langzaam verkeersroute op het terrein. Deze brug legt een fysieke verbinding tussen de woonwijk aan de overzijde van het kanaal en daarmee de barrière die het kanaal vormt opheffen.

Tot slot zal er een passantenhaven aangelegd worden, op deze manier kan de pleziervaart aanleggen om van het nieuwe aangelegde park te genieten, even uit te rusten op het terras of zelfs op bezoek gaan bij een van de bewoners (figuur 17).

(44)

Concept 3: Meubel als Concept

Meubel als Concept is doorgevoerd in de indeling woningen, bedrijven en de gevels. De productie van een schoolmeubel is veelal repititie. Elk schoolstoeltje en schooltafeltje wordt op dezelfde manier gemaakt. Ook binnen in een klaslokaal staan deze op een en dezelfde manier, vaak in groepjes of in rijtjes. Op het moment dat de school gesloten is staan de stoelen en tafels daar waar ze horen te staan. Zodra de school geopend is en de leerlingen in het lokaal zitten worden deze tafels en stoelen vaak verschoven waardoor de strakke opstelling vaak niet meer terug te vinden is.

Dit is in de gevel doorgevoerd door een systeem te bedenken. Als de gevels dicht zijn is het beeld één uniform geheel en valt er geen onderscheid te maken tussen woningen en bedrijven. Maar zodra de wereld begint te leven, en de panelen open worden gezet ontstaat er een heel ander beeld (figuur 2.18.a & 2.18.b).

2.5 ONTWERP FABRIEK

figuur 2.18.b: binnengevel, gevelindeling figuur 2.18.a: binnengevel, gevelsysteem

(45)

In de woningen en bedrijven worden utilitaire units geplaatst. Deze units bevatten al het noodzakelijke voor een woning, zoals een badkamer, berging, meterkast en toilet. De units staat vrij in de ruimte, waardoor het lijkt alsof deze door heel de ruimte gezet kan worden.

Deze meubels zijn het enige wat in de woning of bedrijfsruimte bij oplevering komt te staan. Zo kan de gebruiker de ruimte zo indelen zoals hij of zij dat wil. Daarnaast is het mogelijk om de ruimte in te delen met wanden zodat er meer privacy in de ruimte is (figuur 2.19.a t/m 2.19.c)

2.5 ONTWERP FABRIEK

figuur 2.19.a: utilitaire unit figuur 2.19.c: woning met utilitaire unit, en wanden figuur 2.19.c: woning met utilitaire unit

(46)

2.5 ONTWERP FABRIEK

(47)

2.5 ONTWERP FABRIEK

(48)

Dit VO ontwerp is tijdens de tussenpeiling

gepresenteerd. De opbouwende kritiek op dit ontwerp was dat er veel van de bestaande situatie gesloopt zou worden. Waarmee het industriële karakter van het gebouw aangetast wordt. Daarnaast was de fabriek geen geheel met het park en was er geen integratie met de omgeving.

Een intensieve evaluatie van de kritiek heeft geleid tot een aantal aanpassing.

De fabriek heeft een nieuwe indeling gekregen. Door de fabriek meer met de omgeving te integreren zijn de woon- en werkruimtes in elkaar verweven. Dit gebeurt door de kantoren aan de kant van het bedrijventerrein te plaatsen en de woningen aan de kant van de woonwijk en het park. Midden in de fabriek komen beiden samen en lopen de woningen en kantoren in elkaar over.

Om de omgeving meer te betrekken in het ontwerp zijn er meer en grotere ingangen in de fabriek gemaakt. Zo deelt het park met de fabriek een plein en is een bedrijfsruimte een stramien terug gelegd om zo bezoekers in de fabriek te trekken.

Om het industrieële karakter te behouden zijn alleen de daken doorbroken die het noodzakelijke daglicht blokkeren.Tot slot wordt er niet meer boven de huidige daken gebouwd. Zo blijft het kenmerkende daklandschap intact.

In de naastliggende figuur zijn de ruimtes met een enkele punt woningen en met een dubbele punt bedrijfsruimtes.In totaal zijn er 15 woningen en 13 bedrijfsruimtes. Van deze ruimtes zijn er 3 woon-werkruimtes (figuur 2.22.a t/m 2.22.d).

Op basis van de indeling van de fabriek zijn er verschillende type woningen tot stand gekomen (figuur 2.22.a):

- Type A: blauw omringd

- Type B: rood omringd

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

WOON

WERK

(49)

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

figuur 2.22.b: eindontwerp fabriek, massa maquette

figuur 2.22.c: eindontwerp fabriek, massa maquette

(50)

Concept 1: Eigen Wereld

In het ontwerp dat tijdens tussenpeiling is

gepresenteerd, botsten de twee verschillende gevels vanwege de verschillende materialen met elkaar. Op deze manier is een integratie van de fabriek in de omgeving lastig te realiseren. De twee verschillende materialen zorgden er tevens voor dat de eigen wereld die zou moeten ontstaan met zichzelf in conflict was

De buitengevel pastte meer bij het park, terwijl de binnengevel opzichzelf stond.

Dit is versimpeld, zo zijn de buiten- en binnengevels in hetzelfde uitgevoerd, zowel in materialisatie, als in gevel openingen.

Het ‘Eigen Wereld’ concept is nu doorgevoerd naar de woningen en bedrijven doordat de gevels uitgevoerd worden in Tombak en de gebruiksruimtes in hout.

Op deze manier heeft de fabriek alsnog een andere uitstraling dan dat er in de omgeving te zien is, maar botst niet met zichzelf. Daarnaast zorgt de indeling van de fabriek met zijn daken, straten en pleinen zelf voor een ‘Eigen Wereld’. Zonder dat daar twee verschillende gevelafwerkingen voor gebruikt worden (figuur 2.23).

figuur 2.23: tussenontwerp, ontmoeting 2 werelden

(51)

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

figuur 2.24: omgeving Galvanitas complex nieuwe situatie

Concept 2: Groen en Levendig

Het concept ‘Groen en Levendig’ blijft onveranderd ten opzichte van het ontwerp dat tijdens de

tussenpeiling is gepresenteerd.

Uit het vooronderzoek is gebleken dat de gemeente Oosterhout meer groen aan de Groene Ruggengraat wil en dat het Wilhelminakanaal geen barrière maar een verbinding moet zijn. Om dit te realiseren gaat een aantal veranderingen plaats vinden.

Allereerst zal de doorgaande weg waaraan het complex ligt verdwijnen en plaats maken voor een route voor langzaam verkeer. Op deze manier kan er op het complex een park ontstaan waar men kan ontspannen.

In het plan is een nieuwe brug voor langzaam

verkeer opgenomen die aan zal sluiten op de nieuwe langzaam verkeersroute op het terrein. Deze brug zal een fysieke verbinding leggen tussen de woonwijk aan de overzijde van het kanaal en daarmee de barrière die het kanaal vormt opheffen.

Tot slot zal er een passantenhaven aangelegd worden, op deze manier kan de pleziervaart aanleggen om van het nieuwe aangelegde park te genieten, even uit te rusten op het terras of zelfs op bezoek gaan bij een van de bewoners.

Na de tussenpeiling is het park meer geintegreerd in de fabriek. Zo delen de fabriek en het park samen een plein, en zal het park onderdeel uit maken van de fabriek (figuur 2.24).

(52)

Concept 3: Meubel als Concept

‘Meubelen als Concept’ is, netzoals in het vorige ontwerp, ook in de gevels terug te zien. Dit is bewerkstelligd door reperterende vlakken met een vaste maat in de gevel te plaatsen. Deze vlakken kunnen ingevuld worden met zowel glas als Tombak. De Tombak platen zijn aan de boven- en onderkant 150 mm omgezetten. De keuze voor de invulling van de gevel is geheel aan de gebruiker van de ruimte. Doordat de keuze van indeling voor de bewoner vrij is, komt de diversiteit van een klaslokaal terug in de gevel (figuur 2.25.a t/m 2.25.c).

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

(53)

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

figuur 2.25.b: utilitaire unit figuur 2.25.c: woning met utilitaire unit, en wanden

Het concept “Meubels als Concept” blijft voor de utilitaire units onveranderd ten opzichte van het ontwerp dat tijdens de tussenpeiling is gepresenteerd.

In de woningen en bedrijven worden utilitaire units geplaatst. Deze units bevatten al het noodzakelijke voor een woning, zoals een badkamer, berging, meterkast en toilet. De unit staat vrij in de ruimte, waardoor het lijkt alsof deze door heel de ruimte gezet kan worden.

Dit meubel is het enige wat in de woning of

bedrijfsruimte bij oplevering komt te staan. Zo kan de gebruiker de ruimte zo indelen zoals hij of zij dat wil. Daarnaast is het mogelijk om de ruimte in te delen met wanden zodat er meer privacy in de ruimte is (figuur 2.25.a t/m 2.25.c)

(54)

figuur 2.25: sfeer impressie, eindontwerp

(55)

figuur 2.26: sfeer impressie, eindontwerp

(56)

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

(57)

2.6 EINDONTWERP FABRIEK

(58)

2.7 ONTWERP BROUWERIJ

De heer Thuring heeft in het huidige Galvanitas complex zijn eigen bierbrouwerij (figuur 2.28). Deze brouwerij wordt opgenomen in het nieuwe ontwerp. Ook in de brouwerij wordt het concept: ‘Meubel als Concept’ toegepast.

Het punt waar Thuring tegen aanloopt is dat hij te weinig ruimte heeft voor de opslag van zijn bier. Daarnaast wordt het bier gebrouwen in de presentatie ruimte. Dit heeft serieuze gevolgen voor de hygiëne binnen de brouwerij. Op het moment dat de bezoekers de ruimte verlaten, zal deze van boven tot onder schoongemaakt moeten worden. Er is daarom ook voor deze ruimte een meubelstuk ontworpen.

Dit meubelstuk wordt midden in de ruimte geplaatst. Op deze manier wordt niet alleen de opslag goed zichtbaar zijn, maar ook de brouwerij (figuur 2.29). Tijdens het afwerken van de brouwerij moeten de vloeren, wanden en het

plafond op een juiste manier bekleed worden. Voor het plafond dient men latex te gebruiken, en de vloer en wanden dienen betegeld te worden. Dit om schimmel te voorkomen.

(59)

2.7 ONTWERP BROUWERIJ

(60)

figuur 2.31:sfeer impressie, Bourgogne Kruis

(61)

figuur 2.32:sfeer impressie, Bourgogne Kruis

(62)

2.8 ONTWERP WONING B

Naast het ontwerp van de fabriek en standaard woning type A, is woning type B verder door ontworpen. De woning komt dan ook regelmatig terug in de fabriek en is niet alleen uitgewerkt op architectonisch vlak maar ook op bouwfysisch en constructief vlak, zie tekening TO 201.

De woning is apart ontworpen, omdat de standaard unit niet tot zijn recht kwam in dit type woning. Aangezien het de ambitie is om ‘Meubel als Concept’ zo ver mogelijk door te voeren is naar een oplossing gezocht voor deze woning.

Dit resulteerde zich in het ontwerp van een nieuwe unit. Ook met deze unit is de achterliggende gedachte dat het object een los element is en daardoor de indruk wekt dat dit door heel de woning te verschuiven is.

Daarom is de open trap tussen de woningscheidende wand en de unit gelegd. Achter deze unit is de wasruimte en het toilet geplaatst. Op deze manier lijkt de unit los in de ruimte te staan. Dit wordt extra versterkt door de glazen pui die tussen de verdiepingsvloer en het dak staat.

Tijdens het ontwerpproces bleek de hoogte van de verdiepingen van zowel de keuken als de slaapkamer niet te voldoen aan de minimale eis van 2,6 meter. Maar aangezien we te maken hebben met bestaande bouw en de minimale eis voor de verdiepingshoote 2,1 meter is, zijn de hoogtes van deze ruimtes toegestaan (figuur 2.33.a & 2.33.b).

(63)

2.8 ONTWERP WONING

(64)

figuur 2.34:sfeer impressie, woning alternatieve unit

(65)

figuur 2.35:sfeer impressie, woning alternatieve unit

(66)

2.9 DETAILLERING

De kunst van architectuur is om de concepten te vertalen naar de detaillering. Zo ook in deze technische uitwerking. Zo zijn de concepten; een eigen wereld en meubel als concept verwerzen in de details. Naast deze concepten is het noodzakelijk om tevens de opgestelde ambitie door te voeren in de details. Ambitie

De ambitie, “een nieuwe bestemming met behoud van het industriële karakter”, kan gemaakt of gebroken worden door het gevelbeeld. Er is nadrukkelijk op gezocht naar een systeem waarmee de gevelstructuur overeind blijft en zelfs benadrukt wordt.

De indeling van de gevel, met zijn horizontale lijnen en verticale naden, is een moderne en eigentijdse interpretatie van de oude gevels.

Het industriële karakter van de repeterende onderdelen, die in massa

geproduceerd kunnen worden, moet ondersteund worden door het materiaal waaruit deze onderdelen vervaardigd zijn. Dit is bewerkstelligd door een materiaal toe te passen dat een rauw uiterlijk heeft maar tegelijkertijd een verfijndheid laat zijn; Tombak.

Tombak is een messing-legering die tenminste voor 70% uit koper bestaat. Het overige deel bestaat uit zink. Tombak lijkt op messing, maar is goudkleurig en wordt daarom soms rood-messing genoemd. Het materiaal glanst wanneer het verwerkt wordt. In de eerste jaren zal het materiaal corroderen waardoor het glanzende deels plaats maakt voor een ruw bruin uiterlijk. De legering is zo bewerkt dat het niet volledig corrodeert maar slechts deels waardoor na ongeveer 24 maanden het uiteindelijke uiterlijk ontstaan (figuur 2.36.a & 2.36.b).

Door de glans en de kleurvariatie van het materiaal zal het Tombak strek contrasteren met het beton van de bestaande constructie.

Op deze manier wordt de bestaande structuur benadrukt. Daarnaast ligt het materiaal gelijk met de binnenkant van de betonnen kolommen en balken structuur, hierdoor komt de bestaande structuur (letterlijk) nog meer naar voren.

(67)

2.9 DETAILLERING

(68)

Eigen wereld

Het concept de eigen wereld vertaald zich naar het contrast tussen buiten de woon-/ werkruimte en daarbinnen.

Buiten zijn de wanden ruw en heeft de gevel een industrieel uiterlijk. Binnen zijn de wanden volledig met hout bekleed. Het verschil is niet alleen het beeld, ook in de detaillering is de scheiding consequent doorgevoerd.

De nieuwe bouwfysische schil is volledig van hout en staat achter de bestaande gevelconstructie. Voor de houten gevelconstructie word de Tombak gevel bevestigd. Van buiten wordt de Tombak schil, van binnen de houten schil.

De eigen wereld wordt pas ervaren wanneer de ruimte betreden wordt. Van buiten wordt niets

weggeven van het houten interieur, van binnen wordt niets weggeven van het stalen exterieur.

Om de schijven ook bij de ramen echt gescheiden te houden is besloten geen standaard kozijn te gebruiken maar een kozijn waar het glas tussen het kozijn en de gevelbeplating geklemd wordt.

Het glas wordt in de sponning van het houten kozijn gezet, vervolgens worden vanaf en van buiten de stalen strips op geschroefd die het glas op zijn plaats houden.

Op de deuren en draaiende delen in de gevel zijn de afwerklagen doorgetrokken, zowel binnen als buiten. De deuren en ramen vormen zo een geheel de rest van de wand en versterken bij het openen het gevoel van de andere wereld (figuur 2.36.a & 2.36.b).

110 50 425 110 250 110 110 18 140 60 300 150 668 18 200 3 147 149 55 18 6 296 518 200 110 50 50 428 18 138 222 296

o.k. dak (hoogste punt) 5300 +P b.k. dak (hoogste punt) 5410 +P

o.k. koz. 5225 +P 5293 +P 3193 +P o.k. balk 3200 +P o.k. koz. 3110 +P b.k. balk 3500 +P b.k. koz. 3588 +P o.k. vl. 318 -P 418 -P b.k. koz. 0 +/-P o.k. koz. 64 -P ® 1078 -P o.k. fund. 968 -P 2.9 DETAILLERING

(69)

2.9 DETAILLERING

(70)

Meubel als concept

De allereerste schoolmeubels van Galvanitas bestonden uit 2 materialen. De poten van de stoel bestonden uit gezet bewerkt staal en hout. De poten en leuningen werden gevormd door al dan niet bewerktgezet staal. De leuning en het zitvlak werd gemaakt uit hout (figuur 3.38).

Dit concept wordt ook in de detaillering terug gebracht.

Schoolmeubelen worden vaak gemaak uit 2 materialen op een reperterende methode, in

massaproductie. Dit principe wordt ook meegenomen in het maken van deze gevels. Deze gevelvlakken zullen gemaakt worden uit 2 materialen.

Door Tombak om te zetten wordt er een interresant gevelbeeld gecreeerd. Deze lijnen verwijze terug naar het uiterlijk van de huidige situatie. In de huidige situatie wordt ditzelfde principe toegepast in de borstwering en de opzet van de kozijnen (figuur 3.37). 2188 +P 2100 +P 988 +P 1000 +P ® ® 140 18 20 37 3 147 149 200 110 50 50 428 518 140 18 20 37 3 147 10 149 110 50 425 110 250 110 110 18 P=0 100 -P o.k. vl. 318 -P 1078 -P 418 -P o.k. fund. 968 -P 110 40 40 110 80 190 o.k. balk 3200 +P b.k. balk 3500 +P 140 18 20 37 3 147 149 149 369 5183 37 20 140 18 147 149 369 518

figuur 2.37.a: Tombak bekleding

(71)

figuur 2.38: Galvanitas schoolstoel

(72)

INLEIDING

Nu het ontwerp af is kan er gesleuteld worden aan de bouwfysica en de

constructie. Te beginnen met bouwfysica. Zoals in het vorig hoofdstuk is verteld zal er enkel en alleen gesleuteld worden aan woningtype B. In dit rapport worden de volgende onderdelen behandeld:

- 3.1 Warmtebalans

- 3.2 Isolatieniveau

- 3.3 Behaaglijkheid

- 3.4 Ventilatiebalans - 3.5 Installatieconcepten

Voor het bouwfysisch rapport wordt de woning uitgewerkt die bouwfysisch gezien het meest ongunstigt ligt.

(73)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De aanbevelingen uit de casestudy dienen enerzijds als aanbevelingen voor de betrokken organisaties (frontoffice en backoffice) en anderzijds als input voor het ontwerpinstrument.

Alle resterende voorwaarden worden via de LSVI-rekenmodule berekend op basis van de gegevens van de vegeta eopname (die ingevoerd worden via a ribuut data_soortenKenmerken,

Ter plaatse zaaien komt vooral in aanmerking bij grote opper- vlakten, zoals bij bosplantsoen voor onderbegroeiing en als kan worden beschikt over een grotere hoeveelheid zaad.

Because of the decisive role of the media in achieving public visibility, we identified the most visible scientists in South Africa with the help of a panel of science–media

Naast suikers wordt een niet-fermenteerbaar product, lignine, geproduceerd dat ingezet wordt voor electriciteit en warmte productie. Hiermee kan in de energiebehoefte van het

The copyright owner of the adapted computer programme should sue for criminal liability an author who has acquired copyright in a work that he created by making

werkplaatstechn lek technische hogeschool eindhoven.. Geme~en waarden blj de wiringpro~S. ',I werkplaatstechnlek technische hogeschool eindhoven.. technische hogeschool

Het enige houvast dat geboden wordt, is het feit dat de muren haaks op de Rijselstraat gericht staan en met perceelsindeling / verkaveling te maken hebben (fig. De huidige